Stevie Wonder
naar
Nederland
t
f <r
Rob Agerb
Vijfentwintig jaar jazzpiam
10
)I
FRANZ LISZT:EEN MEFISTO IN SOUTANE
Concertagenda
PLATEN
JAZZ
ZONDAG A.S. CONCERT IN HOT
,va
me
11 april Fischer Z, Paradiso
in Amsterdam.
11 april Basement 5, Paard
van Troje in Den Haag.
11 april Stanley Frank, Pa
radiso in Amsterdam.
11 april Vitesse. 0'16 in
Voorburg.
12 april Dave Travis, café
De Paap. Papestraat 32 in Den
Haag. Aanvang 22.00 uur.
15 april Extra concert Fats
Domino. Nederlands Congres
gebouw in Den Haag.
16 april Nine Below Zero,
Het Paard van Troje in Den
Haag.
16 april Jurgen Pluta, Mel
kweg in Amsterdam.
17 april Lademacber's In-
nersleeve Oh Boy, Paradiso
in Amsterdam.
18 april Nine Below Zero,
Eksit in Rotterdam.
19 april Nine Below Zero,
Paradiso in Amsterdam.
19 en 20 april B.J. Spears,
Wanda Jackson en Matchbox,
tijdens Countryfestival in
Ahoy' Sportpaleis in Rotter
dam.
26 april Iron Maiden, Stads
gehoorzaal in Leiden.
26 april Stray Cats, Paradi
so in Amsterdam.
28 april Bruce Springsteen
The E Street Band, Ahoy'
Sportpaleis in Rotterdam.
29 april Extra concert van
Bruce Springsteen The E
Street Band, Ahoy' Sportpaleis
in Rotterdam.
1 mei Lademacher's Inners-
leeve Oh Boy, Paarde van
Troje in Den Haag.
7 mei Cockney Rejects, Pa
radiso in Amsterdam.
10 mei Cockney Rejects,
Paard van Troje in Den Haag.
15 mei 999, Paard van Troje
in Den Haag.
23 mei Tubes, Doelen in
Rotterdam.
25 mei Tubes, Carré in Am
sterdam.
14 juni Dire Straits, Eden-
hal in Amsterdam.
15 juni Dire Straits, De
Doelen in Rotterdam.
16 en 17 juni The Beat, Mel
kweg in Amsterdam.
Gang Of Four Solid Gold (EMI)
Deze nog betrekkelijk jonge groep uit Leeds
debuteerde drie jaar geleden met het EP'tje
Damaged Goods. En niet lang daarna braken
ze in Engeland door met de voortreffelijke
single At Home He's A Tourist Die massale
erkenning lijkt voor de groep in Nederland
toch niet weggelegd. Daarvoor is het geluid
van de Gang tè Engels. Hun tweede elpee
die in drie weken tijd in de Abbey Road Stu
dio is opgenomen verschijnt anderhalfjaar
na hun debuut Entertainment De muziek die
zo typerend is voor deze „bende van vier"
wordt veelal omschreven als radicale dans
muziek. Een wat onbruikbare omschrijving
voor de rauwe, hoekige Rhythym Blues
van de Gang Of Four. Solid Gold is net als
hun vorige elpee weer een echte„woede
plaat" geworden met gitarist Andy Gill in de
rol van de wanhopige voorman die bege
leid door zijn onrustig jammerende gitaar
fragmentarisch de teksten uitschreeuwt
„He's obsessed with order!" En orde is op So
lid Gold nergens terug te vinden waardoor de
muziek van de Gang op de haast funky
bas van Dave Allen na ook niet echt pret
tig is om naar te luisteren. Een oprechte,
maar ontoegankelijke en geluidsarme plaat
die muzikaal nog maar weinig verrassingen
bevat. Solid Gold is anarchisme op 33 toeren
en biedt geen ruimte meer voor Entertain
ment
<r
met een steel-guitar het belangrijkste instru
ment vormt. Een ongebruikelijke samengaan
dat prima uitpakt. De enige misser is Rock
Me My Baby, een country-ballad die je eerder
van een dikbuikige Amerikaan met een te
kleine cowboyhoed op het Rotterdamse
Countryfestival zou verwachten. Voor het
overige is Musta Notta Gotta Lotta niets min
der dan een smaakvol geproduceerde plaat
waarmee Joe Ely kwaliteit van een nagenoeg
onopvallend soort levert.
