S rubens, trappisten waterzooi De Gouden Eeuw van de Amsterdamse theaters Musea in veelvoud AMSTERDAM Vijf theaterpersoonlijkhe den, namelijk Sara Heyblom (klassiek to neel), Jasperina de Jong (cabaret), Carry Tefsen (volkstoneel), Steve Austin (marge theater) en Sylvain Poons (de oude revue) hebben deze week de eerste exemplaren uit gereikt gekregen van het boek „Een ge schiedenis van Am sterdamse theaters". Een enigszins mislei dende titel, want het door archivaris T.K. Looijen samengestel de standaardwerkje bevat veel meer een vaak kostelijke schildering van het hoofdstedelijke uit gaansleven, aan te vangen in de veertien de eeuw en eindigend met de jaren 70. Daar bij is een glansrol weggelegd voor de vo rige eeuw en het begin van de huidige toen iedere buurt in Am sterdam zijn eigen theaters had: zomer en wintertheaters, cafó-chantants, Frans en Duitstalige schouw burgen, volkstheaters, theaters waar kluch ten en operettes wer den opgevoerd, revu es, cabarets, tingel tangels. „Een nostal gisch boek", stelt de schrijver dan ook vast, „zeker in onze tijd waarin het gebrek aan theaters nijpend is". Niet minder dan 121 namen van theaters en theatertjes, hoofdzake lijk uit die bloeitijd, ver meldt het register. Be langstellenden uit Pa rijs, Londen en Berlijn kwamen er naar kijken, zo beroemd waren de Nes, de Amstelstraat. de Plantagebuurt, en natuurlijk het Rem- brandtsplein. Toch had Amsterdam als theater- cêntrum een moeilijke start. Nog in 1772 toen de schouwburgbrand de tol van 18 mensen levens eiste, riep de geestelijkheid zegevie rend vanaf zijn kansels: „Draag veel houts toe, steek het vuur aan, ver teer het vlees en kruid het met specerijen laat het de beenderen ver branden. Stel hen daarna ledig op zijn ko len opdat hij heet wor de en zijn onreinheid in het midden van hen versmelten. Zijn schui ne moed in het vuur". Met andere woorden: De schouwburgbezoe kers die bij de brand waren omgekomen, werden door de predi kanten regelrecht van die plaats des verderfs doorverwezen naar de hel. Een verheffende aanblik boden de thea ters in die dagen dan ook niet: er werd ge rookt, gegeten, met schillen gesmeten, la waai gemaakt, gevrijd en gekust. De ware toneeltraditie begon eigenlijk pas toen de grootste Ne derlandse acteur Louis Bouwmeester in 1861 op 19-jarige leeftijd de buteerde in de „Salon des variété" aan de Amstelstraat. Hier boekte ook de toneel schrijver Herman Heijermans zijn eerste successen. Elders aan de zelfde straat, in het „Grand Theatre", vier den Mevr. Kleine-Gart- man en Willem Royaards hun triomfen. En op enkele meters afstand, In Flora, waren het Buziau en Louis Da vids die het publiek in verrukking brachten. Voorts was er In de Amstelstraat nog het Centraal Theater met Pisuisse en Speenhof als trekpleisters. Nooit eerder of later in de theaterhistorie heeft zich zoveel talent ver drongen op zo'n luttel aantal vierkante me ters. Het lijkt enigszins eenzijdig een boek te wijden aan louter de Amsterdamse theaters. Ook andere Nederland se steden hebben een rijke theatertraditie. Maar de giansperiode van die artistieke gou den eeuw (merkwaardig genoeg toen Amster dam economisch in verval was, de gouden eeuw van zijn kooplie den onwaardig) recht vaardigt de keuze. En het resultaat is zo boeiend dat het moge lijk archivarissen in an dere kuituurcentra zal inspireren ook eens in hun oude theaterkro nieken te duiken. PIET SNOEREN Een geschiedenis van Amsterdamse thea ters, T.K. Looien, Heuff-Unie Pers, Am sterdam. HG/ANTWERPEN In een paar luttele uurtjes val'Antwerpen. Ideale stad voor zo maar een paar s h daagjes. Ongeacht