Wiegel behoefde slechts „ja" te zeggen
feestelijke vader UC-project
irofJ. Kistemaker 65 jaar
Frisse groen van D'66
door affaires verkleurd
mtensteBinnenhofbuiten-steBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenj
lUitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitehsteBinnenhofbuitensteBinnerihofbuitensteBinnen
üiN THIJN WILDE (MAAR KON OOK) NIET ANDERS
3jS
,o, INNENLAND
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 24 APRIL 1982 PAGINA 7
moest er eens van komen,
r bestond aan het Binnen-
geen twijfel over. De
sg was alleen: wanneer
ir weten we nu dus ook het
woord op. Jongstleden
vlag werd Ed Nijpels, de
rige Bergen-op-Zomer, de
we leider van de VVD-
ie in de Tweede Kamer.
verrassing was het niet.
i de studentikoze jurist
°ls op 25-jarige leeftijd zijn
ede in de Tweede Kamer
duurde het niet lang
ij in de wandelgan-
I werd getipt als toekomsti-
jppvolger van fractieleider
mei. Naarmate de man lan-
fin de Kamer zat, bleek
l/s duidelijker dat Zowat
1eigenschappen die een po
lk leider dient te bezitten
|üj hem verenigden: poli-
X inzicht, een gedegen be-
ttrant, flair, een vlot voor-
Ien en een goed gevoel
voor publiciteit. Van dat laat
ste heeft Ed in de afgelopen ja
ren een aantal opmerkelijke
staaltjes vertoond. Zo stuurde
hij op een dag aan de verte
genwoordigers van alle publi
citeitsmedia een hardgekookt
ei, een ludieke grap waarmee
hij een eind wilde maken aan
het feit dat zijn achternaam zo
vaak werd verward met die
van de D'66-afgevaardigde
Nypels uit te spreken als Nie-
pels). „De „ij" in mijn naam
spreek je uit als „ei" en niet
als „ie". Hopelijk vergeten jul
lie het nu nooit meer", zo luid
de Nijpels' boodschap, getikt
op een vel papier waarin het
ei was verpakt.
Ook was het Nijpels die inder
tijd met succes bij kamervoor
zitter Vondeling bepleitte, tij
dens het carnaval voortaan
geen belangrijke kamerdebat
ten of stemmingen meer te
houden zodat de kamerleden
uit het zuiden voortaan met
een gerust hart hossend thuis
konden blijven. Nimmer heeft
Ed onder stoelen of banken
gestoken, dat hij een fervent
carnavalsvierder is. Als zoda
nig maakt hij in zijn woon
plaats Bergen op Zoom (met
carnaval Krabbegat geheten)
zelfs deel uit van het hoempa-
orkestje „Wa summe nou
ebbe?waarin hij rond de
vastentijd de bekkens pleegt te
beroeren.
Hoewel hij in Den Helder
werd geboren, roept alleen zijn
doorgaans wat verwaaid zit
tende haardos nog enige her
inneringen op aan de winderi
ge start van zijn levensloop.
Voor het overige is Nijpels een
Brabander in hart en nieren
en zo mag hij zichzelf ook
graag betiteld zien. Zou dat
trouwens niet een nieuwe ver
kiezingsleus voor de VVD
kunnen worden: „Wa summe
nou ebbe?" Een nieuwe leider,
een nieuw geluid. Een verfris
send alternatief voor de kre
ten „Samen aan het werk" of
„Gewoon jezelf kunnen zijn",
waarmee de VVD zich in het
Wiegel-tijdperk aan de kiezers
presenteerde.
