Ik roep liever ergernis op dan dat men achteloos aan mijn strip voorbij gaa t LEIDSE STRIPTEKENAAR ERIC SCHREURS: MOLENAAR JAN VAN DER VEEK HOUDT HET VOOR GEZIEN REGIO LEIDSE COURANT ZATERDAG 27 NOVEMBER 1982 PAGINA LISSE Tien jaar geleden verkreeg Jan van der Veek de benodigde papieren om als vrijwillige molenaar werk zaam te kunnen zijn. Met veel enthousiasme ging hij zich vanaf dat moment inzetten voor het behoud van de Ze- melpoldermolen in de Poelpol der op de grens van Lisse. De molen werd bijzonder snel weer in de oude glorie her steld en spoedig draaiden de wieken weer. Het lijkt erop dat de wieken na 10 jaar toch weer tot stilstand zullen ko men. Jan van der Veek gooit het bijltje erbij neer, omdat hij vindt dat de gemeente Lisse te weinig medewerking verleent, waardoor het bijna onmogelijk wordt om de molen draaiende te houden en te bewaren voor het nageslacht. In een brief aan het college van Lisse zet Van der Veek zijn beweegredenen uiteen. Volgens de vertoornde vrijwil lige molenaar ontbreekt nog altijd een beleidsplan dat no dig zou zijn om de activiteiten ten behoeve van de molen be ter op elkaar af te stemmen. De gemeente, de vrijwillige molenaars en het hoogheem raadschap werken langs el kaar heen en dat botst nog wel eens, stelt Jan van der Veek. Volgens de vrijwillige mole naar stelt de gemeente Lisse zich veel te passief op. Hij ver wijt de gemeente ook onvol doende te hebben gepleit bij Rijnland voor het plaatsen van een vijzelgemaal in de molen. Daardoor zou het monument een daadwerkelijke functie hebben gekregen. Tegenwerking Volgens de gemeente Lisse is het het hoogheemraadschap dat dwarsligt. Er bestaat ver schil van mening over een contract uit de jaren veertig en het heeft er alle schijn van dat men niet gemakkelijk tot el kaar zal kunnen komen. In een lange brief aan de vrijwil lige molenaar heeft het college een en ander nog eens uit de doeken gedaan, zonder overi gens aan te geven in hoeverre nog zal worden geprobeerd iets aan de zaak te doen. De gemeenteraad heeft het colle ge onlangs verzocht tot actie over te gaan. Daarbij gaat het ook andere zaken, zoals de be groeiing rond de molen bij voorbeeld, die veel te omvang rijk en te hoog is waardoor de molen niet voldoende wind vangt. Er is indertijd (1980) daarover een rapport uitge bracht en er zijn enige geringe maatregelen genomen, maar dat heeft weinig effect gehad. Jan van der Veek verwacht dat de groeiende bomen en planten de molen over enkele jaren de wind volledig uit de zeilen zullen nemen. Verder is er een lange lijst van noodza kelijke reparaties. Volgens de vrijwillige molenaar laat de gemeente zich daar niets aan gelegen liggen. Volgens de ge meente Lisse is dat onjuist. Onlangs nog heeft de rietdek ker aan de molen gewerkt. Volgens de gemeente is de be reidheid om de Zemelmolen draaiende ^e houden wel dege lijk aanwezig. De molen aan de Eerste Poellaan draait nu nog dankzij de inzet van de as sistent-molenaar. Deze zal waarschijnlijk bij een mogelij ke oplossing worden betrok ken. Ambtenaren van openba re werken zullen voorlopig toezicht houden op de handel en wandel rond de molen nu c.e eerste molenaar zich heeft teruggetrokken. EEN ZELDZAAM JUBILEUM: „De heer P.SIegtenhorst te Leiden, die op 28 dezer den dag hoopt te herdenken, dat hij vóór 40 jaar als Suisse in de kerk van O.L.Vrouw Onb. Ontvangen (Hartebrug) zijn functie aanvaardde. De 83-jarige jubilaris geniet nog een goede gezondheid". Zemelmolen. DE HEER J.B.DEVILE, „winkelchef bij de fir ma A.H.J.Wijtenburg te Leiden, vierde den dag waarop hij voor 55 jaar bij bovenge