)e Weergever
jundelt wasrollen,
^8-toeren en
m ss®
„Terloopse Obsessies"
-angstig toekomstbeeld
„De coltmoorden"
Opmerkelijke
portretten
p-
«ft
3
jflfff fff f|
f
-
y. -
A
-v
A
v-'r.- "ïA
IBr
De merkwaardige belangstelling van Theun de Winter
^hlSTERDAM In woordkeus
ijkt geen verschil te bestaan in
sik jaar de fabrikant van geluids-
ratuur zijn artikelen aanprijst,
kan 1912 zijn of 1981: alle
"foorgaande apparaten waren aan
ab'r'uar 'rbet0r'n9 >oe en wa* ni®"* op
markt verschijnt kan niet wor-
s iTiBrKi vtJiBcnijni nan niei wor-
N'NJan overtroffen. De historie her-
laalt zich; His Master's Voice,
estijds op dit gebied de grootste
ibrikant, heeft het in 1912 over
tuw, van eenvoudige geluidgever
t drager van muziek, ongeëve-
isrde zuiverheid, een levende
oncerttoon. Men moet zich er wel
Cn slingergrammofbon bij voor-
illen, al dan niet met mahonie
houten of koperen hoorn. Ook de
üprijzen zijn dan dermate laag, dat
sdere muziekliefhebber eindelijk
m'an toehappen. In aanprijzingen is
was afgelopen tientallen jaren niets
eranderd. Wat echter wel versn-
rde: 78-toerenplaten, wasrollen,
onografen en wat dies meer zij
rorden niet meer gemaakt. Wat
nder de liefhebbers, of op zol-
lere aanwezig is, krijgt geen aan-
rulling, integendeel, er gaaf alleen
naar af. Hoewel de aantallen .nog
|root zijn, weet iedere verzame-
aar, dat elke gebroken 78-toeren-
ilaat een absoluut verlies bete-
lent. Maar er bestaat nog veel, de
(sus is dermate groot, dat specia-
itatie in verzamelingen mogelijk
a. Voor een paar honderd gulden
de aanschaf van een hoorn-
irammofoon mogelijk en de bijbe-
lorende platen en ijzeren naalden
'ormen geen hindernis van bete-
cenis. Maar dan.
Serry Bezuijen, bekend met het
Amsterdamse marktaanbod van
lude grammofoons en aanverwante
irtikelen begon enkele jaren gele
ien aan de Van Lennepkade in Am
sterdam een winkel in dit soort ge-
ief en richtte zich bovendien een
V n rw 'oe^Je 'n om 660 en an£ler te kun-
0 04 )en repareren. Maar de aanloop
0 05 iieek teleurstellend en een boter-
n'oilam 2at er n'e* 'n- GerrV. achteraf
1 nnuat sP'jli9 gestemd: „Het is toch
n et altijd m°gelijk om van je hobby
0-85pen beroep te maken".
0-5(lPolitieman Dirk Woerlee, op zoek
naar jaren '20 platen, werd een
joede bekende van Gerry en sa-
nen kwamen zij tot een idee dat le-
'ensvatbaar bleek. Op 1 januari
978 richtten zij „De Weergever"
>P, de vereniging van verzamelaars
van oude weergave- en opname
apparatuur. Met de ruim 350 leden
lie de vereniging thans telt, ver-
ipreid over het hele land en met le
den In België en Duitsland, gaf de
wekelijkse aanwas vari leden rede-
ien om een eigen verenigingsge
bouw te beginnen,
fet pandje van Gerry werd uit-
langspunt. Wanneer over drie
naanden, op 26 april de jaarlijkse
zes nummers, die dus zeldzaam zijn
geworden. Het is allemaal erg be
trekkelijk, omdat de artistieke
waarde natuurlijk niet te vergelijken
is met de huidige stereo-platen. Het
gaat om de zeldzaamheid en of po
pulariteit van de zanger. Hoe zeld
zamer, hoe meer vraag en hoe
meer vraag, des te duurder. Het
gaat om de verzamelwaarde. Wat
dat betreft heeft onze vereniging al
bestaansrecht. We kennen de ge
zichten wel van de mensen die
munt willen slaan uit de collegiale
sfeer van onze vereniging en die
mensen weren we".
Zaterdags open
Het verenigingsgebouw van De
Weergever aan de Amsterdamse
Van Lennepkade is alleen geopend
op zaterdag, van tien tot vijf. Leden
komen er bijpraten en ruilen, kopen
en verkopen. Woerlee: „Toch zijn
we allerminst een winkel. Op zo'n
zaterdag ontstaat al gauw de sfeer
van, nou, neem maar mee, de vol
gende keer krijg ik van jou wel wat
dat in mijn verzameling past. Han
delaren kunnen van zo'n stemming
misbruik maken, dingen die ze voor
niks krijgen duur verkopen of juist
met waardevolle dingen aankomen
om hier een goede prijs te vragen".
