RAI groeit tegen verdrukking in Geestelijk lied galmt clandestien door de ether het RAI-complex tegen de verdrukking i ligt niet wakker van de eco- crisis die zovelen benart: mr. der Meer, directeur van de Am- rise RAI. „Honderdvijftig miljoen voor nieuwe uitbreidingen ik wakker van gelegen, maar louter ik opzag tegen de rompslomp, ijk alles netjes voor elkaar en dan lijf jaar in de rotzooi. Dat zat me lekker. Maar aan de noodzaak n grote investering heb ik nooit Md. Ik koester een groot vertrou- het medium beurs, juist nu". ding dus. Met maar liefst drie ten- ellingshallen van in totaal 19.000 rite meter. Met twee congreszalen vergaderzalen, ook voor in totaal personen. De jas wordt in één klap >cent ruimer en zal tot voorbij het 000 comfortabel zitten. De groei »iet beperkt tot het Internationaal instellings- en Congrescentrum RAI. jn Utrechtse evenknie en rivaal, de ilijke Nederlandse Jaarbeurs, breidt ar is zojuist de eerste paal geslagen en nieuwe hal van 6.000 vierkante op het complex Croeselaan-West. 18 miljoen. Minder spectaculair aar dan de manier waarop de RAI voegen springt, maar evenzeer een oom van vertrouwen in de toekomst. i- en congreswezen blaakt. Jaarbeurs zeggen ze het zo: Ge- beschik bare gegevens over be- kiitingen en aantallen werklozen valt aad niet te ontkennen dat de situa- inig zonnig is. Het is.daarom opval- t na afloop van de meeste vak die hier in de tweede helft van verden gehouden, bij de deelnemen- Llrijven veel gunstige geluiden te ho len over de bereikte resultaten, aast wijst het stijgend aantal bezoe- >p een groeiende behoefte aan oriën- imtrent produkten" de weg timmeren denheid zelfs in die sectoren waar de Jaarbeurshallen, op landelijk ni- nogal sombere geluiden klinken. Oien de vraag oproept: ..Vallen de be- e positieve beursresultaten onder de deringen, zijn beursdeelnemers te ouwen als witte raven, of is er toch te bespeuren als een kloof tussen >-economische klaagzangen hoe it vaak ook aangeheven en micro- imisch zakendoen?". Bij de Jaar- antwoorden ze voorzichtig aldus: „Ik eval staat wel vast dat bedrijven die net goede artikelen op een adequate presenteren, ook een goede kans iverleven hebben. Het lopende jaar ren of die overlevingskansen ook ma- conomisch de overhand krijgen". RAI-directeur Van der Meer over vraag filosofeert, begint hij met de lelling dat het beurswezen geen ba- het economisch leven is. „Er at een theorie dat tentoonstellings- imb iven anti-cyclisch zijn, om dat geleer- word maar eens te gebruiken. Het hier op neer: hoe slechter het gaat in nomie, hoe groter de behoefte in de reld is om aan de weg te timme- harder men zijn best zal doen om arktaandeel te pakken. En als ik de kelingen sinds de oliecrisis in 1973 dan ben ik geneigd te denken dat rie tot op zekere hoogte klopt, het huidige ongunstige tij grijpt meer dan anders naar middelen om Hen aan de man te brengen. Dit al- moet het je kunnen permitteren. We heb ben het afgelopen jaar duidelijk afvallers gezien, in de orde van grootte van vijf pro cent en bij de watersporttentoonstelling Hiswa nog meer. Je merkt opeens: gut, die en die zijn failliet of hebben surséance aangevraagd. In de boten- en caravanwe reld was de laatste jaren sprake van wild groei. Er ontstond het ene bedrijf na het andere dat er wel een boterham in zag. Daar vind je nu de afvallers. Ze misten een solide basis. Maar nu praat ik over typi sche welvaartprodukten. Algemeen gezien gaat de theorie van de anti-cyclische be weging in het beurswezen, van het groeien tegen de verdrukking in, aardig op En aat zal zich de komende jaren doorzetten, mits de economie niet veel rottiger wordt, want er is een grens". Overal uitbreiding Er bestaat bijna geen beursorganisatie in Europa die niet uitbreidt. Mr. Van der Meer ziet in dat feit een bevestiging van zijn verwachting. Momenteel bedraagt de omzet van het beurswezen in Nederland 1 tot 1,2 miljoen vierkante meter netto standruimte per jaar. In guldens