„Ik denk nooit aan doodvallen" l X PARACHUTESPRINGER BIZOT: ZATERDAG 14 AUGUSTUS Sport stief kin van Journaal Het is niet „bon ton" naai slecht te vinden. Sinds Ec Westerloo als opvolger Simons de leiding van d op zich nam. hebben tal of minder deskundigen hun over dit fenomeen laten sch( Vrijwel eensluidend deel: het Journaal is goed. Ik zo vrij mij hierbij te scharen ii gezelschap minder deskundi dat een oordeel heeft over Journaal. Kortweg luidt dat. op Journaal is niet goed. Zo'n spraak schreeuwt om een u Welnu, die volgt en is bepaald d, slechts gebaseerd op de bovci stuk vermelde kop; hoewel da1 peet een niet onbelangrijke en( z speelt in mijn argumentatie pleeg tenslotte doorgaans sport te Schrijven. Sinds Van Westerloo het Joui leidt is sport het stiefkind va™ rubriek gebleven. Herman vai Spek tijgt nog wel eens op pa een CRM-bijeenkomst ov balsubsidie te verslaan of ca H gadering van het betaalde vo1",*1 waar over bijvoorbeeld shirtt n me wordt gesproken, maar vi ,u blijft het behelpen. Uitslagen een schaaktoernooi worden matig gemeld (hobby van de Journaalredacteuren?), den medaille van een Nederli k-- zwemster bij de wereldkamp .|and schappen vindt ook doorgaan 'oze wel een plaatsje, de laatste rr .vo° van een finishreportage vai Tour worden nog weer eens haald, maar dan heb je het wj 1 had. Aan „gewoon" sportniiet je wordt vrijwel niets gedaan. e m daarom vind ik het Journaal goed. Maar er zijn redenen die niets met sport ht u te maken. Mijn een Journaal 1 rubriek is in die zin dat t te zien moet zijn. Je kunt van de tien gevallen rustig beeld op zwart draaien en sl1 luisteren naar de stem van N van Oostveen. Fred Emmer, Huizing of Harmen Siezen, kun je tóch optimaal de inhoui e het Journaal tot je elen ïec-g Mijn tweede bezwaar tegen Journaal richt zich op de derlijk aandoende presentatie onderwerpen waarbij cijfers den genoemd, of een aantal a velingen van noem eens vi de commissie-Wagner wordi kend gemaakt. Dan wordt, Noortje van Oostveen vertelt d bevolking van Tuindorp Ooi is verminderd met 334 en men op 3411, een kaart in beeI agbl; projecteerd waarop staat: min 334 is 3411. Kijk. dat nou onzin. Soms wordt ho vool naast het hoofd nieuwslezer, dus in beeld, di ht li wuste kaart getoondvaker e ing verdwijnt Harmen, Fred of ook dienst heeft geheel v. scherm en is alleen die kas e I zien. Een concessie aan de ge tiei gestoorden? Een vporbeeld va Y.V. ongelooflijke onderschatting v van doorsnee-kijker? Of dom we voortvloeisel van gemakzucht, 1 re gewoontes, of ingebakken oordelen? Wie het weet nun e op zeggen. Mijn derde bezwaar tegen hellet cU naai geldt de nogal vaak toegi ers aanpak van nieuws-items w lui ook beelden en een intervi ch i zijn gemaakt. In het kader li deze kolom even in „sportter d is. vertaald gaat dat als volgt: Ni heid is in beeld en vertelt dat de ballenfabriek Idadus de proó er d van de nieuwe kunstvezelbal lid e zet. Vervolgens deelt Noort 'oor nog steeds in beeld mee d; toek bewuste bal niet meer word leer maakt, omdat de vraag ernaa nv der de maat blijft en de pi hou< hoog moet blijven, omdat heti riaal voor die bal ergens ui Afrikaans ontwikkelingsland ei komen waar de politieke situa onzeker is dat de aanvoer hekt delijk stagneert. Bovendien, volgt Noortje, heeft de conci inmiddels betere ballen markt gebracht, die bove goedkoper zijn dan de bal vai dus. Een en ander heeft tot g -py besluit Noortje, dat een oil. werknemers van de vestiging Idadus in Kloosterstille op komen te staan. Maar nu komt het: Noortje dwijnt uit