ED 2
„Dat worden mooie tijden",
gnuifden twee medewerksters
van het VVD-secretariaat in
de Tweede Kamer tegen el
kaar, toen zij met een glas
champagne in de hand de
fractiekamer rondkeken, die
kort na Eds benoeming tot
nieuwe leidsman in een hek
senketel was veranderd. De
ruimte was gevuld met opgeto
gen fractieleden en breed la
chende medewerkers en be
stuursleden van de VVD, die
Nijpels naar hartelust de hand
schudden en op de schouders
klopten. Slechts Neelie Smit-
Kroes stond, gebronsd door
een zonnige paasvakantie, iet
wat beteuterd terzijde. Zij had
tevergeefs gehoopt, ook een
reële kans op het politiek lei
derschap te maken en kon het
klaarblijkelijk nog niet hele
maal bevatten dat de kroon zo
snel en soepel van Wiegels
hoofd over het hare heen naar
dat van Nijpels was verhuisd.
Intussen maakten Wiegel en
zijn opvolger zich gereed, een
korte persconferentie te beleg
gen. Wiegel, glunderend als
een trotse vader wiens zoon
zojuist het florerende familie-
bedrijfje heeft overgenomen,
legde uit hoe de benoeming
van Nijpels in zijn werk was
gegaan en gaf daarna het
woord aan de nieuwe fractie
leider, die het volgens hem
verder alleen wel af kon. Ver
volgens verhief hij zich van
zijn zetel, blikte de zaal rond
en sprak op gedragen toon:
„Dames en heren, ik zal zoda
delijk door die deur daar ver
dwijnen en dan ziet u mij niet
meer terug. Ik groet u". Hij
pakte de voor hem liggende
paperassen op, nam ze onder
de arm en schreed statig naar
de tevoren aangewezen deur.
Bij de drempel keerde hij zich
nog even om, wuifde licht bui
gend de aanwezigen met zijn
papieren toe en verliet onder
applaus van de fractieleden
het vertrek. Zelden is in de
politiek het bekende afgaan
door de zijdeur" zo potsierlijk
in beeld gebracht.
ED 3
In de grote vergaderzaal van
de Kamer werd Ed even later,
omringd door een bataljon fo
tografen, bedolven onder ge
lukwensen van collega-parle
mentariërs, van communisten
tot staatkundig gereformeer
den. Na enkele minuten ver
stomde het gegons, toen Ed het
spreekgestoelte beklom om
voor het eerst in zijn nieuwe
functie het woord te voeren.
Duidelijk hoorbaar met de ze
nuwen in de keel vroeg hij
„namens mijn fractie" een de
bat aan over de perikelen in
het kabinet rond de Voorjaars
nota. Toen hij, onder het goed
keurend oog van Wiegel, zijn
zegje had gedaan, beende hij
met grote passen terug naar de
banken van zijn fractie, doch
werd in zijn loop gestuit door
CDA-fractieleider Lubbers,
die zich blijkbaar plotseling
realiseerde dat hij de nieuwe
VVD-leider nog niet met diens
benoeming had gefeliciteerd.
Met een theatraal gebaar stak
Lubbers de jonge liberaal de
hand toe en schudde die, on
der algemene hilariteit, met
een verontschuldigend gezicht
krachtig op en neer.
Later op de dag kwam Nijpels
opnieuw met Lubbers in con
tact, maar toen ging het al
over gewichtige politieke za
ken. Bij die tweede ontmoe
ting bleek dat Ed nog niet he
lemaal aan zijn nieuwe rol ge
wend was. „Ik stond", zo ver
telde hij aan enkele journalis
ten, „in de fractiekamer nog
wat met Wiegel over de ge
beurtenissen na te praten, toen
opeens Lubbers zijn hoofd om
de hoek van de deur stak".
„Stoor ik?", vroeg Lubbers.
„Nee hoor", zei ik, „ik ga wel
even weg". Zei Lubbers: „Ik
heb Hans niet nodig, maar jou.
Jij bent toch de fractieleider?"
„Gek hè, ik besefte het nog
steeds niet helemaal. Ik was
nog zo gewend aan het oude
patroon".
