Er is geen echt gelijk meer in deze wereld Inleveren "lekende Nederlanders 2 ver verruwing Hi de samenleving ZATERDAG 18 DECEMBER 1962 Het is alom „inleveren" wat de klok slaat. Hoe denken de disgenoten daarover? MARJAN BERK: „Laat ik be ginnen te zeggen dat ik vroe ger heel arm ben geweest zonder dat ik me arm voelde. Ik heb op sinaasappelkistjes gezeten. Toen ik eenmaal geld had, ging ik door het plafond van vreugde. Want vergeet niet dat ik tot mijn dertigste alleen maar heb gevoeld aan kleren. Wat het inleveren nu betreft: mijn man Ruud Bos en ik voelen dat eigenlijk al twee jaar. Aan de andere kant moet ik zeggen dat van een recessie ook een regulerende werking kan uitgaan. Ik moet steeds inventief blijven om verder te kunnen gaan met werken. Die bezuinigingen bij CRM hebben echt hun uit werking". LOUIS VAN DIJK: „In mijn vak kun je goed merken dat er bezuinigd wordt. Het is bij voorbeeld veel moeilijker je programma aan de schouw burgen te verkopen. Maar dat heeft artistiek gezien ook zijn voordelen. Creativiteit is na melijk niet gebaat bij zeker heid. Het algemene probleem van inleveren is volgens mij, dat er zo weinig echte sterke schouders zijn". ALBERT VAN DEN HEU VEL: „Ik denk dat de mensen zullen moeten wennen aan het feit dat het niet normaal is dat iedereen betaalde ar beid heeft. Wat het inleveren betreft, verwacht ik dat we er de ko mende jaren zo'n procent of vijftien op achteruit zullen gaan. Dat zal zeker te merken zijn in de bestedingen, al moet ik zeggen dat je de duurste audio-apparatuur niet altijd naar de „toplagen" van onze bevolking ziet gaan. De lager betaalden is het in de eerste plaats om de kwaliteit te doen, ook al kost dat meer". (Reactie van Rinus Israël: „En hoe zou dat allemaal gefinan cierd moeten worden? De mensen steken zich ervoor in de schulden. Ik rij ook liever in een Mercedes dan in een Volvootje, maar ik weet dat dat niet haalbaar is"). JAAP KLOSSE: „De flexibli- teit is in ons land zo groot, dat we de tegenslagen kunnen opvangen. Volgens mij is de creativiteit in vergelijking met 1978 en 1979 toegenomen. In ons restaurant merken we nog niet zo veel van een te ruggang. Je ziet dat veel jon geren tegenwoordig samen vaak een dubbel inkomen hebben. Ze kunnen het zich permitteren buiten de deur te eten". HAN LAMMERS: „Het inle veren wordt nog veel erger. Vooral wat betreft de over heidsuitgaven. Het komt er op neer dat we gewoon te veel ambtenaren hebben. Dat moet verminderen; met tienduizen den arbeidsplaatsen per jaar, wil je de zaak gezond maken. En dan denk ik niet aan de mensen van de gemeenterei niging en aan al die andere nuttige ambtenaren, maar dan denk ik aan alle toezichthou- derij, aan alle dubbele contro le. Die moeten we nodig ach terwege laten". RINUS ISRAËL: „Ik lever zelf niets in, want ik heb des tijds een goede regeling ge troffen waardoor ik er de ko mende tien jaar alleen maar beter van word. Maar wat de algemene gang van zaken be treft, erger ik me eraan dat er aan uitkeringstrekkers wordt gevraagd vier procent van hun karige loon in te leveren. En dat terwijl mensen die tweemaal modaal zitten, maar twee procent zouden moeten inleveren. Ik vind dat de sterkste schouders de lasten moeten dragen". an\ gaat bekende Nederlanders schoven dezer dagen met twee van onze Jlaggevers in restaurant Kaatje bij de Sluis in Blokzijl aan aan een Ik w]h-in-kerstsfeer en lieten daar hun gedachten gaan over de verru- vooS 'n onze samenleving. Uiteraard kwam ook „het inleveren" ter ere- 8asten waren: wajj <fe"#ïUS ISRAËL bestoren maart 1942 in Amsterdam. Voetbalde bij DWS, Feyenoord, ns e%isior en PEC Zwolle. Is thans, naast Cor Brom, assistent-trainer :ekene Zwolse club. ALBERT VAN DEN HEUVEL oren maart 1932. Voorzitter van de VARA sinds 1 mei 1980. Was ivoor secretaris-generaal van de Hervormde Kerk en directeur Let (de Wereldraad van kerken. in i verm ^HN LAMMERS j>ren september 1931. Is landdrost van het Openbaar Lichaam lelijke IJsselmeerpolders in Almere sinds 1976. Was daarvoor