Woorden gutsen weer uit de pen van Guus Vleugel Yoovkleim khnjes. Bollenvak heeft enorme kansen Oi Amerikaanse droogverkoopmarkt Nieuw Russis spionageschijlf IN EN OM DE KAS J®\ nor kn fieidaeSoiittO WINSTEN GLASTUINBOUW 1,5 PROCENT PER JAAR GEDAAÊ ■LAND EN TUINBOUW/KUNST LEIDSE COURANT DINSDAG 21 SEPTEMBER 1982 P "*val net AMSTERDAM - De woor den gutsen weer uit de pen van cabaretschrijver Guus Vleugel. Lange tijd stond hij gortdroog, kreeg geen zin op papier. Voor dien wierp deze goudsmid van het welluidende lied en de cabareteske kritiek gedachten de wereld in, die door Jasperina de Jong tot roem en roeze moes werden gezongen. Half het land hoorde ervan op. Maar toen ineens was het af gelopen. Hij kreeg geen letter meer op papier. Verleden jaar begon de blijkbaar droge bron van zijn fantasie toch weer water en woorden te geven. Er ontstond een nieuw cabaret onder de titel „Verwende krengen", dat donderdag naar het Haagse Diligentia komt. Guus Vleugel: „Het was een hopeloze tijd. Machteloze wor steling en pure kwelling. Ik ging door een dal van ellende. Je weet de oorzaak niet. Stelt alleen vast, dat niets meer lukt. Een ziekmakend gevoel. Deskundigen van zielezaken wisten mij te vertellen, dat dit verschijnsel moest worden toe geschreven aan faalangst. Tien jaar lang volgden de veelge prezen liederen elkaar op. Ze verschenen zelfs in boekvorm. Toen moet langzaam de angst gegroeid zijn dit niveau niet vol te kunnen houden. Daar moest wat aan gedaan warden. Goede vrienden hebben mij er over heen geholpen. Voorop Annie Schmidt, die op zeker moment in mijn kamer stond en begon mij over mijn proble men heen te praten. Dat heeft geholpen. Ik schreef een boek. Daar stond wel niet iedereen bij te juichen, maar ik was weer aan het schrijven ge raakt. Daarna ging het steeds vlotter. Na Annie, die nog steeds mijn grote vriendin is, verscheen Frans Halsema. Die stelde voor om samen met hem aan zijn nieuwe show te werken. Hij had wat ideeën, maar de woorden ervan en de gedachten er achter moesten nog op papier. Wij zijn op zijn voorstel bij elkaar gaan zitten. Dat werden hele dialogen. Het ene woord haalde het andere uit. In dit soort werk ben je af hankelijk van invallen. Die hadden we om en om en tel kens als Frans iets de moeite waard vond, kwam dat op pa pier. Dit leidde uiteindelijk tot zijn one man-show „Je moet er geweest zijn", waar hij nog al succes mee had. Mijn per soon bleef hierbij uiteraard op de achtergrond, maar in mij ontwaakte toen wel de lust om zelf weer te gaan schrijven". Krengi en Te hooi en te gras deed hij na dit gezamenlijk werk met Frans, dat tot de buitenwereld doordrong, ook voor anderen nog wel eens wat op uitnodi ging. Het grote herbegin kwam echter voort uit de be moeiingen van impresario John de Crane, al jaren een grote vriend van Guus, die ook sterk meeleefde. Die kwam met een idee. Guus zou om een nieuwe stralende start te maken niet gelijk voor co ryfeeën moeten gaan werken. Dan zou hij weer onder de stress van faalangst komen staan. Om hierin te voorzien groepeerde John de Crane een stel jonge, beginnende arties ten om hem heen: Reina Boe lens, Annemarie Henselmans,- Olaf Wijnants en Flip van Duyn, de zoon van Annie Schmidt. Bovendien zag De Crane er heil in om in een ge heel nieuwe omgeving op nieuw van wal te steken en dan ook in een klein theater. Hij wist iets geschikts, een fraaie ruimte in het souster- rain van het Gardenhotel na bij de Apollolaan. Die ruimte werd tot theater met 150 plaat sen en daar ontmoette Guus het jonge stel. Al pratend met hen over de opzet van een nieuw programma en horend de eisen, die deze jongeren aan een en ander stelden, kwam hij al bijna vanzelf op de titel „Verwende krengen". Die titel paste toevallig uitste kend op een liedje, dat eerder al op zijn lippen lag, maar als het ware om een geschreven staat vroeg: