Llok voor mdgoederen staat p vijf voor twaalf Lubbers probeert China in onzekerheid te houden ^ÏNENLAND litensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnen. litensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofburtensteBinnen: O VERHEID VOERT SLECHT BELEID" LEIDSE COURANT ZATERDAG 28 FEBRUARI 1981 PAGINA 7 \NT (1) (Arie) Pais, nog >nde drie maan- iinister van on- ip het kabinet- [gt, lijkt aan het ran zijn ambtster- is goed op dreef men. Deze be- die door ral arrogante ge- jarenlang de heeft verstaan - 1arlement, het on- QT ijsveld, de pers en d lijn collega-minis- mmmmm legen zich in het tis te jagen, heeft sdag tot ieders jzing voor een \ijn hautaine hou- \v olie dig laten va- Wat was namekik èval? ;en ecte ps de behandeling [e onderwijsbegro- !n de Tweede Ka- j Werd door vrijwel alle fracties om een nieuw stelsel van stu diefinanciering ge vraagd. Zonder dat zou de door Pais voorgeno men verhoging van de collegegelden op grote bezwaren stuiten, zo werd uit de toespraken duidelijk. Arie voelde klaarblij kelijk nattigheid en haastte zich naar zijn departement om aldaar een algehele mobilisa tie af te kondigen. Het lukte hem om bij wijze van spreken een paar blikken beleidsambte naren open te trekken, die werden geacht de laatste scherpe kantjes weg te vijlen van een voorstel voor een nieuw stelsel van stu dietoelagen. De afde ling voorlichting werd tezelfdertijd geacht in minder dan geen tijd een persbericht daaro ver in elkaar te flan- zen. Menigeen moet zich in die avondlijke uren met een bezweet voorhoofd door het ge bouw gehaast hebben. Maar nu komt het On geveer half acht 's a- vonds verliet de be windsman, bepakt met een flinke stapel kop ieën van het voorstel plus een paar dozijn persberichten, het pand aan de Nieuwe Uitleg en haastte zich richting Tweede Kamer. De voorlichters, die zich zo onderhand wel gepas seerd moesten gaan voelen, liet hij verbou wereerd achter. STUNT (2) In het gebouw van de Tweede Kamer aange komen ontplooide Arie zich als een verlichte Sinterklaas door aan iedereen die twee han den vrij had een exem plaar aan te bieden. Zelfs het Kamerrestau rant liet hij niet onge moeid. Tot op de per stribunes toe kamde Pais het gebouw door op zoek naar gewillige slachtoffers voor zijn beleidslectuur. Een verbaasde journalist liet zich ontvallen: „Gaat U nu zover met bezuinigen, dat de af deling voorlichting al naar huis is gestuurd?". wel zijn nota's wild om zich heen verspreid, maar was vergeten ook het persbericht wereld kundig te maken. Deze minister, blijkbaar ge biologeerd door het kordaat optreden als loopjongen van zich zelf, realiseerde zich duidelijk niet wat het zo'n stukje papier bete kent voor de journalist die op dat geen tijd meer heeft de hele nota door te werken. Even later werd de fout alsnog rechtgezet door een voorlichter van het departement van Onderwijs. Enigs zins bedremmeld ver ontschuldigde hij zich voor het nogal onbe suisde optreden van zijn baas. „Ik weet ook niet hoe hij (Pais) ertoe gekomen is. We waren net van plan om de no ta's zelf naar de griffie te brengen. De griffie is de afdeling waar de officiële stukken ge richt aan de Kamerle den het eerst terecht komen. Althans, dat is de normale procedure. Zoniet deze keer, want bij navraag bleek men daar nog geen nota over studiefinanciering ontvangen te hebben op het moment dat de journalisten hun be richt al naar hun kran ten hadden doorgebeld. Naar een verklaring voor de plotselinge om mekeer in het door gaans afstandelijke ge drag van Arie Pais kan