het jaargetijde. Even er tusse- st- »llig. Maar ook interessant. En boeiend. Mer- d0Jerwijs kennen de meeste Nederlanders Belgisch' 'fTOemeente niet of nauwelijks. Ze zijn er geweest. '"Jbf er langs gereden. Maar Antwerpen kennen....? akiorle „stappers" arriveert er pas tegen het avon- ,m<zich willoos in het vaak nog ouderwets opwinden- ma,leven te storten. Veelal met als happy-end een ■»®js en een kop vol spijkers. ldeorie „passanten" ziet op doorreis naqr Parijs, de i?9feur of het nog verder gelegen Spanje slechts de den de rechterzijde van de E10 opdoemende stads- li0b. Meer tijd is er niet. /erf aajorie „dagjesmensen" tenslotte, die gezien het l00aderlandse touringcars op en rond de Grote absolute meerderheid vormt, laat zich als ge- 10ljddedieren in hoog tempo langs de voor de hand °lbezienswaardigheden jagen. Even dit. Even dat. 1s^wij Nederlanders vliegen en rijden dwars door n<%res naar de verste uithoeken om er de zon te -paar -wat er op onze eigen stoep, het nabije en, gebeurt en leeft, nee, daar hebben we geen Jammer. En een rechtstreekse belediging 'van 10,]mooiste, gezelligste, historierijkste en gelukkig rb)s door bouwkundige vernieuwingen geteisterde aï steden. 1 ,apn en de Antwerpenaar lachen er om. Ze hebben J,9|verlevering een levenswijze en wijsheid eigen ge- 31 waarin voor dergelijke beledigingen eenvoudig 0t jats is. Leven en laten leven. Dat is de leidraad areeuwenoude Schelde-metropool. rhé UVllJ ten ontstaan van Antwerpen doen heel wat verhalen SKdes de ronde. Ze leven hun eigen leven, maar ge- mdige waarde hebben eigenlijk alleen de uitkom- opgravingen, waarbij allerlei uit de zesde eeuw "de voorwerpen werden gevonden. Daaruit kon afgeleid, dat er in die periode Salische Franken to'l op de plaats waar later de Werf (haven) werd ,n> ïde eeuw was er een nederzetting van Zeeuwen tr later blijken er ook nog Friezen gewoond te heb- oude Andopverpum, voornamelijk opgetrokken in huizen, werd, na door de Noormannen ver zijn, in 832 herbouwd. In de twaalfde eeuw was ziTsn al een plaats waar muren en poorten, maar tot 384 hielden allerlei oorlogen de stad nog in hun h')EI dy opbloei kwam pas in de 15e eeuw na het verval 'y«lelsstad van Brugge. Toen ook vestigden belang- plieden uit Duitsland, Nederland, Italië, Portugal dylland machtige handelshuizen rond de Groen- 3r! ie in die tijd als kerkhof van de Onze Lieve Vrou- ungeerde. Antwerpen was dus al vroeg een inter- del handelscentrum, waarop vooral de Italiaanse |rote invloeden heeft gehad. Het is dan ook geen l dat zo'n kleine vierhonderd jaar geleden al de Ita- or llplomaat Ludovico Guicciardini over de „mooiste ve wereld" sprak. Een uitspraak die volgens menig- 30 anno 1981 nog opgeld doet. ofc qSTAD l©% de metro, bussen, trams en taxi's blijft ook het a| en van nu een echte „loopstad". En hoewel wan- >e zien de nog immer overdadige plaveisels van kas- n( eerste aanleg een minder plezierige bezigheid ar op elegantie beluste Antwerpse schrikt er niet s rug die miljoenen „kinderkopjes" met sierlijke stj kken te lijf te gaan. Nu dient te worden gezegd, jejMructuur van het stadscentrum, waarin praktisch s enswaardigheden verzameld zijn, zich prima leent ik ndeltochten. Immers, overal is binnen hardber.eik laicafé met al dan niet een verwarmd torras - - -e- 3 men onder het genot van een tas koffie of n haend pintje, de vermoeide voeten even - i :o ;o- 't kan gunnen. te ;wgspunt tw£st logische uitgangspunt voor dergelijke voettoch- je nt het nog ouderwets naar stoomtractie geurende Station aan het Koningin Astridplein. Een zoge- Bfl ..kopstation", dat qua bouwwerk alle