Socfiale fraude. Het meer en meer in zwang rakende dubbele vangen: een uitkering en wat zwart werk. Dat stuit velen tegen de borst. Die hebben er in geweten pro- Guus Vleugel: „Ik ben geen toekomstdeskundige, maar voorzie nog lange tijd het voortduren van de labiele toestand van nu". blemen mee. De in het liedje beschreven kunst is nu om zwart werk in de sociale sfeer te krijgen. Dit leidt, zoals Guus het namens de verwende krengen formuleert, tot be houd van de afkeer van frau de en van de uitkering. Die gedachte vindt in de voor stelling een verdere uitwer king in een lied als „Krakers- droom", handelend over een jongen, die het thuis voor ge zien houdt en een woning kraakt. Daar zit hij dan in een lege kamer. Van huis uit is hij comfort gewend. Hij mist plu che. Dit voert tot ontevreden heid. Hij eist meer dan recht op een woning recht op wo ningperfectie, gelijk Guus dat leerlegt in zijn lied, dat eigen lijk al veel eerder geschreven had moeten worden. Er bleek echter eerst gewacht te moe ten worden tot Guus er de woorden voor vond. Geen wonder, dat Annie Schmidt zich later liet ontvallen, dat zij dit soort zaken ook aan het licht had willen stellen en dat Guus haar het gras voor de voeten had weggemaaid. Ten slotte vond de opvatting over de „Verwende krengen" ver woording in wat men wel het titellied van deze voorstelling mag noemen, nl. „Discipline". Worden er al eisen gesteld aan de jongeren, dan gaat het van: „Ja, de groeten en morgen brengen, wij zijn en blijven verwende krengen". Maar niet minder mededogen ook met deze „krengen van jongeren", zoals in het lied „Centraal Sta tion", de plaats waar drugdea lers en hun gedesillusioneerde adepten elkaar treffen en waar een knaap ten einde raad temidden van verbijsterd volk zich de polsen doorsnijdt. Ontdaan Guus: „Dat heb ik niet zelf ge zien, maar een vriend van mij stond e^ bij. Ik was zeer ont daan toen ik het hoorde. Heb ik meteen een lied over ge schreven, dat ook bij de jonge ren aansloeg. Ik heb prima kunnen werken met die jonge ren. Aan de hand van hun op merkingen kwam ik tot ideeën en tot de uitwerking ervan. De voorstelling werd op die ma nier eigenlijk een gezamenlijk werkstuk. Daar wil ik niet mee zeggen, dat het allemaal even soepel verliep. Het kwam voor dat ik werkte vanuit een geijkte theateropzet en dat zij daarvoor van mij verantwoor ding verlangden. Ja, ik ben niet gek en niet van plan het ABC van het theater nog eens toe te lichten. Ik zat er om teksten te schrijven, niet om een cursus theater te regelen. Maar echte problemen waren er op zeker moment wel met Reina Boelens. Die wilde op theaterterrein meer dan ik kon bieden. Die heeft haar heil tenslotte bij Jasperina de Jong gezocht en komt in de nieuwe musical „Fien" te staan. De wegen van Reina en mij liepen overigens op soepele wijze uit elkaar. We zijn be vriend gebleven en in de plaats van Reina kwam Cisca Beaudoux", ook een prima meid". Vleugel is intussen ook alweer enige tijd bezig toneelstukken te schrijven samen met Ton Vorstenbosch, in principe be stemd voor de toneelgroep „Centrum". Opvallend in het werk van Guus is altijd weer, dat hij meer dan een tijdsbeschrijving biedt. Hij schijnt de toekomst ook aan te voelen en onder woorden te brengen. Zo ziet hij het huidige tijdperk van neergang niet snel verdwijnen. Volgens hem zal er nog meer ingeleverd moeten worden. Vooral op het gebied van com fort. De jongeren zullen het daar het meest moeilijk mee hebben, omdat zij het van thuis uit veel te goed en ge makkelijk gewend zijn. Hij ziet jongeren nog zware tijden tegemoet gaan. Daar duidt hun agressie ook op. Guus: „Werkloosheid? Er is nog best werk. Maar ze heb ben geen zin meer in rotwerk. Ze willen alleen de leuke be roepen met goed geld en ver geten, dat er dan ook gepeesd moet worden. Je krijgt niets voor niets. Dat moeten jonge ren leren. Hun