Korenmolenaars pikken aardig kruimeltje mee Vlaams toneelstuk in één bedrijf met Heer Olivier als zwijgende hoofdrolspeler Meer broodi op de planks kwestie varF gezondheid» DECOR: ANTWERPSE RECHTSZAAL .BINNENLAND LEIDSE COURANT •WCENSDAG 7 OKTOBER 1981 PAGINi 'Eh ANTWERPEN „De zaak is gehoord en in be raad genomen. Vonnis op 3 november". Met deze korte woorden besloot gis termiddag mevrouw mr. L. Wouters, president van de Correctionele Recht bank te Antwerpen, de zaak tegen Arie O., alias Heer Olivier. Het waren de slotzinnen van een to neelstuk in één lang be drijf, waarbij de hoofdrol speler er het zwijgen toe deed. Er was hem in het script dan ook géén tekst toebedeeld. Hij moest zich, na gezegd te hebben dat hij inderdaad Adriaan Olivier was, 51 jaar oud, beperken tot instemmend knikken dan wel meewa rig het hoofd schudden. Dat mocht hij doen, onge makkelijk zittend op een smalle houten bank. Zittingszaal nummer drie in het Paleis van Justitie (anno 1871) aan de Frankenlei in Antwerpen, het decor van het stuk, is een groot donker hol, waar de stemmen van de acteurs door een abominabe le akoestiek verworden tot een onverstaanbaar gegalm. Een geluidsinstallatie ont breekt; slechts op de eerste twee rijen is er iets te ver staan, als er tenminste duide lijk en niet te rap door de ac teurs wordt gesproken. En het oveijarige parket is slechts door elfen te betre den. Zwaardere wezens ver oorzaken een geluid als van een regiment krakende deu ren in een onvervalst spook huis. Als een rechtszitting al openbaar moet zijn; hier wordt zelfs de kéns op open baarheid gesmoord. Het opvallendste meubelstuk in de zittingzaal is onverval ste, ongeverfde kaarsrechte, keiharde keukenstoel. Het huishoudelijk attribuut staat met het oog op eventueel gooi- en smijtwerk van ver dachten of getuigen degelijk verankerd op een verhoog tegenover de groene tafel waarachter het edelachtbaar college plus de procureur des konings (zeer zacht en zeer comfortabel) gezeten zijn. Naast de scheiding der gees ten ook de scheiding der li chamen Floormanager De volgorde van de zitting is voor iemand die alleen ver trouwd is met de Nederlandse rechtspraak op z'n zachtst ge zegd merkwaardig. Als de rechters met de procureur bin nentreden gebaart de deur waarder, als een over zijn toe ren geraakte floormanager, dat iedereen moet gaan staan. Zijn de edelachtbaren gezeten, dan mag het volk ook zitten gaan. Tot zover gaan de over eenkomsten; niet verder. Na kort onverstaanbaar beraad wordt de zitting - dan exact zes minuten oud - geschorst. Zegt Oliviers raadsman mr. M. Moszkowicz fijntjes: „Dit is dan de eerste schorsing" Navraag bij de deurwaarder leert dat de curator in het fail lissement van Aries omstreden PVBA (Belgisch voor B.V.) Mebo nog niet aanwezig is. Als hij is binnengetreden, wordt niet eerst de dagvaarding voorgelezen, maar begint de president direct met het ver hoor. Curator Schoensetters weet eigenlijk niet veel meer te vertellen dan: „Er was bij de Mebo geen enkel document aanwezig, geen boekhouding, alleen nog maar wat luxueus meubilair. Twee aanwezige be dienden vertelden dat de rest mét de heer Olivier, die er de leiding had, naar Nederland was verdwenen". Verdere getuigen waren er niet. Weliswaar vermeldde de dagvaarding naast de naam van Heer Olivier nog negen andere namen, maar zoals mr. Moszkowicz later in zijn plei dooi opmerkte: „Ze zouden wel gek zijn om te komen ge tuigen, als ze weten dat de Belgische justitie hen in de kraag pakt zo gauw ze één voet over de grens zetten Requisitoir Na het korte verhoor van de curator begint, verrassender wijs, de Procureur des Ko nings direct met zijn requisi toir. Volgens hem is Heer Oli vier het brein achter een groot aantal oplichtingszaken. Hij acht bewezen dat de Nederlan der met een valse fotokopie over een pijpleidingproject in Ontario, de spaarkas ASLK heeft willen ovèrtuigen van de kredietwaardigheid van zijn PVBA Mebo. Hetzelfde zou hij hebben geprobeerd met 26 dia mantcertificaten die hem niet toebehoorden. Procureur Huy- brechts acht bewezen dat Heer Olivier met