Schmidt het schaap Veronica met de vijf poten uit lichte letteren- land Wie is echte Pietje Bell? Markt in hal van Haags Centraal Station 7 t/m 17 okt. al 1981 )BE de kloeke lijst bekroningen en ille vermeldingen ziet, die de lende kinderboekenweek (7 tot iktober) heeft opgeleverd leeld in gouden en zilveren Js, gouden en zilveren pense- hebb, informatief, boekensleutel en n-wimpel-lijst moet het illen dat er heel wat jeugdboe- over onderwerpen gaan die de f^kïjlertchoenen allang ontwassen .ch) t rassendiscriminatie, oorlog en 63o. qcentratiekamp, milieuvervui- ,k' 0(j, maatschappijproblemen in m we«elgerneen, emancipatie, werk- dp siaiheid, alcoholisme, echtschei ding, psychiatrische patiënten, te huiskinderen, spastische en debie le kinderen. Dat kinderen in hun voorlichting en hun boeken kennismaken met de ernst van het leven, zowel van hun eigen tijd als van het verleden, wordt weliswaar steeds meer aan gemoedigd, maar toch lijkt een overdosering van narigheid en mo dieuze onderwerpen uit den boze. We moeten er immers rekening mee houden dat er meer kinderen zijn van het type als die nu jonge moeder van even in de dertig is dan gebruikelijk is in sprookjes van Grimm. Niet alleen kinderen zullen van „Otje" genieten, maar ook volwas senen. Dat blijkt duidelijk uit een gesprek, dat onze verslaggever Piet Snoeren had met Willem Gale- ma, bijna afgestudeerd in de psy chologie en vader van twee kinde ren. In dit gesprek stond één vraag centraal: Wat is de sleutel tot het geheim dat de kinderboeken van Annie M. G. Schmidt zo geliefd heeft gemaakt van Finland tot en met Japan? ook met de goede oplossingen te komen, oplossingen op een niveau waarvan kinde ren zeggen: ik kan me zo'n oplossing voorstellen. Ze voelt precies aan hoe dicht fantasie en werkelijkheid voor een kind bij elkaar liggen". geweest, die zegt: „Gelukkig dat wij thuis in mijn kindertijd geen te levisie hadden. Al die ellende had ik niet kunnen verwerken. Als ik op school dan ook nog had moe ten leren over milieuvervuiling, rassendiscriminatie en problemen van de Derde Wereld, dan zou ik er helemaal niet tegen hebben ge kund". Daarom is het verheugend, dat de Gouden Griffel terecht is gekomen bij Annie M. G. Schmidt (Querido) voor haar „Otje". Zij bezit als geen enkele andere Nederlandse auteur Mvrijl0^ J M van de Laar) de huidige burgemeester van Bergen op Zoom, de Staats js 1964 voor het Kinderboek. 1980 door geen enkel ander oorspronke lijk kinderboek werd geëvenaard". Analyse Wat is de sleutel tot het geheim dat de kinderboeken van Annie M.G. Schmidt van Finland tot en met Japan zo geliefd heeft gemaakt? Een poging tot analyse wordt orfdernomen door Willem Galama, bijna afgestudeerd in de psychologie en vader van twee jonge kinderen die hij met veel plezier pleegt voor te lezen uit het oeuvre van de bekroonde schrijfster. Zijn vrouw Inge is kleuterleidster en zet als zodanig interessante kanttekeningen bij het ge sprek. Het geheim dus. „Een goed kinderboek is een boek dat je ook als volwassene graag leest", zegt Willem Galama. „Ik neem me zelf maar. Als ik onze kinderen Hylke en Jelle voorlees uit een slecht boek, ga ik gapen en krijg ik de neiging in slaap te vallen. Ik ga stukken overslaan of snel le zen om er maar vanaf te zijn. Ik zit mezelf in de weg en de kinderen merken dat met een. Het sfeertje dat bij het voorlezen past, gaat verloren. Bij de boeken van An nie