an Teunissen
a China
Irofeet uit
oetbal-Mekka
bartin Rietveld mist de „blauwe trein
Het
geschonden
aanzien van
het betaald
voetbal
rtien
IESE TRAINER PIONIERT IN SHANGHAI
Jan Teunissen, voetbalprofeet uit het land van Cruijff.
de gebrekkigheid van de opleiding van de
trainers. Beter gezegd, die is er helemaal niet.
De training wordt verzorgd door oud-voet
ballers. Hoe ze iets moeten overbrengen we
ten ze niet. Daar wil ik ook verandering in
brengen".
„Ik ben nu gestart met een cursus voor trai
ners, waarbij ik gesteld heb dat ze examen
moeten doen en het diploma niet zo maar
krijgen. Je kunt de eerste keer de eisen niet
bijzonder hoog stellen maar ze zullen toch
moeten leren, dat ze er wat voor moeten
presteren. Waar ik trots op ben: met mijn
tolk werk ik aan het eerste voetbalboek in
het Chinees. Ik schrijf in het Engels en hij zet
het over in zijn taal. De tekeningen van de
oefenstof maak ik zelf. Een heel karwei maar
ik doe het met veel plezier".
Verbluffend
„Met het team van Shanghai train ik iedere
middag. Die jongens nemen dan gewoon vrij
van hun werk en krijgen hun salaris doorbe
taald. In feite zijn zij semiprofs, al kennen ze
dan geen extra beloning als ze goede resulta
ten boeken. Daar is hun manier van voetbal
len ook niet naar. Maar het is verbluffend
wat ze allemaal met een bal kunnen. Ik heb
schijnbewegingen gezien, fantastisch. Maar
de organisatie in het elftal is bijzonder slecht,
zodat het geen enkel rendement oplevert. Dat
weten ze zelf ook wel. De kwestie is, dat er
altijd alleen op basis van techniek werd gese
lecteerd en zit een speler er eenmaal bij dan
valt hij ook nooit meer af. Ze voetballen te
veel cm het spel alleen en ik tracht daar nu
verandering in te brengen".
De aanvoer van spelers voor Shanghai komt
uit de tien districten, waarin de miljoenen
stad is verdeeld. Op veel middelbare scholen
wordt 's ochtends geleerd en 's middags de fa
voriete sport bedreven. Eenmaal van school
nemen voetballers deel aan de competitie van
fabrieksteams, die als leverancier fungeren
voor de stedelijke elftallen. Elke grote stad
heeft zijn eigen voetbalelftal, dat onder direc
te verantwoordelijkheid valt van het stadsbe
stuur.
De Nederlandse oefenmeester werd ook ver
zocht zich enige tijd bezig te houden met het
nationale elftal, maar dat zit er onder de hui
dige omstandigheden niet in, waarbij het eer
der aangehaalde financiële aspect de hoofdrol
speelt.
5 OTTERDAMMER RIJDT SLECHTS EEN ZESDAAGSE PER SEIZOEN
de
ROTTERDAM Ondanks het
feit dat Martin Rietveld vorig
jaar in de Rotterdamse Zesdaag
se samen met Gerrie van Ger-
wen in het eindklassement met
vele ronden achterstand de laat
ste plaats bezette is hij gister
avond toch weer in het circus
van wedstrijdleider Peter Post
van start gegaan. En ook nu
denkt hij niet verder te komen
dan de laatste plaats. Martin
Rietveld is eerlijk genoeg om te
zeggen dat hij in de Rotterdam
se zesdaagse is ingekocht door
zijn sponsor. Anders zou de Rot
terdammer in zijn eigen stad
nooit hebben kunnen rijden.
Hoewel Martin Rietveld een
specifiek baanrenner is. Zal het
hem niet lukken een toppresta
tie te leveren, omdat hij compe
titie mist. Bijna alle renners
hebben er deze winter al een
handvol of meer zesdaagsen op
zitten. Rietveld beleeft in Rot
terdam, evenals vorig jaar, weer
de vuurdoop.