jialist en wethouder en raadslid voor de PvdA in Amsterdam. bu ARJAN BERK 'ukiel ilijk tren in 1932 in Zeist. Heet eigenlijk Maria-Anne van Baaren. Is ?r vejiuwd met de musicus Ruud Bos. Ze heeft een druk bestaan als *e v4ce, cabaretière en schrijfster van boeken. >p di en dei ,wjkp KLOSSE in Ommen, maar bracht zijn jeugdjaren in Zwolle door. ise is 51 jaar oud. Hij is sinds 1955 restaurateur van de Echoput in [doorn. Klosse is één van de mede-oprichters van de Alliance ver dlronomique Néerlandaise, een groep samenwerkende restaurants. "js 1976 is hij voorzitter van deze Alliance. jUIS VAN DIJK in 1941 in Amsterdam. De grote stap in zijn lichte-muziek ire kwam in 1961 na het behalen van de eerste prijs met zijn trio ■t Loosdrechtse Jazzconcours. Van Dijk maakte daarna tal van imofoonplaten en werkte aan vele radio- en televisieprogramma's Louis van Dijk, nu woonachtig in Dalfsen, kreeg in 1965 een Edi-' roor zijn langspeelplaat „Bluesette". Han Lammers en Louis van Dijk, beiden verzot op orgel spel, konden het niet laten Marjan Berk en Louis van Dijk, al tafelend pratend over na afloop van het tafelgesprek even achter het orgel van de nabij gelegen Hervormde verruwing. Kerk in Blokzijl te kruipen. wachten is op Albert den Heuvel. Rond de haard van restau- Kaatje bij de Sluis in zijl hebben we al is gemaakt met de •gende handdruk van is Israël (vandaar na- rlijk „IJzeren Rinus"), Opgewekte babbel van jan Berk, het heer- van Jaap Klosse, het het-laatste-moment- •ideihinderd-zijn van a^relie Smit-Kroes, het at mrgondisch geworden emajrijjk van Louis van ien. I J :areii en de „orgelgekte Jk Han Lammers. ^iar het illustere gezelschap dat Dalgen°digd voor een „lunch-in- "Sfeer", met als gespreksthema .verruwing in onze samenle- feI Klosse heeft inmiddels ont- n|de enige in het gezelschap te graaft^ geen speciale binding met s vajf>ofdstad Amsterdam heeft. Al- in te van den Heuvel woont er ZemeLhoog). Rinus Israël is er ge- ur h en getogen (begonnen te bij DWS), Louis van ortis een rasechte, Han Lammers raadslid en wethou- aar {eweest („Nu worden de zaken jt v#e\ beter opgelost") en Marjan paar woont er ook, zij het soms hoe f*e schrik in het mollige lijf. ja\ wonder dat het gesprek over ferruwing in de samenleving it met het wee van Amster- BERK mag beginnen: bestt)e in Amsterdam woont zoals /TjJlan ben je automatisch een |e rebels want anders was je er Is piPg weggegaan. Maar ik ben erg brokken van de escalatie van Ik woon vlakbij de zit /ijs waar in oktober rellen wa- paaiiMijn jongste kind zit er in de er ujt op school en dat heeft erg ,7s wl moeite gehad om te verwer- andfvat-ie had gezien. We hebben, r bufaaker in elkaar zien slaan, tot Jens toe, en we zagen hoe een ir een steen in zijn rug kreeg. gekke is, dat je steeds een .dwingbare lust krijgt om mee >en. Vooral om mee te knok- dat met de krakers, maar dat •n. i|t een beetje van het moment ng uls ik zie dat een ME'er wordt daPgeld, zou ik die man willen bui*digen. Het moeilijkste vind r Zia<0e je al dat gedoe uit moet leg- 'Zeziflan een kind van tien. Jullie ijpen dat die gebeurtenissen zie jiogal ontregeld hebben". dat "g4harmg "Ikva^ fis VAN DIJK: „Wat ik het f probleem vind bij dat soort at it is: er is 6een meer- ^ve^heeft er nou gelijk in Amster- Ik weet het niet meer. En je hetzelfde eigenlijk bij alle con- /oen(n deze wereld: er is geen /Jgelijk meer". fJAN BERK: „Dat is inder- ken\ waar. Alles is zo subjectief. Er in zoveel dingen tegelijk. Al L Tafelgesprek met bekende Nederlanders: v.l.n.r.: Albert v.d. Heuvel, verslaggever Roy Touker, Rinus Israël. Jaap Klosse, gespreksleider L. moet ik wat Amsterdam betreft zeggen dat er wel een erge verhar ding van de krakersbeweging heeft plaatsgevonden en dat kan natuur lijk niet. Misschien komt het wel omdat er hier al lang geen oorlog is geweest om de agressie kwijt te ra ken". Marjan Berk vindt dat ze even haar mond moet houden („Ik ben een kakelkip en niet te stop pen"). HAN LAMMERS mag het beschou welijke gedeelte voor