M.G. Schmidt heb ik dat nooit, omdat ze zoveel aangrijpingspunten hebben met mijn eigen kinderlijke fantasie en dagdro men. Ik kan de avonturen van de hoofd personen echt meebeleven. Neem nou de schelp die Pluk vindtte Lispeltuut. Al leen de woordvondst alHij heeft de ei genschap dat hij de weg kan wijzen als pluk verdwaald is, maar soms heeft hij daar gewoon geen zin in, dan wil hij sla pen. Of het Langhors, weet je wel. dat lan ge paard met de buik die zo is uitgezakt, dat hij gestut moet worden door een wa gentje op wielen om mee te kunnen ko men. Zoiets zie je ook als volwassene.toch meteen voor je?". Sfeertje Echtgenote en moeder Inge vult aan: „De bezigheid van het voorlezen is even be langrijk als de inhoud van het verhaal zelf. Dat sfeertje van dicht tegen vader of moe der aan kunnen kruipen. Kinderen moeten voor het slapen gaan de golfbeweging van de dag nog even afbouwen. Daar hebben ze een heel ritueel voor, een protocol. Tanden poetsen, de poes welterusten zeg gen, pilletje nemen, laatste plasje doen. Ze hechten heel erg aan zo'n stukje structuur. Het geeft ze houvast, letterlijk; denk aan de troetellap of het knuffeldier die mee naar bed moeten. Daarom protesteren ze ook als er tegen dat ritueel gezondigd wordt. Ze tikken je op je vingers. Nou: in heel het ritueel van het slapengaan, het af bouwen, past ook het voorlezen. Er ont staat een rustpauze. Het sussende stem geluid vormt als het ware een overgang naar de dromen van straks. Daarom is het belangrijk dat er goede kinderboeken zijn, boeken dus die ook volwassenen aanspre ken. Dan wordt er tenminste voorgelezen en nemen de ouders niet hun toevlucht tot de knop van de televisie. De boeken van Annie Schmidt voldoen aan die voorwaar den". Het juryrapport prijst Otje met name om zijn „duidelijke onderstroom van maat schappij-kritische benadering". Maar pik ken jonge kinderen dat wel op? Weten ze veel? Willem Galama: „Nee, de kinderen pikken het niet op. Maar ik pik het op. Ik kan er met mijn gevoel achter staan. Ik lees het dus graag voor. En mochten de kinderen vragen hebben, dan kan ik er ge motiveerd antwoord op geven. Zo'n vader Tos bijvoorbeeld, een van de hoofdperso nen uit Otje, die een voortreffelijke'kok is, maar niet over de benodigde papieren be schikt, zodat hij steeds wordt uitgebuit en Geen mens-dieren Wie kent niet de avonturen van de Rotter damse kwajongen Pietje Bell? Van Abkou- de, de geestelijke vader van deze stads- jongen, heeft veie jeugdboeken op z'n naam staan, maar de acht delen van Pietje Bell bleken zijn grootste triomf. Zelfs op toneel en film werd Pietje een succes. In het kader van de Kinderboekenweek keert Pietje Bell met zijn hart van goud nog een keer terug naar zijn geboortestad. De vraag is alleen: welke Pietje? Jongens en meisjes van 6 tot 13 jaar kunnen op za terdag 17 oktober in Hilton Rotterdam meedoen aan een verkiezing met als mot to: „Wie is de echte Pietje Bell". Het geheel staat onder leiding van Martin Brozius. De jury bestaat uit acteur Pieter Lutz, kinderboekenschrijver Wim van Hel den en de hoofdrolspeler uit de Pietje- Bell-fiim van 1963, Mathleu Consten. Gedurende twee dagen, zaterdag 10 en zondag 11 oktober zal het kinderboek centraal staan in het station Den Haag Centraal. De Haagse stichting BzztBoh heeft namelijk voor de vijfde keer in suc cessie een grote kinderboekenmarkt geor ganiseerd. Deze Haagse kinderboeken- markt kan worden