N.M.
Scooter One By One (Ariola)
De Nederpop zit duidelijk in het slop, maar
gelukkig gebeuren er bij onze zuiderburen ui
termate interessante dingen op muziekgebied.
Er is een imposant B-circuit ontstaan en mo
menteel dienen zich een aantal groepen aan
voor wie een toekomst buiten de landsgren
zen lijkt weggelegd. Na Klang Wailing In
The Moonlightmoet ook Scooter uit Ant
werpen de weg naar een breder publiek kun
nen vinden. Ondanks de duidelijk aanwezige
zwakke plekken leveren de vijf Belgen met
One By One een welkom visitekaartje af. De
plaat varieert van overtuigende composities
als Red Ruby Lips, Easy en de opmerkelijke
interpretatie van het Beatles-nummer Eight
Days A Week tot een niemendalletje als Beg-
Musta Notta Gotta Lotta
Deze al jaren aan de weg timmerende
Texaanse singer/ songwriter trok vorig jaar
de aandacht van het progressieve deel van
poppubliek door samen met de Clash op toer-
nee te gaan. Een interessante combinatie
want de platen van Ely klinken allesbehalve
progressief. Integendeel, die vallen eerder in
de categorie van zeer traditionele country.
Als je bijvoorbeeld naar Dallas luistert; dat
roept toch onmiddelijk het beeld op van een
oud pompstation langs de snikhete Highway
met Joe Ely op de portable-radio. In 1977 te
kende Ely een platencontract en sinds die tijd
leverde hij een vijftal elpees af die een inter
essante mengeling van hoogwaardige
country, honky-tonk en rockabilly laten ho
ren. Kortom muziek uit het diepe binnenland
van de States. „Ooh...Hot-dog, I Like It A
Lot", kraait Ely in het openingsnummer
Musta Notta Gotta Love. Een rocker la
Jerry Lee Lewis waarmee onmiddellijk dui
delijk is dat Joe Ely zich heeft weten te om
ringen door een tijdens de concerten hecht op
elkaar ingespeelde begeleidingsband. Het ti
telnummer is bepalend voor de rest van de
plaat waarbij de nadruk meer dan ooit op de
rock ligt, afgewisseld door „lazy" momenten
zoals in Dam Of My Heart, waarbij Smokey
Joe Miller de glimmende saxofoon hanteert.
Whishin' For You is een ander rustpunt op
de plaat waarin de accordeon in combinatie
gars Can't Be Choosers. Met de twee singles
Tattoo Turkey en Peppermint Girl maakte
'deze voormalige studioformatie al duidelijk
dat het een duidelijk Amerikaans georiën
teerde band is. Helaas zijn ze nog niet eigen
zinnig genoeg. In Fingerprints dringen ver
gelijkingen met pakweg de Little River Band
zich te nadrukkelijk op. Verder blijft het jam
mer dat continentale vinylproducten allemaal
zo smetteloos moeten klinken (het Nits-syn-
droom) en ook One By One gaat daar mank
aan. Het neemt niet weg dat dit Belgische ge
luid heel wat veelbelovender klinkt dan wat
er de laatste tijd aan Nederlandse produkten
wordt uitgebracht. We doen er dan ook goed
aan om Scooter uit België serieus te nemen.
N.M.
DEN HAAG Wanneer
Miss Dee niet op haar tel
len bad gepast, hadden we
het misschien nooit gewe
ten. Want Miss Dee heet
voor de burgerlijke stand
Doreen Agerbeek en zij
kwam er plotseling achter
dat echtgenoot Rob Ager
beek als pianist eind 1955
voor het eerst in bet open
baar optrad tijdens een
clubavond van de Haag-
sche Jazzclub in het café
Die Haghe in de Pape
straat (dezelfde plek waar
de Haagse Jazz Club nu
zonder de cb in de naam al
een tijdje opnieuw huist).