van diefstal af komstige spaarbrieven op de Spaarbank Stad Amsterdam 2,5 miljoen francs in handen heeft gekregen. Hij is ervan overtuigd dat Arie O. een auto heeft gehuurd en niet terugge bracht. Volgens hem heeft de verdachte ook valse stempels en handtekeningen geplaatst om duizend kleurenteevee's in handen te krijgen. En boven dien was er nog de vervalsing van het cognossement voor een partij accu's (de procureur spreekt over „batterijen") be stemd voor Korea. Ook al om geld in handen te krijgen. Verder somt hij een gevarieer de lijst op van gekochte en niet betaalde goederen: voet ballen, speelgoedbeesten, jeansbroeken en T-shirts. De Procureur des Konings er hangt overigens géén portret van de Koning (Boudewijn) in de zaal staaft zijn bewerin gen met het uitgebreid voorle zen uit de processen-verbaal die van de verhoren van Arie O. gemaakt zijn en met verwij zingen naar het (niet eens zo omvangrijke) dossier. Ter zit ting wordt geen spat nieuws aangedragen. Arie O. wordt ook niet door de president ver hoord. Een van zijn verdedi gers, de gerenommeerde straf pleiter mr. J. Bultinck uit Gent, zegt na afloop dat zulks „bij correctionele zaken veelal gebruikelijk is, anders dan bij strafzaken". Het doet voor een niet-jurist toch wat merkwaardig aan. De Procureur des Konings eist niets. Aan het einde van zijn requisitoir zegt hij alleen: „Ik vertrouw op de wijsheid en er varing van pw rechtbank". Maar voegt er wel aan toe dat „ons land zozeer door bedrie gers wordt geteisterd" dat hij de straf in jaren uitgemeten wil zien Verdediger mr. M. Moszko wicz uit Maastricht valt in zijn pleidooi allereerst de dagvaar ding aan en contateert dat bij diverse tenlasteleggingen de plaats ontbreekt waar het strafbare feit zou zijn gepleegd en ook door wie het zou zijn gepleegd. Hij voegt eraan toe: „Voor mij is dat verbazing wekkend, maar ik wil er niet verder op ingaan". De Maastrichtse strafpleiter meent dat Heer Olivier in deze zaaj^fungeert als „de kop van Jut". Als hij ziet dat de presi dent enigszins verbaasd kijkt, legt hij de herkomst en functie van dit kermiswerktuig even uit. „Adriaan Olivier en ik maak uw rechtbank erop at tent dat zijn naam gewoon als Olivier wordt uitgesproken, en niet als Olivjee^- is geen jon geman die zijn communie nog moet doen. Maar ook niet ie mand die het brein is. Hij is eerder een gewillig slachtoffer, in dié zin dat hij zich te ge makkelijk op het hellend vlak begeeft. Daarvcn getuigt wel het proces tegen notaris Slis in Amsterdam. Hij is niet de eni ge aansprakelijke die hier be recht moet worden. Anderen, die zich hier niet laten zien, zijn evenzeer aansprakelijk". Gaandeweg het pleidooi van de Maastrichtse advocaat lijkt Mr. Moszkowicz: Olivier als Kop van Ju. het alsof het rechterlijk drietal wat milder gestemd raakt. Dat geldt niet voor de Procureuir des Konings, die steeds ver- veelder voor zich uit gaat zit ten kijken, wat in de papieren snuffelt en wegwerpgebaren maakt. „Niet alleen de Mebo is failliet", besluit mr. Moszko wicz, ik bepleit clementie van uw rechtbank, omdat anders de toekomst van mijn cliënt ook failliet is". De Gentse strafjeiter mr. J. Bultinck doet darna met zijn associé mr. R. Dner verwoe de pogingen omhet bouwsel van de procurer omver te werpen. Hij rukt an de diver se datums, voert an dat Heer Olivier dan onmoelijk in Bel gië kan zijn gewest en hij be strijdt ondermee verduiste ring van de huurato. Diverse documenten zijn rat door Oli vier vervalst, mar volgens mr. Bultinck vervalst; de terechtgekomen. Ookvai het onaannemeliilirs Adriaan Olivier allfcm] brein achter alle zakeoid weest. Bultinck dringoeei een snelle uitspraak, ran z< Arie O. wordt niet /e om een laatste woord..ed En die uitspraak is pfint vember. reit LEO VAN DER MEElilj< Onder de strenge blikken van enkele vakmolenaars is een aspirant-molenaar aan het „billen", het hak-, tfen van groeven in de molensteen, een van de meesterproeven voor het behalen van het mole naarsdiploma. WAGENINGEN Het vijf jaar geleden opge richte ambachtelijk ko- renmolenaarsgilde in ons land heeft gisteren