beschouwd als middel punt van activiteiten, waarbij kinderboe ken en hun schrijvers uitgebreid in het zonnetje worden gezet. Van 's morgens elf uur tot 's middags vijf komen auteurs van kinderboeken hun werk signeren en verkopen. Kindertheater Plok verleent ook zijn medewerking en voert sketches uit, die zijn gebaseerd op thema's uit kinder boeken. In Delft zorgt de Standaardboekhandel sa men met boekhandel Kempers ervoor, dat op 7 oktober om drie uur 's middags in het Waagtheater de toneelgroep De Spieghel het stuk De Droomkoning komt spelen. Dit spel is speciaal voor de Kinder boekenweek geschreven. Op 15 oktober, 's middags om vier uur treedt in de Standaardboekhandel het marionetten theater van Ella Snoep op met de voor stelling „Kip op sokken". Overigens hebben de bibliotheken in vrij wel alle gemeenten van ons land festivitei ten ontwikkeld rond de Kinderboeken week. Veel onderling contact over deze activiteiten hebben de verschillende bi bliotheken echter niet gehad. De kleine le zers doen er daarom goed aan vooral te letten op de aankondigingen, die de bi bliotheken elk voor zich hebben opge plakt. ren en worden uiteindelijk door die dieren geholpen altijd aan. Het juryrapport prijst „Otje" met name om zijn „duidelijke onder stroom van maatschappij-kritische benadering. Opnieuw heeft Annie M. G. Schmidt in het verhaal van Otje en de kok Tos, die te maken krijgen met lastige hoteleigenaren en excentrieke gasten, ons be staan gekarikaturiseerd. Haar persiflage van een zenuwin richting is kostelijk en tevens, luchtig genoeg om kinderen niet te veel schrik aan te jagen, niet meer •mmm irs" i STERDAM „Er zit ook zeker que a mij iets in van het afwijzen van verza^ 9root-mens-zijn. Kinderen zijn juerrJ niet zo verrot en bedorven. Gro- fotimensen zijn naar. En dat bederf, verlat js vooral het prestige, het zich- iu? ®J-Pak-aantrekken. het masker dat luopzet, het verbod van spelen en faseren. Kinderlijke gevoelens, flijke gevoelens, al die dingen die je met het volwassen worden af- nen. Al mijn boeken komen uit s avo gedachte voort. De mensen zijn -7635) eens verwonderd hoe ik dat kan ■j—rhbineren: kinderboeken, kinder- aans%jes, dat cabaret, die musicals. 9» »er)r mij is het allemaal hetzelfde. I is allemaal voor kinderen. Het it dan weieens over erotiek of zo, ïu. inar verder is het voor kinderen van it, niet ouder". lijn a Maria Geertruida Schmidt. Zelf 70 I erkei oud- Evenzeer bekend door „Jip en laatse^ek©" a's door „Pension Hommeles", i auf ..Het Fluitketeltje" als door „Ja zus- 350.-. nee zuster", door „Pluk" als door ichtauerlijk duurt het langst". Onvergetelijke ur. R&telijke moeder van de familie Door- Tefc, maar ondertussen qua vindingrijk- I, taalvermogen, virtuoze humor en be- fsing van uiteenlopende genres ver bo- elke doorsnee verheven al zal ze rschijnlijk meewarig lachen, mocht ze ëzen. Het Schaap Veronica met de vijf tn uit lichte letterenland. 