moeite van d bekijken waard is. Aan datzelfde Astridplein ook 51'eldvermaarde Zoo, een attraktieve dierentuin, De ketting van terrasjes op de Keyserlel. Op de De Grote Markt met z*n prachtige stadhuis en de achtergrond de contouren van het Centraal Sta- vele tientallen gildehuisjes met hun fraaie gevels, tion. NTWERPEN In de schaduw van de Nieuwe Schouwburg wordt elke zondagmorgen de beroemde Vogelenmarkt gehouden. De oude uit de 12e eeuw stammende burcht op het Steenpleln. Het Binnenhofje aan de Korte Sint Annastraat, waar het befaamde restaurant „Het Verlooren Boord" gevestigd is. van de namen De Witte Engel. Huis der Kuipers, Huls der Boogschutters en Huis der Lakenwevers voor zich spre ken. oudeburcht Op het Steenplein springen ogenblikkelijk de vele torens en torentjes van Het Steen, een op fundamenten van een in de 10e eeuw gebouwde burcht, in het oog. Het is het oudste gebouw van Antwerpen, waarvan een deel van de in 1250 opgetrokken stadswal bijzonder gaaf gebleven is. Na als gevangenis gediend te hebben, werd het via een oudheidkundig museum in 1952 ingericht als Nationaal Scheepvaart Museum. Volledig verdwaald in de oudheid behoeft men ook in dit stadsdeel, het erg intieme centrum, niet te geraken. Ook hier domineren de café's met hun gezellige terrassen en zijn eethuizen van velerlei pluimage te vinden. En wil men op een andere manier uitblazen, dan kan dat bijvoorbeeld ook door met een rondvaartboot een Scfieldetocht al dan niet compleet met de havens te gaan maken. Pra ten we nog niet over de vele musea, waarvan elders op deze pagina een kort resumé wordt gegeven. eethofje Zoals gezegd, Antwerpen is een stad met voor elk wat wils. Gastronomen bijvoorbeeld mogen niet vergeten „Het Verloren Brood", alias „Den Verlooren Cost", alias „On der van Straelentoren", alias „Achter de Koeiboer" met een bezoek te vereren. Een meer dan uitstekend en be taalbaar Antwerps restaurant, waar vooral het Vlaamse konijn en de waterzooi verrassend lekker ter tafel komen. Het is gelegen aan een oer-oud Antwerps binnenhofje met schilderachtige lage witte huisjes met geteerd onderstuk. Een authentieke pomp waarboven een volks Madonna beeld, de O.L. Vrouw van Bijstand. Eertijds aanbeden voor de „zwetende ziekte", een variant van de zo gevrees de pest. Gered voor afbraak fungeert dit 16e eeuws nog vrijwel geheel in oorspronkelijke staat verkerende hofje nu als thuishaven van een van de meest geliefde Antwerpse eetgelegenheden (Korte Sint Annastraat). Ja, en zo zijn er natuurlijk nog veel meer unieke plekjes in Antwerpen te vinden. En unieke mensen. Zoals de waar zegsters, die in deze Bourgondische stad niet alleen uw toekomst voorspellen, maar er zelf ook nog één hebben. Of de vriendelijke restaurant-koks, die je openhartig ver tellen hoe het culinaire hoogstandje, dat wat bescheiden onder de rubriek „lokale gerechten" op de spijskaart staat, in elkaar steekt. Of de schilderachtige kooplui met aan het hoofd de reeds driemaal tot keizer gekroonde Mia Verbeeck op de zondagser Vogelenmarkt. En niet te verge ten de in welhaast onkreukbare witte jassen gehulde ver kopers van de sigarenzaak met „het grootste assorti ment" op de hoek van het Astridplein en de Keyserlei. Al lemaal tastbare symbolen van een onvervalste volkse stad, waar de barokke sfeer, de onmetelijke rijkdom van historisch kunst, de van zoet tot zuur variërende geur van het onvolprezen Vlaamse bier en de vette reuk van goud gele frieten het hedendaagse leven bepalen. KEES JAGERS Inlichtingen: Voor bijzonderheden over Antwerpen, bij de Dienst voor Toerisme, Suikerrui 19, Antwerpen B2000. Tel. 