„Soms denk ik wel eens: waar ben ik
mee bezig? Vorig jaar was ik vierde
in Besancon bij het wereldkam
pioenschap stayers en toch kreeg ik
geen andere zesdaagse contracten
dan in Rotterdam. Zelfs in Maas
tricht was er geen plaatsje. Zoiets
maakt je erg moedeloos. Jan Derk-
sen verkoopt de Nederlandse ren
ners in het buitenland. Maar het zijn
steeds dezelfde die aan bod komen.
Wij renners noemen dat de "blauwe
trein", die van de ene winterbaan
naar de andere trekt. De meeste zijn
geen baanrenners, maar hebben een
behoorlijke naam gemaakt op de
weg en verdienen op deze manier
een aardige boterham in de winter.
Voor mij is het moeilijk het hoofd
boven water te houden. In Besancon
werd René Kos op doping betrapt.
Daardoor werd hij uit het klasse
ment geschrapt. Daardoor werd ik
alsnog derde. Het geld voor die der
de plaats en het eremetaal bleven
echter uit. Zo zijn de reglementen,
zeggen ze bij de KNWU
Voor het eerst
Vorig jaar kwam Martin Rietveld
r*;_ p,voor het eerst in een zesdaagse in ac-
Tin Rietveld wil graag met zijn lietsen de winterbanen opzoe- tie. Zijn sponsor, de firma P J.de Wit
vleessnacks BV in Den Haag, was
bereid er een behoorlijk bedrag voor
uit te trekken om Rietveld in de
Rotterdamse zesdaagse te laten rij
den. Wedstrijdleider Peter Post, die
wel een goede sponsor voor zijn
„six" kon gebruiken ging op het
voorstel in. Pogingen om Rietveld
eerst in het buitenland nog aan de
start te krijgen mislukte en voor ei
gen publiek mocht Rietveld debute
ren. In Ahoy is hij overigens geen
onbekende. Als amateur boekte hij
zo'n kleine twee jaar geleden in de
amateurzesdaagse mooie successen
en ook tijdens de profwedstrijden
van "Ahoy op zondag" kreeg hij sa
men met o.a. Henk Lubberding het
publiek op de banken. Rietveld had
in zijn eerste zesdaagse het publiek
graag wat willen laten zien. Maar de
onervaren renner liep de eerste de
beste dag al tegen een pijnlijke bles
sure aan. In zijn arm scheurde een
spieraanhechting af, zodat aflossen
met Gerrie van Gerwen een zeer
pijnlijke zaak werd. Niettemin wilde
Rietveld niet van stoppen weten, al
vond de baanarts dat beter. Onder
het motto: "hard zijn" ging het kop
pel verder. Pas op de laatste avond
haalde Post, Rietveld uit de piste. De
wedstrijdleider kon het pijnlijke ge
zicht van de Rotterdammer niet
meer aanzien.
Wel vergeten
Martin Rietveld: „Ik had toen al een
contract voor de zesdaagse in Ant
werpen in mijn zak zitten, maar dat
kon ik wel vergeten. Het duurde we
ken voor ik weer kon fietsen. Ik
kreeg alleen nog een contract voor
Montreal. Daar komen de mindere
Europese renners aan de start, die
dan koppels vormen met Canadese
amateurs, omdat ze daar geen profs
hebben. Maar in Europa was er geen
enkele zesdaagse meer voor mij. Jan
Derksen kon mij niet verkopen,zei
hij. Soms dacht ik wel eens dat hij
daarvoor geen pogingen deed. Maar
hij verzekerde me dat er buiten de
renners van de "blauwe trein" in
Europa geen werk te vinden was.
Eerst komt de "blauwe trein" met
renners als Sercu, Fritz, Allan,
Clark, Debosscher, Venix, Pijnen en
dan de grote namen van de weg aan
gevuld met wat regionale renners.
Voor een echte baanrenner is het
niet mogelijk om daar tussen te ko
men. Of je moet je bijvoorbeeld in
Rotterdam waar kunnen maken.
