fegentig jaar solide frontwerk ij vallen en opstaan an maatschappelijke onderlaag Daling werkloosheid zet ook in april door J)i?5 GEDENKBOEK SCHETST SOCIA.4L-CULTUREEL RK TEN VOETEN UIT >eïkenhal toont nieuwe hdsten tijdens open huis erdagi loeloh i is gei f uur,i rdagavj orsehoi chzelf I van Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen. P4ËN LEIDSE COURANT DINSDAG 18 MEI 1982 PAGINA 5 LEIDEN De daling van de werkloosheid zoals die zich in maart openbaarde, heeft zich ook de vorige maand voortgezet. De da ling is echter niet zo groot en opzienbarend als in maart het geval was. De daling wordt voor het grootste deel veroor zaakt door de jeugdigen tot en met 22 jaar, maar ook de ouderen onder de mannen hadden belangrijk aandeel in de daling van het werkloosheidscijfer Het aantal werkloze man nen nam af van 5049 naar 4984 en het aantal werkloze vrouwen daalde van 1766 naar 1737. Vooral kon een aanzienlijk aantal bouwvakkers (in het bijzonder huisschilders) aan het werk komen. Ook in de sectoren handel, horeca en kantoor daalde de werkloosheid. Opmerkelijk was ook, dat voor het eerst het ingeschreven personeel in de algemene dienst merendeels omgeschoold voor het eerst weer een lichte daling te zien gaf. Gedurende een jaar nam het werkloosheidscijfer in deze sector met enkele honderden toe. Ook ten opzichte van vorig jaar ontwikkelde de werkloosheid zich gunstiger. In april 1981 nam de werkloosheid nog toe. Dat kwam toen vooral doordat het aantal werkzoekende vrouwen sterk was gestegen. Daartegenover staat, dat het vorig jaar gunstiger gesteld was met het aantal vacatures. Het cijfer lag hoger (257) dan dit jaar en steeg toen bovendien nog. Het aantal vacatures nu bedraagt 143. Vorige maand wa ren dat er nog 154. ALPHEN/LISSE De werkloosheid in de di stricten van de gewestelijke arbeidbureaus in Lisse en Alphen is in de maand april in het al gemeen licht gedaald. De werkloosheid bij de mannen in het Alphense gebied daalde van 1507 naar 1497. Het aantal vrouwelijke werklo zen daalde var* 618 naar 603. De jeugdwerkloos heid bleef vrijwel constant op 655. Ook hier zou sprake zijn geweest Van een daling al daar geen toename van het aantal werkloze schoolverla ters tegenover had gestaan. Het aantal vacatu res in en rond Alphen steeg met 14 tot 99. In het district Lisse daalde de werkloosheid bij de mannen van 1259 tot 1225. Dat werd echter teniet gedaan door een forse stijging van het aantal werkloze vrouwen^ van 531 tot 599. De opvallende ontwikkeling bij de vrouwen komt voor rekening van de sector land- en tuinbouw. De werkzaamheden bij diverse bloembollenbe- drijven zijn namelijk beëindigd. De vraag naar arbeidskrachten steeg tot 95. In vergelijking met april vorig jaar is er sprake van een aan zienlijke stijging: toen waren er 809 mannen en 450 vrouwen zonder werk. Sinds enkele dagen staat er in het gemeentehuis van Noordwijk een vacaturebank met vacatures in de rayons Leiden en Bollenstreek. De werkloosheidscijfers onderverdeeld in re- gio-gemeenten: vrouwen mrt.'82 apr.'82 mrt'82 apr.'82 Alkemade 168 157 46 44 Katwijk 548 545 129 123 Leiden 3387 3356 1222 1217 Leiderdorp 287 270 107 104 Oegstgeest 161 159 68 64 Rijnsburg 82 74 22 20 Valkenburg 20 25 12 10 Voorschoten 229 236 92 87 Warmond 53 55 86 23 25 Zoeterwoude 94 34 34 Overige 20 21 11 9 Totaal 5049 4984 1766 1737 De miskelk uit 1510. dragen dat de 453 schilde rijen, die hard aan restau ratie toe zijn, ook daad werkelijk opgeknapt wor den. Daartoe is een plan