in Wageningen zeven, in hoofdzaak jonge Neder landers tot meester-mo- lenaar uitgeroepen. Deze molenaars hebben ten overstaan van oudere vakgenoten bewezen ook het moeilijkste onderdeel van het ambacht te be heersen: het „billen" van de molenstenen, dat wil zeggen, het op een juiste wijze aanscherpen van de groeven in deze stenen. Het molenaarsgilde is zeer enthousiast over deze gebeur tenis, die volgens haar in tientallen jaren niet meer was voorgekomen. Voor de molenaars is de afgelopen ja ren een andere wind gaan waaien, aldus de conclusie van het gilde. Vijf iaar geleden werd er in ons land op niet meer dan tien molens graan gemalen. De gemiddelde leeftijd van de molenaars was toen 52 jaar en het zag er naar uit, dat de laatste molenaar rond 1990 voorgoed zijn pet aan de kapstok zou hangen. „Als bij toverslag" is in die zeker voor een land als Ne derland treurige situatie (honderd jaar geleden waren er nog tienduizend molens) een einde gekomen. Op dit moment malen zestig molens meer of minder geregeld graan: hun gezamenlijke jaarproduktie wordt geschat op zes- tot achtduizend ton meel. Vergeleken bij de tota le meelproduktie in ons land gaat het hier om een „krui meltje", maar het korenmole- naarsgilde is er zeer tevreden mee, aldus J. Houdijk, de pu- blicitair-medewerker van het gilde. Bij het gilde staan 42 molens ingeschreven. Op die molens werken dertig meesters (25-71 jaar), tien gezellen en vijftien leerlingen. De leer ling wordt gezien als een ma nusje-van-alles. Van een ge zel wordt verwacht, dat hij geheel zelfstandig het mole naarsbedrijf op de korenmo len kan uitoefenen, op het deel van de maalstenen na. Dat billen is zoals gezegd een meesterkarwei. Een meester alleen kan de molenstenen scherpen en haarzuiver af stellen. Subsidie Het ambachtelijk korenmole- naarsgilde vierde gisteren in Wageningen haar eerste lu strum met tevredenheid. De honderdduizend gulden sub sidie, die 2,5 jaar geleden van het ministerie van economi sche zaken werden verkre gen, zijn volgens de heer Houdijk nu wel bijna op. Erg boos is het gilde daarom op het ministerie van crm, omdat dit departement zijn jaarlijkse subsidie aan de stichting heeft verlaagd van vijf- tot tweeduizend gulden. Dat laatste bedrag komt overeen met 0,04 procent van de vele miljoenen, die elk jaar door de rijksoverheid (monumentenzorg) worden uitgetrokken voor de restau ratie van molens. „Een onbegrijpelijke zaak", aldus Houdijk, want het zijn juist de molenaars van het gilde, die door hun arbeid veel restauratiegeld bespa ren: „Een stilstaande molen is om de tien jaar toe aan een restauratiebeurt, want ook voor molens geldt, rust roest. Een molen in bedrijf echter is voor monumentenzorg een veel minder dure klant". Bruinbrood Het korenmolenaarsgilde weet niet goed wat de oor zaak is van de herleving van het ambacht. Het heeft vol gens Houdijk ongetwijfeld iets te maken met de steeds groter wordende hang naar kleinschaligheid. Houdijk herinnert er ook aan, dat tot voor kort in ons land over het algemeen witbrood werd gegeten. Nu eten ruim zes van de tien Nederlanders brood met een hele tarwe korrel. Het volkorenmeel van de molenaar kwam daar door weer terug in de belang stelling. Tenminste vijfhon- gilde, gebruiken thans meel de- van een molenaar. Hierbij komt wel het gevaar van een toenemende vercom mercialisering om de hoek kijken. Vooral de molenaars, die vaste contracten met bak kerijen hebben, zijn geneigd om in windstille periodes hun molens machinaal te la ten draaien. Dat is een ontwikkeling, die het gilde zoveel mogelijk wil vermijden: als het even kan moeten de natuurlijke ener giebronnen wind en water worden gebruikt, zo is het uitgangspunt van het gilde. Binnen de stichting wordt hierover nog wel stevig ge discussieerd. Molengekken Het gilde rekent erop, dat in de komende jaren het aantal korenmolenaars zich zal uit breiden. „In Nederland staan per slot van rekening nog al tijd 450 korenmolens en zo nodig kunnen wij er ook nieuwe bijbouwen", aldus op timistisch de heer Houdijk. In België, vlak over de grens bij Roosendaal, is