nnaie
Levenslang
gevecht tegen
alcohol
Wereld hield twintig jaar
geleden dagenlang de adem in
„EEN RUMBOON
KAN AL FATAAL ZIJN"
ZATERDAG 16 OKTOBER 1985
Negentien maanden nadat Jan de
fles voor de laatste keer had aange
raakt, is zijn moeder gestorven. Op
het sterfbed in een Utrechts zie
kenhuis zei ze: „Jan, blijf nu voor
goed van die rottige fles af". Jan
antwoordde: „Moeder, ik zal er
voor knokken". Echt volmondig
„ja" zeggen, kon hij niet. Een alco
holist blijft een alcoholistNu,
vijftien jaar later, vecht hij nog
steeds elke dag tegen de alcohol.
Jan K. (een anonieme alcoholist,
dus geen volledige naam) viert het
feit, dat hij vijftien jaar „droog
staat". Eerst vijf jaar met behulp
van medicamenten, de laatste tien
jaar op eigen kracht, gesteund door
zijn vrienden van de AA, een zelf
hulporganisatie, die dit jaar in ons
land 30 jaar operatief is.
Vaak wordt alcoholisme afgescho
ven op de sociale achtergronden
van iemand en natuurlijk is er nog
al eens sprake van kommer en
kwel: ouders gescheiden, slechte
behuizing, kindermishandeling, op
groeien in tehuizen, eenzaam
heid Maar bij Jan K. (inmiddels
67 jaar) was dat helemaal niet het
geval. „Ik begon zoals ook tegen
woordig zoveel van die jongens van
een jaar of zeventien, achttien be
ginnen: met drinken uit stoerheid.
Tot het almaar meer werd en meer
en meer. Op een zeker moment
kon ik niet meer terug. Ik was al
coholist. Ik zal toen midden twintig
zijn geweest".
Waarschuwinj
Jan K. ziet zijn verhaal dan ook als
een waarschuwing aan jongeren,
die nu in die fase zitten. Het „socia
le drinken", het „stoere meedoen",
is immers alleen maar fors in om
vang toegenomen.
Jan K doet zijn verhaal, terwijl hij
eigenlijk voor het eerst weer „nor
maal" kan functioneren, weer ac
tief is, zich voor zijn medemensen
inzet. Maar zijn lichaam is kapot,
heeft diverse operaties moeten on
dergaan. werd in de loop der jaren
doorgespoeld met medicamenten.
Want de alcohol vrat aan hem, let
terlijk, tientallen jaren lang.
Voor Jan K. bleek het echter nog
niet helemaal te laat. Hij is uit het
diepste dal naar boven geklauterd.
Stoer doen
Geboren in Gorkum groeide Jan
K. op in Rotterdam. „Nee, we had
den geen echte problemen thuis.
Daar kan ik het beslist niet op
gooien. Het was duidelijk stoerdoe-
nerij, samen met vrienden, dat ik
er aan begon".
„Ik kon als jonge knul achttien,
negentien jaar al flink drinken.
Ik bedoel, ik kon flink wat aan,
zonder dronken te worden. Maar:
ik kon toen ook nog stoppen. Gelei
delijk aan echter was ik daar niet
meer toe in staat".
Een Amerikaans U-2 spionagevliegtuig maakte deze opname van Cuba, waarop duidelijk lanceerbases staar
afgebeeld die de Sovjet-Unie wilde gebruiken voor het plaatsen van aanvalsraketten. President Kennedy ge
bruikte deze foto als bewijs om zijn blokkade van Cuba te rechtvaardigen.
En opeens leek de Derde We
reldoorlog even dichtbij als een
peilloos diepe afgrond voor een
roekeloze wandelaar op een smalle
bergrichel. Het is deze maand pre
cies twintig jaar geleden dat de we
reld dagenlang als versteend in de
greep was van de „Cubacrisis", het
hoogtepunt van de Koude Oorlog.
