De hoogste tijd voor Haagse Comedie Kunstkring mt[ Zweedse cultuv KUNST Raad voor de Kunst: Kritiek op Haagse Comedie en Appel VANAF DONDERDAG IN DE BIOSCOOP! „Het graf van Couperin99 Paul Citroen kundig in gerangschikt LEIDSE COURANT DINSDAG 16 FEBRUARI 1982 PA( [XE Von Karajan tijdens een repetitie van Wagners 'Rhelngold'. Von Karajan op 25ste al nazi Bonn Slechts twee maanden na het aan de macht komen van Adolf Hitler trad de bekende Oosten rijkse dirigent Herbert von Karajan toe tot de Duitse Nationaal-Socialistische Partij (NSDAP). Dit schrijft de Westduitse musicoloog Fred Prieberg in zijn nieu we werk. De muziek in ,de nazi-staat', waarvan het weekblad 'Der Spiegel' in zijn jongste nummer een uittreksel geeft. In de oficiële biografie van de dirigent van de *BerliT ner Philharmoniker' staat dat Von Karajan in 1935 gedwongen was tot de NSDAP toe te treden omdat hij anders niet kon worden benoemd als directeur van de Opera van Aken, een post die hij tot 1941 zou bezetten. Volgens Prieberg die voor zijn boek talloze archiefstukken heeft geraadpleegd en 329 getuigen heeft gehoord, werd de toen 25-jarige Von Karajan op 8 april 1933 partijlid. Hij woonde toen nog in Oos tenrijk. Vier maanden later werd hij lid van de par- Xijafdeling Ulm, in de Duitse staat Baden-Wtlrttem- berg, waar hij sinds 1928 kapelmeester was de Opera. Verzet tegen benoeming A VRO-directeur Hilversum De ondernemingsraad van de AVRO wil, dat de president van de Amsterdamnse rechtbank het besluit om H. A. Christern te benoe men tot algemeen directeur van de AVRO ongedaan maakt of laat aan houden. Dat aanhouden zou dan moeten geschieden tot behoorlijk overleg met de OR heeft plaatsgevonden. In een gisteren gehouden vergadering heeft de ondernemingsraad beslo ten om naar de rechter te stappen. Volgens de OR is bij de benoeming van Christern door het bestuur niet de benodigde zorgvuldigheid betracht. „Gezien de ernst van de zaak en ook 'om duidelijk te maken, dat de OR in de toekomst bij belangrijke aangele genheden niet buiten spel gezet kan worden, heeft de raad unaniem be sloten om de zaak voor te leggen aan de rechter", aldus de woordvoerder. Het bestuur van de AVRO heeft de ondernemingsraad overigens wel om advies gevraagd. „Maar de tijd tussen de datum van aanvraag, 5 februari, en de datum dat het advies moest worden uitgebracht, 13 februari, was te kort om tot een weloverwogen advies te komen. Dat advies moet juridisch goed onderbouwd worden gezien de rechterlijke procedure die we al voe ren tegen het bestuur over de vraag bij wie in de nieuwe constellatie de feitelijke leiding berust." Den Haag - Als niet ingrijpend wordt veranderd bij de Haagse Comedie, heeft het gezelschap binnenkort geen levenvatbaarheid meer. De subsidie zal dan moeten worden stopgezet. Er is nog hoop: Het ensemble moet wat taken inkrimpen, zich concentreren op de repertoiretaak en zich intensief bezinnen op de mogelijkheden voor vernieuwing daarin. Dat stelt het ad vies dat de Raad voor de Kunst mi-' nister van der Louw van CRM heeft gegeven, naar aanleiding van de sub sidieaanvragen. Al jaren loopt vol gens de commissie theater van de Raad voor de Kunst de artistieke kwaliteit van de Haagse Comedie te rug. In het verzameladvies wordt bo vendien een ommekeer bij Toneel groep De Appel geconstateerd. Artis- tiek-inhoudelijk staat dit gezelschap stil, is de indruk. Het lijkt er op alsof men werkt volgens een min of meer Willem Nljholt en Rick Nlcolet in „Kinderen van een mindere god", een van de successtukken van dit seizoen van de nu door de Raad voor de vaststaande artistieke formule. Kunst aangevallen Haagse Comedie. DEN HAAG De kritiek van de Raad voor de Kunst: komt in elk geval psycholo gisch op