500 Zilveren Griffels voor het beste kin- fioek had ze al in haar prijzenkast: voor VI noes" in 1971 en voor „Pluk van de ieflet" in het jaar daarop. Nu dus de iden Griffel voor „Otje". Dit edelme- l haar uitgereikt door de Commissie jectieve Propaganda van het Neder- fltOOfls Boek, verbleekt echter bij de Neder- Ise Staatsprijs voor het Kinderboek die rzov^l in 1965 kreeg toebedeeld. Maar om fiouden Griffel gaat het, nu de kinder- jkenweek op aanbreken staat. Het jury- iort: „Wij waren in grote meerderheid mening, dat Otje in de jaarproduktie Annie M. G. Schmidt: „Voor mij is het allemaal hetzelfde. Het is allemaal voor kinderen". achterna gezeten. Dat zie je toch dagelijks om je heen gebeuren?". Meegegroeid Moment voor Inge om een van haar kant tekeningen te plaatsen. „Kinderen pikken heus wel wat op. Toen ik Hylke voor het eerst voorlas uit Jip en Janneke, dacht ik: jasses, wat een rol bevestigend boek is dat eigenlijk. Pas later kreeg ik in de gaten dat het uit 1956 was. Oh ja. Annie M.G. Schmidt is sindsdien enorm meegegroeid met haar tijd. Maar in 1956 schreef ze bij voorbeeld nog de scène van de vader die onder het spelen met zijn kinderen een beeldje breekt en voor straf van moeder de schuur in moet, waarop diezelfde moe der zich huilend afvraagt wie nu het beeld je moet lijmen en vader weer uit de schuur haalt om het klusje te doen. Heel rolbe- vestigend, snap je? Een beeldje lijmen is iets voor mannen. Maar Hylke reageerde heel anders dan ik had verwacht. Dat die vader voor straf de schuur in moest wat toch bedoeld is als dramatisch hoogtepunt liet haar koud. Ze zei alleen: Wat gek, kan die moeder zelf dat beeldje niet lij men?". Willem Galama: „Laat ik over die onder stroom van maatschappij-kritische bena dering nog dit zeggen: Annie Schmidt is in elk geval nooit drammerig. Ook dat maakt haar boeken zo goed. Het is tegenwoordig mode dat er zo nodig een gescheiden va der of een hongerig kind uit de Derde We reld moet worden opgevoerd. De maat schappij-kritiek druipt er vanaf". Hij vindt hier het juryrapport aan zijn zijde, waar gesteld wordt: „Het knappe is dat Otje nergens de loodzwaarte krijgt van veel probleem-behandelende Kinderboeken. In tegendeel, het blijft een als vanzelfspre kend fantasieverhaal met duidelijke verwij zingen naar de realiteit". En met de nodi ge karikaturale vertekeningen van de vol wassen werkelijkheid, dat ook. „Prima", prijst Willem Galama, „het is voor kinde ren veel leuker dat een volwassene bela chelijk wordt gemaakt dan een leeftijdge nootje. Hebben jij en ik vroeger niet geno ten van Pietje Bell en Dik Trom? En bele ven wij er nu geen vreugde aan als we een autoriteit op zijn bek zien vallen? Logisch dat het kinderen erg aanspreekt wanneer Annie Schmidt een van haar hoofdperso nen een geintje laat uithalen met een vol wassene. Je zult zelf maar de hele dag on der de plak van volwassenen moeten zit ten. Het knappe is wel weer, dat. Annie Schmidt altijd voor evenwicht zorgt door een hulpfiguur achter de hand te houden die kan ingrijpen wanneer de problemen het kind boven het hoofd dreigen te groeien. Zo voorkomt ze dat haar lezertjes zich te veel zouden gaan verliezen in een fantasiewereld de draad van de wer kelijkheid kwijtraken. En het knappe daar bij is weer dat Annie Schmidt zo'n figuur te hulp laat schieten op een manier die aantoont: de heersende, burgerlijke nor men van volwassenen zouden best eens anders gehanteerd kunnen borden dan te doen gebruikelijk is. Maar de kritiek blijft speels, relativerend. Annie Schmidt ver staat als geen ander de kunst om hoe dan Dieren spelen een grote rol in de kinder boeken van Annie M. G. Schmidt. In veel kinderboeken trouwens. Het bijzondere bij haar echter is (de jury stipt het in zijn rap port ook aan) dat ze de dieren volkomen in hun waarde laat en er geen mensen van maakt, die zich in een verenpak of bere- huid vermomd hebben. Inge