De volgende dag lachte Nij
pels' hoofd heel krantenlezend
Nederland in veelvoud toe.
„Oppositieleider Nijpels wil
debat over Voorjaarsnota",
stond in enkele dagbladen te
lezen, 't Is nog wel even wen
nen, maar waarschijnlijk zal
het niet lang duren eer Wiegel
in het Haagse vergeetboekje is
geraakt. Tot nu toe heeft, zo
vernamen wij, slechts één
VVD'er zijn partijlidmaat
schap opgezegd. Vanwege Nij
pels. De spijtoptant vond Eds
benoeming het stomste wat de
VVD sinds jaren had gedaan.
DICK VAN RIETSCHOTEN
iflELO AMSTER- wilde sluiten met Brazilië over
M „Het werkelijke levering van 2000 ton verrijkt
ijon van kernenergie uranium. Links politiek Ne-
i) mi
uui taat wanneer de op-
kingsfabrieken niet
loende onder interna-
e controle staan en
aakt worden, waar-
explosieve materia-
als plutonium beschik-
kunnen komen voor
^ogsdoeleinden of ter-
rceièfctische activiteiten".
uitspraak deed prof. J.
imaker vijf jaar geleden
n interview met het blad
nt>in1eudefensie". Achtergrond
het vraaggesprek was de
uite citeitsgolf die op dat
)lik de voorgenomen uit
ing van een Almelose
ium verrijkingscomplex
Centrifuge Nederland
M (t l) begeleidde. Kort daar-
-9 (t was namelijk bekend ge
en, dat Urenco de ver-
organisatie van het UC-
waarvan „Almelo" een
tdeel is een contract
derland liep te hoop tegen het
geesteskind van prof. Kiste
maker, de ultra-snel roterende
centrifuge met behulp waar
van uranium verrijkt wordt
(maximaal vijf procent), waar
door het geschikt wordt om als
brandstof te dienen in kern
centrales.
Een van de argumenten in de
discussie was dat Brazilië het
verdrag dat een verdere ver
spreiding van kernwapens wil
tegengaan (NPV) niet had-
heeft willen ondertekenen,
waardoor het later in nucleai
re elektriciteitscentrales ont
stane plutonium met onvol
doende veiligheidsmaatregelen
zou zijn omgeven. Bij die gele
genheid stelde prof. Kistema
ker de risicofactor, welke aan
kernenergie is verbonden, op
één lijn met die welke kleefde
aan de chemische industrie.
Een uitzondering daarop
maakte hij in dit verband voor
de opwerkingsfabrieken, waar
bestraalde splijtstof, gerecycled
wordt.
Gisteren werd prof. Kistema
ker 65 jaar. Om die reden
neemt hij per 1 mei a.s. af
scheid als directeur van de
stichting Fundamenteel On
derzoek der Materie (FOM) in
Amsterdam. Hij bekleedt deze
functie sedert 1953 en ver
wierf een wetenschappelijke
reputatie door zijn publicaties
op het gebied van massa-spec-
trometrie en isotopenschei
ding. Uit een van deze techno
logieën, die van de ultra-snel
ronddraaiende centrifuge,
werd het uranium verrijkings-
gebeuren geboren, zoals dat
vorm heeft gekregen in Alme
lo, Capenhurst en sedert
vorige week in Gronau.
Het UC-project, waarin Neder
land, West-Duitsland en Enge
land op basis van gelijkwaar
digheid samenwerken kan dan
ook worden beschouwd als de
industriële vertaling van Kis-
temakers wetenschappelijk on
derzoek.
In 1977 ontving hij samen met
zeven andere geleerden in
^verzicht van een cascadeopstelling van de ultra-snel roterende centrifuges, met behulp waar-
nder andere in Almelo uranium verrijkt wordt tot een graad, waardoor het geschikt is om als
fr Istof te dienen voor kerncentrales.