Vijfentwintig jaar geleden,
een jubileum dus en in die
kwart eeuw is er heel wat
gebeurd in de muziek van
de 43-jarige Rob Agerbeek.
Het begon met boogie-
woogies volgens de strakke
stramienen van groten als
Pete Johnson, „Meade"
Lux Lewis en Albert Am-
mons. Wie naar zijn laatste
plaat „Miss Dee" luistert,
opgedragen aan vrouw Do-
reen, herkent niets meer
van die boogies - of het
moet Agerbeeks sterk ont
wikkelde linkerhand zijn.
Rob Agerbeek is inmiddels
een pianist die met de gro
te Amerikanen, tegen wie
hij als jonge muzikant be
wonderend omhoog staar
de, op basis van gelijkheid
meemusiceert tijdens toer-
nees en concerten. En hij
heeft bet druk dezer dagen:
Zaterdagavond in Harm
Mobachs Jazztimeradio-
programina is bij te horen
met zijn kwintet met trom
pettisten Dick Vennik en
Ack van Rooyen, zaterdag
avond speelt hij „life" in
het Utrechtste Italiaanse
restaurant La Fontana,
waar de pizza's even pas op
de plaats moeten maken,
met de Clayton-brothers
Jeff Clayton op tenor en
altsax en John Clayton,
o.m. bekend van Basie's or
kest, op bas. En zondaga
vond speelt hij met trio
plus saxofonist Sandy Mos-
se en gitarist Wim Over-
gaauw in het HOT-theater.
Dan is er net nóg een elpee
uit (Timeless SJP 144) in
een kwartetformatie met
saxofonist Harry Verbeke,
drummer Billy Higgins en
bassist Herby Lewis, staat
er een elpee op het Riff-la
bel uit te komen waarbij
bij zangeres Carol Leigh
van blues voorziet en gaat
Polydor een plaat met de
beste boogie-pianisten uit
brengen waarop Rob Ager-
Rob Agerbeek achter zijn baby-vleugel thuis: Pianospelen opnieuw ontdekt.
beek uiteraard ook met
drie stukken vertegenwoor
digd is. Kortom, een druk
baasje.
Voor Rob Agerbeek begon
het allemaal met de vleugel
van moeder in Indonesië.
„Mijn moeder was concert
pianiste, maar ze vond het
heerlijk na een avondje klas
siek met bladmuziek van
Duke Ellington en Teddy
Wilson op de proppen te ko
men. Zonde, riep de hele fa
milie, hoe kan je dat nou
doen! Maar moeder liet Jazz
Lips van Ellington rustig vol
gen op een prelude van Cho
pin. En grootvader, die nog
van de vorige eeuw dateerde,
sprak mij meteen vermanend
toe: Jongen, vergooi jij je toch
nooit aan die negermuziek."
Het liep anders, want Robbie
Agerbeek begon ijverig boog
ie-woogies van „die negers"
van plaat en radio na te spe
len. Met veel succes, want in
middels in Nederland eind
vijftiger jaren wint Agerbeek
met die boogies de ene prijs
na de andere. „Ik hoorde wel
eens moderne jazz op school
feestjes waar ik speelde, het
intrigeerde me ook, maar ik
had geen idee hoe dat moest
en hoe die muziek in elkaar
zat En het vervelende was,
die moderne jongens werden
op die concerten uitgefloten,
ik werd toegejuichd. En dan
zeiden die moderne jongens:
Ja, dat ouwerwetse werk van
jou pikken ze wel. En terwijl
ik juist zo graag meer van
hün werk had gehoord. De
overgang naar moderne jazz
heb ik eigenlijk aan Frans
Eisen te danken. Hij speelde
samen met Wessel ïlcken in
Den Bosch, ik speelde daar
ook, en we ontmoeten elkaar
in de kantine. Wij zijn stad
genoten, zei hij, ik woon ook
in Voorburg. Eri: Waarom
speel je eigenlijk alleen boog
ie-woogies. Omdat ik 't fijn
vind en omdat ik niets an
ders kan, zei ik. Fijn is het
wel, zei Frans Eisen, maar
èèrg antiek. En moderne jazz
kan jij óók spelen! Hij heeft
me toen wegwijs gemaakt.