men slechts gissen. Wil hij in de laatste drie maanden weer wat verloren populariteit terugwinnen, teneinde een eventuele nieuwe ambtstermijn als minis ter van Onderwijs met een schone leest te kunnen aan vaarden Of is het de vakantie koorts, die in hem is geslopen(Pais gaat volgende week begin nen aan ziin laatste „snoepreisje': een weekje werkbezoek aan Indonesië). Hoe het ook zij: in het vervolg kan minister Pais de rechtstreekse contacten met de pers toch maar beter aan zijn voorlichters over laten. Daar zijn die mensen tenslotte voor aangenomen. PROPAGANDA Het CDA-Kamerlid Gerard van Muiden is/ nooit een erg opvallend figuur geweest in de Kamer, zodat ook nie mand zich verder om zijn doen en laten be kommerde. Onlangs viel zijn naam echter zomaar ineens uit vele monden te beluisteren. Van Muiden had het het namelijk in zijn hoofd gehaald zijn bei de zoons als hulpjes officieel fractiemede werkers geheten voor zichzelf te arran geren. Blijkbaar zijn die beide zoons behept met een ongeremde werklust, waarbij ieder gevoel voor proporties uit het oog wordt ver loren. Vorige week vrijdag mocht de pers tenmin ste de activiteiten van dit koppel aan den lijve ondervinden. Per post kreeg men de uitgetik te versie van een toe spraak die vader Van Muiden de daaropvol gende maandag moest houden bij de vaste Kamercommissie voor het Midden- en Klein bedrijf. De rede was netjes voorzien van een titel vel, compleet met de privé-telefoonnum- mers van vader. Goed geconstateerd hebben. Zo krijg ik nog eens de aandacht die ik ver dien. De veelbelovende dag brak aan. Het debat in de commissievergade ring kon wat Van Mui den betreft beginnen. De zoons hadden die dag de copiëermachine van de Kamer overu ren laten maken voor een vijftigtal copieën. De parlementaire colle ga's, of die nu wel of niet het woord voerden in het debat, werden van Van Muidens tekst voorzien. Verder kre gen niet alleen de ver tegenwoordigers van de pers, maar ook alle bezoekers van de ver gadering, ambtenaren en toehoorders terstond de rede-Van Muiden in de hand gedrukt. En dan ook nog alle stenografen, nota bene. Die mensen nemen ie der twee minuten per man op van het debat en dan worden zij weer afgelost door een an der. Van Muiden voor zag echter niet alleen die stenografen, die zijn eigen woorden moesten noteren, maar ook alle volgende. Het was te zien dat ze wei nig begrip hadden voor 's mans exhibitionisme. Wat moeten we ermee, de man is immers al lang niet meer aan het woord, zo zag je ze den ken. De ijver van Van Mui dens zoons is misschien toch wel wat te ver ge gaan. Hij heeft in ieder geval een ding bereikt: zijn naam is in de krant gekomen, in deze althans. e' •GEN Door de maatschappelijke en eco- iche ontwikkelingen van de laatste eeuw eel landgoederen onrendabel geworden en renen. Voor de nog resterende staat de op vijf voor twaalf. Wanneer er niet gauw oed beleid wordt gevoerd, zullen de laatste oederen verdwenen zijn. Dit is de voor ste conclusie uit het rapport „Hebben land- 8ren nog een toekomst", dat de weerslag is iet denkwerk van een groep deskundigen Ich over deze problematiek heeft beraden. I groep zitten vertegenwoordigers van het terie van CRM, Staatsbosbeheer, Monu- onzorg, Natuurmonumenten en diverse be- ngroepen als de Vereniging voor Landelijk «dom. Het rapport heeft als leidraad ge- I op de studiedag die gisteren in Nijmegen houden. iantal landgoederen in Nederland is niet pre- »ekend, omdat veel eigendommen niet als zo- staan geregistreerd. Maar de Nederlandse iging voor Landelijk