beeld en er doem fabriekspoort op, waarop bij waarneming de naam Idadus zien. De camera zwenkt naar en directeur Th. Bal (hoe toei lijk) mag zijn zegje doen. ten helaas de produktie kunstvezelbal staken, omdi vraag ernaar achter bleef verwachting. Bovendien v prijs te hoog. omdat de aanvi het materiaal problemen gaf wege de onzekere politieke si in het land waar wij de gron fen betrekken. En tenslotte scherm laat inmiddels het zien van de fabriek in Kloost le; een somber kijkende w mer houdt een nog niet opgei te bal demonstratief bracht de concurrent ballen op de markt", aldus Tl Einde item, Noortje weer in Over tot de orde van de dag, bij het Journaal tot mijn vo rende verbazing ook nog stee voorliefde heeft voor brandei of er geen aardiger dingen melden? Of prevaleert hier u plaatje boven het gesp woord? Het is niet vreemd dat sport ii opzet nauwelijks aan bod Hoewel gezegd moet worde het Journaal afgelopen dinst fraaie primeur had van Kee naar Frankrijk. Maar één z\ maakt nog geen zomer. Ik ki dit onderwerp nog wel eens l TINUS L. J Deze parachutist heett net zijn „kist" verlaten en zoekt het luchtruim op. sie komen, bestaande uit vertegen woordigers van de Rijksluchtvaart dienst en de KNVvL, die de erva ringen nationaal en internationaal gaat inventariseren en op basis daarvan een afsprakenlijst maakt voor het gezamenlijk vliegen en springen op de Nederlandse vlieg velden. In afwachting hiervan is de afdeling parachutespringen van de KNVvL reeds enige tijd op zoek naar een geschikt terrein. Lelystad lijkt een uitverkoren plek te zijn, evenals het vliegveld Deelen bij Arnhem en Woensdrecht. Bezwa ren tegen beide laatste locaties zijn echter respectievelijk defensie en de nabijheid van de zee. Velthuizen beaamt, dat paraspor ters eigenlijk nergens welkom zijn. Hij knikt als de acties ter sprake komen, die enige jaren geleden door omwonenden van het vlieg veld Hilversum werden ontketend om een eind te maken aan de ge luidshinder van de Pilatus Porter, waarmee de paraclub Icarus haar leden „naar boven" brengt. Hand tekeningen en bezwaarschriften en argumenten die, Veldhuizen is het daarmee eens, er soms met de ha ren waren bijgesleept. Zoals die van achtenswaardige da mes in Maartensdijk, die zich door parachutisten bespied waanden wanneer zij geheel of gedeeltelijk ontkleed in hun achtertuintjes ge noten van de zomerzon. De acties leidden ertoe, dat aan „Icarus" een bak nabij Hollandsche Rading werd toegewezen door de burgemeester Als er iets fout gaat, is het met een mis. van de gemeente Maartensdijk, mr. A. Panis. Maar dat leidde weer tot protesten van boeren en natuur beschermers, die verstopte wegen, vertrapte landerijen en opgejaagd wild vreesden door zowel parachu tisten als toeschouwers. Velthuizen: „We hebben de vroege sprongen op zondagmorgen afge schaft en ook op feestdagen blijven we nu aan de grond. We zoeken nog steeds een oplossing. Maar op de Leusderhei mogen we ook niet meer, sinds daar een bom is gevon den. De militaire commandant vindt het niet verantwoord, maar we sprongen er al meer dan twaalf jaar". Steun Om uit die moeilijkheden te gera ken is hij er voorstander van, dat er financiële steun komt voor de aanschaf van duurdere, maar ge luidsarme vliegtuigen, de zogehe ten fluister-jets. Maar pas als de fa brikant een redelijke afzetmarkt vindt bij de grote luchtvaart, zal een dergelijke kist in para-uitvoe ring leverbaar kunnen worden. Goede en juiste informatiever schaffing aan verkeersleiders en burgerij zou ook kunnen helpen, aldus