Stomerijwa
gen
„De tijd die eigenlijk de
meeste indruk op me ge
maakt heeft, viel vlak na
mijn schooltijd. Ik begon met
tekenaar Ardy Strilwer een
zwerftocht die ons in Zweden
bracht. Ik zal het nooit ver
geten: We begonnen te liften
bij het viaduct in Voorburg,
de eerste lift was een stome
rijwagen waarmee we
Utrecht haalden, daarna zette
een melkkwagen ons in Arn
hem af. En in Zweden ben ik
begonnen muziek te maken,
met o.a. Lars Gullin. Ik zal er
in verhouding nog niet zo
veel van gebakken hebben,
maar ik kreeg de kans.Het
was het begin van het be
roepsleven voor Rob Ager
beek. De concerten bleven
komen. Voor Amerikaanse
militairen in Frankrijk, als
begeleider van Amerikaanse
solisten als Nelson Williams
en Don By as. Een tijd in Pa-
rijse jazzcafé's samen met
saxofonist Hank Mobley. Een
stuk praktijk die hem al op
een unieke plaats tussen de
Nederlandse jazzpianisten
bracht. Tot 1965 duurde Rob
Agerbeeks leven als beroeps
muzikant. Toen leerde hij
zijn huidige echtgenote ken
nen, er viel toevallig een
„gat" in een toernee, het
echtpaar vestigde zich in Den
Haag en Rob Agerbeek nam
een dagbaan„Het gekke
is" zegt Agerbeek, „dat de
echte jazz toen pas voor mij
begonnen is. Ik ben eigenlijk
niet geschikt als beroepsmu
zikant. Ik heb niet de ellebo
gen om me in Hilversum
staande te houden en ik kan
de fut niet opbrengen om al
lerlei klussen te doen om het
geld. Van jazzmuziek alleen
kan ie niet leven, en om den
brode Tante Leen met pak
ken muziek achterna te rei
zen zie ik niet zo. Het klinkt
wat paradoxaal, maar ik
maak betere jazz nu ik een
complete dagtaak heb, dan
toen ik alle tijd van de we
reld had.
Bla key
Een Nederlands jazzmusicus
kan nog zoveel spelen, de
grote erkenning krijgt hij
DE Mi
en poli
n, twee
ls nimn
toch altijd pas wanf naar
het óf maakt in het ^al van
land van de jazz, öAfghanL
andere manier géxe Spelt
wordt door de Ameldwijd i
groten van de jazz. RDok in
beek, o.a. collectionriüederla
alle Ellington-muzigdié (de
grootste bevestigingns van
voor mij toch in 1975en pari
opgebeld werd of ik K>t een
Blakey's Jazz Messet af te
toernee wilde speltt them
Blakey dat was een j
gen wie je op keek'
huis. Die had je ai^l J
bewonderd, ook al
spelen op het Zeezw»
tival in Knokke a
combinatie van zes prïE 1
Ik zei dus „nee", ivdympi»
organisator van de tn ovei
me verontwaardigd t voorl
Dan moet je drumt, voor
Taylor maar bellen, onerspe
heeft jou aan Blakejlts en
volen. Blakey's piaióat jaa
met hasj in z'n koffen gistei
houden in Londen erend g<
het daar net Bank >rganis
was, konden ze zijn np een s
afhandelen. Ik kon ei rappoi
genlijk niet onder {ringen
meldde me met de a
in m'n lijf bij Blakeysertoih,
een concert. Kijk, j'kanisati
trillen, zei ik tegen es, ver
Onzin, zei die, je spperscon
de blues? Jawel, zei/an pl«
dan. Maar ik kreeg ot wedst
spelen wel de ene m sporti
dere compositie onq voegd
neus. Just read it, zt tot ee
doodleuk. Hier heb ihouder
van dat concert, zieiok arr
overhemd, volkomenkunnei
het zweet.L Zo
roeiwet
Rob Agerbeek bet het
veel meer Ametr geen
Johnny Griffin, Get aange
leman, Dexter ;n enke
Van alle Amerikaiij
horen dat we hier i
land veel goede
hebben rondlopen
geen drummers ha
jaar lang zijn eigen Berliou
maakte een serie C verk
maar doet inmiddtvan e»
veel liefde weer voois is gea
werk. Dat kwintets dat
toen nodig, omdat ik i van
gen stukken wilde sc\ wore
maar op een gegeve de op
blik voelde ik me me»ka's
leider en sparring trictie
dan pianist. Als ik <ssen m
had, kwam ik niet
dan simpel begeleic
met dit trio, zoals wt
nieuwe plaat „Miss Dy» p,
len, heb ik weer
pianospelen is: Heerli
BERT Jl
Stevie Wonder komt naar Nederland.