Eigendom telt een kleine inderd leden. De gemiddelde grootte van ezittingen bedraagt 175 hectare. sans het rapport zijn de eerste landgoederen lan in de vroege middeleeuwen, in het onvei- •uropa van na de Romeinse overheersing, er nog maar weinig steden waren. Later Ie de betekenis van landgoederen als beleg- Ibject, statussymbool en buitenverblijf. Ierland kunnen de landgoederen worden on- leiden naar het tijdstip waarop ze zijn ont- We kennen hier de kastelen en versterkte die gebouwd zijn in de elfde tot zestiende het grootgrondbezit, dat ontstond door de an de patriciërs uit de grote steden naar het and (zes- en zeventiende eeuw); de buiten- Qen die werden aangelegd in de bloeitijd van renigde Oostindische Compagnie, de buitens p kolonialisten en industriëlen en de eigen landgoederen, zoals die in de polders. iizenE ',E. Booij, medewerker van de maatschappij I deskundigen bij elkaar heeft gebracht, de Grontmij, heeft de eindredactie van het rapport verzorgd. Hij is sterk bij het onderwerp betrokken en heeft een persoonlijke visie, die hij fel verde digt. „Waar ik me kwaad om kan maken, is dat de meeste mensen onder landgoederen alleen de hui zen verstaan. Als je er een boek op naslaat, zie je alleen maar foto's van landhuizen. Maar de tuinen, parken, landerijen en bossen zijn net zo essen tieel". Een landgoed is een stuk land waarop mensen sa men gelukkig kunnen wonen en werken. Boven dien is het ook in cultureel opzicht waardevol. Daarom moet er volgens het rapport snel iets ge beuren, voordat de laatste landgoederen zijn ver kommerd. „Het gekke is", volgens Booij, „dat er meer dan voldoende belangstelling is van de overheid. Er wordt alleen geen duidelijk, alomvattend beleid gevoerd. Allerlei overheidsinstanties geven subsi dies. Af en toe lijkt het wel een fruitautomaat, een grote ruif, waaruit de eigenaar van een landgoed maar hoeft te plukken". Maar volgens Booij deugt het pakket van subsidies en de manier waarop ze worden gegeven niet, omdat het om een versnip perd beleid gaat. „De laatste tijd staat stadsver nieuwing in het brandpunt van de belangstelling. Daar beseft men, dat een hecht beleid noodzake lijk is. Landelijke gebieden worden vergeten, om dat de veranderingen zich daar heel traag voor doen. Maar de effecten zijn zeker zo erg. Een land goed dat verdwenen is, kan nooit meer worden hersteld!". Geen beleid van verbieden Het beleid moet volgens Booij van een verbodsbe- leid worden veranderd in een invul-beleid. „Elke instantie geeft subsidie onder bepaalde voorwaar den: je kunt geld krijgen van CRM als je belooft geen maïs te planten en op voorwaarde dat je geen voedersilo's wegzet. Maar die silo's zijn no dig; die moet je niet verbieden, maar zien als een uitdaging. Geef mensen opdracht om die dingen „Als een landgoed verdwijnt, is dat onherroepelijk" zo te ontwerpen dat ze passen in het landschap". In de ogen van Booij deugt het ook niet, dat land goedeigenaren zo gemakkelijk subsidie kunnen krijgen. Zij die hun eigendom als landgoed bij de Natuurschoonwet aanmelden, kunnen diverse be lastingvoordelen krijgen. „Op zich is dat goed", vindt Booij, „maar het werkt een consumptieve houding in de hand, waardoor te weinig creativiteit gevraagd wordt. Ik ken een aantal mensen die hun eigendom nog niet hebben geregistreerd bij de Natuurschoonwet. Ze willen het beheer volledig in eigen hand houden, voor zover dat tenminste kan In Nederland. Die landgoederen draaien uitste kend!". De deskundigen komen in het rapport tot de con clusie dat een landgoed beter