„Het is fascinerend zo'n stuk hout terug te zien komen' Fritz Aronson: Een pittig broodje shoarma tussen de vaderlandse ballen gehakt Bij het afscheid van een kleine reisreus Twaalf jaar geleden kwam Fritz Aronson vanuit Israël, dat hij als reisorganisator in verbluffend tempo tot een zoete inval voor tienduizen den Europese vakantiegan gers had opgepept, naar Ne derland om de leiding op zich te nemen van Tourope rator Neckermann. Zijn op dracht was kort en bondig: met een kleine gideonsben- de moest hij er voor zorgen, dat deze nieuwkomer op de Nederlandse reismarkt windkracht twaalf in de zei len kreeg. Aronson, klein, taai en uitgerust met de ra dar van een nooit versagend zakeninstinct kwam, zag en overwon glorieus. Als toeris tische smaakmaker zag hij kans om van Neckermann een bloeiende koploper te maken, die anno 1982 be hoort tot de grote warme- reizenbakkers van ons land. Op 12 augustus neemt deze wereldburger, die de hele wereld als zijn jachtgebied beschouwt, in het Amster damse Hilton Hotel afscheid van de honderden vrienden, die hij tijdens zijn verblijf in Nederland schijnbaar moei teloos gemaakt heeft. Als kersverse aow'er gaat hij daarna met zijn vrouw Riva terug naar Israël, de bron, die hem zo vertrouwd is. Leo Thuring, die vele malen in zijn kielzog naar bekoor lijke windstreken reisde, maakt in bijgaand geschre ven portret de balans op van het twaalfjarig interregnum van een man, die honderd duizenden Nederlanders een lift gaf naar de horizon. ZATERDAG 7 AUGUSTUS ...(achter, tweede van rechts) op Jamaica tijdens een schooluitvoering derlandse reisjournalistiek voor dit gebeuren te interesseren. „Komt dik voor elkaar", meende deze, „aan hoeveel journalisten had u ge dacht?". „Dat is gauw uitgere kend", werd hem geantwoord, „we hebben een vliegtuig gehuurd met vijfennegentig zitplaatsen. Daarvan zijn er vijftien bestem^ voor onze eigen mensen. Blijven er dus tachtig over voor de pers. Of acht U dit te hoog gegre pen?". „Om de donder niet", venti leerde het puntgave pokerface van Metz, „volgens mij had een aantal van duizend méér voor de hand ge legen. Maar alia: u dwingt mij nu om slechts de allerbesten uit het vak te selecteren. U hoort spoedig van mij". Vervolgens spoedde hij zich veer krachtig naar de Koningshut, een bruine, uitgewoonde tapperij in de hoofdstedelijke Spuistraat, die, zo als gebruikelijk, op dat dorstver- wekkende uur gevuld was met een zéér dwarse doorsnede van inne mende Mokumers. Daar riep hij op de drempel met stemverheffing: „Heren van het goede leven, luister en huiver. Wie voelt er wat voor om voor nop op kosten van de een of andere Germaanse geitebreier naar Majorca af te reizen?". Zijn oproep was niet aan dovemans oren gericht. Haring Arie en Ger- rit de Gluiperd, maar ook Rijk de Gooijer, hij Jan Cremer en alle an dere landgenoten, die zich in wan kel evenwicht rondom de tap vere nigd hadden, vonden het een wa terdichte uitvlucht voor een gratis doorsmeerbeurt.„Prima ideetje Ja- pie", riepen ze gretig, „op ons kun je rekenen hoor. Wat drink je van me?". Nog diezelfde avond belde hij zijn opdrachtgever en meldde vol trots: „Missie voltooid. Ik heb er tachtig bij elkaar". Kiesheidshalve ver zuimde hij er bij te vertellen, dat van die tachtig er slechts vier vijf een journalistiek dienstverband hadden. De huis-aan-huisbladen meegerekend. De rest kon slechts bogen op de stukken, die ze met grote regelmaat in de kraag had den. Met dreunende spreekkoren en schallende strijdliederen arriveerde dit zootje ongeregeld enige weken later op het Spaanse Balearenei- land, waar een bus gereed stond, die aan weerszijden was beschil derd met de woorden „Necker mann und Reisen". Nauwelijks vijf minuten later was deze tekst met viltstiften en rollen wc-papier ge wijzigd in „Neckermann und Scheisze". Rolf Pagnia, topman van de Duitse moedermaatschappij, die uit Frank furt was gekomen om de zorgvul dig geplande