- blen vertrouwen een nog op God, zichzelf >ede ONDER MARIA EN rj PAUS GEEN VAKBOND" n in- trak-1 De telexi8te van Hotel Victoria staat precies uur gepakt en gezakt om naar huis te gaan. De werk er op en het telexvertrek gaat op slot. Haar gezicht op nee, wanneer je als Nederlandse journalist komt dat je nog een telex wil verzenden omdat je zr 1st dat een telefoonverbinding met je redactie iv.xer uur op zich laat wachten. Het gaat om een artikel over Dan kan het opeens. De telexiste strijkt over haar onder een levensgrote badge met het woord Solidari- Ze is zelf lid van de onafhankelijke vakbond en voor wil ze zelfs overuren maken. Daarmee is een eer- uit de weg geruimd. Polen zijn niet lui. Ze wil- werken, als het maar enige zin heeft. De hoop van miljoenen Polen: Lech Walesa en Solidariteit. dat in het Westen is ontstaan tot de eis voor een vrije zaterdag, is men bij Soli- g verbaasd. „Jullie geloven de propaganda van onze zeggen ze. En een woordvoerdster van de Warschau- van Solidariteit, Joanna Jaraczewska, verklaart: „So- best bereid om over die vrije zaterdag te praten, ons om gaat is om zinvol werken, om een goede orga- van de arbeid. Als dat lukt, kunnen wij garanderen dat we dagen meer zullen produceren dan nu in zes dagen". Graniecki, al 23 jaar werkzaam bij de machinefabriek Ur- uit eigen ervaring Joanna!s woorden staven, ,,'s Maan- wij de eerste drie uur niet werken omdat de onder- nog niet zijn aangevoerd. Op dinsdag is er de hele dag en staan de machines dus stil. Op woensdag heb- eindelijk een normale werkdag, maar op donderdag val- twee machines uit zodat we weer niet verder kunnen. Vrij- zijn ze pas klaar met de reparatie. Nou, probeer dan eens aan een behoorlijke produktie toe te komen". de belangrijkste eisen van Solidariteit is dan ook dat de (dus de partij) de arbeid beter organiseert. En dat zij er 'oor zorgt, dat de huidige voorgetrokken kaste van mana- nvordt vervangen door kundige bedrijfsleiders. :ollega van Janek meent: „Als we onze managers naar het en konden exporteren, zouden we het kapitalistische sy- binnen vijf jaar hebben ingehaald". luid van de economische wanorde ligt volgens Solidariteit kameraden van de partij. Het woord kameraad is in de ind zelf taboe. Joanna dat Solidariteit zeer veel gstelling trekt van com- stische journalisten uit het en, met name uit Italië en crijk. „Die beginnen ons «n met „kameraad" aan reken en ze begrijpen dan dat wij dan heel hard moe- lachen. Wij zijn gewoon arbeiders. Ewa, Janek, a, Witold; Niks kame- jn overigens ook heel wat kameraden die zich bij lariteit hebben aangeslo- Tadeusz Dobrzynski, ook zaam bij Ursus, is er zo Hij werd partijlid in 1956, de Russen het land wer- uitgezet en Gomulka van- ijn gevangeniscel oprukte de post van partijleider, lusz Dobrzynski heeft zich maanden geleden bij Soli- eit laten inschrijven, maar partijlid gebleven. „Toen igreep wat voor een wan de partij heeft aange- wilde ik in een eerste op- wj mijn partijboekje ver- luren. Veel van mijn. kame- sn hebben dat ook gedaan, even geen cijfers, maar ik zeker dat er van de drie •en partijleden beslist een paar honderdduizend en mis- 3n wel veel meer de partij de rug hebben toegekeerd. Een >a anderen zijn net als ik partijlid gebleven, maar zijn tegelij- jd lid geworden van Solidariteit. Niet om die vakbond te on- lijnen, zoals wel wordt gezegd, maar om met behulp van So- iteit nog iets van de partij en van het socialisme te redden", ina, van de Warschause Solidariteit, weet niet hoeveel com- sten lid zijn geworden van de onafhankelijke vakbond. „Het len er een miljoen zijn, maar misschien zijn het er ook wel lidend minder. We weten niet eens precies hoeveel leden we len. We schatten nu ruim negen miljoen, maar het is natte- er-werk. Per slot van rekening beschikken we niet over een puter. We hebben alleen een stempelmachine, maar die is ons dan ook goud waard". tijleiding rin Tadeusz Dobrzynski, het nog steeds trouwe partijlid, al is teleurgesteld is de partijleiding. „Na de mislukking van lulka en na het fiasco van Gierek had ik werkelijk gehoopt er onder Kania eindelijk eens schoon schip gemaakt zou len. Maar wat is er gebeurd? De oude falers zijn door nieuwe s opgevolgd en sommige oude falers zijn zelfs op hun stoel en zitten. Wat heeft bijvoorbeeld een Olszewski, die toen ja- ing in de partijtop heeft gezeten, ooit