beheerd kan worden door particulieren dan door het Rijk, omdat dat laatste het gevaar inhodcft, dat landgoederen „echte monumenten" worden. Om die reden is Booij er ook geen voorstander van dat de subsi dies op zo'n manier verder worden uitgebreid. „Je werkt een consumptieve en conservatieve houding in de hand. Een landgoed moet niet stilstaan, maar zo goed mogelijk met de rest van de maatschappij meedraaien." Wirwar van vergunningen De kern van Booij's kritiek zit hem in de bemoeie nis van de Nederlandse overheid. „Het is begrijpe lijk dat iemand die ergens voor verantwoordelijk is, zijn zaak zo goed mogelijk probeert waar te ne men. Het is dan ook logisch dat er al snel een in gewikkeld vergunningenstelsel ontstaat. Maar af en toe wordt het te gek. Een man die een patat- kraam wil beginnen moet elf vergunningen aanvra gen! Door die wirwar van vergunningen worden landgoedeigenaren in een keurslijf gedwongen. Zo heeft de Stichting Natuurmonumenten iets tegen jacht. Maar het is toch absurd om mensen te ver bieden op een landgoed te jagen!, afgezien wat je zelf van jagen vindt. Iedere ouderwetse landgoe deigenaar zou zich toch in zijn graf omdraaien! De overheid moet meer vertrouwen hebben in ander mans kunnen", aldus Booij. Booij vertelt dat de Stichting Natuurmonumenten er bepaald geen voorstander van is dat er zand wordt afgegraven op landgoederen. „En dat terwijl het landgoed waar de stichting zijn intrek heeft ge nomen, Schaep en Burgh in 's-Graveland, zelf is ontstaan omdat men zand nodig had voor Amster dam!". Volgens Booij bewijst het feit, dat vele landgoederen al eeuwenlang bestaan, genoeg dat de meeste eigenaren het beste met hun bezit voor hebben. Booij vindt dat er een beleid van onderop moet worden gevoerd, waarbij de direct belanghebben den medezeggenschap hebben. De overheid moet alleen een kader scheppen, waarbinnen landgoe deren zelfstandig kunnen functioneren. De eige naar moet zelf kunnen bepalen, hoe hij zijn eigen dom rendabel maakt. „Want", aldus Booij, „een landgoed moet geen dood monument worden, 'geen vorm. Het moet een landelijk gebied blijven, waar mensen samen wonen en werken". Toen de mijnen dicht gingen, verdween plotseling de vraag naar hout. Dat heeft veel landgoederen een fikse klap gegeven. Een landgoed kan vol gens mij functioneren als een soort kolchoze, waarbij de eigenaar fungeert als bedrijfsleider. Commerciële recreatie, met respect voor het land schap, kan voor veel landelijke gebieden een uit komst zijn, om rendabel te blijvend, levend. Ik vind dat de overheid die keuze aan de eigenaar moet overlaten. Een beleid, dat landgoederen wil con serveren, is geen beleid. Het is alles of niets!". 1 RENÉ BOGAARTS oidtr» HAAG - Enige oepheem geleden was er eze plaats te lezen tuud Lubbers, frac- orzitter van het koortsachtig pro- t in minirie in de zaak-Tab zowel de kool als iit te sparen. Ener- Haag. ol een kabi- risis voorkomen en rzijds wilde hij de e van China tempe- Daarbij had hij het fericht op een breed unen motie, waarin ar B V., ivering van verdere person«ns aan Taiwan zou verboden en tegelijkertijd de srepubliek nog eens bkkelijk werd er- -als het enige Chi- J)ie opzet mislukte vooral omdat zo- behoudende als •bellerende vleugel fractie hem niet volgen. Beide igen vonden compromis-motie vaag. Bovendien i de oppositie f «te gaan met probe ren het kabinet in de hoek te drijven. Dat laatste leek nabij, toen elf CDA-ers een motie van de D'66-er Brink horst aan een meerder-' heid hielpen en de Ka mer zich dus tegen leve ring van