een erg vervelend moment voor de Haagse Co medie. Er staan drie premiè res op stapel voor het gezel schap: „Gesprek in Huize Stein over de afwezige heer von Goethe", een solo van Anne-Wil Blankers (20 febru ari), Peter Nichols' „Passies pel" (27 februari) en de Kaf- ka-bewerking „Amerika" (13 maart). Het zal dus wel weer paniek worden bij het Haagse gezelschap, dat wat dat betreft al iets gewend is. De kritiek van de Raad voor de Kunst die zich nu welis waar zeer sterk toespitst op de Haagse Comedie ligt er in an dere bewoordingen in feite al jaren. In deze krant schreven wij 4 juni vorig jaar al over „paniekvoetbal" bij het gezel schap, dat zich op een wat wanhopig aandoende manier, in een nieuwe slagorde wilde formeren. Directiewisselingen volgden elkaar op. Carl van der Plas was uit eigener be weging verdwenen, Pierre Laroche was in de leiding ge komen, maar verdween ook binnen het jaar. Er was door het gezelschap in mei 1980 een beleidsnota 1981-1984 op gezet, die inderdaad nogal vaag was. De verwijten van de Raad voor de Kunst zijn deels weer terecht. Ondanks een aantal mooie of op z'n minst interes sante voorstellingen in het af gelopen jaar (Peter Shaffer's „Amadeus", kortgeleden Mark Medoffs „Kinderen van; een mindere god" bijvoor beeld), kwam er een aantal missers op de planken die juist in een kritieke periode voor de groep extra zwaar na dreunden. De Haagse Come-, die heeft een deel van de kri tiek dan ook aan zichzelf te wijten. Het gezelschap staat dramaturgisch binnen het to neel van vandaag niet sterk genoeg in de schoenen om binnen korte tijd een duidelij ker visie te ontwikkelen op wat men van en met theater wil. Dat is triest, wapt het zou Tragisch Als de Haagse Comedie al zou verdwijnen (het advies van de Raad voor de Kunst, die wis selend is samengesteld uit fi guren uit de theaterwereld, is niet bindend) zou dat tragisch zijn voor Den Haag. Vooral omdat het in feite niet nodig is. Trekken we de vergelij king met het Amsterdamse Publiekstheater, dan zien we dat er technisch en artistiek in Den Haag evenveel poten tieel is. De „azen" van weleer zijn er in Den Haag niet meer, maar dat is oude koek. Er is nog altijd een breed ensemble, dat goed tot knap vakwerk kan leveren en dat alleen maar een sterker gerichte lei ding behoeft. Regisseurs met visie, die zich een weg binnen de Haagse situatie kunnen ba nen, en kunnen zorgen dat de schouwburg redelijk vol blijft. In Amsterdam wordt veel sterker ingespeeld op wat er in de kunstwereld aan „trends" voorhanden is, tot op het modieuze af. Een aantal voorstellingen blijken in feite vaak door de mand te vallen als het op werkeliike visie aankomt, maar blijkbaar stelt het Publiekstheater zich „slimmer" op dan de Haagse Comedie. Dat is zeker geen kwaliteit, maar het werkt wel in het tegendeel van de Haag se groep die dat soort heden daags opportunisme niet bezit. Vandaar dat je mag hopen dat het Haagse gezelschap zich te gen ongenuanceerde „schop- Een tegen de schenen" zal unnen weren via een sterke re repertoirekeus en regis seurs van wérkelijk belang, en niet de mooie-stijl liefheb bers (zoals gastregisseur Ora- zio Costa met „Laatste avond voor het carnaval"). Want die kunnen de groep niet helpen. Maar aangezien men eerdere kritiek, ook binnen de Haagse gemeente zelf, niet heeft kun nen opvangen, wordt het nu wél de hóógste tijd voor ver anderingen. HOT De nogal heftige toon in de kritiek van de Raad voor de Kunst is in zoverre niet te recht, dat een log lichaam als een toneelgezelschap met z'n planningen lang vooruit tijd nodig heeft om te veranderen. De Haagse Comedie zat nog met de verkeerd, ingeschatte regisseur Laroche, die dit jaar Dostojewski/Camus in een onduidelijke versie bracht