West-Duitsland de Krupp-prijs
als blijk van waardering voor
zijn bijdrage aan de toekomsti
ge energievoorziening in de
wereld. Een jaar later kreeg
hij het eredoctoraat van de
Marie Curie-universiteit in het
Poolse Lublin, gevolgd door
een eredoctoraat van de uni
versiteit van Luik in 1979. Se
dert 1980 is prof. Kistemaker
lid van de Koninklijke Neder
landse Academie voor Weten
schappen; zijn werk als direc
teur van het FOM-insituut
wordt gehonoreerd met een
symposium in Amsterdam dat
als motto draagt: „Manage
ments of Science".
Omstreden
De figuur van prof. Kistema
ker is een tijdlang omstreden
geweest, onder andere door de
publicatie van een boek van
de Nederlandse journalist Wim
Klinkenberg, die hem daarin
beschuldigt in 1944 gedurende
drie maanden te hebben mee
gewerkt aan de door de nazi's
opgezette cq gecontroleerde
NV Cellastic. Weliswaar was
Kistemaker direct na de
Tweede Wereldoorlog „gezui
verd", het boek van Klinken
berg had wel tot gevolg, dat in
1971 een groot deel van de Ne
derlandse pers over hem heen
viel. Mede als gevolg daarvan
toonde prof. Kistemaker zich
gedurende een lange reeks
van jaren uiterst voorzichtig in
zijn contacten met journalis
ten, die naar zijn mening
„vandaag de dag schrijven
over zaken waar ze niets van
afweten en uitsluitend ruimte'
hebben voor hun eigen voor
oordelen, terwijl ze niet weer
geven wat er werkelijk ge
beurt".
In dit licht plaatste hij de veel
al uiterst kritisch getinte pu
blicaties over het gebruik van
kernenergie en de daaraan
verbonden risico's en gevaren.
In het interview met „Milieu
defensie" zegt Kistemaker
hierover letterlijk: „Kernener
gie als zodanig neemt niet spe
ciaal een bijzondere positie in
en is niet gevaarlijker dan b.v.
de enorme chemische indu
strie, die over de gehele we
reld ook in bevolkingscentra
Prof. Jacob Kistemaker (65),
geestelijke vader van het UC-
project
verspreid is. Daar spreekt nie
mand over, omdat iedereen
wel aanneemt, dat de zorgen
om de veiligheid van een che
misch bedrijf voldoende zijn".
Vandaag de dag zegt hij dat
innovatie-experimenten in
Nederland vaak mislukken
doordat ambtenaren, die over
heidsgelden beschikbaar moe
ten stellen, hun verantwoorde
lijkheid op dat gebied ontlo
pen, terwijl anderzijds het in
dividualisme in ons land over
gewaardeerd zou worden. Ook
zou in Nederland de middel
maat maatgevend zijn. Dan
zijn er volgens Kistemaker de
mensen die werkelijk iets in
hun mars hebben en die met
bosjes wegtrekken uit Neder
land. Verder suggereert hij dat
er chaos zou heersen aan uni
versiteiten en onderzoekinsti
tuten, „waardoor je de boel
mooi naar de bliksem helpt".
Ideeën
Behalve dat prof. Kistemaker
verscheidene functies bekleedt
uit hoofde van zijn reputatie
als atoomfysicus, is hij conser
vator van de natuurkundige
afdeling van het Haarlemse
Teylermuseum. Na zijn pensio
nering gaat hij enige tijd doce
ren in China. Hij heeft laten
blijken graag betrokken te
willen worden bij onderzoek
naar een nieuw type kernreac
tor, die minder proliferatie-ge-
voelig is dan de huidige gene
ratie kernreactoren. „Sinds
1974 heb ik ideeën daarover",
aldus Kistemaker. „Maar ik
heb er maar heel weinig mid
delen voor gekregen".