de duikboten uitsprak. Niet zo erg veel mensen viel het op dat Lubbers in dat tweede Taiwan-debat het ka binet wel tot heel wat conces sies had bewogen. Jongstleden donderdag, in het derde debat, zette Lubbers ze nog even op een rijtje. De staat mag geen andere bemoeienis hebben met de zaak dan het verlenen van een exportvergunning. Her verzekering van het risico, dat de daadwerkelijke aflevering niet kan plaats hebben (bij voorbeeld doordat er grote moeilijkheden zijn tussen Tai wan en China), is er ook niet bij. Assistentie van de Konink lijke Marine kan evenmin, zo dat onder meer de keuring van de boten, het maken van proefvaarten en de opleiding van Taiwanese duikbootbe manningen problematisch wordt. Daar komt nog bij dat voor verdere wapenleveran ties geen exportvergunning gegeven zal worden. In dat derde debat bleek ook dat Lubbers daarmee in alle stilte had vastgehouden aan de verwezenlijking van zijn plan. Eerst vertelde hij opgewekt en tot diepe droefenis van de ge hele linkerzijde dat er geen dissidenten meer waren in zijn fractie. Geen crisis dus. De elf leden, die begin februari de zijde van de oppositie haden gekozen, zouden deze keer te gen een motie van „treurnis" van D'66 stemmen. Voor de meeste waarnemers was dat geen echte verrassing, omdat de elf al duidelijk hadden ge maakt dat zij het CDA niet verdeeld de verkiezingen in wilden laten gaan. Vervolgens kwam Lubbers met een ónver- wachte mededeling, namelijk dat het voor RSV, door de noodgedwongen terughou dendheid van de regering, wellicht te riskant zou worden de order te aanvaarden! Voor alle duidelijkheid voegde hij er nog even aan toe dat het bedrijf onder die omstandighe den geen recht op schadever goeding door de staat zou heb ben, hetgeen bevestigd werd door Van Agt. „Daarom is het niet terecht dat de oppositie stelt dat de debatten met de „Contract?" Zijn fractiegenoot Joep de Boer, oud-legerofficier, beves tigde in de wandelgangen deze mening. Volgens hem is het vrijwel ondenkbaar dat Tai wan onder de huidige omstan digheden een contract sluit met RSV. „Ze moeten contant betalen. En wie garandeert ze dat zij hun geld terugkrijgen als de boten niet geleverd wor den? RSV? Die hebben geen cent!". Ook ziet De Boer niet hoe Taiwan kan accepteren dat het op geen enkele wijze betrokken mag zijn bij de bouw van de boten (Taiwanese overheidsdienaren mogen ons land niet in). En uitbesteden van de controle op de bouw aan de Koninklijke Marine, die dit soort dingen pleegt te doen, kan ook al niet. Het sterkste argument tegen het doorgaan van de order vindt De Boer echter dat „Tai wan zijn doel allang bereikt heeft". Naar zijn mening is het eiland er, nu de VS het niet meer als staat beschouwt, in eerste instantie opuit geweest in het Westen erkenning te krijgen. „Door de houding van Nederland is dat gelukt". Daarbij was het mooi meege nomen dat tegelijk de relaties tussen Nederland, een niet on belangrijk lid van zowel de NAVO als de EEG. en China grondig waren verstoord, al dus deze CDA'er* die zelf een groot tegenstander is van de levering. Indruk Of De Boer gelijk heeft en de order inderdaad niet doorgaat,' is overigens op dit moment voor zijn voorzitter Lubbers niet eens het belangrijkste. Deze gaat het er allereerst om China de indruk te geven dat het wat Nederland en Taiwan betreft allemaal zo'n vaart niet loopt Vandaar ziin openlijk uitgesproken twijfel aan de mogelijkheid voor RSV de op dracht uit te voeren en zijn hameren op de condessies van het kabinet. In dat licht moet het ook gezien