opgesteld. Voor 1990 hoopt men 199 van het to tale aantal in slechte staat verkerende doeken te kunnen restaureren. allang achter de rug, maar er is nog genoeg te doen. Geen aspect blijft in dit gedenk boek onaangeroerd; strijdvra gen en discussies, de weg naar de toekomst, zo vol doornen, en dat allemaal te gen de achtergrond van een bezuinigingswedloop; twij fels, hoop en vertrouwen: het is alles verpakt in deze jubi leumuitgave. Toch zei eens de vorige di rectrice, mejuffrouw Lee mans die haar eigen uitge sproken ideeën had over de „prijs van het voortbestaan" met enige soevereiniteit: „Men komt hier voor zijn hobby. De kantklossers ko men hier om te kantklossen en niet om een bewustwor dingsproces door te maken. Het Volkshuis is geen oord waar om elke hoek een ge studeerde betweter loert, maar een huis waar je plezie rig een schemerlampje kunt timmeren of een jurkje naaien". Zo konden op aller lei manieren contouren van volksopbouwende activitei ten, opmerkelijk of minder opmerkelijk, worden aange geven. Hoogdravend De doelstellingen, methoden en werkvormen (feitelijk vreedzaam, maar strijdbaar in wezen) zijn sinds de begin jaren van het Volkshuis wel iswaar sterk veranderd, aan gepast aan het tijdbeeld, maar voor "veel, al dan het „gekleurde", Leidenaars is het opmerkelijke gebouw (eens het uitdagend voor werp van een plezierig aan doende architectuur) aan de Apothekersdijk nog altijd het symbool van de gezelligheid en de strengheid uit hun volkshuistijd. Je leerde er veel of iets, je kon je er ver maken, je werd er een beetje gepantserd tegen de listen en lagen van een wat „hoogdra- vender" maatschappij, die in de bovenlaag wel „schoner" zaken aan het hoofd had. De sfeer die veel bewoners van deze stad, in de winterkou of op de vrije zondagen, zelf hebben gekenck komt in de beschrijving van de geschie denis en in de tientallen fo to's uit de verschillende pe riodes van het Volkshuisbe- staan sterk naar voren. Het boek is ook een document, waarin elk streven naar soli dariteit en menselijke waar devermeerdering wordt on derstreept. Al waren en zijn de wegen daantaar nog zo verschillend. De Stichting heeft het boek zelf uitgegeven en kon de prijs laag houden: tot 15 mei a.s. (dus het is wel even haas ten) kan iedereen het boek tegen de speciale voor-inte kenprijs van ƒ,20.- bestellen bij het Volkshuis, Apothe kersdijk 33, of telefonisch (0 71) 14 40 87. Landelijk voorbeeld Het Leidse Volkshuis \yas te gen het einde der vorige eeuw een landelijk voorbeeld van betrokkenheid voor an dere instellingen op sociaal- cultureel terrein. De voe dingsbodem hiervoor was ook bijzonder „vruchtbaar": met Maastricht is Leiden (waar een groot deel der be roepsbevolking in fabrieken zat opgepropt) een stad die het meest te lijden heeft ge had van de negatieve effec ten van de 19e eeuwsé indu striële revolutie. De machi nes begonnen het toen al te winnen van de persoonlijke inspanning. Een opeenhoping van mensen die vaak op er- barmelijke wijze gehuisvest waren en geestelijk onder voed. En op die grond kwam het Leidse Volkshuis te staan, als tastbaar symbool van de so ciale strijd van een „Gideons bende"; relatief gezien klein dus. Ontwikkelingswerk en opbouwwerk onder fabriek sarbeiders en huishoudelijk personeel. Verheugend, maar hoe zet je het op poten, met een inbreng van buitenaf? Alleen in Leiden was in ons land sprake van een engage ment van docenten en stu denten met dat werk. Men streefde naar een' completere sociale en culturele opzet, zoals