Maar het is een vicieuze cirkel: dat is
weer onmogelijk, omdat je nog geen
competitie in de benen hebt
De 28-jarige Martin Rietveld denkt
wel eens aan stoppen. Maar de man,
die in 1976 op de Olympische Spelen
in Montreal deel uitmaakte van de
Olympische ploeg achtervolging
hoopt nog altijd op een wereldtitel
bij de stayers. „Dat is geen onmoge
lijkheid. Ik geloof daar in en dan
kunnen ze bij een zesdaagse echt
niet meer om je heen".
Dure sport
Martin Rietveld begon pas op zes
tienjarige leeftijd met fietsen. Zijn
ouders hielden eerst de boot af, om
dat het een dure sport is. Twee jaar
geleden reed hij samen met Ton
Vrolijk de amateurzesdaagse in Gro
ningen. Door de succesen in „Ahoy
op zondag" vond Martin Rietveld
zichzelf rijp om over te stappen naar
de profs. „Maar zonder een sponsor
hoef je daar niet aan te denken. Ik
kwam in Groningen in contact met
de heer De Wit. Binnen een uur was
de zaak rond. Ik mocht een contract
ondertekenen voor vijf jaar. Dat was
uniek in de wielersport, zo'n sponsor
die je de kans geeft om je te ont
plooien. Maar wat heeft die sponsor
nu feitelijk aan mij Daar zit ik wel
mee. Door zo weinig in de baan te
verschijnen is reclame maken voor
mij natuurlijk een onmogelijke zaak.
Maar ik krijg alle steun van hem. Ik
mag rijden op het beste materiaal!
Maar het is voor Martin Rietveld
geen vetpot. „Van de sponsor krijg
ik een basissalaris en de rest moet ik
op de baan verdienen. Maar die mo
gelijkheid is er niet. Peter Post en
Peter Bonthuis willen volgend jaar
met een uitzendbureau voor wiel
renners van start gaan. Misschien
kan ik dan voor hen aan de slag. Het
succes van de wegrenners kost de
baanrenners op het ogenblik de bo
terham. Misschien komt er een an
dere tijd".
Aan het zesdaagsecircus in Rotter
dam wordt Martin Rietveld niet veel
rijker. Hij heeft een contract van
4500 gulden. Tien procent gaat daar
van af voor bemiddelaar Jan Derk
sen, zeshonderd gulden voor de keu
ken en verder de masseur en meca
nicien. Dan blijft er tweeduizend
gulden over. „En daar moet je dan
nog belasting over betalen", aldus
Martin Rietveld.
ARTHUR VAN RIJSWIJK
te afstanden ook niet te realiseren. Met zes
tien clubs wordt de competitie gespeeld in
vier toernooien. Als ik in februari terugga,
krijgen we in Zuid-China het eerste toernooi
met acht clubs. In veertien dagen worden
dan zeven wedstrijden gespeeld. Zoals het er
nu voor staat kan ik het finaletoernooi niet
meemaken want dat valt na de zomer, maar
in Shanghai is men dermate tevreden dat ze
een regeling willen treffen, dat ik ook dan
overkom. Het zal er van afhangen of de ge
meente Rotterdam akkoord gaat, want daar
komt mijn salaris vandaan".
Jan Teunissen raakt weer enthousiast als hij
terugdenkt aan de vorstelijke ontvangst, die
de Chinezen hem bereidden. De eerste tien
dagen werd hij van banket naar banket ge
sleept, waarbij alle gastheren met hem ver
eeuwigd wilden worden. Dat stond dan alle
maal in schril contrast met de levensstan
daard van de gemiddelde Chinees. Rangen en
standen kent men niet, verschillen in salaris
bestaan nauwelijks. Zo heeft Teunissen een
voortreffelijke tolk „dag en nacht" tot zijn
beschikking, die het Engels uitstekend over
brengt in het Chinees. De goede man heeft
het bijna tot de status van professor gebracht,
maar met omgerekend honderdvijftig gulden
in de maand krijgt hij amper meer dan een
arbeider. „Wat ik verdien, heb ik die man
niet durven zeggen. Hij weet dat wel maar
we praten er niet over. Ze willen nu eenmaal
geen verschillen zien. De mensen zijn ver
leerd om zelf te denken. Problemen zijn er
overigens weinig want er is voedsel genoeg,
ook voor de allerarmsten".