egoïsme lees je af uit de vele jongerenstem- men op de VVD, de partij van de hebzucht. Maar ik ben geen futuroloog, geen toekomstge- leerde. Kan dus niet zeggen of het tot het jaar 2000 een labie le boel blijft in de samenleving en daarna met één klap de grote ommekeer. Misschien valt het allemaal best mee. Voorlopig ben ik blij, dat mijn nieuwe voorstelling het rede lijk goed doet. Ik heb er kri tiek op gehad, ja. Vroeger kroop ik daarvoor in mijn schulp. Nu heb ik de houding aan leren nemen van: doe het zelf dan maar beter. Ik ben zo blij, dat ik weer schrijf, dat ik voor niemand meer bang 1)611 TON OLIEMULLER DEN HAAG De Sovjet-Unie heeft een nie spionageschip in gebruik genomen. Het draagt aanduiding SV-493 en beschikt over apparal1 m' vermoedelijk een stuk doeltreffender is dan de ,en tuur die tot nu werd gebruikt op Russische s boten. De SV-493 is voor het eerst buiten de territoriale de Sovjet-Unie gesignaleerd tijdens de afgelopen vrije digde Navo-oefening „Northern Wedding", zo heeft d voorlichtingsdienst laten weten In het kader van de „Northern Wedding", de eerste van de „Autumn Force"-trainingen van de Navo, wei het eerst ook de onlangs op de vliegkamp Valkenburg neerde Orions ingezet. Het is de bemanning van een vliegtuigen geweest die het nieuwe Sovjet-spionageschi ra tei d Welke apparatuur nu precies op het schip is geinstal J ook voor de Westerse spionagediensten moeilijk te acl Aangenomen wordt wel dat het over een systeem vooi communicatie beschikt dat zeer geperfectioneerd is. I1 is 110 meter lang en 6 meter diep. Het wordt niet onw„. lijk geacht dat de bemanning meer dan 100 koppen te~A' |ds $$1 Dit handige miniatuur §Hf bankschroefje krijgt u toegestuurd als dank voor het opgeven van een nieuwe abonnee Adres Postcode/Plaats Betaald wordt per maand (met automatische afschi per kwartaal Stuur een miniatuur bankschroeije naar: Naam Adres Postcode/Plaats_ Telefoon I Stuur deze bon in open envelop - geen postzegel pla|: I naar: Leidse Courant, Antwoordnummer 10070, 2300 VB Leiden. Beperkter aanvoer gaf wat beter prijs Een duidelijke demonstratie afgelopen week in de bloemen handel dat beperkter aanvoer de bereidheid tot hoger prijs beïnvloed. Van de meeste bloemen was de aanvoer wat minder dan in dezelfde week van het vorig jaar, maar wel met iets betere prijzen. Hetgeen allerminst betekent dat de situatie in de han del verbeterde. In kwekerskringen kan het geluid worden gehoord dat de prijzen voor een rendabele teelt veel te laag zijn. De West- landse veilingen en samenwerkende organisaties hebben af gelopen week een schrijven aan kabinetsformateur Van Ke- menade gericht, waarin de aandacht wordt gevestigd op de ongerustheid welke bestaat voor de gang van zaken in de ko mende winter. Ook nu dreigden er nieuwe problemen, zoals een mogelijk importverbod in Zweden vanwege de beruchte mineervlieg in de chrysanten. De milde weersomstandigheden zijn mede oorzaak dat er nog heel wat buitenbloemen worden aangevoerd en ook uit de volks- en andere tuintjes worden geleverd. Aan de veilingen komt een zeer ruime variatie van bloemen, waaronder ook de diverse herfstsoorten. De CCWS had afgelopen week een aanvoer van ruim 37 mil joen bos of stuks en opbrengst van ruim 13 miljoen gulden. Dat betekende 1 miljoen minder aanvoer, maar wel rond 1 miljoen gulden meer omzetbedrag, hetgeen voornamelijk is te danken aan de potplanten. Daarvan had de CCWS een aanvoer van 1.212.990 stuks en een opbrengst van 2.668.219.12 tegen 1.102.071 stuks vorig jaar en opbrengst van 2.170.028.31. De prijzen waren in het algemeen niet onredelijk. Ook de importbloemen waren van invloed op de gang van zaken. Er was een invoer van bijna 200.000 bos of stuks, dat het dubbele is van dezelfde week vorig jaar en met een op brengst die eveneens rond het dubbele lag. Er is een inventa risatie op gang