Boot is de beste coach"
lijdensweg van Bert Stri
Conflict
leidt tot
arbitrage
,L SHERIDAN OUDER, MAAR NOG EVEN GEDREVEN
ENE BLESSURE NA DE ANDERE
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 14 FEBRUARI 1981 PAGINA 11
ATLETIEKCLUB SPARTA
ZET 30 LEDEN OP STRAAT
DEN HAAG Atletiekvereniging:
Sparta wordt een dezer dagen opge
schrikt door een arbitragezaak, die
een dertigtal recreatiesporters aan
spant tegen het bestuur. Dat is dan
het gevolg van een intern conflict,
dat al maanden speelt en waarbij
ruwweg gesteld de wedstrijdsport te
genover de recreatiesport staat. Aan
leiding is de opmerkelijke beslissing
van het bestuur om de dertig leden
van de algemene trainingsgroep
(ATG) het lidmaatschap te ontzeg
gen. Sparta beroept zich daarbij op
Boek 2, artikel 35, lid c van het Bur
gerlijk Wetboek betreffende het vere
nigingsrecht. Daarin staat: „Namens
de vereniging kan opzegging van het
lidmaatschap geschieden wanneer re
delijkerwijs van de vereniging niet
gevergd kan worden het lidmaat
schap te laten voortduren". De ATG
vecht, met hulp van Mr. Bertels uit
Amsterdam, juist de term „redelij
kerwijs" aan.
De algemene trainingsgroep van Sparta
bestaat ongeveer tien jaar. De functie is
tweeledig. Belangrijkste doel is de opvang
van nieuwe leden en de doorstroming van
hen naar de wedstrijdsport. In de tweede
plaats kunnen de niet-wedstrijdatleten op
een lager niveau alle atletiekonderdelen
bedrijven. Het is geen trimgroep. In de
beleidsvisie die het bestuur in maart 1980
presenteert, is duidelijk plaats voor de
ATG. Het bestuur benadrukt wel, dat de
wedstrijd- en jeugdatletiek bij Sparta pri
mair staan. Voorzitter Hens Brabers: „Het
is toch geen geheim, dat Sparta een vere
niging is voor prestatiesport. In de 26 iaar
van ons bestaan hebben we daardoor lan
delijk een plaats veroverd op atletiekni-
veau. Dat mag je in alle bescheidenheid
toch wel zeggen. De rest is van secundair
belang. De algemene vergadering is het
daar vrijwel volledig mee eens. In die
sfeer kun je je niet thuis voelen, dat is ie
ders goed recht. Maar dan is het niet reëel
dat wij ons aanpassen. En die kant ging
het juist op. De ATG wilde meer facilitei
ten, maar die gingen ten koste van de
voor Sparta primaire zaken."
Waarmee de kern van het conflict is ge
noemd. René Hoff, trainer en woordvoer
der van de ATG, heeft zich steeds sterk
gemaakt voor zijn groep van dertig. Hij
pleitte voor stabilisatie, terwijl het bestuur
volgens hem een achteruitgang voorstel
de. De onvrede over de situatie uit Hoff
voor het eerst in de algemene ledenverga
dering van maart 1980. Daarna ontstaat er
constant onenigheid over trainingsruimte
en -tijden. Op 2 oktober 1980 is er een be
spreking tussen bestuursleden, trainers,
trainingscoördinator (Hugo Tijsmans) en
een delegatie van de ATG waarbij onder
andere het functioneren van een ATG in
de Sparta-structuur ter sprake komt. Het
gesprek lost niets op, maar werkt juist po
larisatie in de hand.
Open brief
In dezelfde maand verschijnt op het pu
blicatiebord een open brief van de ATG
aan het bestuur en de leden. Daaraan
wordt een handtekeningenaktie gekop
peld, die het bestuur moet bewegen de
verlangens van de ATG in te willigen. De
clubleiding vindt, dat er bij die actie pres
sie is uitgeoefend door de ATG. Op 21 no
vember 1980 wordt de lijst met totaal 75
handtekeingen aangeboden aan het be
stuur, dat twijfelt aan de waarde van zo'n
45 daarvan. Het bestuur besluit een dag
later zijn standpunt niet te wijzigen. Te
vens wordt René Hoff ernstig berispt, om
dat hij volgens het bestuur eigen trainers
benoemt, eigen organisaties uitschrijft en
onrust kweekt binnen de ATG ten opzich
te van de leiding en de wedstrijdatletiek.