Met zijn groep Wonderlove 2" zal hij
op 6 en 7 mei in de Rotterdamse
Ahoy'hal concerten geven. Na Japan.
Australië en Nieuw-Zeeland doet
Wonder in het kader van een wereld
tournee Nederland als eerste land op
het Europese continent aan.
Voor zijn concerten in Rotterdam zal
Stevie Wonder een uitvoerige P.A. uit
Engeland laten overbrengen om een
optimaal geluidsresultaat te waar
borgen.
Een „live" Stevie Wonder is niet al
leen voor Nederland een uniek gebeu
ren, maar ook voor Europa. Op uit
zondering van Engeland, waar hij vo
rig jaar in Londen optrad, heeft de
Amerikaanse zanger al zo'n zeven
jaar geen concerten meer op het Euro
pese continent gegeven.
Het was Ferdinand Gregorovi-
us, in het midden van de vori
ge eeuw een vermaard Duits
historicus, die zijn vriend
Franz Liszt gekscherend „een
Mefisto in soutane" noemde.
De heren gingen in Rome veel
met elkaar om. De prinses von
Sayn-Wittgenstein, al veertien
jaar de vriendin van de be
roemde musicus, besloot in
1861 zelf aan de Paus te vra
gen haar ongelukkige eerste
huweliik te ontbinden. Aan
vankelijk leek dat te zullen
lukken maar het lukte ten
slotte niet. Dat beschouwde de
prinses als een teken van de
hemel. Over een huwelijk wil
de zij niet meer denken, ook
niet toen haar man drie jaar
later overleed. Zij wijdde zich
geheel aan de kerk, evenals
Liszt zelf. Na een stormachtig
leven als minnaar en artistiek
bevlogene, als aanbeden pia
nist en dirigent, als vruchtbaar
componist ook, nam hij zijn in
trek in een klooster buiten
Rome, legde daar de gelofte af
en trad toe tot de orde der Do
minicanen, waarbij hij de titel
van abbé kreeg.
„Mefisto in soutane", Louis
Kentner, vriend en begeleider
van Menuhin, zei het onlangs
zó: „Liszt was een góed katho
liek: hij vreesde God maar be
minde de duivel". Ja, Liszt
kende zichzelf en voelde zich
net als zijn romantische tijdge
noten sterk aangetrokken tot
de Faustlegende, niet zozeer
tot Goethe's interpretatie daar
van als wel tot die van Niko-
lauw Lenau, een Duitse Hon
gaar als hijzelf Uit Lenau's
epische gedicht koos Liszt
twee episoden waarvan hij een
symfonisch gedicht in de vorm
van een tweeluik maakte. Het
is onbegrijpelijk dat dit krach
tige, karakteristieke werk zel
den of nooit wordt gespeeld.
Dat is wél het geval met de
door Liszt zelf gemaakte ver
sie voor pianosolo van het
tweede deel: de dans in de
dorpsherberg waar Mefisto de
viool van een muzikant over
neemt en Faust hals over kop
verliefd wordt. Van deze (eer
ste) Mefistowals - eigenlijk
meer een macaber scherzo dan
een wals - bestaan voor het
slot twee alternatieve lezingen.