gekomen van de poinsettia teneinde een goed overzicht te krijgen, wat er tegen het eind van dit jaar kan worden verwacht, hetgeen wel wenselijk is gebleken vorig jaar. Gezien de zich sterk uitbreidende aanvoer van bloemen ook in najaar en winter, is een goed overzicht noodzakelijk. Gemiddelde prijzen met tussen haakjes die van vorig jaar zijn: alstroemeria 32 (24); amarillys 52 (31); Am. anjers 26 (24); tro- sanjers 19 (19); anthurium 1.30 (1.23); asp. plumoses 13 (14); bouvardia 48 (33); troschrysanten jaarrond 34 (39); idem ge- Klozen 68 (56); tros norm 76 (89); idem geplozen 73 (55); eup- orbia 69 (44); freesia 30 (17); gerbera 41 (41); gladiolen off. 12 (11); idem colf 12 (9); irissen 33 (15); leliekelken 57 (51); idem takken 76 (76); nerine 48 (56); cybidium groot 87 (1.14); idem klein 36 (30); grote rozen 23 (21); idem klein 16 (15); sonia 19 (15); belinda 14 (11); red garnette 12 (11); streletzia 3.10 (2.92); tulpen 45 (45). De topaanvoeren kwamen van de trosanjers met bijna 9 mil joen, vrijwel gelijk aan vorig jaar en de bijna 7 miljoen jaar- rond troschrysanten, ruim 1 miljoen méér dan vorig jaar. De aanvoer van freesia, bijna 2 miljoen, was 1 miljoen minder dan vorig jaar en dat bracht een aanzienlijk beter prijspeil. Het bloemenbureau is afgelopen week begonnen met een uit gebreide bloemencampagne onder de slagzin: „Natuurlijk doen, maakt fleurig en groen". Deze aktie is aangepast bij het nieuwe bloemenseizoen. De bloemenconsument wordt duidelijk gemaakt welke bloem soorten er nu aan de markt zijn en het advies wordt gegeven om vaker een bloemetje of bloembol te kopen. Er is ongeveer vier miljoen gulden aan de nieuwe aktie besteed. Over afzetbevordering gesproken: het mag merkwaardig klinken, maar de gemiddelde bloembollenkweker is daar nauwelijks bij geïn teresseerd. Hij redeneert al volgt: bollen aan de man brengen is een zaak voor de exporteurs en hij moet dus ook de reclame maar voor zijn rekening nemen. Op het in Am sterdam gehouden Tuin- bouwcongres heeft de voorzitter van de Kon. Alg. Ver. voor Bloembol lencultuur, de heer J. P. M. de Jonge, de produ centen erop geattendeerd dat het de hoogste tijd is dat in die denkwereld verandering komt. Afzet bevordering is primair een zaak voor de kweke rij. Als de handel dan wil inhaken op door de pro- duktie ontwikkelde initi atieven, is men natuurlijk welkom. Geen dagdromerij rijen. Het is natuurlijk leuk eens te bedenken hoeveel bol len er hier wel geteeld zouden moeten worden als iedere Rus of iedere Chinees nu eens tien bollen per jaar zou kopen. We zouden het hier dan niet kun nen bijslepen. Op zich is zo'n sommetje wel juist, mar je hebt er niks aan omdat die landen wel andere zaken aan het hoofd hebben dan bollen op grote schaal te gaan inm- porteren. Marktonderzoeken in landen waar wel reële mogelijkheden liggen hebben intussen wel frappante zaken aan het licht gebracht. Neem bijv. de Ame rikaanse droogverkoopmarkt. Dat wil zeggen: de sector waar de bollen via tuincentra, zaadhuizen, enz. aan de parti culier worden verkocht. Een ander onderdeel van de bol- lenhandel is de zgn. broeiers- markt. Daar worden de bollen geplaatst bij bloemkwekers die deze dan in hun kassen in bloei gaan trekken. Klimaatzones In samenwerking met het KNMI en de Michigan State University is de USA voor het bollenvak nu verdeeld in kli maatzones. Dat is nodig omdat in dit enorme land de klima tologische omstandigheden gi gantische verschillen verto nen. Een bloembol die in de staat New York best groeit en bloeit, zal in Californië alleen maar teleurstellingen opleve ren. Het omgekeerde kan ook het geval zijn. In verschillen de zönes is een onderzoek in gesteld: welke lieden wonen daar, hoeveel verdienen ze, hoeveel van hen hebben een Per Noord-Amerikaan slechts één bolbloem per jaar. huis-met-een-tuin, enzomaar- voort. De uitkomsten