triomftocht mee te maken, stond er bij en keek er naar. Verbijsterd en ten prooi aan doffe wanhoop. „De opkomst is verheugend", mompelde hij na een lange aarzeling met trillende stem, „maar welke eisen worden er in Nederland in vredesnaam aan jour nalisten gesteld?". Ahasverus Enkele dagen na deze rampzalige introductie kwam als redder in de nood Fritz Aronson uit de lucht vallen. Deze nobele zoon uit de vrijstad Danzig aan de Oostzee, die het grootste deel van zijn leven als een rusteloze Ahasverus over de aarde had gedoold en eindelijk in Israël wortel leek te hebben ge schoten, kreeg de opdracht om het hevig geblutste imago van de nieuwkomer op het Nederlandse reisfront te vernissen met de be oogde weer en tijd bestendige glans en luister. Een taak, die even bizar en onmogelijk leek als het verko pen van tweedelige badpakken op de Noordpool. Maar flitsende Fritz, de vleesge worden vrije jongen, wiens leven een bestseller is in vele adembene mende vervolgen, kwam, sprong onvervaard in het gat en won schijnbaar moeiteloos het poker- spel, waarin hij zichzelf keer op keer de bal toespeelde. Want toe vallig was hij ook de croupier, die alle successen naar zich toeharkte. Aan de andere kant van de gokta fel zag collega Magneet tot zijn af grijzen, dat Aronson opeens de grootste aantrekkingskracht had. En FIT, ach gut FIT, die jaren lang haantje de voorste was geweest met stuntaanbiedingen, moest verbit terd erkennen, dat die kleine clown met zijn zelfverzonnen Ne derlands van alle touroperators het meest uitgeslapen was. Levende legende De hoogste tijd derhalve om na te gaan over welke speciale eigen schappen het fenomeen Fritz be schikt, die hem in een zó vroeg sta dium al de status van levende le gende hebben bezorgd. Opvallend is allereerst de snelheid, waarmee hij denkt en handelt. Aronson is gewend om knopen door te hakken, die anderen nog moeten leggen. Hij brandt overdui delijk op een ander voltage dan de doorsnee jongen van Jan de Witt. En als hij dan ook ergens in Neder land zijn stekkertje in een gesprek plugt, slaan spontaan alle stoppen door en tasten zijn opponenten vol ledig in het duister omtrent zijn ware bedoelingen. In dat verband wordt veelvuldig de opmerking gemaakt, dat het raad zaam is zorgvuldig de vingers na te tellen als men Aronson efn hand heeft gegeven. Welnu, ik heb hem onlangs nog de hand mogen schud den. En daarna heb ik in een be lendend vertrek de vingers van die hand nageteld. Het bleken er zeven te zijn. Want gulheid, die aan gulzigheid grenst, is al evenzeer een eigen schap, die Fritz Aronson siert. Hij melkt elke dag tot de laatste drup pel uit en verwacht, nee eist, dat de mensen om hem heen over een zelfde uithoudingsvermogen be schikken. Wie bij hem in de gratie wil blijven dient onvoorwaardelijk mee te doen aan dieafvalrace, waarvan hij het tempo bepaalt. Aan zwakke broeders, die hem niet bij kunnen benen en halverwege ontredderd afhaken heeft hij een' broertje dood. Die zijn niet van zijn soort en worden door hem bij het groot vuil gezet. Ik herinner me haarscherp een verwoestend samenzijn in het Pool se wintersportoord Zakopane, waar hij als een witte tornado dwars door de nevelen van de wodka zijn slaloms maakte. Op de ochtend na een zwaar ge draineerde nacht daalde ik in de lift af naar de parterre, waar Fritz reeds doende was met zijn eerste heffing ineens van die dag. Toen de liftdeuren open gingen zag ik hem in de verte aan de bar staan en spontaan kreunde ik: „Laat deze kelk met vuurwater aan mij voor bij gaan". Nu trof het, dat van de lift naar de eetzaal een borstwering was opge trokken van hoog opgeschoten pot planten. En door bliksemsnel ter aarde te storten en in de tijgersluip gang mijn weg te zoeken naar de ontbijttafel hoopte ik hem te kun nen ontwijken. Maar helaas be schik ik al jaren over een fors ge prononceerd achterwerk, dat op een gegeven moment net boven de sanseviëria's uitstak