Velthuizen, evenals aanpas sing van vliegstijlen en -circuits. AMERSFOORT De doodsprongen van waag halzen, want zo worden ze door velen nog be schouwd, de gekken die het ronduit leuk vin den om op 2300 meter hoogte pardoes uit een- éénmotorige Cessna te stappen. Die na een aan tal salto's en andere capriolen op de centimeter nauwkeurig landen op de markering van de landingsplaats. Parachutisten. Het zijn de mannen en vrouwen die uit de lucht komen vallen om de burgemeester van een of ander dorp de sleutel te brengen, waarmee de edelachtbare heer de nieuwe sportkantine opent. Of ze komen ter verhoging van de feest vreugde met een rookgranaat of een vlag aan hun benen keurig te recht voor de tribune met genodig den. Soms doen zich ook vervelen de zaken voor. Zoals enige weken geleden, toen in Amsterdam een springfanaat overleed toen zijn pa rachute en reserve-tuig niet werk ten. Of zoals onlangs, toen een pa rachutespringer een val van 2600 meter op wonderbaarlijke wijze ondanks de weigering van zijn pa rachute overleefde. Wat is er nou zo leuk aan om han gend aan touwen met een scherm boven je hoofd de aarde tegemoet te zweven? Michel Bizot (29) uit Amersfoort, die in 1980 en 1981 Ne derlands kampioen gecombineerd stijl- en precisiespringen was, hoeft over het antwoord niet lang na te denken. Hij zegt: „Het hangen aan de chute is enorm fijn. Na al die herrie in de kist tijdens het klim men is het opeens helemaal stil om je heen. Je bent zo vrij als een vo geltje in de lucht, verlost van alles. De intens diepe gewaarwoording geeft je een kick, je laat echt alles achter je en geniet van de rust en het fantastische gezicht op de nade rende wereld beneden je. En daar heb je dan best 35 gulden voor over, dat kost één sprong in Neder land. Vrij duur, inderdaad, want in de States kost een sprong 12,5 gul den. Maar die 35 gulden is het steeds weer waard". Bizot maakte tijdens de vervulling van de dienstplicht kennis met de parasport. Eigenlijk tegen z'n wil, „Ik lag in het Westduitse Seedorf. Het hele peloton besloot te gaan springen. Ik was de pelotonscom mandant, dus ik moest wel mee. Ik heb er echter nog geen spijt van ge had". „Als je het vaak doet, wordt preci siespringen toch wat eentonig. En naarmate je geoefender bent wil je meer doen", vertelt Bizot. „Het stu ren van de chute naar de plek waar jij wilt terecht komen. Dat kan te genwoordig met die moderne squa res; het is mogelijk daarmee af te remmen tot nul. zodat je bij de lan ding als het ware van een onzicht bare hand afstapt. En de vrije val, het samen met anderen een presta tie leveren tussen hemel en aarde, terwijl je de zwaartekracht tart. Gewoon geweldig". Opluchting Wie het nooit heeft gedaan, zal dit hoogstwaarschijnlijk ook nooit be grijpen. De angst, dé emoties, de kick en de opluchting als het alle maal voorbij is. Want een mens heeft een natuurlijke angst voor vallen. Vallen betekent pijn, de angst is welhaast instinctief. Daar komt bij dat iedereen, die óp 2300 meter boven de aarde uit een vlieg tuig stapt, weet dat hij een zeker ri sico loopt. Maar. aldus Bizot, hij weet ook dat dit risico uiterst mini maal is. Anders zou hij het immers niet doen. En toch gebeuren er ongelukken. Dodelijke ongelukken, en die ko men in de krant. Berichten over parachutisten die ter aarde storten omdat de hoofdchute een „mal function" had, zich niet opende. En vaak de vragen waarom de reser- vechute niet tijdig „uit" was. Zijn dergelijke ongelukken, er waren er meer in de afgelopen jaren, niet een reden om ermee te stoppen? Bizot: „Nee. Ik denk nooit aan doodvallen. Je weet natuurlijk dat het kan gebeuren, maar je accep teert het risico, denk ik. 