waren verrassend. Als deze Ameri- kopen als de Westduitsers nu bijbenen. kanen voor hun^ bestaande doen, dan zal men in Neder- Om een dergelijke omvangrij- land de vraag niet kunnen ke markt effectief te kunnen bewerken met reclame en al les wat daarbij behoort, is ui teraard wel een sloot geld no dig. Het kan allemaal dus niet ineens, maar men gaat er wel snel een begin mee maken. Een probleem is dat de verde ling van de reclamegelden vaak pondspondsgewijs over de verschillende landen ge beurt. Gaan er jaarlijks zo veel bollen naar Amerika? Dan moet er voor dat land zo veel geld op tafel komen. Idem voor West-Duitsland, Scandinavië, Engeland, Frankrijk, Italië, enz. De kos ten worden tot nu toe voor 50% gedragen door de kweke rij en de andere helft door de handel. Als men dit conse quent blijft doen, betekent dat wel dat er nooit geld beschik baar is voor het aanboren van nieuwe markten of voor het voeren van speciale campag nes zoals nu bijv. in de USA moet gebeuren. planten, maar in no gaan de exporteurs al pad om bollen te v die in juli van het jaar worden gerooid sterveling weet hoev< len de grond zijn inge nog minder hoeveel paalde vari'eteiten. de prijs betreft vaart n ledig in de mist, om|: mand weet hoe groot bod zal zijn. En daar immer onberekenbai vang van de oogst n bovenop. flani Strategie tuinen net zo veel bollen Er is nu een hele strategie uit gestippeld om stap voor stap het gewenste doel te bereiken. Om te beginnen zal men moe ten gaan telen wat de consu ment vraagt. Met dat punt heeft men zich tot nu toe vrij wel niet beziggehouden. De consument had maar te kopen wat werd aangeboden, maar dat is wel de omgekeerde we reld. Verder dient de markt veel doorzichtiger gemaakt te worden. In feite weet nie mand daar iets van. De kwe kers gaan in oktober bollen Registratie In de totale opzet is i grepen de centrale rei-^ van het aantal afjJ transacties. Alleen op j*y nier kan men aan de men hoe de verkopen l weest en welke hoevel bollen er nodig zullsjf 1 Door de gegevens vartf^J jaren achtereen met ei vergelijken, kan menl strument in handen BTE waarmee men tevorjst- bijsturen. Nu wordt m( achteraf voor de fe'jjam plaatst. i Een ambitieus maar het zal nog wel ren voor een deel er aliseerd kan worden, li leen op het gebied droogverkoop valt inL ka nog veel te doen. cijfers wijzen uit <j, Noord-Amerikaan ("ti£ één bloeiende tulp i wordt gekocht. Voor I eer len vak ligt nog een gr^n van het NoordameL continent braak! .r' De energieprijzen voor de tuinders zijn de afglopen acht jaar met gemiddeld 18,5 procent per jaar ge stegen. Betaalden de glas- tuinders in 1973 nog 240 miljoen gulden voor hun energie, in 1980 was dat 800 miljoen gulden. Door de sterke prijsstijging voor energie en de stij ging van andere kosten met gemiddeld 8,5 pro cent per jaar in de afgelo pen acht jaren, is de winstgevendheid van de glastuinbouw in de jaren 1973 - 1980 met gemid deld 1,5 procent per jaar afgenomen. Dit is gebleken uit een studie die het Landbouw Econo misch Instituut (LEI) heeft uitgevoerd naar de gang van zaken in de glastuinbouw in de jaren 1973 - 1980. Over de genoemde periode zijn de op brengsten in de glastuinbouw meer dan verdubbeld tot een waarde van vier miljard gul den in 1980. Door de sterke kostenstijgingen leed de hele sector in 1980 echter een ver lies van 300 miljoen gulden. In 1980 beliepen de kosten voor de sector 4,3 miljard gul den. Het LEI tekent bij de studie aan dat de glastuinbouw door en stijgende produktie met gemiddeld twee procent per jaar, nog in staat is geweest de stijgende prijzen enigszins goed te maken. ZoL glastuinbouw in dei 1973 - 1980 de produkten die meifr bracht met gemiddelijii cent per jaar op tei Ook wist de glastuinji kosten per eenheid pj de onderzochte per* 2,2 procent te laten d L

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 8