ondernomen om de tie te verbeteren? Nul komma niks. En nu zit hij weer in het buro. En wat heeft generaal Moczar in 1968 uitgevoerd? Al maar onderdrukking. Maar ook hij trekt nu weer aan de "ties. Moeten we in zo'n partijleiding vertrouwen hebben? Ik het eigenlijk niet meer. Maar ik blijf partijlid omdat ik in de len van het socialisme geloof. Daarom heb ik me ook aange- in bij Solidariteit. Want die jongens vechten voor het echte ïlisme. Daar kan de partijleiding nog een puntje aan zuigen", bij Solidairiteit is men er van overtuigd, dat de onafhankelij- fekbond uiteindelijk voor socialistische idealen strijdt en men rijpt dan ook niet. dat de kranten, de radio en de televisie in .socialistische broederlanden" maar blijven doorzaniken over kaamde anti-socialistische krachten die in Polen aan het sten zouden zijn. Daarover nog eens Joanna: „Wat is er nu alistischer dan „de macht aan de arbeiders? En produktie- oging door arbeiders die in hun werk zichzelf kunnen zijn, ":t ze met plezier werken, is dat niet helemaal volgens de be ien van het Marxisme-Leninisme? Als Solidariteit kan berei- 'at zij wil, zullen wij hier veel meer socialisme realiseren dan waar ter wereld ook bestaat" Miljoenen Polen zijn reeds toegetreden tot de onafhankelijke vakbond Solidari teit. En de Kerk? De leiding van Solidariteit en dus ook Joanna laten zich er niet over uit wat zij vinden van de rol die de zo machtige katholieke kerk in het Poolse spel van dit moment speelt. Janek Graniecki van Ursus, op zijn 41e nog steeds een trouwe kerkganger, heeft er zo zijn eigen mening over. „Ik heb de indruk dat de Poolse bisschoppen bang zijn geworden, niet voor de partij, maar voor het buitenland, nou ja, voor de Russen. Daarom spelen zij nu onder een hoedje met de partij. Zij proberen Solida riteit af te remmen. Maar dat is niet goed. Solidariteit is onze toekomst. De kerk moet meedoen. In Polen moet de kerk altijd meedoen, anders wordt het niks". Tadeusz Dobrzynski, die als trouw partijlid (maar op de eerste plaats Pool, dus katholiek) alleen nog maar op hoogtijdagen de kerk van binnen ziet, vindt de houding van de Poolse bisschop pen eigenlijk wel verstandig. „Wij Polen hebben allemaal een beetje aanleg voor anarchie. En dan is het heel goed, dat enkele oude, bezadigde mannen ons weer in het gareel helpen. Dat d,e Poolse katholieke kerk en ook onze Paus uiteindelijk volledig achter Solidariteit staan, daaraan hoeft niemand te twijfelen. De bisschoppen zijn alleen maar voorzichtig en willen voorkomen dat de situatie uit de hand loopt. Het episcopaat heeft op het ogenblik meer gezag in Polen dan de partij. Maar als wij, Polen, echt kwaad worden, kan zelfs geen kerk en geen Lech Walesa ons tegenhouden". Pater X. De even ronde als Poolse Jezuïetenpater kort, dik. plomp en blozend wilt slechts als „Pater X." geciteerd worden. Niet dat hij bang is voor de partij, de politie of de onafhankelijke vak bond. Maar hij vermoedt dat zijn overste het niet op prijs stelt dat hij „door de buitenlandse pers" wordt geïnterviewd. Boven dien vindt het gesprek plaats in een café en daar heeft een Pool se priester eigenlijk ook niets te zoeken. Pater X. is ervan overtuigd, dat wat er nu In Polen aan de gang is eigenlijk in oktober 1978 al is begonnen. „Toen Karol Wojtyla tot paus werd gekozen hebben de Polen van het ene moment op het andere hun zelfbewustzijn, hun nationale trots teruggekre gen. Sinds oktober 1978 is in Polen alles anders. En toen de par tij instemde met een bezoek van „onze" paus aan Polen, is zij begonnen aan het graven van haar eigen graf. Zonder Jan Pawel zou Solidariteit nooit zijn ontstaan. De nieuwe vakbond is de uit drukking van onze nationale trots die Karol Wojtyla weer gewekt he-ft". dokter verwoordt ze aldus: „Wat heeft Solidariteit tot nu toe ei genlijk aangeboden. Hebben ze een duidelijk program? Niet dat ik weet. Ze zeggen alleen maar nee tegen wat de regering doet of voorstelt. Maar van een eigen inbreng is geen sprake. Ik ben het helemaal niet met de regering eens, maar het is wel gemak kelijk om alleen maar negatief te zijn. Laten ze eerst maar eens een behoorlijk program opstellen". Zoon Janusz reageert verontwaardigd: „Hoe zouden we al 6en program kunnen opstellen als we nog niet eens statuten heb ben? We zijn nog maar pas door de rechter erkend en we be schikken nog niet over een, apparaat. Maar