men al zo ver: daar legt een bakker de laatste hand aan een door hem zelf gebouwde, geheel nieuwe korenmolen. Zijn de echte molenaars in aantal nog minder dan hon derd, het aantal „molengek ken" in ons land is veel gro ter. Deze grote groep molen- liefhebbers is veelal aange sloten bij het gilde van vrij willige molenaars en bij de Vereniging de Hollandsche Molen. Voor het echt laten werken, dus niet alleen draaien van een molen, komt echter erg veel kijken, zo waarschuwt het gilde van korenmole naars. Wil een molenaar bij voorbeeld het minimumloon verdienen, dan moet hij ge middeld zes ton meel per week produceren. Daarbij is dan nog niet eens rekening gehouden met de noodzake lijke investeringen. Het vak van molenaar is een combinatie van pure liefheb berij en zakelijk inzicht en hard werken. Slechts weinig mensen kunnen dat uiteinde lijk opbrengen, aldus het gil- 1 Dre DEN HAAG Vor de zevende maal houdt de s ting Voorlichting rood morgen een „Dag vale Brood". Een broodndige actie want niet alleen R „Geef ons heden on dagelijks brood" ons niet rjj[n veelvuldig in de mnd bestorven als vroeger, vei hoefte aan de dagelkse boterham lijkt daarme v ke tred te hebben ghouden. Een kwalijke zaakfge de Stichting Voorliating Brood, die al geruiiisti geen gelegenheid vorbij laat gaan om het Nedei volk erop te wijzen at de broodconsumptie deP jaren ten onrechte isachtergesteld. n in, Ten onrechte, omdat brod basisvoedsel is dat niet allflflj, tief goedkoop is, maar vjral ook goed voor het lichaan zorgt ervoor dat het goit goed wordt gebruikt en 1 darmfunctie bevorderenHet bevat ijzer voor de aanm^u rode bloedlichaampjes ercalcium voor de opbouw van tL tanden. In brood zitten vamines van het B-complex enl* en eiwitten voor de opbaw en groei van het lichaam. L, dus broodnodig zegt de achting, die wordt bijgestaan L Voorlichtingsbureau vooide Voeding. A Bij de introductie van d zogenaamde „Maaltijdschijf'.^ voorlichtingsbureau een liet mis te verstaan advies Lc aantal boterhammen dateen mens per dag zou moetPj Tieners en mannen op zij minst acht sneetjes per dag, f vijf en kinderen vier tot ^jf. Meer brood op de plank diT het motto: „Eet meer plataardig en doe minder met vry Dat de welvaartsmens deaatste decennia steeds meer in plaats van plantaardig eiwitten is gaan gebruiker, duidelijk geïllustreerd doe wat cijfermateriaal. Sinds lLn het vleesverbruik met 14(procent van 26 naar 62 kilo fuj soon per jaar. Het brooderbruik daalde daarentegen procent. At iedeieen in 195 nog welgemoed 115 broden h in 1980 hield men het met35 broden wel voor gezien. H^, bakkerijen daalde navenat van 13.000 naar 4000. Hoe komt het dat het brodverbruik zo is gedaald? De Voorlichting Brood wijt ht aan een groeiend aanbod var vervangende producten, >als muessli, knackebröd, cAp en beschuit. Maar ook de etgewoonten zijn veranderd. bijt is langzamerhand in obruik geraakt en zelfs kindest tegenwoordig regelmatig 2nder boterham naar school.fQ it( Toch blijkt uit consumenlnkeuringen dat ruim negei js, cent van de mensen tevredn is over de kwaliteit van h ,ei Met name bruin- en vooravolkorenbrood is erg in trelfe het brood-assortiment aan:enlijk uitgebreid. Er zijn ifoi land op dit moment zeker o'n tweehonderd soorten bi jgi krijgbaar. De stichting vindt het de loogste tijd dat de consumt x plantaardige eiwitten, die oorkomen in groente, fruitv pelen én brood, gaat gebruien. De Dag van het Brood j>e toe bijdragen de kennis bijie consument over brood t rr( pen. Met behulp van reamevliegtuigen, radio-uitze (js plaatselijke feestelijkheden wedstrijden voor klanten s verspreiden van folders zulen de bakkers van Nederli 0] derdag deze dag vieren. Hogtepunt is het NCRV-radioj )c ma „Twaalfuurtje" dat tusen 11.30 en 12.40 op Hil» 0 wordt uitgezonden en waaran Paul van Vliet, Bonnie j, re, Willem Duin en Henk Iolenberg hun medewerk^, nen. jva De stichting Voorlichting Bood hoopt ermee te bereik^n boterham voortaan voor „\»1" wordt aangezien en ni aa maar als „onderlegger" voo; beleg. vi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 12