SJARTEC ia i januari hebt u méér keus bij Sja IJy Ameling in kerstkantate Alessandro Scarlatti BOEKEN wensen u Prettige Kerstdagen en een Gelukkig Nieuwjaar. Disney-studio's met 'Frank en Frey' terug naar de lieve Bambi-periode Dagboek van Hans Warren uit de oorlogsjaren Rivier des Doods een onwaardige jubile um -Ma cLean LtlUSE COURANT WOENSDAG 23 DECEMBER 1981 PAGINA 9 service bij ons afhaalcentrum ifn wachttijden: maar snel inpakken en wegwezen bij i |alcentrum. Dat staat in directe verbinding met het irtrnagazijn, waar onze verkoopmedewerkers alles jtelijk binnen bereik hebben. r$n parkeer- en transportproblemen meer. We hebben iKschikking over een riant parkeerterrein en kunnen u fnogelijkheid bieden met de auto voor te rijden bij het itrum. Dus of u nu alleen een nippeltje nodig hebt of de best gesorteerde groothandel in de er snel en gemakkelijk aan geholpen. antrum. Di bij d ld bent u Vanaf 4 januari bent u weer van harte welkom! Tussen Kerst en Nieuwjaar is het een beetje behelpen. Maar daarna zijn we beter bereikbaar, beter gesorteerd en beter tot uw dienst dan ooit. Dus tot ziens in het nieuwe jaar, bij Sjartec bij de Groenoordhallen! Flevoweg 2, Postbus 404,2300 AK Leiden tel. 071-212251 - telex 31574 sjar. Leveringen via de erkende installateurs. •jeste concertgangers kennen de belangrijkste 't van de familie Bach. Voor de uitbreiding "tun muzikale genietingen zou bet goed zijn j ook de voornaamste leden van de familie i tti leerden kennen. Het waren tijdgenoten °fet hun ene been in de 17e, met hun andere in ie eeuw stonden. Vader Alessandro Scarlatti net als vader Johann Sebastian Bach be- jiwd aIs hekkesluiter van de ten einde lopen- rok. Jongeren in hun dagen vonden beide he- ,ogaI ouderwets maar bijna altijd bleef in hun tel een diep respect doorklinken. huidige concertpraktijk sandro Scarlatti veel bekend dan zijn zoon 7. Laatstgenoemde, klavecimbelvirtuoos groot deel van zijn le- kiorbracht aan de hoven illrtugal en Spanje, komt geld aan bod met zijn Deze sprankelen- worden gewoonlijk inteerd als sonates op gitaar of harp, maar tegenwoordige bete- jijn het geen sonates, en ld op de genoemde in- nten zijn het uiteraard ipties. Gelukkig echter ;ze muziek nog, al doen [perkte keuzen geen in de schier onuitput- mogelijkheden. Dat jtoen klavecinist Fer- j Valenti in de jaren en zestig ruim 300 van „Essercizi" op onge- elpees vastlegde, opruimingen hebben niet afgelopen om it van die schaars geïm- ><rde Amerikaanse platen Jachtigen! lerd opera s evan de ontzagwekken- 'eelheid muziek die idro in 1725 naliet, zo bekend bleef, ligt de willekeur van dan aan de kwaliteit. Ier van Domenico die lelijk in Napels en iktief was, moet meer inderd opera's hebben maar hun recon- enscenering en op zou nu erg kostbaar en, qna exploitatie, erg ris kant zijn. Verder maakte hij voor zijn voorname broodhe ren 600 tot 800 barokke ka- merkantates. Ook al leverde hij bovendien nog veel bijdra gen tot andere muzikale gen res, deze opera's en kamer- kantatés werden in zijn tijd niet of nauwelijks gedrukt en uitgegeven. Manuscripten en veel afschriften sluimeren op ver uiteen liggende plaatsen in de archieven. De grammo foonplaat doet nu en dan een schuchtere poging tot herle ving maar het is moeilijk on bekend bemind te maken. De vier verrukkelijke kamerkan- tates die vorig jaar op het ook in ons land geïmporteerde la bel Italia beschikbaar kwa men, zullen hier weldra ook wel uit de handel zijn ver dwenen. Magnifiek In deze situatie is het verheu gend dat een internationale ster als onze Elly Ameling een magnifieke opname heeft gemaakt van Alessandro Scarlatti's Cantate pastorale per la Nativita „O di Betlem- me altera". Hoewel helaas elke verdere toelichting ont breekt, zijn gelukkig wèl de originele teksten en de verta lingen daarvan in