Voorts wordt er gezegd, dat het bestuur de
doorstroming uit de ATG naar de wed
strijdatletiek mist.
Het conflict escaleert zienderogen en de
verwijten over en weer nemen toe. Daar
in past een schrijven van René Hoff dat
het bestuur op 1 december 1980 ontvangt
en waarin Hoff de leiding onder andere
vakidiotisme verwijt alsmede het vertel
len van leugens. Hij bedankt als trainer.
Ruud Baarda volgt hem voorlopig op. Het
bestuur beraadt zich op 21 december 1980
over de nieuwe situatie en komt op 1 ja
nuari 1981 met het besluit de ATG op te
heffen en alle leden van de groep vervan
gende trainingsmogelijkheden aan te bie
den in één van de elf bestaande trainings
groepen. Testen en proefperiodes moeten
uitwijzen of deelneming daarin zinvol is.
Slechts vijf mensen melden zich aan.
Afgedaan
Op 6 januari neemt het bestuur de beslis
sing de ATG-leden af te voeren van de le
denlijst. Als belangrijkste redenen voert
het daarvoor aan „constant contact te heb
ben gehad met de ATG zonder dat de sug
gesties werden gehonoreerd" en dat „de
leiders van de ATG voldoende kansen
hebben gehad de zaken positief te benade
ren". Het bestuur meent tolerant te zijn
geweest van maart 1980 tot januari 1981
„En voor ons is de zaak daarmee afge
daan", zegt voorzitter Brabers.
Zijn grootste tegenspeler René Hoff wil
voorlopig niet ingaan op de zaak voordat
de arbitragecommissie van de Atletiek-
unie (onder voorzitterschap van Mr. Eric
Vilé) over hooguit zes weken een (binden
de) uitspraak heeft gedaan. Wel zegt hij
de beslissing van Sparta te zien als een
strafmaatregel. „Het is uniek én te gek dat
dertig mensen uit een vereniging worden
gegooid zonder dat ze daar iets tegen kun
nen doen. Daar gaat het om, want het is
niet de bedoeling de naam Sparta in dis
krediet te brengen."
Bill Sheridan:
„Als mij vol
gend jaar de
positie van
bondscoach
weer wordt
aangeboden
zal ik er ze
ker over pra
ten".
L >SCH - Hij is eigenlijk alleen
i; ouder geworden; het jongen-
l dat hem jarenlang tot zo'n
|de verschijning maakte op
ationale basketbalvelden is
I heeft plaats gemaakt voor
Jrlijk dat meer past bij zijn
leen hier en daar diep door
gelaat, waarvan de zorgeloze
grotendeels zijn verdwenen.
In ding is gebleven: de gedre-
waarmee hij praat over en
net zijn sport. Bill Sheridan
j steeds op en gaat naar bed
fcctbal om zich er tussen die
stippen ook nog eens inten-
bezig te houden. In decem-
I is Bill Sheridan naar ons
Icomen en met een onderbre
in twee seizoenen is hij nu
zesde jaar van zijn Neder-
rerblijf bezig. Een periode die
jd is geweest met niet onaan-
'e successen. Waarvan zijn be
ssen met het Nederlandse
jat vijf jaar geleden op de
l stond van de Olympische
het meest tot de verbeelding
I op dit moment bij landskampi-
I Bosch als coach werkzame Bill
I geen verplichtingen meer heeft
nationale ploeg is het met het
lm bepaald niet voorspoedig ge-
f^Ogeen niet in de laatste plaats iets
heeft gehad met de koers die de
'/tftr met zijn vlaggeschip. Er werd.