„Deze mensen krijgen hier geen
kans. Integendeel, iemand die voor
het eerst met een verzameling wil
beginnen, moet voorzichtig worden
begeleid. Het is niet moeilijk om
met veel geld in één keer een grote
verzameling op te zetten; het is de
kunst om met weinig geld goed te
beginnen. Een wasrol met een his
torische opname hoeft niet meer
dan twintig gulden te kosten. Maar
er zijn ook veel duurdere, die in de
juiste handen een waardevolle aan
winst betekenen. Je moet heel
langzaam leren wat je verzamelt en
waarom. Wie dat wil, kan zich bij
ons als lid aanmelden, bij de secre
taris/penningmeester J. van Loon
aan de Schouwenbroekerstraat 17
In Heemstede".
„Het kan heel goed voorkomen dat
iemand platen of apparaten in bezit
heeft, die voor hem van geen bete
kenis zijn, maar voor een ander
hoge waarde hebben. Dan kan wor
den geruild, waarbij twee mensen
er voor hun gevoel beter van wor
den".
Kennis
Nieuwkomers worden bedolven on
der de kennis, die anderen inmid
dels opdeden en graag overdragen:
hoe Pathé zich onmogelijk maakte
door als enige fabriek platen te blij
ven maken die van binnen naar bui
ten moesten worden afgespeeld;
dat de wasrollen verticaal worden
afgespeeld, de eerste platen uit zui
ver schellak bestonden en éénzijdig
werden opgenomen. Dat de naam
IARI i
IIS MASTER'S VOICE ROEPT TOT VOORBIJ DE GRENS
Een wasrolspeler in uitmuntende e
ledenvergadering wordt gehouden,
gebeurt dit in een verenigingsruim
te aan de Van Lennepkade 171,
waaraan thans met man en macht
wordt gewerkt om de officiële ope
ning mogelijk te maken.
Alle plannen worden in daden om
gezet: de ruimte waarin thans nog
de 78-toerenplaten en wasrollen lig
gen opgetast wordt permanente ex
positiezaal; daarachter behoudt
Gerry Bezuijen zijn reparatiehoek,
met honderden allerhande onder
delen. In een aangrenzend pand dat
bij het bestaande is getrokken, ver
rijzen een (koffie)bar, luisterhoek,
leeszaaltje, theatertje en een uitge
breide donkere kamer met drukke-
rijtje.
Wantrouwen
Dirk Woerlee, die voorzitter is ge
worden: „Sommige leden van de
vereniging, die jarenlang bezig zijn
met een specialiteit, zijn daarin des
kundig geworden. Zij schrijven hun
ervaringen op, die worden afge
drukt in ons verenigingsblad dat
zes keer per jaar verschijnt. Andere
leden kunnen daar hun commen
taar op geven en zo blijft de veceni-
aat. Op de achtergrond wasrollen.
ging erg levendig. Nieuwe leden
kunnen zich langzaam wegwijs ma
ken. Er is veel namaak in omloop,
vooral hoorngrammofoons moeten
met wantrouwen worden bekeken".
Vrijwel alle nieuwe leden baseren
hun belangstelling op persoonlijke
herinneringen. De jaren '50 met
Guy Mitchell, Doris Day en Jo Staf
ford herleven gemakkelijk, omdat
de platen met hun songs in over
vloed te vinden zijn en doorgaans
gemaakt zijn voor elektrofoons. An
deren geven de voorkeur aan Rock
and Roll, of aan Kees Pruis, Louis
Davids, Willy Derby, Speenhoff, Lou
Bandy of Professor Cocadorus, al
naar gelang de herinneringen terug
grijpen.
Aan klassieke muziek op 78 toeren
is nog veel in omloop, maar de
vraag is niet groot en de prijzen lig
gen laag, hoe mooi de albums vaak
zijn uitgevoerd. Wie daarentegen
over Elvis Presley op het merk SUN
beschikt, kan zich rijk en machtig
noemen. Eén plaat brengt, zeker in
Engeland en Amerika, een paar dui
zend gulden op.
Woerlee: „Wat de gek ervoor geeft,
Elvis maakte voor dat merk maar
Bezuijen in
zijn werk
plaats: „Allee
ie te repare
ren".
Alweer een thriller van Jef Geeraerts
Linke: Dirk
Woerlee (linke)
en Gerry Be
zuijen, twee op-
richtere van De
Weergever
Rechts: Platen
en hoezen, bij
duizenden.
IJzeren naalden zijn nog in overvloed te krijgen en worden nog steeds
gemaakt.
fonograaf als weergever fout
is, omdat Edisons fonograaf (1878)
In eerste instantie als opname-ap
paraat was bedoeld.