09- 3231322284 of 320103. hier In 1549 een boekbin derij en leerbewerking, die zou uitmonden in een druk kerij die nog steeds wereld faam geniet. Vrijwel alle vroeger machines zijn nog in tact gebleven en ogen schijnlijk lijkt het dan ook of de vroegere grafici even hun werk verlaten hebben. Bovendien hangen er 18 werken van Rubens, vele gobelins en een verzame ling manuscripten vanaf de 9e tot de 16e eeuw. Dage lijks geopend van 10 tot 17 uur. MUSEUM VOOR SCHONE KUNSTEN Grote van Egmontstraat) De collecties bestaan uit 3000 schilderijen, kortom een vrijwel compleet over-, zicht van 500 jaar Vlaamse schilderkunst. Het museum Is In tot 30 september van 10 tot 17 uur en daarna tot 15 november van 10 tot 16 uur geopend. VLEESHUIS (Vleeshouwerssraat 38-40) Archeologie, geschiedenis en kunstnijverheid vormen de basis van een uitzonder lijke collectie gebruiksvoor werpen uit het vroegere rin gen, munten en medailles, oude muziekinstrumenten. Uniek is de betegelde Vlaamse keuken. Dagelijks behalve maandag geopend van 10 tot 17 uur. MUSEUM SMIDT VAN GELDER Belgiëlei 91) 18e Eeuwse kunst. Dage lijks behalve maan dag van 10 tot 17 uur. waarin ongeveer 6000 dieren verblijven. Het bijzondere van de Antwerpse Zoo vormen de zogenaamde teeltgroe- pen, waardoor er vrijwel het gehele jaar door jonge dieren geboren worden. De Zoo kent verder een dolfinarium, een tropische wintertuin en een planetarium, waarin ieder uur op natuurgetrouwe wijze een tropisch onweer compleet met donderslagen, bliksemschichten en heuse regenbuien wordt geïmiteerd. Het meest opvallende onderdeel van deze dierentuin is echter het zogenaamde nocturama, waarin dieren wonen die slechts in de duisternis aktief zijn. Tijdens de dagelijkse openingsuren overheerst er dan ook een mysterieus, wat angstaanjagend schemerlicht om de beroerselen van deze tot dan toe ongekende dierenwe reld te kunnen aanschouwen. Welhaast gekoppeld aan de Zoo het Natuurhistorisch Museum Alfred Ost, dat een im mense collectie over inheemse fauna bevat. flaneren Vrijwel loodrecht op de Centraal Station staat de Keyser lei. Een unieke, zij het hier en daar helaas door monste rachtige flatgebouwen ontsierde flaneerboulevard met een ketting van terrasjes. Hier ook is elke dag nog iets van de voorbije grandeur van deze eens zo chique stad terug te vinden. In het late middaguur verzamelen er zich dan de met zware parfum omgeven en met protserige sieraden omhangen dameskransjes om er na een uiterst beheerst genipte tas thee vervolgens gretig in een bruin biertje te happen. „Mensen kijken" dus. Een plezierige bezigheid. chic en duur Via de iets knikkende Leystraat mondt de Keyserlel uit in de Meir. Een winkelgalerij met de allure van de vooroor logse Kalverstraat. De luxe komt van alle kanten op je af, maar niettemin bevindt zich tussen al die onbetaalbare haute couture, en andere uiterst prijzige etablissementen ook de onvervalste straatwinkel van Leonidasbonbons. Een waar eldorado voor snoepers, die zich overigens niet behoeven te schamen als zij in tegenstelling tot de Ant werpenaars niet één heel kilo, maar slechts één onsje van die verrukkelijke chocoladebrokken bestellen. kathedraal Aan het eind van de Meif ligt via de Eiermarkt of via de Schoenmarkt de Groenplaats binnen bereik, maar reeds lang er voor rijst de 123 meter hoge en slanke toren van de Onze Lieve Vrouwekerk op. Een gothische kathe draal, die met maar liefst zeven beuken de grootste kerk van België is. In 1352 werd er door bouwmeester Appel mans al met de bouw van dit 117 meter lange en 65 meter brede Godshuis begonnen. Prachtig zijn ook de achthoe