?n bondscoach aangesteld als er
iement op stapel stond, voor het
«'as er eigenlijk geen sprake van
rlands team. Dit nu is een situa-
leridan een doorn in het oog is.
W Be inmiddels 39-jarige Amerikaan
èrste instantie betrokken voelt bij
'^^twoordelijk voor zijn clubteam
Th heeft hij dank zij zijn vroegere,
iheden bij de oranjeformatie nog
'~'|n niet geringe betrokkenheid bij
wee van Nederlands belang-
^rtegënwoordigende equipe.
J voorop stellen dat ik vind dat
It de beste Nederlandse coach is
schikbaar is. Maar ik maak tegen
oeming tot zelfs maar interim-
in de Nederlandse ploeg bezwaar
irake van is dat hij volgend sei-
Leiden aan de slag gaat". Een op-
iet betkige waarnemer zou licht geneigd
conclusie dat Sheridan oppo-
:n Boot als bondscoach, omdat
lend seizoen bij zijn grote concur-
Iden, gaat werken. Waarmee dan
wordt ingegaan tegen een beleid
uitgerekend tijdens zijn bonds-
ap de eerste lijnen werden uitge-
idan moest indertijd vertrekken,
n aantal clubs van mening was
liet wenselijk zou zijn een club-
in de touwtjes van het oranjeteam
trekken. Waarmee te veel het ri-
'e zijn worden gelopen dat eigen spelers
een de dig zouden zijn vertegenwoor-
aardigde nationale ploeg. Geluiden die
m, nats wéér klonken na het bekend
maar van het voornemen van de bond
dat ii aan te stellen als verantwoorde-
n tijdens het kwalifikatietoernooi
voor het Europees kampioenschap begin
mei in Turkije.
Niet zo veel
Wat dat betreft is er in het Nederlandse
basketbal dus niet zó veel veranderd. Al
leen is het betreurenswaardig dat ons land
de positie die ooit internationaal werd in
genomen inmiddels grotendeels heeft ver
speeld. Dat is volgens Bill Sheridan te wij
ten aan een aantal factoren.
„Er is in Nederland nog steeds sprake van
een groot potentieel aan kwaliteit. Maar
er wordt niet op de juiste manier mee om
gesprongen. Er is bijvoorbeeld dit seizoen
nog niet één centrale training geweest.
Hoe moet je nou op deze manier straks
met een goed voorbereide en uitgebalan
ceerde ploeg aan een Europees toernooi
meedoen? Waarom wordt Boot zo laat be
noemd? De tijd om er nu nog iets goeds
van te maken wordt nu wel erg kort.
Maar los hiervan is er ook sprake van te
weinig doorstroming, terwijl er bovendien
voortdurend problemen zijn met sommige
spelers die zich dan weer wel dan weer
niet beschikbaar stellen. Maar dat laatste
heeft te maken met planning. Als je er
voor zorgt een goed programma samen te
stellen is de motivatie bij juist die spelers
er wel. GaTn plaats van naar het toernooi
in Bremerhaven, waar Nederland al jaren
speelt, eens een trainingsstage in Amerika
houden. Of speel eens een toernooi in Pu
erto Rico. Als je wat exotischer oorden op
zoekt voor je spelers krijg je iedereen mee
en heb je de sterkste bezetting van je
ploeg".
Bill Sheridan, die zich in gebroken Neder
lands uitdrukt, maar na anderhalf uur
praten ongemerkt overschakelt op Engels'
(„Ik denk nog steeds in het Engels; als ik
lang Nederlands praat krijg ik hoofd
pijn"), kan soms met weemoed terug den
ken aan zijn periode als bondscoach. Die
hem internationaal een enorm brok er
kenning opleverde. Toch verdween de
Amerikaan twee seizoenen geleden vrij
wel geheel van het podium.