Enzovoort. Saffieren, houten en ij
zeren naalden hebben zo hun eigen
kenmerken, de groeven op de
vroegste platen rond 1900 zijn nog
met het blote oog te tellen; het ta
lent van de pianist Wilhelm Back-
haus wordt op 78 toeren in 1914 al
even hard aangeprezen als in de ja
ren zeventig.
In de verenigingsruimte zijn ver
scheidene weergevers te vinden,
honderden platen, tientallen doos
jes ijzeren naalden, wasrollen en
wat de verzamelaar maar kan inte
resseren. Maar een winkel is deze
ruimte niet; wel kan men er op za
terdag terecht voor de wekelijkse
ruilbeurs.
En achterin zit Gerry Bezuijen te
midden van allerhande troep en ge
reedschap heel waardevast te zijn.
Niet meer te herstellen weergevers
worden uit elkaar gehaald en op
onderdelen gesorteerd. Hij heeft al
les en wat hij niet heeft, kan worden
gemaakt of nagemaakt. Met name
de veren van de slingergrammo
foons komen als eerste onderdeel
ter reparatie of vervanging in aan
merking. De veren kunnen worden
gerepareerd, maar ook nieuw wor
den gemaakt. Gerry doet dat en
niemand zal na zijn reparatie ver
schil zien tussen origineel en repa
ratie. Bezuijen: „Een apparaat moet
zo veel mogelijk origineel blijven.
Maar heel veel grammofoons zijn
dat niet. Neem een land als India,
dat vele jaren op Engeland achter
liep. De Engelsen namen naar dat
land moderne afspeelapparatuur
mee en verdrongen daarmee de
slingerplatenspelers. Die vonden la
ter hun weg wel naar Europa. Maar
daar bleek, dat de mensen in India
heel handig waren en van twee
oude weergevers één nieuwe maak
ten. De verschillen zijn moeilijk te
zien en sommigen geven daar niet
om.
Anders ligt het met nagemaakte
hoorns en dergelijke. Koperen
hoorns laten zich heel gemakkelijk
een oud aanzien geven, maar ze
zijn gisteren gemaakt in Taiwan.
Van de uit India afkomstige appara
ten zijn de onderdelen ten minste
nog origineel. Wat in antiekwinkels
ligt is niet altijd zo origineel als je
zou willen. Ten minste, zoals de
verzamelaars dat willen. Die laten
de mottengaten in stoffen bekle
ding gewoon zitten. En een bescha
diging aan hoorn of kast wordt niet
bijgeverfd. Kijk, daar op die plank
staat een originele fonograaf. De
vorige eigenaar vond het noodzake
lijk de hoorn mooi over te schilde
ren. Dat ding is nu meteen een stuk
goedkoper, de nieuwe verf krijg je
er ook nooit meer af. Wat origineel
is, moet origineel blijven, is onze
opvatting. En daar komt dit nog bij:
platen uit de jaren vijftig zijn nu nog
relatief goedkoop, een gulden of
drie. Maar wacht nog een jaar of
tien; dan zijn die platen ook zeld
zaam geworden. De mensen zijn
wakker geworden".
FRITS BROMBERG
Onder: Een een
voudige fono
graaf is niet zo
duur vanaf
tweehonderd
gulden.
Na „Kodiak .58", het vorige boek
van Jef Geeraerts, een nieuwe thril
ler. De formule van dat boek is de
auteur kennelijk goed bevallen, want
opnieuw is zijn verhaal een vermen
ging- van spanning en thrillerachtige
Gebeurtenissen met een nogal wran
ge maatschappijvisie, die markant
tot uiting komt. De maatschappijvisie
was in „Kodiak .58" misschien wel
er9 gebonden aan persoonlijke erva
ringen van Geeraerts (het ging om
een wraakmoord op een voormalig
dictator van een Afrikaanse staat, die
in Brussel woonde), in dit geval is de
visie van de auteur op de toestanden
in de staat van België de bodem,
waarop het verhaal berust.
Het boek speelt in 1990. Tijdens de
nete zomer van dat jaar volgen we
een aantal ambtenaren van de poli
ce, die op een moord zijn gezet. In
de visie van Geeraerts blijken deze
Politiemannen over tien jaar niet veel
anders dan die van nu: ze leven in
dezelfde spanning tussen privè-leven
en plichtsbesef, tussen menselijkheid
en ambtelijkheid.
Alleen is de wereld waarin zij leven
nog extremer dan de onze. De tech
niek speelt in 1990 nog een veel gro
tere r<#'dan nu, bovendien is het po
litiek helemaal niet best, hetgeen een
grote en nadelige invloed heeft op
wandel en handel van ieder, die in
het boek voortkomt.
En dat is allemaal heel erg spannend.