Galama beaamt dat volmondig. „In andere kinder boeken zijn de overgangen van de dieren wereld naar de mensenwereld en anders om zo ingewikkeld, dat je het de kleuters in de klas steeds weer uit moet leggen. Verschrikkelijk irritant. Het schept een enorme verwarring. Annie Schmidt heeft dat niet. Ze dicht haar dieren geen mense lijke eigenschappen toe, maar laat ze zien zoals ze zijn: met hun beperkte vermo gens, maar ook met vermogens die de mensen nu juist missen. En die vermogens worden door de dieren van Annie Schmidt gebruikt zoals ze ook in de natuur ge bruikt worden. Dolly de duif vervalst een brief door er een poepje op te laten, be grijp je? Dat herkent ieder kind, want ieder kind heeft wel eens een vogelpoepje op een ruit zien zitten. En wat is het effect? Als ik met de kinderen over straat loop en ze zien een duif, dan roepen ze: zou dat Dolly de duif zijn? Of, bij een meeuw, is dat soms Karei met'de houten poot?. Het beklijft bij ze. Er is een band. Tien tegen een dat ze later nog eens terug grijpen naar zo'n boek en dan komt de rest van zelf. Dan pikken ze de onderstroom van maatschappij-krjtische benadering wel op. Zo leggen de kinderboeken van Annie Schmidt, juist door hun natuurlijkheid, een basis voor later". PIET SNOEREN de gave een eigentijds probleem voor kinderen fantastisch, roman tisch, boeiend en humoristisch te verpakken. Kinderen van zes tot negen jaar zullen zeker de tragiek aanvoelen als blijkt dat de papieren van kok Tos zijn zoekgeraakt in een „kompjoetergebouw", waardoor hij geen andere baan kan vinden en met zijn dochtertje Otje doorlo pend op de vlucht is voor de poli tie. Bovendien spreekt het sprook jesachtige Tos en Otje kunnen praten met vogels en andere die- Vraagteken Deze laatste constatering zal Willem Gala- ma later nog eéns doen, wanneer het eni ge zinnetje uit het juryrapport ter sprake komt, dat een vraagteken laat horen, na melijk: „Otje is een boek. waarin Annie M. G. Schmidt haar eigen toon, patroon en tradities bevestigt, daarin begrepen het wat makkelijke, aanpassende slot; alles moet klaarblijkelijk op zijn pootjes terecht komen". Wat is er op tegen dat in een kin derboek alles op zijn pootjes terecht komt? „Niets", vindt Willem Galama. „In tegendeel. Dat is voor kinderen prima. Ik denk nu weer even aan het ritueel voor het slapen gaan. ja? Die rustpauze van het voorlezen. Nou: daar kun je geen open eind hebben, want dan blijven de kinderen vragen: Deed het nog lang pijn?; Kwam er een pleister op? Dan blijven ze driftig doorfantaseren. Op zich best goed. maar niet voor het slapen gaan. Bij een slechte afloop geldt dat natuurlijk dubbel. Hoe identificeren volwassenen zich al niet met de hoofdpersoon van een boek of film? Als het daarmee slecht afloopt, blijven we met een onbevredigd gevoel zitten, hoe goed we het boek of de film verder ook gevonden hebben. Nou, kinderen identifi ceren zich nog veel meer dan volwassenen met een hoofdpersoon omdat voor hen fantasie en werkelijkheid nog veel dichter bij elkaar liggen. Het mag gewoon niet slecht aflopen met de hoofdpersoon, want dan voelt het kind zijn werkelijkheid, zijn zekerheid ondermijnd. Dan is het verhaal niet afgerond. Waarom dacht je dat sprookjes van oudsher eindigen met de zin: en zij leefden nog lang en gelukkig?. Die oude sprookjesschrijvers wisten drom mels goed wat ze deden".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 19