kige Vieringskapel uit 1535, de uit 1713 stammende preekstoel, de bijzonder gaaf gebleven grafbeelden o.a. van Isabella de Bourbon uit de 15e eeuw en de glasramen en fresco's uit 1496 in de Bourgondische Ka pel. Voorts in deze imponerende omgeving een van de be kendste werken van Rubens, de Kruisopneming. Het standbeeld van deze belangrijkste kunstenaar staat op de Groenplaats, terwijl even verderop, op de Handschoen markt, riaast een door Quiten Matsys rond een monumen tale put gesmeed ijzeren bovenstuk ook een gedenkteken voor de eerste bouwmeester van de O.L. Vrouwekerk, Ap pelmans, is aangebracht. gildehuizen De Grote Markt, aan de andere zijde van de kathedraal, wordt overheerst door het door Cornelis Floris de Vriendt (1561-1564) gebouwde Stadhuis. Dit in hoog-renaissan- cestijl opgetrokken gebouw, dat in het midden van de prachtige gevel de schutsheilige van Antwerpen, de Heili ge Maagd, als beeldenaar kent, heeft een 360 voet hoge toren met op de spits een enorm beeld van Sint Michaël. Tegenover het Stadhuis dat overigens te bezoeken is een unieke rij gildehuizen, waarvan er één, nr. 4, destijds bewoond werd door Anthonie van Dijck, hofschil der van James I en Charles I van Engeland. Ook in de na bije Gildekamersstraat schilderachtige gevelhuizen, waar- De wereldberoemde diamantbeurs in volle activiteit. MAAGDENHUIS (Lange Gasthuisstraat 33) Voormalig meisjeswees huis, nu de zetel van de Commissie Van Openbare Bijstand. Het zestiende ceuws gebowv neruurr' vele kunstvocrv erpen uit bestaande er, r r;7 weldadigheidr ine :jon. Schilderijen ven o.a. Art sen, Venlus, F'~pijn zn Jor- daens. Veel meubelkunst en een unieke verzameling Antwrps plateel en pap kommen uit 1560. Geopend van maandag t/m vrijdag van 08.30 toi 16.30-L.jr. MUSEUM MAYER VAN DEN BERGH (Lange Gasthuisstraat 19) Zonder meer het mer kwaardigste museum van Antwerpen. Nadat ridder Fritz Mayer van den Bergh In 1901 op nog 20-jarlge leeftijd was overleden, liet zijn moeder een huis bou wen in oud-Vlaamse stijl om er de verzameling kunstwerken van haar zoon onder te brengen. Hooge- P'int van de unieke collec- lio schilderijen is het mees terwerk van Pieter Brueghle do Oude „De Du lie Griet", "erder werken van Matsys, Mostaert, Jan Brughel, A ertsen, beroemde beeld houwwerken en een uitzon derlijke verzameling hand schriften. Dagelijks be halve maandag geo pend van 10 tot 17 uur. VOLKSKUNDEMUSEUM (Gllderkamersstraat) Een compleet overzicht van het dagelijks leven van de Vlaamse bevolking en vroe gere Antwerpse volksge woonten. Interessant zijn ook taferelen uit de Poesje, het volkstoneel. Bijzonder aantrekkelijk voor school gaande jeugd. Geopend behalve maandag van 10 tot 17 uur. RUBENSHUIS (Wapperstraat 9-11) Pieter Paul Rubens, de be roemde schilder, kocht dit huis In 1610 en woonde en werkte er tot zijn dood op 30 mei 1640. In 1946 open de de gemeente Antwerpen er een museum in. In do stijlkamers zijn schetsen en schilderijen van Rubens on dergebracht, waarbij vooral het tussen 1625 en 1628 vervaardigde bijna levens grote zelfportret opvalt. Overigens is het Rubens huls niet rijk aan werken van zijn naamgever. Dage lijks geopend van 10 tot 17 uur. PROVINCIALE VEILIG HEIDSINSTITUUT (Jezusstraat 28-30) In dit unieke museumm wordt op spectaculaire wij ze getoond hoe diamant in de natuur voorkomt en ge vonden wordt en hoe vla vele bewerkingen de ruwe diamant een fijnzinnig ge slepen en kostbaar juweel wordt. Dagelijks geopend van 10 tot 17 uur. PLANTIN MORETUS MU SEUM (Steenhouwersvest) Chrlstofel Plan tin vestigde

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 21