en door hem genadeloos getraceerd werd. „Leo", riep hij gebiedend, „kom mal hier jong. Hier ist es ja gezellig". Het is dan ook zeker niet overdre ven om te zeggen, dat in de nabij heid van Fritz Aronson de tempe lier verbleekt tot een geheelont houder en iedere Bourgondiër een droogstoppel lijkt, die van het le ven geen kaas heeft gegeten. In een land, dat vergeven is van de grijze ballen gehakt is hij een pittig broodje shoarma, overgoten met een rijkelijk van ui voorziene saus, die beurtelings tranen van vreugde en afgunst losweekt. Jachthonden Vaak sluit ik mijn ogen en stuur ik mijn gedachten als jachthonden te rug naar de gelukzalige tijden van weleer, toen ik in zijn schaduw grillige voren trok over de wereld. Hij nam me mee naar de verste verten eji maakte mij deelgenoot van de geheimen achter de hori zon. En overal, waar wij uit de lucht kwamen vallen, in Hawaï, Moskou en op Bali, in Bangkok, op OLDENZAAL Zacht flui tend beschrijft het felkleurige stuk hout een wijde boog door de lucht om precies bij de werper terug te komen. Auto matisch duik je weg als het projectiel op je afsuist, bang als je bent voor een ferme tik tegen het hoofd. Lichtvoetig en zonder vrees springt de werper echter in de baan van het vliegende voorwerp om het simpelweg uit de lucht te plukken. Vele malen herhaalt zich de proce dure, waarbij een grote diversiteit aan fraai gevormde en gekleurde objecten de lucht in wordt gegooid. Steeds volgt een precisielanding vlak voor de voeten of in de han den van de werper. Boemerang werpen. De broers Ger en Henk Schurink weten er alles van, van deze nog tamelijk onbe kende sport. Ger schreef er al een handzaan boekje over. Hij is verder Europees kampioen en houder van een wereldrecord. In september gaan de broers naar Parijs om daar tijdens internationale wedstrijden te proberen hun voorgaande pres taties te overtreffen. Een gesprek met deze boeramang- specialisten moet natuurlijk gecom bineerd worden met een demon stratie. Dan blijkt, dat het boeme rang werpen gemakkelijker te le ren is dan wordt gedacht. Iemand die goed een bal kan gooien, kan ook met de boemerang uit de voe ten. Omdat het werpen met steeds hetzelfde stuk hout natuurlijk snel verveelt, hebben Ger en Henk een grote koffer bij zich met verschil lende soorten boemerangs. Alle maal zelf gemaakt, want dat is nu juist het leuke van deze sport. Geen karwei waarvoor een hogere technische opleiding vereist is. Met een figuurzaag, een vijl en wat schuurpapier komt men al een heel eind. Een beetje secuur werken is wel een voorwaarde. Dat een boe merang een fraaie boog door de lucht beschrijft en keurig terug komt bij de werper, komt door de vorm van het object en het profiel van de vleugels of „benen'Vol gens Ger en Henk worden de beste boemerangs gemaakt van berken- multiplex met een dikte van zes millimeter. „Al het andere materi aal geeft beslist een minder resul taat", aldus de broers, die er aan toevoegen dat de kant en klare kunststof boemerang uit de winkel meestal van inferieure kwaliteit is. De interesse voor de boemerang werd gewekt toen Ger, die in Lei den met het laatste jaar van zijn psychologiestudie bezig is, een arti kel in een Engels tijdschrift tegen kwam. Wat volgde was een niet kwaadaardige vorm van bezeten heid. Het gebogen stuk hout nam de broers helemaal in beslag. Om dat er in Nederland geen literatuur was over het boemerang werpen, verzamelde Ger alle Engelse, Duit-< se en Franse literatuur over dit on derwerp om een boekje te schrij ven. Vorig jaar werd dat door de uitgeverij Thieme op de markt ge bracht en intussen zijn er bijna 4.000 exemplaren van verkocht. „Het is natuurlijk fascinerend iets weg te gooien dat vanzelf bij je te rug komt. Als je dan zelf een eerste model gemaakt hebt en de boeme rang doet wat je van hem mag ver wachten, ga je door. Wil je andere modellen uitproberen". Ger en Henk hebben zeker zo'n 80 boeme rangs