Voor de eerste keer stonden de VS
en de Sovjet-Unie in een recht
streekse confrontatie tegenover el
kaar, „terwijl de wereld ademloos
toekeek", zoals een krant in die da
gen schreef.
Op de avond van maandag 22 okto
ber maakte president Kennedy in
een korte toespraak voor radio en
televisie bekend, dat een Ameri
kaans spionagevliegtuig Russische
lanceerbases voor raketten op Cuba
had ontdekt. Hij kondigde een
strikte zeeblokkade van het eiland
af om elke verdere aanvoer van
Russische aanvalswapens te voor
komen. Van dat moment af balan
ceerden Kennedy en de Russische
ftremier Kroetsjev zes dagen lang
angs de afgrond van de Derde We-
L
reldoorlog, tot de Sovjet-leider op
zondag 28 oktober toegaf en aan
kondigde dat de Russische raketba
ses op Cuba ontmanteld zouden
worden. Russische schepen, onder
weg naar Cuba, maakten rechtsom-
De wereld kon opgelucht ademha
len. De vraag of bij het uit de hand
lopen van de Cubacrisis ook wer
kelijk kernwapens ingezet zouden
zijn, zal wel nooit met zekerheid
beantwoord kunnen worden. De
supermachten beschikten ook toen
al over zoveel kernwapens dat een
nucleair conflict geleid zou hebben
tot een totale vernietiging.
Invasie
Het feitelijke begin van de Cuba
crisis ligt één week voor Kennedy's
aankondiging van het leggen van
een blokkade rond Cuba. Nadat
spionagefoto's volgens de Ameri
kaanse inlichtingendiensten onom
stotelijk hadden aangetoond, dat er
raketbases op Cuba werden ge
bouwd, overlegde Kennedy continu
met een groep naaste adviseurs, on
der wie de toenmalige minister van
buitenlandse zaken, Dean Rusk,
Robert McNamara, toen minister
van defensie en McGeorge Bundy,
speciale veiligheidsadviseur van de
president.
Sommige naaste medewerkers van
de president stelden voor Cuba bin
nen te vallen, maar dat ging Ken
nedy te ver. Tenslotte koos hij voor
de tussenoplossing van een blokka
de. Daarmee won hij tijd en kon di
plomatiek overleg op gang komen
met de Sovjet-Unie, onder meer
door bemiddeling van de toenmali
ge secretaris-generaal van de Vere
nigde Naties, Oe Thant.
Op dinsdag 23 oktober kreeg de
Amerikaanse president steun van
de Organisatie van Amerikaanse
Staten (OAS) alleen Uruquay
onthield zich van stemming en
gelastte dat de blokkade van Cuba
op woensdag 24 oktober om drie
uur 's middags Nederlandse tijd
zou ingaan. De Westeuropese bond-
De AA (Anonieme Alcoholisten) bestaat dit jaar in ons land
dertig jaar. Het is een wereldwijde organisatie van alcoholisten,
die elkaar van de fles af trachten te houden. In Amerika heeft
de AA al een half miljoen leden. Daar is de organisatie in 1935
opgericht door een effectenmakelaar en een chirurg, die bei
den zwaar alcoholist waren. Na een gesprek over de wanhopige
ellende waarin zij telkens weer vervielen, besloten de twee
Amerikanen een organisatie voor zelfhulp in het leven te roe
pen.
Wat aanvankelijk een soort werkgroep, een vriendenclub was,
groeide vanuit de staat Ohio uit tot een wereldwijde organisa
tie.
Wie contact zoekt met de AA, kan bellen met Jan K., die in
bijgaand verhaal aan het woord komt. Telefoon 05766-2525.
Vragen naar afdeling H.
Jan, midden twintig toen, offerde
van lieverlee alles op aan de alco
hol: zijn huwelijk („Gelukkig had
ik geen kinderen".), diverse werk
kringen, hij kwam met de justitie
in aanraking, sloeg aan het zwer
ven.