De tweede lezing die helaas
ook zelden te horen is, begint
met een geweldig crescendo
dat wegebt in een beklem
mend pianissimo. Er staat bij
aangetekend: „Zij (Faust en
zijn nieuwe liefde) verzinken
in de oceaan van hun eigen
lusten
De compositie van de episodes
uit Lenau's Faust werden in
1862 gepubliceerd toen Liszt
pas in Rome was gevestigd.
Daar vond de rusteloze kun
stenaar ook in de staat van
wereldlijk geestelijke geen
rust. Meer en meer ging hij ge
volg geven aan uitnodigingen
uitvoeringen van zijn muziek
bij te wonen of die zelf als di
rigent of pianist te komen ge
ven. Opnieuw werd hij in de
Europese muziekcentra een
gevierde gast en hij bleef óók
componeren. Twintig jaar na
de Lenau's Faust-episoden,
tussen 1880 en 1885, schreef hij
nog drie Mefisto-walsen (de
tweede in versies voor orkest
of piano, de derde en vierde
alleen voor piano) en een Me
fistopolka (ook alleen voor
piano). De vraag is gerecht
vaardigd waarom Liszt zo met
Mefisto in de weer bleef. Zou
het niet kunnen zijn dat hij
het thema van de duivel nodig
had als dekmantel voor zijn
toen erg vreemd aandoende
experimenten met een ander
gebruik van toonsoorten, met
ongewone samenklanken, met
nieuwe componeer- en piano
technieken?
In tegenstelling tot wat vaak
wordt gedacht en gezegd is het
Liszt nooit te doen geweest om
het klatergoud van holle vir
tuositeit. Natuurlijk zijn er bij
zijn talrijke composities, ge-
maékt tussen de bedrijven van
een drukke concertpraktijk
door, minder geslaagde stuk
ken maar voor wie aandachtig
hoort, manifesteert zich gere
geld de pionier die Bartök zo
duidelijk herkende zonder iets
te weten van de revolutionaire
late werken die pas in de jaren
vijftig, zestig van deze eeuw
werden gepubliceerd, en zelfs
nu nog niet alle zijn uitgege
ven. Die late werken van Liszt
mogen niet als een op zichzelf
staand fenomeen worden be
schouwd; zij maken deel uit
van een logische ontwikke
lingsgang.
Daarom biedt een nieuwe Te-
lefunken-plaat (nr. AW
6.42829) een uitstekend portret
van de componist die genie en
uitvindersgeest bezat. De
Franse pianist Cyprien Katsa-
ris geeft op de ene kant van de
plaat het typerende derde
nummer uit de „Harmonies
poétiques et religieuses" die
nauw verband houden met de
gelijknamige dichtbundel van
Lamartine. Dit derde nummer
„Bénédiction de Dieu dans la
Solitude(Lofspreking van
God in de eenzaamheid) vormt
een scherp contrast met de
pianoversie van de boven al
vermelde eerste Mefisto-wals
zodat deze twee stukken de
tweespalt in de persoon
heid van Liszt op zijn allerl
demonstreren. Tegenover d aan
schitterend uitgevoerde sf, na(j
ken aan de andere plaatk y^
de tweede, derde en (eigeny/zn
onvoltooide) vierde Mefifa gQI
wals en de Mefisto-polka fc^n
doorgaans nog veel expfetatit
menteler zijn. De eveneensg-J
genomen Bagatelle zo:
tooncentrum (de componist^
schouwde dit stuk aanvan^^
lijk als de vierde Mefisto-ufa nj
maakt duidelijk hoe ver
oude Liszt zijn tijd voorui
geweest. a kee
Seniele aftakeling zoals jgn
dochter Cosima Wag een
dacht? Zij bestond het de bjjarr
tenis van haar man te plaalieicj
boven het stoffelijk overst£nen
van haar vader. Maar het [artij'(
niet Wagner die Liszt je dg(
groot gemaakt, het was jeu v
andersom en daarom w Jnt
het hoog tijd voor een deiQ
tieve herwaardering van 0an c
gehele levenswerk van dieÏTite
der. Jsief
JOHN KASANR