noemde firma in dienstbetrekking trad. Evenals het 50-jarig jubileum is ook dit feest voor den jubilaris niet onopgemerkt voorbij gegaan. H.M.de Koningin beloonde zijn trouw met de aan de orde van Oranje-Nas- sau verbonden eeremedaille in zilver". LEIDEN Het is maan dagmorgen tien uur. Een doorsnee buurt. Leiden gaat gebukt onder een laag en donker wolken dek. Na één keer bellen doet striptekenaar Eric Schreurs (24) al open. Hij lijkt niet echt op de foto, die achterop zijn debuut album „Geharrebar" prijkt. Hij oogt wat huise lijker en zijn haar is kor ter. Eric is al begonnen aan zijn dagelijks portie tekenwerk. Elke dag één strip maakt hij wel. Hij wil altijd voldoende voor raad hebben. Onder druk gezet worden door de uit gever, daar houdt hij niet v$n. De deur naar zijn „tekenhok" zwaait open. Op zijn bureau liggen en kele half afgemaakte prenten. Hij praat daar maar het liefst, omdat hij zich er het meest op zijn gemak voelt. De muren vormen een collage van oude en nieuwe penne- vruchten. Verder staat er een kast vol stripboeken. Eric Schreurs is stripfanaat. Al vanaf zijn vroegste jeugd. Il lustraties in boeken, boeiden hem vaak meer dan het ver haal. Hij is een bewonderaar van de Amerikaanse under- groundtekenaar Robert Crumb. Omstreeks zijn tiende jaar ging hij zelf tekenen en van zijn schooltijd weet hij zich alleen te herinneren dat hij altijd zat te dromen en dat alle boeken en schriften hele maal volgekliederd waren met tekeningen. Wat de leraren en leraressen te vertellen hebben gehad, weet hij absoluut niet meer. Eric had en heeft naast het tekenen geen ambities. Eric Schreurs timmert de laat ste tijd flink aan de weg. Tij den zijn veranderd en zijn plastisch getekende worden meer geaccep- Zijn striptekeningen zijn andere te vinden in het Panorama en in de uitgave van Play- Lezers van het satirische de (Vrije) Balloen kennen al tijden. In dit blad kreeg eindelijk erkenning voor werk. Fans van zijn strip binnenkort een album zien, waarin twee verzameld werk uit de Balloen over „Adria- echte viezerik die aan vrouwen en drank In dit album is het van Eric's teken- te merken. Zoals EEN VLIEGMACHINE VAN EIGEN VINDING: „Een jong Haarlemmer, Cornells Damme, be hanger van beroep, heeft zelf een vliegmachine samengesteld, die wij hier, met den uitvin der, gekiekt hebben. Hij zoekt alleen iemand, die hem aan een motor wil helpen, en dan gaat hij vliegen..." gevieren. Ach, het is gewoon weer modern om alles seksis tisch te vinden. Ik neem die feministes niet serieus. Ze le nen zich er alleen maar weer prima voor om grappen over te maken", aldus Schreurs. Conscessies Om in leven te blijven moet Eric soms concessies doen. Toen hij op 17-jarige leeftijd strips naar de Panorama stuurde, kreeg hij een briefje terug van dat het wel leuk was en dat hij wel talent had enzo, maar dat hij voorlopig nog maar flink dóór moest stude ren. Het werd dus niet ge plaatst. Nu kan het wel. „Voor de Panorama moet ik soms een stapje, pardon... een grapje terug doen. Ze zeggen een fa milieblad te zijn en dan blij ken de strips, die in de Balloen geen problemen geven, niet bij hen door de beugel te kunnen. Toch probeer ik zoveel moge lijk trouw aan mezelf te blij ven. De tekeningen voor Jippo en Okki (kinderboeken, die Eric ook illustreert) probeer ik ook niet te poeslief te maken. Meestal probeer ik te berei ken, dat de kinderen kunnen zeggen van bah wat vies of hé wat lekker eng. Dat vond ik als kind ook altijd het leukste van de illustraties. Ik heb echt een voorliefde om voor kinde- men van zijn tekenwerk. Voorlopig heeft hij geen ge brek aan