betekent dat zo'n slordige 500 miljoen, het dubbele van wat het gezamenlijke bedrijfsleven aan televisiereclame uitgeeft. „En die omzet blijft groeien", voorspelt Van der Meer. „Ondanks de crisis. Kijk: de tijd dat alles in vijf jaar verdubbelde, kunnen we verge ten. Maar een groei van 5 tot 10 procent per jaar zie ik voor het Nederlandse beurs- bedrijf wel zitten. Nogmaals: als. het niet te rottig gaat. Dus heb ik ondanks die 150 miljoen voor uitbreiding van de RAI rustig kunnen slapen. Ik denk dat de economie het kan trekken". Hoe gaat dat eigenlijk? Zet je zo'n kolos saal tentoonstellingscomplex neer om beurzen te lokken of doe je het omdat er behoefte aan is? Wat komt eerder: het aanbod of de vraag? „Lokken doen we in élk geval niet", zegt Van der Meer. „Maar wat je wel ziet, is dat zo'n gebouw de fan tasie losmaakt. Het werkt bevruchtend. Neem de schoonmaakbeurs Interctean. Dat was indertijd een van de eerste ter NEDERLAND MIST BOOT ALS CONGRESLAND wereld op dat gebied. Nou: die mensen zijn zelf op het idee gekomen. Beurzen hebben zich ontwikkeld tot een onlosma kelijk onderdeel van de infrastructuur van het bedrijfsleven. Ze horen bij het instru mentarium dat de zakenman nodig heeft. Vroeger was inkopen een simpele aange legenheid. nu is het dat niet meer. Zelfs moeder de vrouw heeft er de Consumen tenbond bij nodig. Het is zo ingewikkeld geworden, er zijn zoveel gespecialiseerde produkten op de markt gekomen, dat je bij het inkopen niet meer zonder een ge weldige hoeveelheid kennis en voorlichting kunt. Aan de andere kant is arbeid ver schrikkelijk duur geworden; het loont niet meer iemand met stofzuigers langs de deur te sturen. Ai die factoren hebben het voor de verschillende bedrijfstakken nut tig, zo niet noodzakelijk gemaakt op een gerichte manier de mensen naar zich toe te trekken door vakbeurzen te organise ren". Congressen Een gebouw als de RAI maakt de lantasie los en wefkt bevruchtend Vervolgens de andere poot van de RAI. Het congreswezen. Ook dat bloeit dwars door de distels van de recessie heen; zo zeer dat het complex moet worden uitge breid met twee zalen voor respectievelijk 700 en 240 personen, plus vier vergader zalen voor elk 100 personen, allemaal uit gerust met film- en vertaalcabines. „Hier spelen in wezen dezelfde factoren mee als bij het beurswezen", zegt Van der Meer. „Het steeds ingewikkelder worden van de samenleving, de specialisatie, de wassen de informatiestroom, de behoefte aan kennisuitwisseling. Maar er gaat minder in om dan in de beurswereld, voor Nederland 20 tot 30 miljoen gulden per jaar, schat Ik. Plus nog eens hetzelfde bedrag om de congresdeelnemers van en naar hun plaats van bestemming te transporteren. Het congreswezen is enorm verweven met de luchtvaart en heeft zich in het verleden ook in hetzelfde tempo ontwikkeld een Te passief Toegegeven, het er eens even uit zijn hoort ook bij een congres. Als hier in de RAI-haven een boot komt aanvaren voor de dames van de congresgangers, is dat een hele attractie. En dat vind ik ver schrikkelijk belangrijk. Zulke uitjes schep pen internationale verbroedering. Ze zijn een verrijking. Ach, al dat sceptische ge praat over congressen, ik denk dat het komt van mensen met een slecht geweten die zelf zo n congres niet serieus nemen en meer op wijntje en trijntje uit zijn". Ondertussen blijkt mr. Van der Meer verre van tevreden over Nederland als trekpleis ter voor internationale congressen. „Ik vind dat heel gek. We behoren tot de top vijf van landen met de meeste internatio nale aansluitingen. We leveren ook ver schrikkelijk veel mensen voor internationa le organisaties. Maar het is uitgaand ver keer. We hebben sinds het Vredespaleis op internationaal gebied nooit meer iets belangrijks binnen onze grenzen gehaald. De Nederlandse regering is daar doorlo pend volledig passief in geweest. Een nare zaak. Parijs, Londen, Genève, Brussel. Luxemburg, ze zijn ons allemaal voorbij gehold, ik vermoed dat het komt