Duits, En gels en Frans bijgevoegd. De eenvoudige tekst van de kerstkantate is van de Ro meinse prelaat kardinaal Ot- toboni, bij wie Corelli werkte en die voor Scarlatti jarenlang een bewonderende opdracht- Elly Ameling, aan wie de Universiteit van Brits Columbia In het Canadese Vancouver In mei j.l. een ere-doctoraat verleende, maakte voor CBS een unieke kerstplaat. Met een barokensem- ble zingt zij daarop een kerskantate van Alessandro Scarlatti. Verder met pianobegeleiding van Dalton Baldwin de serie van zes kerstliederen van Peter Cornelius en nog afzonderlijke kerstliederen van Hugo Wolf, Max Reger, Richard Strauss en Alphons Diepenbrock. Tot slot een paar Spaanse Kersliederen in bewerkingen van Joaquin Nin. No. CBS 331 - 76977. gever was. Zoals begrijpelijk is, wordt het hymnische ka rakter van de muzikale zet ting beperkt door de sterke behoefte aan intimiteit en te derheid. Elly Ameling weet die gemengde expressie vol maakt te treffen. Zij wordt begeleid door een strijkkwin tet op barokinstrumenten en een klavecimbel. Als stilistische tegenhanger van Scarlatti fungeert op deze plaat Peter Cornelius, de Duitse romanticus die be vriend was met Liszt en Wag ner. Zijn cyclus van zes „Weihnachtslieder" uit 1854 was vroeger populair maar is wat in het vergeetboek ge raakt. Enkele liederen mogen conventioneel zijn, andere kregen, met name na de revi sie in 1970, heel indringende en persoonlijke accenten. Doordat Cornelius de teksten^ zelf maakte, is er bijna altijd* een volstrekte eenheid van woord en klank, van tekst, zangstem en piano. Het ligt voor de hand dat de thematiek van kerstmuziek vaak wordt beïnvloed door tradities en dat letterlijke of licht gewijzigde citaten uit oude kerstzangen en litur gieën veelvuldig voorkomen. Het maakt de genoemde wer ken van Scarlatti en Corneli us herkenbaar en het zorgt er ook voor dat het innige „Ma ria Wiegenlied" van de an ders zo geleerde Max Reger vertrouwd aandoet, zelfs bij wie het voor het eerst horen. De voorbeeldige repertoire keus zorgt er trouwens voor dat deze Kerstplaat nergens een monotone indruk maakt. Kerstmis stemt niet alleen blij maar maakt velen ook wee moedig vanwege dierbare herinneringen aan wat onher roepelijk voorbij is. Dat wordt muzikaal zelden tot uitdruk king gebracht, maar het ge beurt hier op een aangrijpen de wijze in het weinig beken de lied van Richard Strauss: „Weihnachtsgefühle". Er zijn trouwens nog een paar andere gelegenheidswerkjes die ik niet graag zou hebben gemist. Het zijn sterk uiteen lopende stukken: Hugo Wolfs Driekoningenlied met de kos telijke typering van de trippe lende Moor en het onbehol- Een optreden van de van ver omende aanbidders, de Ber ceuse van Diepenbrock waar in God tot zijn pas geboren Zoon spreekt en waarin de aan de piano toegevoegde cel lopartij de zangstem een extra dimensie verleent en tenslotte apart gekleurde kerstliedjes uit Baskenland en Kastilië. Aldus een Kersplaat die voor velen nieuws zal brengen en toch bij de traditie aansluit. JOHN KASANDER Vijftien jaar na de dood van „vader" Walt draaien de naar hem genoemde Disney-studio's nog op volle toeren door. Een maal in de drie jaar komt er naast de stroom speelfilms voor de hele fa milie weer een nieuwe getekende hoofdfilm in de bioscopen. Ditmaal is het „The fox and the hound", die voor Nederland de ti tel „Frank en Frey" meekreeg, al heet de jachthond oorspronkelijk Copper en draagt het vos- sejong de naam Tod. Wolfgang Reitherman, die na het overlijden van Walt Dis ney de regie van „Jungle book" overnam en vervolgens ook „The aristocats", „Robin Hood" en „De reddertjes" rea liseerde, treedt ditmaal op als co-producent en laat de regie over aan het driemanschap Art Stevens, Ted Berman en Richard Rich. Na Reitherman's meer karika turale aanpak met kluchtige bijfiguren, is „Frank en Frey" meer een stapje terug naar de lieve Bambi-stijl. De specht Klopper en de mus Dinky zor gen nog wel voor een grap, die door de hele film heenloopt, met hun wanhopige jacht op een rups en de oude jachthond Chief is een komische moppe raar, maar de andere dieren zouden zo uit het Bambi-bos kunnen zijn weggelopen. Daniel P. Mannix's verhaal gaat over een vossejong dat liefdevol door een oude dame in huis wordt opgenomen en dat vriendschap sluit met het jonge jachthondje van de op vossen jagende buurman. Maar na de winter is de kleine Frank opgegroeid tot een goed getrainde jachthond en dat be tekent het einde van de vriendschap, zeker, als de op gejaagde Frey de oude Chief een lelijke smak laat maken. De oude dame besluit dan maar Frey naar het bos te brengen, waar hij net als Bambi een snoezige vrou welijke soortgenoot ontmoet. De jager en Frank laten Frey evenwel niet met rust en staan hem naar het leven. Als Frey Het vosje Frey heeft in het jachthondje Frank een vriendje gevonden. Naar hij denkt voor het leven. het echter voor dit tweetal op neemt, wanneer zij door een beer worden aangevallen, zien Frank en zijn baas van een verdere jacht op Frey af. Als steeds ziet deze getekende Disney er weer uiterst ver zorgd uit met schitterende achtergronden, maar de ani matie is liever, minder puntig dan in de door Reitherman ge regisseerde films. Zo is de vos Frey een molliger uitgave van de schelm Robin Hood, ook een vos, en herinnert Mama Uil aan tal van vroegere Dis- ney-bosuilen. In ons land wordt de film na gesynchroniseerd uitgebracht Leuk voor de kleintjes er zit nogal wat dialoog in de film maar ondanks de soms aar dige vertaling van Harrie Gee- len en Arnold Gelderman, zou je toch wel eens willen horen wat bijvoorbeeld Mickey Rooney, die de vos in de orgi- nele versie speelt, van die tekst gemaakt heeft. MILO tijd geleden werd "iter Hans Warren r oud. Ter gele- daarvan is een in- [Jit document ver- ji: het dagboek dat B bijhield in de ja- ,12-1944. Hij woonde iBij zijn ouders op ■^ren. Hans Warren yens de oorlog even de twintig. Het jk bevat het verslag t ogenschijnlijk rus- tfven dat Warren zijn beschouwin- jarover. Literatuur daarin niet de '1, ook in de vorm- heeft dit dagboek ?}heim Dagboek" is het van moeilijke jaren in rtn van een nogal geïso- ^ngeman. Het dorp is een klein, afgele- itsje ergens aan de dijk brengt Warren deze- en door. Tot over- ramp kiezen zijn ou- >r de bezetter, een hou- larmee hun zoon het niet eens kan zijn. icten met leeftijdgeno ot die contacten bete- laarover schrijft War- BOEIEND TIJDSBEELD ren het boeiendst. Hij is nog helemaal niet in staat om zich zelf te doorgronden. Zijn sexu- ele geaardheid durft hij niet te bekennen een enkele maal blijkt hij zelfs een aantal noti ties uit zijn dagboek te hebben- verscheurd, uit angst dat ie mand ze eens zou kunnen le zen. En dat terwijl hij zijn dag boek echt geheim houdt, hij sluit het weg, achter slot en grendel. Maar desondanks verwijdert hij passages, of schrijft hij niet alles op want je hebt meer dan eens dat vermoeden. De opvattin gen over wat wel en niet hoor de in die jaren in Zeeland heb ben hier natuurlijk ook een definitief effect op gehad. Er zijn relaties met vrouwen, met wie de dagboekschrijver tot intimiteit komt, maar om allerlei redenen raakt hij steeds terug in zijn isolement. En in dat isolement zoekt hij de natuur en de ontroering daarover. Zijn verslag van de belevenis sen tijdens zijn dagen is heel nauwkeurig, heel uitvoerig. Er is kennelijk een enorme be hoefte bij deze jongeman om te schrijven, want hij noteert veel over wat hem overkomt. Met allerlei detailleringen, ty peringen. Daardoor is dit Ge heim Dagboek meer dan een verslag van persoonlijke erva ringen. Het is een boeiende documentaire van het leven in de