en die zijn eigen „Stijloefenin gen" in het HOT op (gewijzig de) herhaling bracht. Wel lijkt het HOT dit seizoen dui delijker dan ooit een blok aan het been van het gezelschap. „Stijloefeningen" was een herhaling (eerder in het Para dijs), nu volgt de solo van Anne-Wil Blankers, en daar na is er niets. Het ziet er in derdaad naar uit dat het ge zelschap de HOT-bespeling moet gaan vergeten. De Appel Voor het eerst is er ook kri tiek op het werk van Erik Vos' Toneelgroep de Appel. Al zit men daar duidelijk een beetje met een succes-syn droom, en vraagt men zich binnen de groep zeker af hoe men zich verder kan ontwik kelen, het is onzin om nu al te stellen dat de groep „artistiek- inhoudelijk stilstaat". Een duidelijk voorbarige conclusie na het vele knappe werk van de laatste anderhalf jaar. Aan al die kritiek valt wel af te lezen dat de actieve men sen binnen die Raad voor de Kunst blijkbaar anderssoorti- ge theatermakers zijn. Graag anderssoortig theater, graag actieve mensen, maar als het er op gaat lijken dat men van toneel halsoverkop een „een heidsworst" wil maken, dan zitten we op het verkeerde spoor. BERT JANSMA ADVERTENTIE, MICHAEL CRAWFORD. OLIVER REED. BARBARA CARRERA, JAMES HAMPTON. JEAN-PIERRE KALFON ScmnpUy by MARC STIRDIVANT Mwic by HENRY MANCINI Produced by JAN WILLIAMS E«cutlve Producer RON MILLER Directed by CHARLES JARROTT TECHNICOLOR* PANAVISIO* ©1081 Wak Disney Production* C Het nieuwe bundelde verhalen van Hans Dorrestijn liegt er niet om: het leven wat daarin geschetst wordt is van een gro te ellende. Het verdriet en het ongeluk zijn niet van de lucht. De misere kan zitten in een huisdier, een invalide echtge noot, koning alcohol of in het algemeen de menselijke dom heid. Vier verhalen en in elk van de vier de somberheid die kennelijk hoort bij het Neder landse burgerlijke interieur, zoals we weten sinds Marcellus Emants en Herman Heijer- mans, en zoals dat onverdro ten vervolgd is door treurlin- gen als Mensje van Keulen. Hans Dorrestijn voegt sich in hun rij. Zijn bundeltje heet „Het Graf van Couperin" en .het titelver haal is dat van koning alcohol* aan wiens bewind een kenne lijk toch begaafd pianist zich niet kan onttrekken. We ma-, ken hem meè tijdens en na een studio-dag, die eindigt in de nevelen van de drank. Het tweede verhaal is eigenlijk het beste uit de bundel, al is de es sentie ervan nauwelijks waar gemaakt Dorrestijn beschrijft! een cafetaria, waar een in het land optredend artiest (hij zingt kennelijk liedjes) na een. show belandt Daar luistert hij naar een gesprek van dronken VIER ELLENDE- VERHALEN VAN HANS DORRESTIJN en verlopen mensen over gast arbeiders. De artiest ergert zich aan alle racistische op merkingen en hij stelt zich voor dat opeens soldaat Schweijk binnenkomt en de racisten op ditmaal typisch Hollandse wijze een koekie van eigen deeg geeft, zoals de Tsjechische held op legendari sche wijze kon. Om geheel onduidelijke rede nen komt die Hollandse Schweijk dan binnen en voert op ogenschijnlijk domme en komische wijze zijn plan uit: de racisten krijgen lik op stuk. Hoe fantasie en werkelijkheid hier met elkaar vermengd zijn, wordt in de struktuur van het verhaal overgeslagen, wat wel jammer is, want er is een ze kere authenticiteit zowel in de weergave van het racistisch geraaskal als in de nuchtere maar ontregelende verhalen van de pseudo-Schweijk. In dit verhaal zie je dat Dor restijn op ironische wijze kan typeren en dialogen kan schrijven. Jammer genoeg helpt hem dat niet verder door te dringen in de werkelijkheid die hij wil beschrijven. Ook in de twee laatste verha len is die werkelijkheid al te clichématig. Het verhaal van een vrouw die met een intense haat bezig is aan de laatste po gingen