't Is net als met autorijden. Als jij 's morgens van huis gaat, weet je ook niet voor de volle honderd procent zeker dat je 's avonds weer heelhuids thuis zult zijn. Ik wil het nog sterker zeg gen: bij voetballen gebeuren meer ongelukken dan bij parachutesprin- Volgens Bizot is de oorzaak van een ongeluk in tachtig procent van de gevallen menselijk falen. „Het zijn vaak puur dingen, die met lo gisch nadenken hadden kunnen worden voorkomen. Meestal is er een malfunction van de hoofdchute en is de reservechute te laat open gegaan. Waarom? Omdat de sprin ger te lang blijft prutsen aan de koordjes van het hoofdscherm. Als hij dan inziet dat dat niet helpt en hij opent de reservechute, dan is het te laat om nog een remmend effect te creëren. Het zijn vaak de ervaren springers wie dit over komt. Leerlingen hebben altijd een automatisch reservescherm, dat zich opent als een bepaalde laagte wordt overschreden". 1 Hij voegt er na een korte pauze i toe: „Persoonlijk vind ik dit geen onveilige sport, anders zou ik het niet doen. Maar het is niet te ont kennen dat als er iets fout gaat, het meteen mis is". Landingshouding Uit cijfers van de technische com missie van de afdeling parachute springen over 1980 blijkt, dat er bij 32.000 sprongen ruim honderd mel dingen van een ongeval zijn ge daan. Die hadden voornamelijk be trekking op verwondingen, varië rend van een gebroken vinger tot rugletsel. Volgens de commissie zijn deze verwondingen voor 90 procent terug te voeren tot een fou tieve landingshouding. Overige aanleidingen waren plotselinge wisselingen van de weersomstan digheden, oneffenheden in de lan dingsterreinen en het ervaringsni veau van de springers. De reserve parachute werd ruim honderd maal gebruikt. Niet geheel ontevreden constateert de technische commis sie, dat bij slechts 0,3 procent van alle in 1980 gemaakte sprongen een blessure ontstond. Het burgerparachutisme in Neder land bevindt zich in een mijnveld, meent de voorzitter van de afde ling parachutespringen van KNVvL, Wim Velthuizen. De meeste mensen kennen hem als hoofdscheidsrechter tijdens NCRV's Stedenspel. Hij zegt: „We worden aan alle kanten belaagd door instanties. Almaar instanties. Als de ene ons ergens heen stuurt waar me mogen springen, dan is er onmiddellijk een ander die roept: „Ho, stop, dat kan niet. In het bui tenland hebben parasporters n< problemen over waar te mogen springen, in Nederland is dat wel het geval". „Nergens in ons land is er op het veld, waar het springvliegtuig op stijgt, een landingsplaats v springers. In bijna alle gevallen ügt het afspringterrein buiten het vliegveld. Dat brengt grote proble men met zich mee, zoals die van het kostbare vervoer met autobus jes en de gevaren die ontstaan door gebrek aan overzicht en de com- Êlexe controle". •at veel Nederlandse autoriteiten zo afwijzend tegenover zweefvlie gen en parachutespringen op één veld op eenzelfde tijdstip staan, heeft ermee te maken dat het hori zontale vliegen algemeen bekend om ieder z'n eigen stekkie te ge ven", aldus Velthuizen. Afspraken Volgens hem moet er een commis- en geaccepteerd is en het vertikale springen niet. Dat lijkt niet samen te gaan, terwijl juist door de tegen gestelde bewegingen het zo simpel is. Want op Teuge kan het wel en elders in het buitenland ook. „Het punt is, dat Nederland te klein is

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 14