ideëen voor zijn strips. Hij weet niet hoe het precies in zijn werk gaat, maar er borrelt altijd genoeg bij herrt boven. Sommige dingen, die hij op de televisie heeft gezien, bewerkt hij voor zijn strip, an dere heeft hij in meer of min dere mate zelf meegemaakt en sommigen zijn gewoon com plete verzinsels. „Iedereen, die afhankelijk is van zijn kreatie- viteit is bang dat hij eens niets meer zal weten te bedenken. Dat blijf je houden, maar tot nu toe is het nooit een pro bleem geweest. Ik hoef er niet eens moeite voor te doen. Het Is er gewoon ineens". SYLVIA VAN LEEUWEN Zolang als de lepel in de brijpot staat en zolang de christenvolken den Turk beoorlogen, zolang zal ik niet moe worden u een kijkje te verschaffen op het oorlogstoneel van „den Bal kan". We schrijven zater dag 23 november 1912. U kunt over mijn schouders meelezen en zien wat het „Geïllustreerd Zondags blad", in al z'n roomse rijk dom, er nu weer van ge brouwen heeft. Zo zien we koning Peter van Servië met spierwite snor en kloe ke blik een trap afdalen, gevolgd door zijn staf. De koning struikelt bijna over zijn lange soldatenjas, die wel lekker warm zit. Welis waar nog steeds een „chris tenvorst", maar dat zal niet zo erg lang meer duren. Het Zondagsblad begint nattig heid te voelen. Volgende week toon ik u Peter de monarch in een minder kloeke rol; het schijnt na melijk dat hij mot met het nog christelijker en zelfs katholieke Oostenrijk zoekt, op aandringen van een kliek oorlogsaanvoer- ders die dat veroveren maar best vindt gaan. Voorlopig schetst het „Geïl lustreerd Zondagsblad" de Balkankrijg als „de geschie denis van den dag, en voor al de droeve geschiedenis die met de wapens in de hand in deze dagen wordt gemaakt door de Christen Balkan volkeren. Niet al leen dat deze met hun ka nonnen en bajonetten de geschiedenis schrijven, maar zij teekenen ook een nieuwe kaart van Europa, waar het oude Turksche keizerrijk op zal worden uitgewischt en nieuwe machten zullen verrijzen. Het is inderdaad zooals door verschillende couran ten al schuchter is gezegd duidelijk te zien dat God is tusschenbeide gekomen en dat de hand des Heeren den Turk uit Europa ver drijft". Het zijn dus niet de christenlegers, maar het is de hand des Heren die de Padisjah of Beheerser der Muzelmannen, Mohammed V, een hak heeft gezet. Enfin, „men ziet hoe op alle punten het regeerings- en militair systeem van de Turken ineenzinkt, hoe zij zich uiterlijk nergens kun nen handhaven, en hoe alle rampen tegelijk komen over het eens zoo trotse kei zerrijk. Niet het verschil in deugelijkheid tusschen de Creusot- en Kruppkanon- nen, zooals tendentieuze be richtgevers beweerden, maar een haast onverklaar bare algemeene tegenslag, die wijst op een volkomen ineenstorting van dit volk, heeft de Turksche heer schappij vernietigd. En in het jaar dat Christus in de heilige Eucharistie is geëerd als Koning te Weenen, is ook de macht der grootste vijanden van de Christen- a heid, die vóór Weenen vijf i eeuwen geleden het hoofd s stieten, maar een goed deel i van Europa toch over stroomden, gebroken.... Ho pen we dat de Balkanvolke- j ren in hun krijgsgeluk te gen den grootsten vijand der christenheid de hand des Heeren zullen zien en I Hèm eeren die vorsten en volkeren gebiedt en het we reldbestuur in Zijn hand houdt". Het Zondagsblad hoeft na deze onuitputtelijke excla matie niet tot rust te ko men, want op dezelfde bladzijde wordt een arm mensje op een arm plaatje bevaderend toegesproken: „De wed. Nieuwhans te Rotterdam, die dezer dagen haar lOOsten geboortedag herdacht. Het gehoor en ge zicht zijn