Na enige jaren Punch en het Nederlandse
team had hij Den Bosch onder zijn hoede,
met welke ploegen hij de internationale
toernooivelden afstroopte. Het contrast
van dat patroon tot een baantje als onder
wijzer aan een school in een wat minder
bedeelde buurt van New York had niet
schriller kunnen uitvallen. Sheridan, die
naast elementaire wiskunde ook les gaf in
lichamelijke opvoeding, heeft zich in die
twee jaar dat hij uit Nederland weg was
uiteraard ook bezig gehouden met basket
bal. En hij zegt het niet met zo veel woor
den, maar het betekende een bevrijding
voor hem toen Den Bosch zich vorige zo
mer bij hem meldde met de vraag of hij
de opvolger wilde worden van Ton Boot.
Opgevrolijkt
sportp-
kur^
woi
on!
wee kï
„Basketbal is basketbal", laat Sherian nu
enigszins vergoelijkend weten om aan te
geven dat zijn tweejarige "verbanning"
naar Staten Island in New York werd op
gevrolijkt door zijn bezigheden met een
groep knapen van 16-17 jaar.
„Het was een ploeg zonder talent. In het
eerste jaar werd elke wedstrijd met 40 a
50 punten verschil verloren. We wonnen
zegge en schrijve één partij. Maar er zat
vooruitgang in, hoe klein dan ook. We
wonnen het tweede jaar vier wedstrijden.
En de verschillen, die het eerste seizoen
gemiddeld vijftig punten bedroegen wa
ren daarna teruggebracht tot vijftien pun
ten. Maar het was moeilijk werken. Je
had een groep van vijftien spelers, maar
er waren er steeds niet meer dan elf. Er
waren altijd wel excuses om weg te blij
ven: een moeder die wilde dat een jongen
boodschappen deed, een ander die zijn
huiswerk moest maken. Maar tekenend
was dat in het tweede seizoen alle dertien
spelers wél steeds op de training kwa
men".
Bill Sheridan is er de man niet naar om
een dramatisch verhaal af te steken over
die belabberde twee New Yorkse seizoe
nen. Hij geeft hooguit toe erg blij te zijn
geweest vorig jaar weer gevraagd te zijn
naar Nederland te komen. „Ik had ver
wacht dat ik wel weer in Europa aan de
slag zou kunnen. Dat het wéér Den Bosch
werd verbaasde me wel. Ik was er drie
jaar geleden weggegaan om een aantal re
denen. Ik had na een verblijf van vier
jaar in Nederland heimwee naar de States.
Bovendien wilde ik enige ervaring op
gaan doen in het onderwijs, omdat een
baan waar ik ooit eens mee bezig was bij
een Amerikaanse school in Brabant niet
doorging, omdat ik geen ervaring in lesge
ven had. Ten slotte bestonden er toen bij
Den Bosch enige problemen met bepaalde
spelers. Dat waren drie redenen om weer
een tijdje terug te gaan naar Amerika. Ik
ben en blijf tenslotte toch Amerikaan".
Ierse voorouders
Met Ierse voorouders overigens. Drie jaar
geleden toog Bill Sheridan een week naar
Ierland, waaruit zijn voorouders stamden,
om te trachten wat meer informatie los te
weken. „Ik ben er achter gekomen", ver
telt hij met een brede grijns, „dat mijn
overgrootouders uit het plaatsje New Ross
in Zuid-Oost-Ierland komen. En New
Ross is ook het dorp waar de voorouders
van Kennedy oorspronkelijk woonden.
Dat is toch wel leuk om uit te vinden. Ik
stuur nog steeds uit elke plaats in Europa
waar ik kom een ansichtkaart naar New
Ross". Over Ronald Reagan, de nieuwe
president van de Verenigde Staten, heeft
Bill Sheridan ondanks zijn Republikeinse
voorkeur nog niet zo'n oordeel. „Ik vind
wel dat hij overdrijft met zijn standpun
ten. Maar een goede beoordeling van Rea
gan kun je pas over een paar maanden ge
ven".