Mentaliteit
„Roken doen ze als schoorstenen.Een pakje
sigaretten kost maar dertien cent. Ze hebben
er trouwens ook alle tijd voor. Om die reden
is er ook geen enkele prestatiedrang. Al wer
ken ze harder, ze verdienen geen cent meer
dan een ander. Die mentaliteit hebben de
voetballers ook. We hebben een paar oefen
wedstrijden gespeeld. Dan moest ik zeven,
acht man van de selectie op de bank zetten.
Dat doet ze niets. Ze doen hun best wel, maar
op hun manier. Ze weten gewoon niet hoe ze
het moeten doen en dat probeer ik ze nu
voorzichtig bij te brengen. Een van de vier
assistent-trainers, een man van 52 jaar die
nota bene bondscoach van China geweest is,
geeft mij elke dag schouderklopjes voor de
manier waarop ik 't aanpak. Dat illustreert
in ;KEVEEN Schommelend in een
lc voor geschikte stoel verhaalt voetbal-
ier Jan Teunissen over belevenissen
hina, waar hij volkomen onverwacht
twee maanden geleden terecht
m in Shanghai om daar voetballers
r zjjn hoede te nemen. Daarvoor zat
oor SC Heerenveen voortijdig ontsla-
32-jarige Fries in zijn riante bungalow
akkeveen duimen te draaien. „Ik vind
'fantastisch dit allemaal te kunnen
isl'maken", zegt een van de jongste Ne-
andse A-trainers om daar veelbeteke-
I aan toe te voegen: „Vanuit de Heer-
ense hel ben ik in de Chinese hemel
cht gekomen. Maar ik zal mij niet
Bernw iangere tijd met mijn vrouw en twee
itertjes in China vestigen, dus moet ik
5-4. i uit blijven kijken.
de bom bij Heerenveen was gebarsten,
je toekomst voor de werkeloze voetbal-
er er ietwat somber uit. In het betaald
al liggen de trainersbaantjes nu eenmaal
voor het opscheppen. Dank zij goede
eten met „Zeist" - Teunissen verzorgt al
trainerscursussen in het noorden -
g hij het aanbod om in het als voetbal
totaal onbekende China tijdelijk te gaan
ieren met als standplaats Shanghai, met
miljoen inwoners de grootste stad van de
Isrepubliek. In het kader van een uitwis-
gsovereenkomst met „zusterstad" Rotter-
itte i verzocht het stadsbestuur van Shanghai
;e me voetbaltrainer te laten komen. Burge-
sier André van der Louw schakelde de
96 pt its in, waarop de uitnodiging aan Jan
lissen volgde. Of Teunissen er voor voel-
veemaal twee maanden en eenmaal drie
oden met steeds twee maanden er tussen
:n tij lof", zijn voetbalkennis over te brengen
ilvaardige doch van enige taktiek ge
ide Chinezen. Jan Teunissen reisde eind
r Shanghai, waar men hem als
iprofeet uit het voetbalmekka van de al-
zeer bekende Cruyff ontving. Vlak voor
mis kwam Teunissen terug naar Bakke-
fen in eerste instantie naar Shanghai ge-
het voetbalelftal van die stad voor te
op de competitie. In China heeft
heel andere competitie-opzet. Er zijn
^bules, A en B. Shanghai speelt in de B-
l want de ploeg is vorig jaar gedegra-
ird. Een wedstrijdenreeks zoals hier ken-
ize niet en dat is door de onmenselijk gro-
DEN HAAG In het KNVB-centrum in Zeist is van
daag gesproken over de nieuwe opzet van de competi
tie betaald voetbal. De ontwerpers doen daarmee een
poging de publieke belangstelling te stimuleren en het
kwijnende betaald voetbal nieuw leven in te blazen.