KLAAS GOïNGA
DEN HAAG Op het
Haagse Binnenhof doet
het volgende navrante
grapje de ronde; „Weet je
waar D'66 voor staat? De
linquenten '66". In het po
litieke bedrijf is het leed
vermaak niet van de lucht
nu D'66 steeds verder weg
lijkt te zakken in „affai
res" van partijleden.
We zetten de zaken nog even
op een rijtje:
De lijsttrekker bij de Pro-
vinciale-Statenverkiezingen in
Zuid-Holland, Pieters, werd
geroyeerd nadat bekend was
geworden dat de man te ma
ken heeft gehad met vier frau-
de's bij faillisementen en drie
weken vast heeft gezeten voor
postzegelfraude;
de lijsttrekker bij de in juni
te houden gemeenteraadsver
kiezingen in Haarlem, Breg-
man, werd geroyeerd nadat de
man gearresteerd was op ver
denking van brandstichting in
zijn eigen woning en zijn va
kantiewoning in België, dief
stal van zilver uit de woning
van een partijgenote (en colle
ga-raadslid) en mogelijk ook
brandstichting in haar woning;
de lijsttrekker bij de ge
meenteraadsverkiezingen in
Assen, Sekeris, stapte eigener
beweging op nadat bekend ge
worden was dat hij geld van
zijn werkgever had gebruikt
om zijn eigen huis te stofferen;
in Holten en Raalte stappen
D'66-kandidaten voor de ge
meenteraadverkiezingen op,
naar vermoedt wordt op soort
gelijke gronden als hun mede-
partijleden in Zuid- Holland,
Haarlem en Assen;
de landelijke D'66-penning-
meester Klaver wordt geroy
eerd wegens een slechte finan
ciële bedrijfsvoering en moge
lijk ook vanwege zijn banden
met lijsttrekker Pieters.
Hoe is dit nu allemaal moge
lijk bij een partij die overkoqit
als uiterst netjes en wars van
onwelriekende praktijken, die
opkomt voor fatsoen in de po
litiek? De belangrijkste oor
zaak kan gevonden worden in
het feit dat D'66 bij de kandi
daatstelling voor verkiezingen
geen selectie toepast. Er is
geen systeem binnen de partij
waarbij aanbevelingen of ad
viezen worden gegeven over
bepaalde kandidaten zoals bij
andere grote partijen wel het
geval is.
D'66 vindt een dergelijke pro
cedure niet netjes en ondemo
cratisch, maar het is de vraag
of deze instelling zich nu niet
tegen de partij gaat keren.
Voeg daarbij het feit dat D'66
een snelle groei heeft doorge
maakt, waarbij allerhande
mensen zich bij de partij heb
ben aangesloten, alsmede het
feit dat D'66 wegens de groei
veel mensen nodig had die
verantwoordelijkheid in de
politiek wilden dragen, plus
het feit dat nieuwe leden met
een stemrecht hebben op ver
gaderingen, en de gang van
zaken lijkt verklaard.
Wegens de snelle groei van de
partij bestaat er bovendien
geen vorm van interne sociale
controle die er wel is bij VVD,
PvdA en CDA. Binnen de
VVD geven partijleden elkaar
informatie over nieuwe leden,
bij de PvdA moeten de afde
lingen advies uitbrengen over
nieuwe leden en in het CDA is
er een wachttijd van acht we
ken voor nieuwe leden om zit
tende leden de kans te geven
te reageren op een aanvraag
tot partijlidmaatschap. Bij D'66
ontbreekt dit alles.
Studie
Ondertussen is het frisse groen
van D'66 door de affaires die
nu aan het licht zijn gekomen
komen danig verkleurd. In
tern is de partij inmiddels be
gonnen om via een commissie
te bekijken wat er gedaan
moet worden aan het huidige
systeem van kandidaatstelling
en het toelaten van nieuwe le
den.