Weer bondscoach
Hoewel Bill Sheridans betrokkenheid bij
Nederland groot is -zijn Delftse vrouw
verwacht overigens één dezer dagen hun
eerste kind - is hij geen blijver in ons
land. Over het tijdstip van een definitief
vertrek naar de Verenigde Staten hult hij
zich in stilzwijgen, maar voor hem staat
vast dat hij terug gaat. Of hij voor die tijd
ooit nog eens hoger dan clubniveau actief
zal zijn sluit hij daarbij niet uit.
„Als ik eventueel nog eens word gevraagd
als bondscoach zal ik er zeker over praten.
Ik heb bij Den Bosch nog een contract
voor een jaar, maar daarna zou het even
tueel kunnen. Hoewel er dan wel het een
en ander zal moeten veranderen". Het is
natuurlijk geenszins gezegd dat met het
herstellen van de combinatie Sheridan-
Oranje de succesdraad weer wordt opge
pakt. Vast staat wel dat de Nederlandse
ploeg onder zijn leiding uitgroeide tot een
basketbalnatie waar internationaal reke
ning mee werd gehouden. Iets om bij de
bond misschien rekening mee te houden.
FRANK WERKMAN
(21
t De benen van Bert Strijd-
Zijl/Isten op een comfortabele leren
belang Benen, die de 27-jarige Strijd-
de afgelopen anderhalf jaar
s jnde hebben bezorgd. Precieser
Zt\iet gedeelte dat naar de Griek-
'e illes is genoemd. Het begon
stX in de voor FC Twente zo te-
de lenc* verlopen ontmoeting met
wee jPs *n Griekenland, die in 1979
crnft/Je aan de Europa Cupaspiraties
Een *e *elle charge tegen de
Jnkel van Bert Strijd veen had
ynde gevolgen. Aanvankelijk
enseqfc. nog naar ,jaj. hielbles-
re srteen aantal weken genezen zou
en poqar het bleek nodig het been eni-
vorm |van een gipslaag te voorzien.
beh(et echter ook nadien sukkelen
loach'm Go Ahead Eagles afkomstige
de /n|en kwam nauwelijks nog aan
Scbotfijven van zijn favoifete sport
tevrén hij in de aanloop naar dit sei-
nog last kreeg van zijn lin-
omnie/illespees, stapelden de proble-
ren." r °P*
F dat de ambitieuze Strijdveen de
ëeg te bewijzen dat FC Twente
/o tf niets in hem een sterke, aanval-
tJ bestelde vleugelverdediger had ge-
Ird hij gedwongen opnieuw dage-
ttine 1 >ndankbare trip naar specialist en
jered. 'apeut te maken.
plaal ngs heeft hij in overleg met de
ese specialist Hahn moeten be-
imersl )e'^e enkels enige weken in het
aten zetten- Een nieuw hoofdstuk
(jee'£t lijdensverhaal Strijdveen toege-
ettine^ verwacht Bert Strijdveen,
n wel tegen beter weten in, dat
gedwongen rust het einde van de
0/1/Iïi>feuilleton in zicht komt.
)beert natuurlijk optimistisch te
zegt Bert Strijdveen. „Steeds
.dat een nieuwe behandeling suc-
i 4 )ebt>en want anders ga je er onder-
'Ie moeilijkheid is echter dat de
ndDull' e sPrehen van een overbelas-
"Hl de pezen, zelf ook geen kant en
Jilossing bij de hand hebben. Aan-
werKWjk kwam dokter Hahn met het
J operatief de beide Achillespezen
i hetetevigen. Ik stond echter enigszins
gesteh tegenover een operatie, vooral
lakkehiei de garantie gegeven kon wor-
1 de blessures helemaal verholpen
ïrscÜMZijn. Daarom hebben we besloten
lenen enige weken in het gips te
zetten. De eerste tijd blijf ik in het zieken
huis, waar ik driemaal per dag aan de
Achillespezen behandeld word. Hopelijk
levert die intensieve behandeling resul
taat op, want die pezen blijven ook na het
bezoek aan de specialist en de fysiothera
peut gevoelig. Als ik 's morgens uit bed
stapte, kon ik er nauwelijks op lopen".