.Drankjank"
„Het was een toernee van stichting
naar inrichting. Maar de „drank-
jank" bleef me achtervolgen. Als ik
geld had, verdronk ik het".
Jan kon alleen nog in de Rotter
damse haven terecht. Andere
werkgevers wilden hem niet heb
ben. „Als ik op mijn werk moest
zijn, zat ik aan de fles".
„In de haven werd ie per dag be
taald. 's Avonds dook ik dan weer
zo'n logement in waar de fles ook
goed werd aangesproken".
Jan spreekt van het „walgelijke en
verachtelijke leven" dat hij leidde.
„Vaak sliep ik 's nachts buiten m'n
roes uit, of in een asiel, als daar
plaats was. Ik leefde als een on
mens. Mijn lichaam kreeg op den
duur zo'n opduvel, dat ik in 1952 in
een ziekenhuis moest worden opge
nomen. Ik had een maagperforatie,
een gat in mijn maag. Dat was bijna
mijn dood. Ik werd door de dokters
gewaarschuwd voor het drinken.
Maar ik ging door. Dë alcohol was
me volkomen de baas".
Toch begon Jan K. aan een ont
wenningskuur, maar hij verviel
telkens weer in d^ oude verslaving.
In 1965 belandde hij op het Hoge
Land in Beekbergen, een opvangte
huis voor ontheemden. „Ik kwam
er als een wrak binnen, maar ik
kon er blijven. Ik kwam er echter
ook weer andere alcoholisten te
gen. Dat lag in mijn straatje en al
gauw was het weer: de fles".
„Hetzelfde jaar: opnieuw het zie
kenhuis in, darmoperatie. Oorzaak
drank. Toen heb ik weieens ge
dacht: ik wou dat het einde er maar
was. Weer zei men. Man, stop toch
met drinken".
Jan kreeg inspuitingen tegen
drankzucht. Op den duur echter
hielpen ook die niet. In 1966 ging
hij naar Huilenoord, een zusterin
stelling van het Hoge Land. Ze
vonden Jan daar eens volkomen
laveloos langs de kant van een bos
weg. Bewusteloos. De drank leek
hem voorgoed te hebben geveld.
Een wrak
„De drank had zijn doel bereikt bij
Jan. Slechts een puinhoop was van
hem overgebleven", mijmert de nu
67-jarige. Geestelijk en moreel was
hij gebroken, lichamelijk een wrak.
„Ik wist nu: als ik nog even zo
doorga, ben ik de pijp uit. Dan
wordt dit mijn graf. Ik stond in fei
te voor de keus: stoppèn of me
dooddrinken".
Jan wilde het nog één keer probe
ren. Hij begon antabus-tabletten in
te nemen, het zwaarste medicijn te
gen het drinken. Het is het meest
dwangmatige droogleggen dat er
bestaat. En dat middel heeft Jan K.
op de goede weg geholpen. Hij
kreeg er weer zin in, ging in het te
huis huishoudelijke karweitjes op
knappen. De leiding en het perso
neel kregen vertrouwen in Jan. En
de fles liet hij staan, voor het eerst.
Dat is nu 15 jaar geleden. „Ik was
in het begin agressief en opvlie
gend, maar het verlangen groeide
in me om die fles niet meer aan te
raken".
Na een jaar dwangmatig „droog
staan" ging Jan naar zijn oude
moedertje in Utrecht, dat hij jaren
lang niet had gezien. Het mensje
huilde van geluk, dat ze haar zoon
nog eens nuchter zou ontmoeten.
Er kwamen weer wat familiecon
tacten. Langzaam maar zeker klau
terde Jan K. toen een vijftiger
omhoog uit het diepe dal. waqr
hij dertig jaar in verkeerd had.
Vijf jaar lang nam Jan K antabus-
tabletten in. In 1972 kreeg hij con
tact met de AA-groep Deventer.
Ene Gerrit nam hem er mee naar
toe. Gerrit werd zijn grootste
vriend. Bij de AA ontmoette Jan
talloze vrienden en vriendinnen,
die één gezamenlijk doel hadden:
de fles laten staan. Ze wisten alle
maal wat de alcohol in hun leven
had betekend.