Of de resultaten van die stu
die, en mogelijke maatregelen,
nog op tijd komen valt te be
twijfelen. Immers, bij de re
cente Statenverkiezingen
bleek al dat de vlucht omhoog
van de partij tot een einde is
gekomen. Haalde D'66 in mei
van het afgelopen jaar bij de
verkiezingen voor de Tweede
Kamer nog elf procent van de
stemmen (waarmee zeventien
kamerzetels in de wacht wer
den gesleept), bij de Statenver
kiezingen van maart was het
stemmenpercentage 8,3: het
geen goed zou zijn geweest
voor slechts twaalf kamerze
tels.
D'66-minister Terlouw, nog
steeds de onbetwiste leider
van de Democraten, verklaar
de het verlies onmiddellijk
door de slechte opkomst van
vooral jonge kiezers. Terlouw -
had er misschien beter aan ge- a
daan ook zijn eigen positie bin
nen het kabinet als oorzaak
aan te geven. Juist zijn optre
den als minister van economi-
sche zaken in de eerste maan
den van het bestaan van het
kabinet had tot veel kritiek en
wrevel aanleiding gegeven.
Dit optreden en de kritiek
werden ook breed uitgemeten
in de media.
Rechtsgevoel
Waaraan het verlies van D'66
precies te wijten is, zal wel
nooit uit te maken zijn, maar
dat het optreden van Terlouw
heeft bijgedragen tot het ver
lies staat buiten kijf. Daarmee
lijkt de toekomst van de partij
er niet zonniger op te worden.
Met de affaires die nu aan het
daglicht zijn gekomen valt een
verder verlies bij de gemeen
teraadsverkiezingen in juni te
voorzien en daarmee een in
boeten aan invloed en politie
ke macht.
Dit proces zal ook niet gestopt
kunnen worden door het roye
ren van partijleden. Dat dit
royeren een soort paniekreac
tie is, valt bijvoorbeeld op te
maken uit het feit dat de za
ken waarin Pieters verwik
keld was zich in de laatste
twintig jaar hebben afge
speeld, terwijl de man er in
1969 al eens door de rechter
voor veroordeeld is.
Bregman werd geroyeerd ter-
wijl hij nog niet door justitie
schuldig bevonden was aan de f
hem ten laste gelegde zaken. J
Een sterk staaltje van hande
len tegen de regels van onze
democratische rechtsorde.
waar men tot een veroordeling
alleen spreekt over een ver
dachte. De ,wil het eigen bla-
zoen snel te zuiveren lijkt ech-
ter bij D'66 nu sterker dan het
democratisch rechtsgevoel.
CAREL GOSELING
d»t»,n;
pht
101
Htei
HAAG „Een slag in het gezicht". Ziedend wendde de
>uwenscommissie uit de Staten van Friesland zich deze
per brief .tot Ed van Thijn, de minister van binnenlandse
De woede van de provincie gold de manier, waarop de
ling van VVD-voorman Hans Wiegel tot haar commissa-
n de koningin tot stand was gekomen. In Gelderland, waar
id jaar Molly Geertsema moet worden opgevolgd, is men
ninder bezorgd. Zijn wij nu aan de beurt om voor joker
worden? vraagt men zich daar af.
ig en andere zullen wij proberen te beantwoorden aan
nd van een reconstructie van de benoeming van Wiegel,
oerden daarvoor gesprekken met mensen uit de directe
ving van de meest betrokken politici,
e week dinsdag rinkelde bij Van Thijn op het bureau de
sn. Hans Wiegel aan de lijn. Na rijp beraad had hij beslo-
n eventuele benoeming in Friesland te aanvaarden. Hoe-
ie mededeling niet geheel onverwacht kwam, werd de
ig van de minister even wat sneller. Die paar woorden be
ien nogal iets. „Wiegel inderdaad weg uit Den Haag", flit-
door Van Thijn heen. Lang stilstaan bij die, zeker voor
'vdA, zeer interessante gedachte kon hij echter niet. Hij
als een razende aan het werk, wilde de benoeming nog op
~id komen.