misschien is dat ook wel goed. Zo gauw we over papier met een briefhoofd beschik ken is het waarschijnlijk uit, met de inspiratie". Bij Solidariteit zelf is men het eigenlijk meer met pa Jankowskl eens dan met zijn zoon. „Inderdaad hebben we een program no dig. Daar wordt nu hard aan gewerkt. Een van de punten die daarin de nadruk moeten krijgen is de medezeggenschap van de arbeiders in de bedrijven. We denken aan een vorm van arbei derszelfbestuur, waarvan ook in 1956 al sprake is geweest. Maar sindsdien is daarover nooit meer gesproken. De arbeiders moe ten meer zeggenschap krijgen in het produktieproces". Voor de rest geven ze bij Solidariteit toch Janusz gelijk. „We zijn nog maar net begonnen. Hoe kan men dan 'verwachten dat het alle maal even soepel loopt?". 35 miljoen Kilinski's Het merkwaardige van Polen eind januari 1981 is, dat vrijwel ie dereen toegeeft dat de chaos groter en de situatie ernstiger wordt. Maar geen mens schijnt er wakker van te liggen dat „Gro te Broer" wel eens zou kunnen ingrijpen. Janek Graniecki en Ta deusz Dobrzynski grinniken bij de gedachte alleen al en drinken er hun glas wodka op leeg. Pater X. heeft er maar weinig woor den voor nodig, want hij heeft zijn godsvertrouwen en natuurlijk zijn paus Wojtyla. Janusz Jankowski kijkt stomverbaasd. Een in-, val van de Russen is een probleem dat voor hem volslagen nieuw' is. Zijn vader heeft er wel over nagedacht, maar hij kan alle argu menten opsommen waarom de Russen niet zullen komen. „Op de eerste plaats hebben we natuurlijk een rugdekking door Af ghanistan. De Sovjet-Unie kan zich momenteel geen wrede inval in een broederland permitteren. Maar vervolgens, gesteld dat ze zouden komen, dan moeten ze 35 miloen Polen voeden die niets te eten hebben. Zelf bijten ze echter ook al op een houtje. En bovendien zouden ze dan ook nog onze schuld van 40 miljard dollar aan het Westen moeten afbetalen. Ook dat is een te hoge prijs". Het sterkste argument komt tenslotte toch van Janusz die niet voor niets geschiedenis studeert. „Wij worden vaak vergele ken met de Tsjechen en de Slowaken uit 1968. Maar er is een groot verschil. In 1968 leefden er in Tsjecho-Slowakije 13 miljoen Schweyks. Geen vechters. In 1981 telt Polen 35 miljoen Kilinski's die zijn gewend om zich te verdedigen". Kilinski was e schoenmaker die in 1796 de opstand tegen de Russen leidde. Zijn standbeeld aan de rand van de oude stads muur van.Warschau wordt nog dagelijks met verse bloemen ge sierd, die in de huidige vrieskou binnen een paar minuten verwel ken. Maar kennelijk hebben alle Polen een oneindig vertrouwen in God, de paus en zichzelf. Kilinski is waarschijnlijk meer dan zomaar een standbeeld. •LEO VAN VLIJMEN Bij Solidariteit is men een beetje voorzichtig. „Paus Wojtyla? Dat is een privè-devotie van Lech Walesa. Natuurlijk zijn wij ook trots op Karol Wojtyla en wij voelen ons gesterkt door zijn zegen. Maar de vakbond is iets anders dan de kerk. Wij hebben onze eigen verantwoordelijkheid". De verwijten uit Tsjecho-Slowakije, dat de paus directe invloed zou hebben op Solidariteit, legt men bij de vakbond dan ook naast zich neer. Pater X. ziet dat echter een beetje anders. „Kijk maar op de be drijven waar gestaakt wordt. Overal hangen ze telkens weer af beeldingen van de Moeder Gods van Czestochowa en van de Paus op. Nee, Solidariteit is typisch Pools en dus door en door katholiek. Zonder Maria en zonder paus geen vakbond". Kritiek Niet alle Polen zijn echter even gelukkig met Solidariteit. Er is ook kritiek op de onafhankelijke vakbond. Bijvoorbeeld van dr. Stefan Jankowski en zijn vrouw. Hij is arts; uit zijn pijnlijk nauw keurig ingerichte spreekkamer blijkt wel dat hij niet van chaos houdt. En dat er momenteel in Polen sprake is van enige chaos kan niemand ontkennen. Dr. Jankowski en zijn vrouw willen dat ook niet en zij zijn erg ongelukkig met het feit dat hun jongste zoon Janusz, met zijn 26 jaar een wat vertraagde student, kenne lijk helemaal in Solidariteit opgaat. „Wij hebben zulke goede ar gumenten, maar hij wil er niet naar luisteren", klaagt mevrouw Jankowski. Onredelijk lijken de argumenten van de Jankowski's niet. De „Toen Karol Wojtyla tot paus werd gekozen, hebben de Polen van het ene moment op het andere hun zelfbewustzijn, hun nationale 'rots, teruggekregen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 17