Zeeuwse dorpswereld, tij dens moeilijke jaren. Aan het slot daarvan staat de bevrij ding in 1944 en dat valt zo'n beetje samen met een persoon lijke bevrijding van Hans Warren. In dezelfde fase komt hij ertoe zijn geliefde, Sybille, te vertellen over zijn homo- sexuele geaardheid. Het heeft hem veel strijd gekost om dat voor zichzelf toe te geven - en het is even moeilijk om dat dan ook nog aan anderen te vertellen. Hans Warren heeft nooit de bedoeling gehad dit dagboek te publiceren. In alles heeft het dan ook de sfeer van een bij zonder persoonlijke registratie. Nu er zoveel meer openheid en tolerantie is gegroeid, heeft Warren het aangedurfd toch dit document aan de openbaar heid prijs te geven. De uitge ver kondigt aan dat er nog meer delen zullen volgen. Wanneer Hans Warren even persoonlijk en eerlijk blijft in de delen die na dit eerste zul len volgen, kunnen we een boeiende reeks verwachten. JAN VERSTAPPEN Hans Warren: „Geheim Dag boek 19421944". Uitgave Bert Bakker. Prijs/29,50. Alistair MacLean, een van 's wereld best verkochte schrijvers, heeft er nooit veel twijfel over laten bestaan dat hij geen enkele literaire pre tentie heeft en vooral voor zijn eigen portemonnee schrijft. Daar is hij altijd aardig in ge slaagd. Toppers als „H.M.S. Ulysses", „De kanonnen van Navarone" en nog een aantal andere werken hebben hem in het verleden geen windeieren gelegd. Ook MacLeans nieuw ste boeken zullen best goed verkopen, maar de kritische lezer zal ongetwijfeld constate ren dat de verhalen van de Brit sterk aan kwaliteit heb ben ingeboet. „Rivier des doods", MacLeans vijentwin- tigste geesteskind, is van deze stelling wel een heel duidelijk bewijs. „Rivier des Doods" speelt zich af in het oerwoud in de Brazi liaanse staat Mato Grosso. Door de jungle trekt een groep mensen, op het eerste gezicht gewetenloze misdadigers, op zoek naar verborgen Inca- schatten. Later blijken, vol gens het uitgekauwde Ma- cLean-recept, een aantal van hen geheim agent te zijn op zoek naar een in dit geval ex-nazi misdadiger. Alistair MacLean heeft nooit als een origineel schrijver be kend gestaan. Zijn verhalen verlopen volgens vaste patro nen, de karakters van de ste reotiepe hoofdpersonen wor den niet of weinig uitgediept, vrouwen spelen nauwelijks een rol en elke verwijzing .1. Alistair MacLean naar wat maar op sex lijkt wordt angstvallig vermeden. Maar ondanks deze eigen schappen zijn de vroegere boe ken van MacLean gewoon erg spannend. Ze boeien de lezer van begin tot eind en dat is precies waar het „Rivier des Doods" aan ontbreekt. Zelfs de „moorddadige gevechten, woeste achtervolgingen en huiveringwekkende onthullin gen" waarvan de stofomslag uitgebreid melding maakt zijn nergens in het boek terug te vinden. „Rivier des Doods" is de uitgave als jubileum-Ma- cLean eigenlijk onwaardig. Alistair MacLean: Rivier des Doods. Uitgeverij: Else vier. Prijs: 19,90. Gekeuvel in Tante Mien Niemand weet van wie Tante Mien een tante is, maar in dit familieverband is zij geaccep teerd door Bobbie, Huib en zijn ouders. In het laatste kin derboek van Leonie Kooiker komt en gaat Tante Mien wan neer zij wil en tijdens haar aanwezigheid gebeuren er de meest onwaarschijnlijke din gen. En daar raakt iedereen langzamerhand van overtuigd: Tante Mien kan toveren. Ze is een eng mens. De lotgevallen met Tante Mien zijn onderge bracht in korte verhaaltjes waarin de toverkracht van tante centraal staat. Maar erg spannend zijn deze verhaaltjes niet, wat Tante Mien ook to vert. Het gevoel voor humor dat de schrijfster in voorgaan de boeken moeiteloos ver werkte, ontbreekt: hiervoor is gekeuvel in de plaats geko men. Sommige verhaaltjes zijn zelfs uitgesproken vervelend. Leonie Kooiker Tante Mien. Uitg. Leopold, prijs 17.90.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 9