De oorspronkelijk van de Zwolse ama
teurclub ZAC afkorpstige Strijdveen heeft
voor FC Twente nog nauwelijks rende
ment opgeleverd. In zijn eerste seizoen bij
FC Twente werd hij al geplaagd door
blessures. „Ik heb maar in enkele duels
het niveau gehaald van mijn periode bij
Go Ahead. Vooral mijn aanvallende capa
citeiten zijn bij Twente ook in het eerste
jaar slechts sporadisch uit de verf geko
men. Vorig seizoen wilde ik me dan ook
waar maken. Tot die ontmoeting met Pa-
nionios, in de eerste ronde van de strijd
om de Europa Cup voor bekerwinnaars,
liep het redelijk, maar na die ongelukkige-
botsing met een Griekse speler kon ik het
wel vergeten", aldus Bert Strijdveen die
toen nauwelijks kon vermoeden dat de
trap tegen zijn rechterenkel zo'n lange
nasleep zou hebben.
Pijn
Bert Strijdveen:„Nadat het gips eenmaal
verwijderd was, bleef ik pijn houden.
Verder dan enkele midweekse wedstrij
den met het C-team en een plaats op de
reservebank kwam ik niet. Het einde van
het seizoen naderde met rasse schreden en
ik concentreerde me volledig op het nieu
we seizoen. Vóór de eerste trainingsdag
was ik al twee weken flink bezig. Ik wil
de me zo optimaal mogelijk voorbereiden.
In de aanloop tot het seizoen kreeg ik ech
ter weer veel last van mijn rechter-Achil-
lespees en later ook van de linkerhiel. Ik
heb nog twee maanden met de groep mee-
getraind en geprobeerd met pilletjes het
euvel te verhelpen. De pijn werd echter
ondragelijk, waardoor andermaal moest
worden besloten een tijdje rust te nemen".
Ook twee injecties, die slechts een tijdelij
ke oplossing bleken, konden de klachten
niet wegnemen. Daarna begon de lijdens
weg voor Bert Strijdveen, die ooit als vijf
tienjarige via de scouts van Go Ahead Ea
gles met spelers als Peter Arntz en Martin
Haar in de Deventer voetbalschool be
landde, opnieuw.
„Gelukkig heb ik over de opvang bij FC
Bert Strijdveen bij de fysiotherapeut, een omgeving die hij langzamerhand kan uittekenen.
Twente niet te klagen", zegt Bert Strijd
veen. „Ik doe er alles aan een zo goed mo
gelijk contact me de groep te behouden.
Na de trainingen blijf ik expres iets langer
zitten en bij elke wedstrijd van Twente
ben ik aanwezig. Toch beleef je alles heel
anders. Je mist de spanning voor de wed
strijd en ook het plezier na een overwin
ning is niet zo intens dan als je zelf in het
veld hebt gestaan. Ik heb bij Go Ahead
vrijwel geen enkele wedstrijd door blessu
res moeten missen en dan sta je bij je
nieuwe werkgever ineens lange tijd op
non-actief. Als ik naast het voetballen nog
een andere bezigheid had, was het mis
schien gemakkelijker te verwerken. Daar
om wil ik ook graag iets in de vertegen
woordiging gaan doen. Het is echter moei
lijk om voor halve dagen een job te krij
gen".
Angst dat afkeuring voor topsport dreigt -
de verbintenis met FC Twente loopt aan
het eind van dit seizoen af - houdt hem
nauwelijks bezig. „Zolang er nog hoop op
herstel is, wil ik aan afkeuring niet den
ken. Ik kijk bewust niet te ver vooruit.
Hoe het precies zit kan ik niet zeggen
maar voorzover ik weet kan Twente me.
zolang ik geblesseerd ben, aan het eind
van het seizoen niet ontslaan".
Dat Bert Strijdveen zich toch meer bezig
is gaan houden met de tijd, die volgt op
zijn actieve voetbalperiode, blijkt uit de
ABO-trainingscursus, die hij binnenkort
afrondt en het feit dat hij zeker de cursus
voor het C-diploma gaaf volgen.