Eén is te veel
De anonieme alcoholisten steunen
elkaar in hun strijd om van de al
cohol af te blijven. Wie een zwak
moment heeft, belt één van zijn
AA-vrienden. Dat helpt. De AA
heeft groepen in de grootste steden
en kleinste gehuchten van ons
land.
„Voor ons alcoholisten geldt: één
borrel is te veel en een fles is te
weinigAls ik één borrel neem,
ben ik verloren. Zelfs éen rumboon
kan fataal voor me zijn. Ook na
vijftien jaar droogstaan. Je bent
een alcoholist en je blijft het".
Een oud beeld: één fles is te weinig
Wonderen
Jan K. heeft de drankzucht de ru
toegekeerd. Voorgoed7 Dat kan h E,e:
nu nog altijd niet zeggen. Maar h de
heeft het al wel 15 jaar volgehou i.
den. Hij doet nu weer van alle*
zijn AA-voorlichtingswerk: hij
penningmeester van de biljartclul
zit in de bewonersraad van het ti
huis. Hij is weer „boven Jan".
„Vroeger als ik de „drankjank
had ja, zo noemen wij dat dai ei
dook ik het café in. Nu bel ik ee
mijn AA-vrienden. Zo'n ge
sprek kan wonderen doen".
„Als ik door had gedronken, toer P
vijftien jaar geleden, dan had ik n
allang onder de groene zoden gele
gen", is Jan K.'s vaste overtuiging oto
„Ik heb verschillende vrienden ge"1
had, die door de alcohol kapot zij
gegaan".
Jan leeft nog: „Ik mankeer van al11"
les: mijn darmen, mijn bloedvatei
mijn blaas, mijn hart, allemaal aar
gevreten door de alcohol. Maar i
kan tenminste weer nadenkei
weer een normaal gesprek
En het belangrijkste: ik lééf".
ARNOLD ZWEEI&wu
Tijdens de Cubacrisis in 1962
hadden de Verenigde Staten
een fors overwicht op de
Sovjet-Unie wat betreft het
totaal aantal kernraketten.
Maar dat overwicht speelde in
die spannende oktoberdagen
geen enkele rol.
In het Amerikaanse weekblad
Time benadrukten onlangs
enkele van Kennedy's
topadviseurs uit die tijd dat
het Amerikaanse nucleaire
overwicht in het geheel niet
van belang was bij het
oplossen van de crisis. De
doorslaggevende militaire
factor was de inzetbaarheid
van conventionele wapens,
waardoor snel een blokkade
kon worden gevormd en
gedreigd kon worden met een
invasie.
genoten, niet geraadpleegd bij de
voorbereidingen voor het blokka-
debesluit, pruttelden aanvankelijk
wat tegen, maar schaarden zich
vervolgens toch achter „grote
broer" Anierika.
Diezelfde dag kwam de eerste offi
ciële reactie uit Moskou. De Russi
sche regering benadrukte nog eens
dat de wapenleveranties aan Cuba
uitsluitend voor defensiedoeleinden
bedoeld waren. Ze verwierp de
Amerikaanse eisen ontmante
ling en verwijdering van alle kern-
raketten op Cuba en waar
schuwde Kennedy dat hij met vuur
speelde.
Een spoedzitting van de Veilig
heidsraad op de avond van de drie
ëntwintigste deed nog het ergste
vrezen: De vertegenwoordigers
Stevenson en Zorin beschuldigden
eikaars regeringen ervan de wereld
in een nieuwe oorlog te storten.
Cuba noemde de blokkade een een
zijdige oorlogsdaad. Zorin ontkende
opnieuw dat Moskou aanvalswa
pens op Cuba stationeerde. De
kernraketten in de Sovjet-Unie wa
ren immers krachtig genoeg, er
was helemaal geen behoefte aan
lanceerbases in andere landen.