in Engeland voor de ar beidende klasse al bereikt was. De naam Toynbee zegt in dit opzicht wel iets. Leids pionierswerk, dat later ook elders in den lande werd voortgezet binnen het stra mien van volks- en dorpshui zen. Werk verschaffing Deze uitgebreide en rijkelijk van documentatiemateriaal voorziene kroniek geeft een beeld van diepgravend „wel fare-werk", gericht „op de verheffing van de lagere standen" en zich toeleggend op volwassenen- jongeren- en buurtwerk. Geen luxe, in een fabrieksstad die Leiden terecht om te zien hoe een schilderij gemaakt wordt. Deze expositie, die overigens tot 1 juni duurt, is bij^ uitstek ge schikt voor kinderen. Tijdens de open dag zal Suzanne Blok huis, hoofd van de educatieve dienst, om 20.00 uur een inlei ding houden over de tentoon stelling. Voorts kan men kij ken naar een miskelk uit 1510 en een viertal koperen kande laars, die in maart 1981 weV- den aangetroffen bij sloop werkzaamheden op het Doe lenterrein. De kandelaars zijn eeuwen lang in een kelder op geborgen geweest. De Leidse universiteit, eigenaar van de grond en dus van de vondst, heeft de vier kandelaars over gedragen aan de Lakenhal. De vrij zeldzame verguld zilveren miskelk werd in 1510 vervaar digd door de Lëidenaar Wil lem Dircxsz en is eigendom van de parochie van de H.H. Victor en Gezellen in het plaatsje Wamel. Uniek in de Lakenhal is het sponsorproject, dat men heeft opgesteld. Het ligt in de bedoeling, dat particulieren of bedrijven door giften er voor zorg t daal i is vtf wee l tart h ogi 'en. li Teeln] IDA), 5j"oer(vjtaai monument; aan 'icht ter opstanding n gerieve van een uperd proletariaat, »ndervoede" onder- de filie in onze dagen 9 gehi$ ellende ontgroeid n wezijopvol aan het af- 'C JefJi is: zo zouden we •m 0,schiedenis van ne- j jaar sociaal-cultu reel werk binnen de stichting Het Leidse Volkshuis mogen betite len. Uiteraard kon daar, met een beetje goeie wil, een boek over geschre ven worden. Dat boek had feitelijk een paar jaar geleden al uit moe ten komen, toen het on derdak en „workshop" van de stichting, het steenrode Volkshuis aan de Apothekersdijk, 80 jaar bestond. Drie bij de zaak betrokken auteurs de studenten Henk Kramers, Jaak Slangen en Marius Vroegindèwei zetten zich aan de be schrijvende arbeid, maar stuitten, steeds geestdrif tiger wordend, daarbij op zo veel boeiend foto- en informatiemateriaal, dat er naar hun smaak nog wel een boek bij kon. Destijds werd besloten dan maar de uitgave uit te stellen totdat -men met één groot werk over het Volkshuis op de proppen kon komen. Dat is nu gebeurd, met „Het Leidse Volkshuis 1890 1980: geschiedenis van een stichting sociaal-kultureel werk": bijna 300 (flinke) bladzijden tekst door het drietal schrijvers samenge steld met een portie weten schappelijke "ijver ge steund door meer dan 150 fo to's. rond 1900 nog was, aangevre ten door het spook der bede ling. Werkloosheid en werk verschaffing alom; fabriek sarbeiders die minder „kies keurig" waren dan, bijvoor beeld, ambachtslieden met een sterker standsgevoel en die zich te fatsoenlijk vonden om handenarbeid samen met „bedelaars en dronkelieden" te verrichten. Werkverschaf fing, om op je poten te kun nen blijven staan, dat was waarvoor socialisten, libera len en christelijke initiatie ven zich afwisselend sterk maakten. Een prijzenswaar dige ijver met soms, volgens het tijdeigen, „sterk paterna listische trékken". In 1892: Leiden, „met één buurt waar dertig gezinnen wonen met één privaat en geen drinkwa