dan de minister-president zelf, zijn „persoonlijke vriend" Dries
van Agt. En dus had Van Thijn, toen het zoeken naar een opvol
ger van mr. Rijpstra begon, de plicht bij de VVD-leider te infor
meren of hij beschikbaar was. Het leek van wel, want de VVD-
voorman had in de afgelopen maanden niet onder stoelen of
banken gestoken, dat hij het eigenlijk niet zo naar zijn zin had
als fractieleider in de oppositie. Een Wiegel doet niet gaarne
twee keer hetzelfde; hij voelt zich meer aangetrokken tot het
onbekende, vertelde hij tegen een ieder die het maar horen wil
de. Maar ja, er was één ding, dat Wiegel nog meer ambieerde
dan een commissariaat: voortzetting van zijn ministerschap. Ge
zien de niet geringe kans dat het kabinet-Van Agt II op korte
termijn zou vallen, in welk geval het CDA wellicht weer met de
VVD zou gaan regeren, vond Wiegel dat hij Van Thijn nog maar
even in onzekerheid moest laten. Eerst de worsteling rond de
Voorjaarsnota afwachten.
Zeer kort dag
Maar toen in het grauwe ochtendgloren van de 9e april premier Conclusies
Van Agt en vice-premier Den Uyl het over dat stuk eens wer
den, was het pleit beslecht. Dus Èd van Thijn gebeld. Deze legde
er vooral de nadruk op dat het zeer kort dag was. 's Zaterdags
zou de koningin afreizen voor haar staatsbezoek aan Amerika.
sing voor de dames en heren uit Leeuwarden. Er was nog een
zeer geschikte kandidaat, met eveneens veel bestuurlijke erva
ring, wiens naam helaas niet genoemd kon worden. De betrok
kene wenste zijn sollicitatie geheim te houden.
Van Thijn erkende echter wel, op een vraag van de fractievoor
zitster van de PvdA, dat de betrokkene een VVD'er was. „Wie
gel," werd er vervolgens in de commissie gemompeld. De minis
ter sprak het niet tegen. Zo kon het gebeuren dat de zaak nog
die donderdag bekend werd, hoewel Ed van Thijn zich tegeno
ver verslaggevers van de domme hield.
Op zijn vrijdagse persconferentie vertelde premier Van Agt dat
de ministerraad besloten had de heer Wiegel voor te dragen bij
de koningin en dat de benoeming inmiddels een feit was. Tussen
het pakken van de koffers door had de vorstin de tijd gevonden
het betreffende Koninklijk Besluit te voorzien van haar signa
tuur. Wat Van Agt er niet bij vertelde was dat het kabinet una
niem was geweest in zijn voordracht.
ladwerkelijke belangstelling van de VVD-chef voor de
e van CdK in Leeuwarden was een redelijk goed bewaard
n. Onder het nu nog bestaande systeem maar dat gaat
it veranderen zijn er namelijk twee soorten kandida-
>or een commissariaat van een provincie. Iemand kan zelf
teren bij de minister, waarna hij zich dient te melden bij
rtrouwenscommissie uit Provinciale Staten. Maar ook kan
d anders een kandidaat voordragen bij de minister. Dat
onder meer het voordeel dat de ambities van de man of
in kwestie niet bekend worden.
Wiegel nu was voorgedragen en door niemand minder
Als het voorbereidende werk niet voor die tijd klaar was, moest
men twee weken wachten voordat het benoemingsbesluit onder
tekend zou worden. Dat risico werd te groot bevonden. Als de
zaak uitlekte, zou Wiegel en plein public tegenover de kandidaat
van Friesland, de Fries Wil Albeda, eveneens ex-minister,
komen te staan. Daardoor zou er verzet kunnen rijzen tegen de
VVD-kandidaat, waardoor de zaak alsnog zou afspringen.