Het gaat om drie moorden. Langza
merhand wordt duidelijk dat ze door
dezelfde persoon zijn gepleegd, maar
om dit boven tafel te werken is bin
nen het politiekorps een grote strijd
nodig, vooral ook, omdat er officie
ren van datzelfde korps op, aanvan
kelijk nog, onduidelijke wijze bij be
trokken zijn. Met een macht aan
technische informatie (gebaseerd op
heel wat indringende research van
Jef Geeraerts, zoals de laatste twin
tig pagina's met toelichtingen en
voetnoten aantonen) vertelt het boek
over de ontwikkelingen bij het onder
zoek naar de moordenaar. Wapen
deskundigen, medici, politie- en le-
gerdeskundigen, wie al niet hebben
hun advies gegeven.
Je kunt niet zeggen, dat de onthul
ling van de moordenaar een bevrij
ding betekent. Als blijkt wie de
moordenaar is, raakt het onderzoek
nog meer in de war, lijkt wel. Tot elke
prijs moet vermeden worden, dat de
identiteit van de dader bekend
wordt, niet alleen tegenover de bui
tenwereld, ook binnen het politie-ap-
paraat zelf. Dat heeft te maken met
de politieke structuur waarin België
in 1990 volgens deze roman ver
keert.
Er is sprake van een totalitair regiem
in België (en daarmee legt Geeraerts
natuurlijk allerlei mogelijkheden
open, om gestalte te geven aan de
op persoonlijke ervaring gebaseerde
haat tegen zo'n systeem). In 1990
heerst immers, zo zegt het boek, een
katholiek-liberaal zakenkabinet, dat
het parlement heeft uitgeschakeld,
en door de voeding van computers
de privacy van de burger belaagt.
Wet en Orde staan hoog geschreven
in het banier van de Rijkswacht, al
kunnen de dienaren van die wacht
daar zelf maar moeilijk mee leven,
getuige het privè-verhaal van de poli
tieman, die we van nabij volgen in de
loop van het verhaal, Willy Velge.
„De Coltmoorden", een overtuigen
de synthese: Geeraerts schrijft een
adembenemend boek, waarin zijn af
schuw over allerlei materiële en ideo
logische waarden van de maatschap
pij waarin hij leeft, tot uiting komt.
JAN VERSTAPPEN
Jef Geeraerts: „De Coltmoorden",
een thriller. Uitgeverij Elsevier Man-
teau. Prijs 24,50.
Theun de Winter heeft in „Terloop
se Obsessies" een eigenaardige
portrettengalerij van bekende Ne
derlanders gemaakt, waarin de in
terviewer een wel heel merkwaar
dige belangstelling aan de dag
legt. Hij spreekt met hen slechts
over één ding, een zaak die kenne
lijk van enig gewicht is voor de ge-
interviewde. Door het onderwerp
van gesprek te beperken tot deze
„terloopse obsessie", vermindert
Theun de Winter zijn gezicht op
zijn gesprekspartner echter in het
geheel niet. Integendeel, op onver
moede wijze komen heel karakte
ristieke uitspraken en verhalen op
papier.
Zo praat Berend Boudewijn over
zijn voorliefde voor papier en kan
toorartikelen, heeft Koos Postema
het over een slaapje doen, praat
Pim de la Parra oeverloos over
Coca Cola, laat het onderwerp he
rensokken Harry Mulisch niet los,
gaat Liesbeth List uitvoerig in op
het leven zonder reukorgaan, be
spreekt Willy Alberti wat de tele
foon voor hém vermag. Jan Wol
kers praat honderduit over eieren,
Henk van der Meyden over rozen.
Mary Dresselhuys over haar voor
liefde voor allerlei gereedschapjes
en Jan Cremer uiteraard over bil
len.
Het aardige is, dat Theun de Win
ter uitsluitend zijn geïnterviewden
aan het woord laat. Hij stelt geen
vragen, althans, zi;n vragen zijn
niet genoteerd: de tekst van elk
verhaal is dus een soort monoloog
passing is.
Deze verhalen zijn een paar jaar
geleden verschenen in het week
blad HP. Ze horen bij wat ge
noemd wordt de „oude HP-
school", waarmee kennelijk zoiets
bedoeld wordt als journalistieke
aandacht voor details in het men
selijk bestaan. Onthullende details,
uiteraard.
„Terloopse Obsessies" is terecht
gebundeld: een oorspronkelijke
benadering, een uitstekend vermo
gen tot luisteren en uitweiden over
wat gezegd wordt, een zorgvuldige,
geheel adequate wijze van schrij
ven.
JAN VERSTAPPEN
Theun de Winter: „Terloopse Ob
sessies" (26 Human Interest Ver
halen). Uitgeverij Loeb. Prijs
25,-.