zijn rekening nemen: „De geschiedenis van Am- - sterdam is één groot geheel van in cidenten en golfbewegingen. Ver geet niet dat er in de jaren zestig met scherp werd geschoten. Ik was toen verslaggever in Amsterdam en heb het van nabij meegemaakt. Naar mijn mening zijn we er ge woon op vooruit gegaan. Het be stuur is gehumaniseerd en lost de zaken veel beter op dan toen. Ei genlijk ben ik best tevreden in ver gelijking met vroeger. Het pro bleem is alleen, dat veel jongeren dat niet weten. Kinderen wordt veel te weinig verteld over de ge schiedenis". ALBERT VAN DEN HEUVEL: „Ik woon in Amsterdam en dat is naar Nederlandse begrippen een gewelddadige stad. Historisch ge zien is het echter een vriendelijk gebeuren. Je bent beter af in Am sterdam dan in Beiroet. (Geroeze moes van de andere gasten over deze kromme, maar overduidelijke vergelijking). We leven in een ui terst vriendelijk land. Met een mi nimum aan geweld komen we door een moeilijke periode". Geen illusie Dat vraagt om een reactie van MARJAN BERK: „Dat is geen ver haal, waarmee je de gebeurtenissen voor je kinderen duidelijk maakt. Je kunt toch niet tegen een kind zeggen dat het twintig jaar geleden veel erger was. Wat koopt mijn kind van tien jaar daar nou voor? En wat die tevredenheid van Han Lammers betreft: drie jaar geleden liet ik mijn deur nog openstaan in Amsterdam als ik de hond even uitliet. Nu kijk ik wel drie keer of ik 'm op slot heb gedaan". LAMMERS: „Vergeet nou eens dat je je kinderen moet opleiden tot iets. Ze gaan toch hun eigen gang. Ik vind dat ze bijvoorbeeld niet over alles genuanceerd hoeven te denken, je kunt ze toch niet genu anceerd laten denken over bijvoor beeld martelingen. Ik maak me geen enkele illusie over opvoe ding". VAN DEN HEUVEL: „Hoe ver werkt een kind het? De grote maat schappelijke beweging is geweld loos begonnen. Als die geweldloze acties niet lukken, valt men weer terug op het oude geweld". BERK: „Kijk maar naar de PSP". VAN DEN HEUVEL: „Ongenuan ceerde ouders maken ongenuan ceerde kinderen. Ongenuanceerde linkse ouders maken ongenuan ceerde rechtse kinderen en omge keerd. Wat we nu bij de jeugd zien is een volstrekte afwijzing van het volstrekte gelijk". RINUS ISRAËL is de man in het gezelschap die vrijwel elke week wordt geconfronterd met een vorm van verruwing, namelijk het ge weld op en rond het voetbalveld. Toch vindt hij dat het voetbal clea ner is geworden: „Het is veel min der gewelddadig dan jaren geleden. De arbitrage is verscherpt. Het voetballen zelf is minder hard ge worden, maar alles daaromheen niet. Geweld op de tribune hangt niet samen met geweld op het veld of andersom. Agressie op de tribu nes moet harder aangepakt wor den. Kijk naar SC Cambuur tegen FC Den Haag. Tegen dat geweld is op het moment zélf niets gedaan". VAN DEN HEUVEL: „Op het veld is langzamerhand genoeg tegen kracht ontwikkeld tegen het ge weld, op de tribune nog niet". ISRAËL: „Agressie op de tribunes neemt niet echt toe als het er op het veld harder aan toe gaat. Op het veld is er het gezag van de scheidsrechter, dat gezag mis ik op de tribune. Misschien lieten we de zaak in het verleden teveel uit de hand lopen. Daar krijgen we nu de naweeën van". Huizenhoog probleem VAN DEN HEUVEL: „Kan het ge weld van de diverse bewegingen vergeleken worden met het geweld op de tribunes? Het is dom van ons geweest, dat we in onze jeugd niet gekraakt hebben. Ik verdedig de eerste krakersgolf, maar ik heb veel moeite met kraken als er wo ningen leegstaan waar men gewoon in terecht kan, maar waar men niet in wil". Van den Heuvel noemt het geweldprobleem voor een inwoner van Amsterdam „huizenhoog": „Toch moet je dat relativeren en er afstand van nemen. Kinderen zijn nu al vrij jong zelfstandig. Wij wa* ren dat ook wel, maar verbonden er niet gelijk daden aan. Wij gingen niet meteen trouwen of samenwo nen. Je zocht het in die tijd in je eentje uit". achttienjarige heeft recht op woon ruimte. Ook zo'n kreet. Die woon ruimte is er gewoonweg niet". Met zijn