worden dat de CDA-voorman niet moe werd te verkondigen dat er geen sprake is van erkenning van Taiwan en dat ons land een „één-China-belei<4" voert. Opvallend was voorts dat Lub bers zich als enige openlijk tot China richtte. Eén uitspraak was: „Over en weer moeten we inspanningen leveren om de betrekkingen goed te hou den" Een andere: „De relaties met de Volksrepubliek China zijn voor Nederland van groot belang". Van Aardenne Terwijl de oppositie zich ver loor in machteloze woede, over de „ongelooflijke" ma nier, waarop een wens van de Tweede Kamer werd gene geerd en de „domme politiek" van de regering, was het dus in feite Lubbers, die trachtte te redden wat er te redden viel. Op zijn geheel eigen, ui terst subtiele manier, bood hij tegenspel aan het machtsver toon van met name VVD-mi- nister Van Aardenne (econo mische zaken). Want al was deze bewindsman dan donderdag zelf niet aan wezig, hij was het geweest die door middel van de portefeuil lekwestie het kabinet had ger dwongen bij zijn oude stand punt te blijven. Daarbij had hij de volledige steun gekregen van zijn politiek leider Wiegel, die zich op zijn beurt weer ge dekt wist door de eigen fractie. De VVD was bereid het kabi net op dit punt uiteen te laten vallen, zodat zij als kampioen van de werkgelegenheid de verkiezingen in zou kunnen gaan. De paar CDA-ministers, die waren gaan twijfelen, bo gen het hoofd voor zoveel geweld, temeer omdat zij graag nog vier jaar met de VVD wil den (willen) regeren. Graadmeter De graadmeter voor het succes van Lubbers hijzelf maakte in het debat een vrolijke en ui terst zelfverzekerde indruk is uiteraard de uiteindelijke reactie van Peking op de nu definitief geworden toezegging aan RSV dat er te zijner tijd een exportvergunning voor de twee duikboten zal worden ge geven. Weliswaar heeft China gisteren zijn ambassadeur te ruggeroepen en is Nederland gevraagd zijn ambassadeur uit Peking terug te halen, toch lij ken er signalen te zijn, dat de Chinese leiders in een - wat mildere stemming zijn geko men en het conflict niet op de spits zullen drijven. Aan het verlagen van de diplomatieke betrekkingen tot het niveau van zaakgelastigden viel nog nauwelijks te ontkomen, dat was reeds al te nadrukkelijk aangekondigd als strafmaatre gel voor het handhaven van het Nederlandse regerings standpunt. De vraag is nu, of Peking ook gevolg zal geven aan zijn drei gement van Kronomische sanc ties ten opzichte van Neder land. Daarvan is nog niets ge bleken, het dreigement is ook niet herhaald. En inmiddels verstrijkt de tijd, wat ook in het voordeel van Lubbers zou kunnen werken. Immers, wanneer de Amerikaanse pre sident Reagan zijn koers met betrekking tot Taiwan heeft bekendgemaakt, vervalt de noodzaak voor China via ver dere strafmaatregelen tegen Nederland dreigementen te ui ten aan het adres van de VS. Lubbers uitlatingen in het jongste Taiwan-debat waren er kennelijk op gericht de Chine zen tot een min of meer af wachtende houding te brengen om tijdwinst te boeken, in elk geval tot de onderhandelingen tussen RSV en Taiwan zijn af gerond of afgesprongen. Dat duurt nog tenminste een maand of vier en tegen die tijd zal Reagan zeker hebben be sloten of hij één of twee Chi na's gaat erkennen. Het feit, dat de betrekkingen Peking- Den Haag niet geheel worden verbroken en dat China Ne derland heeft uitgenodigd over de nieuwe diplomatieke rela ties te onderhandelen wekt op zijn minst de schijn, dat ons die tijdwinst wordt gegund. RIK IN T HOUT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 7