in al die jaren wel wat verminderd, maar ove rigens is het oudje nog vrij kras. De buurtbewoners hebben dezen dag tot een feestdag gemaakt". En Jo- han de Raadselredacteur zie i ik in de handen wrijven: r „Gij zijt zeker wel verlan- gend naar den uitslag van den prijswedstrijd? Nog maar een weekje geduld hoor, ik geef hier nu alleen maar de oplossingen zooals zij moeten zijn; de volgende week geef ik de namen der goede oplossers en de prijs- winners; 't zijn er niet veel, dat kan ik al wel zeggen!" KIJKJES VAN DEN BALKAN: „Koning Peter van Servië te Uskub in gesprek met een Turksch opperofficier, gevangengenomen na den slag bij Koemanovo". Erie Schreurs met zijn geesteskind aan de bar. ren te tekenen. Maar dan wel reëel. De wereld om hen heen is ook niet poeslief. Maar soms moet ik wel eens inbinden, dan vindt de uitgever het toch iets te plastisch allemaal. Strips voor de Eppo zou ik nou nooit willen maken. Daar krijg je zoveel beperkingen opge legd, dat voor mij de lol eraf is. Maar het blijft soms schip peren hè. Het blijft tenslotte een onzeker bestaan. Er moet ook brood op de plank ko- Rondkomen Eric Scheurs kan de laatste ,tijd eindelijk redelijk rondko- Onder redactie van Ton Pieters. hij het zelf zegt in het voor woord van „Adrianus" bevat het eerste gedeelte van de strip meer „het oude experi mentele en ongekunstelde werk, terwijl het tweede ge deelte van het album het re centere, meer gedetailleerde en uitgekristalliseerde werk". Nieuw album In het voorjaar zal er een nieuw album van hem uitko men „De vier ballen van de duivel". Dit album gaat ook over „Adrianus" die zijn oude dienstkameraad en stripgenoot John Doorzon (een produkt van Gerrit de Jager en Wim Stevenhage en bekend van on der andere het weekblad Nieuwe Revu) op sleeptouw neemt. Het ontwerp voor de cover hangt al aan de muur.De tekeningen en het verhaal zijn van Eric Schreurs, maar de rode draad in het verhaal komt van collega's De Jager en Stevenhage. een duidelijke co-produktie dus, waarvoor de ideëen in de kroeg werden ge boren. Eric Schreurs is een ge wone jongen, getrouwd en va der van een zoon. Geef Eric een pen en een stuk papier en je hebt geen kind meer aan hem. Hij heeft ideeën te over. Toch denken sommigen na het lezen van Eric's strips, dat hij een bijzonder verdorven type is. Zijn tekeningen laten welis waar weinig te raden over, maar ze zijn vaak van een zo overdreven vette soort humor, dat het gewoon niet meer se rieus genomen kan worden. Eric heeft een bijzonder ont wikkeld gevoel voor detail en noemt de dingen bij hun naam. Hij maakt minitieus ge tekende strips van smerige ty pes die allerlei onsmakelijke avonturen beleven. „Mijn strips worden door een bepaalde groep leuk gevonden en een andere club vindt het schokkend. Maar ik heb liever dat 50 procent mijn strips leuk vindt en dat 50 procent zich aan mij ergert, dan dat men er achteloos aan voorbij gaat. Het maakt niet uit hoe er over je gepraat wordt als er maar over je gepraat wordt. In Breda, waar dit jaar de stripdriedaag- se werd gehouden, dachten verschillende bezoekers ook al dat ik een pokdalig type zou zijn dat op billen slaand door het leven ging. Onzin natuur- lijk". Feministes kunnen ook nog wel eens fel reageren op de produkten van Eric Schreurs. „Ja, die vinden mij seksistisch. Maar mensen die dat vinden begrijpen er gewoon niets van. De vrouwen in mijn strips zijn geen domme, hersenloze we zens, die met zich laten sollen. Ik ben gewoon reëel. Verder zijn het vaak in de strip de slachtoffers die uiteindelijk zer

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 4