jarenlange ervaring als wethouder in Amsterdam vindt LAMMERS de rechteloosheid van woningzoekenden één van de diep tepunten in het algemeen bestuur. „Het toelaten van krakers tot het woningbestand bijvoorbeeld'. Dat hadden we nooit moeten doen. Hadden we toen maar onze poot stijf gehouden, zeg ik nu. Je ziet dat er een jonge elite in dat soort ste den woont dat voor een koopje op kamers zit. Je moet die krakerswe reld niet zo idealiseren. Er zit ge woon veel eigenbelang bij. Daar moet je als stadsbestuur niet intrap pen". LOUIS VAN DIJK: „Toen ik trouwde kon ook niemand een huis krijgen, maar niemand dacht er aan een woning te kraken. Ik ben blij dat ik in Dalfsen woon. Mijn kinderen zitten op het Meander College in Zwolle en dat is een heel andere school dan die we in het Westen kennen. De kinderen zijn er niet zo hard geschoold. Ik heb ook drie jaar in Den Bosch ge woond, een echte warme stad. Niet zo calvinistisch en ambtelijk als Zwolle. Verder is Zwolle een enige stad, maar het is een ander soort volk dan Bosschenaren. In ieder geval ben ik blij dat ik niet meer in Amsterdam woon". Ook JAAP KLOSSE wil zijn kin deren niet confronteren met Am sterdam: „Ik heb uit puur idealisti sche overwegingen gekozen voor een hutje op de hei, het ambachte lijke buiten". Slechte ouders MARJAN BERK vult aan: „Iedere MARJAN BERK (de meeste week- einden en vakanties te vinden in haar tweede huis in de Kop van Overijssel, omdat ze vindt dat het leven in Amsterdam zijn bekorin gen heeft, maar wel gecompen seerd moet worden) is echter bang dat de kinderen uit de provincie niet voldoende gewapend zijn als ze naar het „wilde westen" gaan: „Kinderen uit de beschermde mi lieus zijn later de slechtste ouders. Kinderen uit bijvoorbeeld verzor gingstehuizen daarentegen later juist de beste". HAN LAMMERS (onder hilariteit: „De wens om langs de Vecht te wo nen is sterk gedemocratiseerd") be kijkt de zaak vanuit zijn „overloop- positie" in Almere: „De Almeria- nen zijn begonnen te denken dat ze op de camping zaten. Maar het is nu echt hun stad. Er moest dan ook een gemeentewapen komen. Ze willen echt een eigen gemeente worden, geen tweede Amsterdam. Hooguit een soort Nieuw Amster dam", aldus overloper Lammers, die besluit met de opmerking: „Verstandige mensen lopen over, hoewel niet per se naar Almere". LOUIS VAN DIJK vraagt zich af of de rellen niet gewoon een vorm van belletje-trekken zijn. En ook: „Zou de agressie minder worden als het gezag sterker wordt? Ik weet het zelf absoluut niet". LAMMERS: „Het schieten destijds op het Damrak heeft wel degelijk tot gevolg gehad dat het daarna een tijd rustig is geweest". V erantwoordelijheid JAAP KLOSSE vindt dat de ver ruwing niet toeneemt: „Dat lijkt al leen maar zo omdat de kranten en de televisie hun schijnwerpers er meer op richten dan vroeger. Je moet de verruwing niet al te som ber zien. Ik vertaal het anders: voor mij is de verruwing een aflo pende zaak. Als zoveel mensen, de meerderheid, van goed, mooi en kwaliteit houden, dan moet je niet somber zijn over de afloop. Verru wing blijkt voorbehouden aan een bepaalde kleine groep mensen. Mensen, die bang zijn voor hun ei gen verantwoordelijkheid". HAN LAMMERS: „Bang zijn voor eigen verantwoordelijkheid lijkt wel een subcultuur. Er komt bijna niemand meer voor zichzelf op. Je ziet het bijvoorbeeld in het onder wijs aan al die gezamenlijke werk stukken". „Dat is toch bijna tegenmenselijk", zegt LOUIS VAN DIJK, die be weert niets te merken van verru wing in zijn vak: „Die Top-40 toe stand is natuurlijk duidelijk weg- gooi-cultuur, maar het is toch zeker geen verruwing". VAN DEN HEUVEL en LAM MERS blijken een gezamenlijke af keer te hebben van een in hun ogen wel zeer speciale vorm van verruwing. Beide heren eendrach tig: „Wij verdommen het om geld, te geven voor de muziek van een mechanisch draaiorgel". Quasi-se- rieus: „Het niét meer met de hand aandrijven van een draaiorgel is ook een vorm van verruwing".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 17