haar invalide echtge noot te verzorgen het liefst zou ze hem ter plekke zien sterven maar er zelf aan onderdoor gaat, gevolgd door een verhaal over een leraar die een kreng van een onmo gelijke kat in huis heeft, waar hij geen raad mee weet, omdat hij het loeder kreeg van zijn vriendinnetje, een leerlinge. Weinig verrassend, de be smuikte ellende van zo'n klei ne Rudolf of Frits van Egters op zijn allersmalst. JAN VERSTAPPEN Zoon Pasternak moet huis teruggeven MOSKOU De Sovjetrussi- sche schrijversbond heeft geëist dat de zoon van de be roemde schrijver Boris Paster nak (auteur van o.a. Dr Zjiva- go) zijn „datsja" in Peredelki- no bij Moskou teruggeeft De bond zou het huis willen toe-, izen aan „drie actieve le den". De 58-jarige Jevgeni Pasternak, die in de drie ruim ten van de „datsja" een soort Pastemak-museum heeft inge richt wil de woning pas verla ten als hem een uitspraak van een rechtbank wordt overhan digd. ^Het graf van Couperin" - ver halen van Hans Dorrestijn. Uitgave Loeb. Prijs f22,50. BOBKNANDBL BZZTÓH kunst en kunstenaars Singer in Laren organiseert, dit jaar weer een amateurcon cours voor kamermuziek. De voorronden zijn op 1, 2 en 8 mei, de finale is op zondag 16 fmei. Schriftelijke en telefoni sche inlichtingen en inschrijf formulieren zijn te verkrijgen bij: Singer Concertzaal, Oude Drift 1, 1251 BS Laren, tel. 02153-15656. Het Orlando Kwartet speelt op donderdag 18 februari in Diligentia voor de Vereniging voor Kamermuziek werken van Haydn, Beethoven en Brahms. Het in ons land ge vestigde en naar de Neder landse componist Orlando di Lasso genoemde kwartet be staat uit vier van origine bui tenlanders: de violisten Istvan Parcanyi (Hongarije) en Heins Oberdorfer (Duitsland), altist Ferdinand Erblich (Oosten rijk) en cellist Stefan Metz (Roemenië). Het kwartet debu teerde in 1976 en maakte snel veel naam in Europa en Ame rika. Vorig jaar kwam hun eerste grammofoonplaat uit. Hedendaagse Nieuw Zee- landse Keramiek is een ten toonstelling die langs verschil lende Europese steden reist om een indruk te geven van de grote verscheidenheid van stij len en technieken die in de keramiek van dat land ge bruikt worden. De expositie is van 17 februari t/m 6 maart te zien in de Haagse Kunstkring, 30 exposeert tot 10 maart plas tieken uit de 60er jaren en re cente tekeningen van Karei Appel, een boek van Frans en Chris de Bueger, boeken van Chagall, schilderijen van Tho mas v.d. Linden en Jan Montyn, schilderijen, aquarel len en gouaches van Piet Sten- neberg uit de 50er jaren en, olieverf op linnen en papier uit de periode 1922-1960 van Johan Windhorst loo Boeiend is de inleiding, feschreven door prof. dr. E.L.C. Jaffé op het werk „Paul Citroen - schilder tekenaar", waarin „de be kendste schilder aan de Oostdorperweg in Wasse-^ naar" aan het woord komt* en waarin een groot aan tal van zijn beste werken- zijn opgenomen. Jaffé wijst op het verband tus sen de identiteit van de schilder en zijn werk, waarover Citroen vervol gens zelf uitvoerig aan het woord raakt. De in het boek opgenomen repro- dukties bevestigen in tal van schakeringen de stel lingen die Citroen zich in een interview met Klaas Peereboom laat ontvallen. Citroen is lange tijd leraar tekenen geweest en zegt over het werken op school: „Hier wordt een vak geleerd, hier wordt geen kunst gemaakt". En verderop: „Iedereen die begint te tekenen wil meteen een kunstenaar zijn. De meesten worden helemaal geen tekenaar, laat staan kunstenaar, ook. al doen ze nog zo hun best en ook al gebruiken ze er nog zo hun verstand bij". Citroen laat er geen misver stand over bestaan, dat teke nen een ambacht is dat door iedereen met een beetje door zettingsvermogen is te leren en al doende tot zekere be