omdat we te weinig onze eigen positieve kanten onderkennen. Heel erg jammer. En nu denk ik niet alleen aan de guldens die je zou kunnen vangen als je wat actiever dat internationale verkeer naar je toe trok, jk denk aan de kennis, de verbreding, de know-how die je misloopt door je zo pas sief op te stellen. Valt daar nog wat aan te redden? Ja. als men er maar wat meer bo venop zat. Het is met die internationale or ganisaties en alles wat ze inbrengen, ook aan congressen, een gewone koehandel. Jij dit, ik dat. Aan die koehandel heeft Ne derland gek genoeg niet voldoende mee gedaan". jaarlijkse groei van 8 tot 10 procent. In 1900 vonden over de hele wereld maar 100 internationale congressen plaats, nu zijn dat er 5.000 tot 10.000. Die ontwikke ling blijft. Maar ik denk dat het aantal con gresdeelnemers zal teruglopen, evenals dé duur van de congressen. Ze worden klei ner en korter. In de huidige situatie mogen de mensen van hun baas wat minder, of dat nu de overheid is, een wetenschappe lijk instituut of een bedrijf. Anderzijds blij ven congressen natuurlijk het voordeel houden dat ze aftrekbaar zijn voor de be lasting". Congressen genoten de faam exclusief te zijn. een privilege voor sjieke beroepen wier beoefenaren bovendien wijntje en trijntje in het achterhoofd hadden wanneer ze naar zo'n bijeenkomst togen. Dat is vol gens Van der Meer aan het veranderen. „Internationale congresgangers nemen doorgaans zelfs lijnvluchten. Het is geen chartermarkt. Ze hebben niet de tijd om met een charter te reizen. Een charter vlucht komt altijd te vroeg aan en gaat al tijd te laat weg, zeggen ze. Niet bepaald de taal van feestneuzen. Ik zie hier op we tenschappelijke congressen wel types rondlopen waarvan ik denk: die weet niet eens dat er nachtclubs bestaan. Echte feestcongressen behoren in Nederland verre tot de minderheid. Die gaan naar Monaco of naar Acapulco waar ze een hele congres-industrie hebben. Wij prijzen in onze aquisitie het Amsterdamse nacht leven ook niet aan, maar onze cultuur, ons niveau van wetenschapsbeoefening. Wij werven met de twee Amsterdamse univer siteiten en het Rijskmuseum. De Nederlandse ether staat niet be paald bol van geestelijke muziek. Wat er in dit door velen geliefde, maar ook verguisde genre ten gehore wordt ge bracht, komt met name uit de koker van de NCRV (Van U wil ik zingen) en de EO, die het mogelijk nog bekende re programma „De muzikale fruit mand" op de vrijdagmorgen uitzendt. In het vlakke Friese land komen de liefhebbers van koor- en gospelmu ziek, de liederen van Johannes de Heer en de al of niet berijmde psal men beter aan hun trekken. Vanuit zijn boerderijtje aan de rand van het dorpje Harkema verzorgt Edze Wee ning, een 28-jarige piraat, samen met zijn vrouw Anneke zijn eigen pro gramma van geestelijke muziek. Deze clandestiene regionale evangelische omroep is elke zondagavond in de lucht van acht tot één uur. „Ik heb meer zendtijd dan de EO. Tenminste, ik neem meer", zegt Edze Weening. Een levensgrote zendmast staat als een kruis op het dak van het oude, onder de last der jaren scheefgezakte boerderijt je in Harkema. Flarden koormuziek waaien door een openstaand raam naar buiten, maar worden overstemd doo7 het nerveuze geblaat van een handvol schapen. Voordat Edze Weening achteV de 35 Watt sterke zender kan gaan zit ten om zijn geliefde muziek over het wijdse Friese land uit te zenden, moe ten eerst de schapen en kalveren nog gevoed worden. „Je moet de kop d'er wel bijhouden", zegt de werkloze bouw vakker, terwijl hij de schapenbiks in de voerbak strooit. Echtgenote Anneke is binnen druk in de weer om de „studio" in te richten. Eerst moeten de kinderen naar bed geholpen worden zodat het knusse keukentje om getoverd kan worden tot studioruimte. Als de baby zijn wasbeurt heeft gehad kan de commode gebruikt worden om er de zender op te plaatsen. De platen speler past precies in het hoekje van de vensterbank. Wanneer Edze dan achter de knoppen zit