De volgende dag dus al moest Wiegel naar de dokter voor de
keuring en de dag daarna praatte Van Thijn met de leden van
de Vertrouwenscommissie. Die laatsten kwamen officieel vertel
len dat Albeda als nummer één op hun lijst stond. Alleen de
VVD'er in het gezelschap meende dat het ook nog wel iemand
anders zou kunnen worden. De minister had echter een verras-
Uit deze reconstructie kunnen conclusies worden getrokken.
Ten eerste blijkt de benoeming van Wiegel vast te hebben ge
staan vanaf het moment dat de man de functie bleek te willen
hebben. Immers, zowel de premier als de minister van binnen
landse zaken steunden zijn kandidatuur. Beiden mogen Wiegel
en vinden hem een goed bestuurder, beter nog dan Albeda.
Maar daarnaast waren er natuurlijk nog wat redenen. Van Thijn
zou wel gek geweest zijn, als hij Wiegel niet had gewild. Voor de
PvdA kwam het voorgenomen vertrek van de VVD-baas als een
geschenk uit de hemel. Niet zozeer, omdat de liberalen in Wie
gel een prima leider en stemmentrekker hadden, alswel omdat
premier Van Agt nu misschien iets meer warmte kan opbrengen
voor het huidige kabinet.
Maar daarmee staat niet tevens vast dat Van Thijn om vuige
partijpolitieke redenen zijn zolen heeft afgeveegd aan de provin
ciale politiek. Die gedachte, die in Friesland en ook in de Twee
de-Kamerfractie van het CDA leeft, is ook aantoonbaar onjuist
Dries van Agt was er immers ook nog en hoe ongaarne hij Wie
gel ook zag vertrekken, voor hem stond het vast dat zijn oude
makker dit commissariaat niet mocht worden onthouden. Het
gezag van de premier bij de overige CDA-ministers is zo groot,
dat ook dezen er niet over piekerden voor hun partijgenoot Al
beda te stemmen.
Lippen verzegeld
Ook het argument dat Van Thijn niet vooruit heeft willen lopen
op de invoering van een door hemzelf bedachte nieuwe benoe
mingsprocedure snijdt weinig hout. Toen Wiegel zijn kandida
tuur geheim bleek te willen houden temeer omdat hij tijdens
de Statenverkiezingen niet als een bijna vertrokken „lijsttrek
ker" te boek wilde staan waren de lippen van Van Thijn ver
zegeld. Hij mocht doodeenvoudig niets zeggen. Dat hem dat heel
goed uit kwam, doet dan verder niet ter zake. De Vertrouwens
commissie wist bovendien waar zij aan toe was, omdat de minis
ter al maanden geleden in de Staten van Friesland had gezegd
dat deze benoeming nog onder het oude regime zou geschieden
Vorige week donderdag voegde Van Thijn daar nog aan toe dat
de benoeming zeer snel te verwachten was.
Er is maar één manier, waarop het onaangename, maar vol
strekt legitieme geritsel in de rokerige Haagse achterkamers kan
worden beëindigd: het parlement moet zich voorstander verkla
ren van een nieuwe benoemingsprocedure. Dat kan heel gemak
kelijk, omdat er een nota ligt van Van Thijn. Hij wil dat de mi
nister van binnenlandse zaken verplicht wordt aan een Vertrou
wenscommissie de namen te noemen van alle naar zijn mening
geschikte kandidaten. De commissie kan dan met al die mensen
in de praktijk zullen dat er vijf tien zijn gaan praten en
daarover advies uitbrengen aan de minister. Het als een duveltje
uit een doosje opduiken van geheime kandidaten zal dan onmo
gelijk zijn.
Tot dusver heeft net CDA zich echter weinig enthousiast ge
toond voor die nieuwe procedure. Wie weet verandert dat nu.
Wie de schoen past, trekke hem aan.
RIK IN T HOUT