kendheid kan leiden. Maar in zijn bladzijdenlange betoog klinkt voortdurend de les door waarover Jafé het in zijn voorwoord al had: wie van na ture geen kunstenaar is, zal dat ook nooit worden, ook al doet hij nog zo zijn best. Het feit dat Paul Citroen zich een kunstenaar mag noemen „die er is gekomen", wordt nergens aangevochten, ook niet door Citroen zelf, al spreekt hij relativerend over zichzelf. Grappig, omdat nie mand aan zijn kunstenaar schap twijfelt en de in het boek opgenomen tekeningen en schilderijen voor zichzelf spreken. Maar welke lovende woorden er ook vallen, Ci troen weet als vakman en als kunstenaar, dat elk nieuw landschap of portret een op- nieuw-beginnen is. met alle lEN van oor dt itie, zi nnië eldt n ook v ovei twijfels vandien, al w van ^kunstenaar ook, dat i ,onde oude* worden en hi jst va blijven, de basis van ip de steeds dikker wordt. &bu I Wat Citroen onder Opv brengt, wordt in zijn v J dal vestigd. De Wassenaar drie naar-schilder heeft ziel» te w materiaalkeuze steeds den aan slechts vier Siberisch krijt, potloou,!^ verf en waterverf. 0 IJ onderwerpen bleven t beperkt: portretten ei schappen. Citroen di „Als je je beperkt dan ij een kans dat je binnen 1 perking het beste geefi hebt, het beste dat je ogenblik kunt geven niet versnipperen". Wat dan uiteindelijk tc komt, is ter waardeb aan het publiek. En d Citroen: „Van Gogh bej ongeveer 30 jaar na zi beroemd te worden". de tekenaar verwijst n» i Nobelprijs-winnaar difc tot enige bekendheid raakt. En met alle roen maar treurig gesteld: I roemd ook, latere gei vergeten je weer, zo h natuur de mens gemaal an Citroen, die onlangs 85 geworden, ontkent zijn niet, maar overschat hefSSE min. „Mijn werk is nhe zienbarend, het is meer zijn werk, dat het verge aarc worden en dat elke nieuvooi neratie van een ove;t v; kunstenaar neemt, wa es d hen vruchtbaar is. „Z t dat zelf heb gedaan". M A zichzelf niet helemaal praten neemt Citroen voor geestverwant Kli d bekend stond als stil eriamfc vert maar toch óók bleZ. De woorden van Citr zijn eigen boek blijven min gissingen en een vo tige observatie van werk; geen kunstenaar voor de eeuwigheid, ma béétje blijvende waan men zichzelf wel toek Zo ook Paul Citroen, v heel mooi werk is opge in een boek dat al vkn I de waarde is. Om de ten al die <»en eigen lev gaan leiden, ontdaan vraag of het werkstul lijkt op het model. Dat dl Jot zeker na enige tijd, nietsk II toé. FRITS BROl Paul Citroen, een let int werk. Uitg. Unieboek fint 45.-. Mai DEN HAAG De afde lingen muziek en letteren, film en theater van de Haagse Kunstkring, bren gen de eerste week van maart een driedaagse ma nifestatie die in het t^cen staat van de Zweedse cul tuur. In samenwerking met de Zweedse ambassa de in Den Haag is ervoor gezorgd, dat belangstel lenden kunnen kennisma ken met Zweedse culture le uitingsvormen: litera tuur, beeldende kunst, muziek en film. Woensdag 3 maart wordt om vijf uur de tentoonstelling geo pend van de schilderes Lena Cronqvist; een half uur later houdt de hoogleraar aan de universiteit van Amsterdam Egil Törnqvist een in#ir over moderne Zweedse lec tuur. 's Avonds om aclN wordt werk uitgevoeri Zweedse componisten: sonates van de baroki nist J.H. Roman voor tr en clavecimbel en zal het koor Unbellifera. I voert werk uit van de se componisten Wikandi ut lung, Peterson-Bergeina Hemberg. :t' Donderdagavond spree ei Amsterdamse schrijver lef over en met zijn Göran Tunström, die deze avond is overgel Bernlef heeft veel wei r deze schrijver in het ,el lands vertaald. Vrijdag j" worden twee films verf" Donner over de regiss gmar Bergman en de sp#.1! uit 1977 van Bergman van de marionetten". ,11

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 10