en Anneke bij de tele foon is de clandestiene evangelische omroep „De Witte Reus" („gekke naam eigenlijk, vind ik zelf bij nader inzien") klaar voor de uitzending. „Zo gaat het elke zondagavond", zegt Edze. „Ik ben anderhalf jaar geleden met deze hobby begonnen als een aar digheidje. Een buurjongen had zelf zo'n zendertje gebouwd en ik werd daardoor gewoon gefascineerd. Ik praatte er eens met Anneke over. maar die zag het eerst niet zitten. „Je weet dat het ver boden is, Edze", zei ze en ik dacht ja, je hebt gelijk. Maar aan de andere kant. zenden is hier in Harkema een sport die bijzonder veel supporters heeft. Ik denk dat er hier wel vijftig geheime zenders opereren". Gehoorzamen „De apparatuur die ik nu heb staan is zo'n duizend gulden waard en is sto ringsvrij. Ik vind dat heel erg belangrijk omdat ik andere mensen niet lastig wil vallen met storing op hun televisieont vangers." Hoe kijkt het echtpaar aan tegen het il legale gebruik van de ether voor dit doel? Edze: „Ja, eigenlijk kan het natuurlijk niet. Wij zijn gereformeerd en dan be hoor je de overheid te gehoorzamen. Ik heb er alle begrip voor dat het gezag paal en perk moet stellen aan de activi teiten van de etherpiraten. Aan de an dere kant... door middel van dit pro gramma brengen we heel veel mensen in contact met het evangelie. En in de bijbel staat toch ook dat wij de blijde boodschap moeten verkondigen. Ik weet via reacties van luisteraars dat wij veel mensen, ook buitenkerkelijken, be reiken en hen iets meegeven. Daarom kan en durf ik in dit geval dwars tegen de overheid in te gaan. Ook omdat wij vinden dat er veel te weinig gedaan wordt op dit gebied. De NCRV zou veel meer kunnen doen, maar laat het na en de EO heeft er geen zendtijd genoeg voor. Wij hebben meer zendtijd dan de EO, tenminste ik neem het...". Edze en Anneke hebben er wel eens een gesprek over gehad met de plaat selijke predikant van de gereformeerde kerk, ds Wybenga. Edze: „Tegen mij zei hij dat Ik ook wel eens een preek mocht opnemen om die via mijn „omroepje" uit te zenden. Maar zei dominee er bij. als ze je pakken kan ik niets voor je doen. Dat moet je goed begrijpen". Ds Wybenga over zijn „illegale schaap jes": „Ik vind het erg moeilijk om in deze het achterste van mijn tong te la ten zien. Het gaat tegen het wettig ge zag In, dus eigenlijk kan het niet. Maar helemaal afwijzen kan ik het niet. Het programma voorziet duidelijk in een be hoefte. Dat merk ik ook aan reacties in de gemeente. Deze mensen proberen op een heel eenvoudige wijze een stuk evangelisatie te bedrijven met hun mu ziek en geven daarbij erg veel mensen bemoediging en troost". Gewillig oor Edze: „Ik weet dat de politie hier niet tégen mij is. De dochter van één van de politiemensen vraagt regelmatig een verzoekplaat voor haar vader aan". Anneke Weening toont de stapel post met aanvragen voor platen. Uit de reac ties blijkt dat het publiek van Edze en Anneke bijzonder blij ié met de uitzen dingen. Er blijkt meer behoefte aan te bestaan dan wordt verondersteld. In toenemende mate nemen mensen die in ernstige problemen zitten, contact met de Weenings op. „Dat laat ik aan Anneke over", zegt de baardige piraat. Anneke: „Het is soms om koud van te worden als je hoort hoeveel mensen met ernstige problemen zitten. Ik kan die mensen niet meer helpen dan naar ze te luisteren. Vaak blijkt dat ook ge noeg te zijn, een willig oor. De gesprek ken kosten wel erg veel energie". „De Witte Reus" is inmiddels zo be kend dat ook platenmaatschappijen er al rekening mee houden. Sommige stu ren keurig nieuwe platen die op de markt komen naar de „studio" in Har kema. Over de toekomst zegt Edze: „Binnenkort willen we proberen om een hele preek uit te zenden. Als de andere piraten mij tenminste niet wegdrukken. Verder willen we eens zien of we er nog een zendavond bij zullen nemen. Dat is mijn grote voordeel boven de EO: ik heb zendtijd genoeg".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 23