De kentering kwam op donderdag
25 oktober, de dag waarop de con
frontatie dreigde tussen naar Cuba
opstomende Sovjet-schepen en de
Amerikaanse marine. Kroetsjev
ging akkoord met een bemidde
lingsvoorstel van Oe Thant. De se
cretaris-generaal vroeg de Russi
sche leiders de wapenzendingen
naar Cuba voorlopig te staken en
aan Kennedy de blokkade gedu
rende die periode op te heffen.
Middenweg
Kennedy's taktiek in deze crisis
volgde een subtiele middenweg tus
sen twee belangrijke uitgangspun
ten: aan de ene kant wilde hij de
Sovjet-Unie keihard duidelijk ma
ken dat Amerika onder geen enke
le voorwaarde Sovjet-aanvalswa
pens op het westelijke halfrond zou
dulden. Maar tegelijk wilde hij de
Russische regering ruimte en tijd
laten om zonder al te veel gezichts
verlies uit de crisis tevoorschijn te
komen. Hij wilde Moskou niet voor
het blok zetten, waardoor het
slechts de keus zou hebben tussen
oorlog of internationale vernede
ring.
Hij beloofde in het openbaar dat de
Verenigde Staten Cuba niet zouden
aanvallen, als de raketten wegge
haald zouden worden. Na die me
dedeling kon Kroetsjev verklaren,
dat „de raketwapens voor verdedi
gingsdoeleinden naar Cuba waren
gezonden, maar dat zij daar, na
Kennedy's verzekering, niet langer
nodig waren". Volgens sommige
waarnemers betekende deze „no
invasion"-belofte dat de Sovjet-
Unie voorgoed een belangrijke
greep op het Caribisch gebied en op
de Zuidoostflank van de VS kreeg.
Zij menen dat het in deze crisis
juist het doel van de Sovjet-Unie
was zo'n verklaring van de Vere
nigde Staten los te krijgen.
President Kennedy ondertekent de proclamatie, waarin hij een blokkade tegen Cuba gelast. Hij deed dit
dat bekend was geworden dat de Sovjet-Unie raketten op Cuba had geïnstalleerd.
Anderen zijn van mening dat d it
belofte van Kennedy om Cuba
binnen te vallen geen concessit
was, maar dat hij er helerqaal nier
voor voelde om met
macht een einde te maken aan
Castro-regime. Mogelijk heeft
fiasco van het „V
dent", één jaar eerder, hi y.
rol gespeeld. Zonder dat Kenned
hiervan op de hoogte was, dede
Cubaanse ballingen toen met steu Sc^
van de CIA een poging het
nistische regime van Fidel
omver te werpen.
Na zenuwslopende dagen van it
ternationaal diplomatiek overle <je
maakte Kroetsjev uiteindelijk b^
kend in te stemmen met het opru qqc
men van de raketbases op Cub<
Russische officieren op Cuba
den opdracht gekregen de bases
te breken en de materialen en
pens naar de Sovjet-Unie terug I
brengen. Daarmee kwam de
crisis na dertien dagen van
spanning tot een eind. trh
CAREL DE
Ook dit
gebeurt. Een
alcoholist, die
midden op de
dag zijn roes
uitslaapt, zich
niets
aantrekkend
van
omstanders,
een kussend
paartje en
winkelende
mensen.
„Ik kan niet sociaal drinken", wee
Jan K. van zichzelf. Hij ziet on
zich heen hoe het zogenaamde soci
ale drinken tot verslaving leidt. D
vertegenwoordiger die hier en daai
bij een relatie een borreltje pakt n
het drinken op het werk, op recep
ties. „Vroeger dacht men dat mei
alcoholisten uitsluitend ondei
zwervers moest zoeken, maar dat i
niet zo. Overal komt men alcoholis i T
ten tegen. Het probleem is enorn
toegenomen, ook onder vrouwen'
zo ervaart Jan K nu dagelijks doo
zijn werk voor de AA.