ter...". Ook daar zou wat aan gedaan moeten worden. Het kloeke Volkshuisboek beschrijft, aan het begin van een geschiedschrijving die bijna een eeuw beslaat, een grauw, miserabel tijdvak „vol slechte woningen, slechte en vaak eenzijdige voeding („meer zoute graat dan vis")". In de tijd van „de nieuwe aardappelen" (op die aardappels is een volk groot gehouden: „even de aardap pels afgieten", zeggen we nog, in een bepaald verband) werden er nooit groenten op gediend, dan at men er „braad" bij: gedroogde en ge zouten schollen; één bokking voor het gehele gezin in de bokkingtijd; melk en eieren waren niet te betalen, grau we meelpap werd in water gekookt. Vlooiebeten Hygiëne: nul komma nul. Want zeep kostte geld. Veel ongedierte. Kinderen uit „smerige" gezinnen hadden vaak hun hals vol rode vlek ken: vlooiebeten. „Oudere meisjes die-verkering hadden deden een doek met azijn om hun hals: dan verbleekten de vlekken". In de grachten, als riool gebruikt, werd het was goed uitgespoeld. Dit alles, en nog veel meer, wordt in kleuren en bijna geuren verteld door de drie auteurs, die in hun uitputten- de werk zich er zeker niet met een Jantje van Leiden vanaf hebben gemaakt. Na de jaren '90, vorige eeuw, kwam er schot in de sociaal- culturele „hulpverlening", waarin het Leidse Volkshuis zo'n groot aandeel heeft ge had. Goedgevulde hoofdstuk ken beschrijven, onder meer, het „herfsttij van het libera lisme", de figuren van de op richters en promotoren van het Volkshuis, de betrokken heid van de universitaire ge- bieehschap, en enkele typi sche aspecten van het volks huiswerk zoals vakantie- en vormingswerk. Vervolgens komen ook verschillende volgende periodes van terug gang en opkomst aan de Strijdvragen Het „dienstbodevraagstuk" is Aan de Haarlemmerstraat was de officiële voorkant van het Leidse Volkshuis, hier gekiekt rond de eeuwwisseling. Later is de achterkant, aan de Apothekersdijk, de „hoofdingang" geworden. irijven -ZIT! De Lakenhal de Ka^ndaag voor het ?gen dlchtereenvolgende ie bewjn huis. Die dag •gunnijyens de eerste In- n PPh)ale Museumdag nciel/1- De Lakenhal ibrek jhalve haar uitge- gedyfc)llectie, een aan- ïsheffii^tjes voor het pu- petto. De toegang' lakenhal is gedu- J! hele dag vrij. voormalig schaftlo kaal op te knappen, heeft de Lakenhal er een extra ruimte' bij. Daarin heeft men, speciaal voor de internationale mu seumdag, de tegelcollectie van de heer G. de Goederen, chro nologisch gerangschikt, onder gebracht. Deze in Woerden wonende hoogbejaarde man heeft ruim veertig jaar aan zijn collectie gewerkt. Eind 1980 waren deze tegels ook al ii\ Leiden te bewonderen. Nu echter heeft de Lakenhal ze in „langdurig bruikleen" gekre gen. Op de eerste etage kan men die maart vorig jaar in een kelder terrein werden aangetroffen. no? ffstuur van de stichting voor het vólkshuiswerk in Leiden kende, aan de wieg, a'e "?mes, van wie Emilie Charlotte Knappert de eerste directrice werd. Op deze an rond 1900) ziet men het geëngageerde bestuur zittend van de unlver- juridische faculteit; staand, van links naar rechts maar todh wel vrij links, drie e oprichters: mr. Hendrik Barend Greven, voorzitter mr. Hendrik Lodewijk er en ondervoorzitter mr. Willem van der Vlugt. aren van de eerste wereldoorlog waren ook in Leiden veel Belgische vluchte- uit Antwerpen en omstreken terechtgekomen, een stuk of honderd. Enkele an vonden onderdak in het Volkshuis, waar men in kleine kamertjes woonde.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 5