gemaakt. Van het traditione le model tot een parabolische boe merang, van een model in de vorm De broers Ger en Henk Schuring met een deel van hun collectie boemerangs. van enkele letters van het alfabet tot een vliegend voorwerp in de vorm van een kat. Met hun collec tie kunnen ze internationaal aardig mee komen. Ook qua prestaties. Ger is Europees kampioen en hou der van het wereldrecord, door een boemerang precies 29,9 seconden in de lucht te houden. Hoewel \le belangstelling vooral onder de jeugd groeiende is, is het boemerang werpen nooit een we reldwijde rage geworden. Waar schijnlijk is dit vooral te wijten aan de slechte kant-en-klaar boeme rangs uit de winkel, waarvan je volgens Ger en Henk niets mag verwachten. Toch is het boemerang werpen al een eeuwenoude sport. De Schurinks willen nog wel even de misvatting uit de wereld helpen, dat de boemerangs alleen gebruikt werden voor de jacht op kangoe- roe's. „Flauwekul", zegt Ger. „Vooral in Australië is de boeme rang niet te verwarren met het rechtuit vliegende jachthout be kend geworden. Maar ook in Ne derland werd er 300 jaar voor Christus al mee gegooid. In de dui nen achter Velsen is een gaaf exemplaar gevonden, dat uit die tijd dateert". Typisch Nederlands: hoewel de langstelling voor het boemei werper\ no8 gering is, bestaan niettemin al twee organisaties: Algemene Boemerang Organis Nederland en de daarvan scheiden Boemerangbond Frankrijk, Engeland en Duitsl zijn er verschillende clubs, ter ook in Amerika behoorlijke langstelling bestaat voor deze van sport. Een wedstrijd boemerang wei bestaat uit verschillende onde len, van precisiewerpen tot he vaak en zo snel mogelijk var van boemerangs. De wedstrijcr. Parijs, in september, is in Eui de grootste jaarlijkse manifesl op boemeranggebied. Er k deelnemers uit zeven landen. is er in Washington nog een j lijkse meeting, die hoog staat j geschreven. Maar of het boemei werpen nog ooit tot een olympii tak van sport zal worden verhe mag worden betwijfeld. Het t wel een gezellige bezigheid, meer wil weten over deze s] kan contact opnemen met Schuring, Bleekstraat 28 in Ql< zaal. Touroperator Fritz Aronson: varend bij het eiland Bonaire AMSTERDAM Nog steeds sprin gen spontaan de tranen in de ogen van hen, die twaalf jaar geleden de eerste perstrip van Touroperator Neckermann hebben meegemaakt. Om het maximum aan rendement uit dit uitje te kunnen peuren had deze reisorganisatie in verrukkelij ke argeloosheid aan de fameuze practical joker en reporter Jaap Metz gevraagd het puik van de Ne- Taiwan, in Hongkong, Los Angïre; en in het hemelse Jeruzalem, vtr ik het sterke gevoel, dat ik|erl sleeptouw was genomen door 86: reisorganisatie, die getooid was |to€ de naam „BV Aronson". Hij gaf|dai mers de toon aan, hij was de ie giër, die de rode loper naar de v, der uitrolde en voor ons uitsnon. om te zorgen, dat ons bed in ee vreemde gespreid was. i e< Slimme schaker Dat is Fritz. Een kleine grote dipgen deed. Die en vriendschap onder één wist te brengen. Een ker ook, die graag een brengt om het spel te beslechten. Een ver, die zich tot op de dag van daag onvoorwaardelijk weet door een thuisfront, vrouw Riva hem nooit heeft met vragen, waarop antwoord zelf al heeft Geen wonder, dat zij haar leend heeft aan een A msterdams Haags Want als geen ander zij de veilige stalling, waai man zijn masker kan laten zonder daarmee gelijk mand te vallen. Kopstation Nog even en dan komt Fritz A son aan in het kopstation van leven. Het lijnennet is daar voltooid en de wissels zijn lanj voren door hem zó afgesteld dafge Zij, die het voorrecht genieten, hij hen zijn vrienden noemt, ho dat daar een eeuwenoude bel J( eindelijk wordt ingelost en da voortaan vrede zal zijn in Israë Het zou niet alleen voor hem n voor de wereld een godsgesch zijn. Shalom Fritz. Lehitraot Riva. ziens onder een altijd blauwe LEO THURt'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 14