Zes periodetitels, een versterkte degradatie (drie in
plaats van twee ploegen) met daarbij ook meer promo
tiekansen voor de eerste divisie en het instellen van
een klasse van onafhankelijken zijn o.m. de injecties
die de werkgroep competitie-opzet wil toedienen. Het
zijn lapmiddelen, waarbij het voornaamste niet ter
sprake is gekomen: het voetbalpubliek begint langza
merhand genoeg te krijgen van alle toestanden die met
grote regelmaat in en om het betaald voetbal de kop
opsteken. Om het keihard te stellen: een groot deel van
de voetbalfans neemt het betaald voetbal noch de uit
voerenden (bestuur en spelers) niet meer serieus, er
gert zich aan de onvolwassenheid die steeds weer naar
buiten treedt en verwondert zich in steeds hogere mate
over de wijze waarop de voetbalhuishouding wordt be
stierd. Een bedrijfstak - want dat is het betaald voet
bal - waarin miljoenen omgaan, wordt geleid door
hobbyisten die er het beste mee voor hebben maar niet
in staat zijn het bedrijf efficient en zakelijk te leiden.
Eenieder zou zich hogelijk verbazen indien een bedrijf
met diverse filialen in het gehele land onder supervi
sie zou staan van lieden die daarvoor hun vrije tijd be
schikbaar stellen. In het voetbalbedrijf, een zakelijke
onderneming met „filialen" in het gehele land, gebeurt
dat. Slechts één bestuurder is professioneel, secretaris
Jan Hijbregts. De anderen, behalve de gepensioneer
den in het bestuur betaald voetbal, hebben slechts hun
vrije tijd na de dagelijkse taak beschikbaar om zich
met het bedrijf te bemoeien. Betaald voetbal derhalve
een miljoenenzaak van, met de beste bedoelingen be
zielde, hobbyisten.
Het aanzien van het betaald voetbal is in de loop der
.vooral, laatste jaren steeds verder afgebrokkeld. Daar
aan liggen niet alleen de mindere resultaten van het
nationale team en de clubs ten grondslag. Iedere wel
denkende voetballiefhebber zal (moeten) accepteren
dat na een hoogtijperiode een terugval komt. Dat is
een logische ontwikkeling. Het gekrakeel in de be
drijfstak heeft het publiek kopschuw gemaakt. Het op
treden van spelers - laatstelijk nog in Uruguay -, de
houding van bestuurders, de wijze waarop voorwaar
den van bovenaf om financiële steun te kunnen ver-
werven worden genegeerd, de manier waarop een
noodlijdende bedrijfstak doorgaat met schulden ma
ken, het gezeur over geld van de spelers met daaraan
gekoppeld de dikwijls beperkte inzet waarmee wordt
gespeeld, de manier waarop trainers aan de dijk Wor
den gezet, kortom, de bedrijfstak betaald voetbal staat
bol van zaken die het voetbalpubliek steeds weer
schokken, het bijna murw hebben gemaakt en de op
vatting hebben doen post vatten „dat er maar wat
wordt aangeknoeid". Het publiek heeft er genoeg van
steeds weer te worden geconfronteerd met voetbalel
lende.
Tot de kringen waarin de bondsbestuurders gemeen
lijk vertoeven is het wellicht nog niet doorgedrongen
dat de „artiesten op het veld" evenzeer bijdragen aan
het afbrokkelen van het aanzien van het betaald voet
bal. Mag men zich erover verbazen dat doelman Does
burg in alle toonaarden meermalen verklaard niet
meer voor Oranje te zullen uitkomen omdat hij onmo
gelijk de tijd ervoor kan vrijmaken en deze pertinente
uitspraak herroept. Zijn kwaliteiten zijn buiten kijf
maar zijn houding maakt op het weldenkende deel van
het voetbalpubliek een vreemde indruk. Tevoren riep
ook Arie Haan nooit meer het oranjeshirt te zullen
aantrekken en ook hij bedacht zich. Het zijn slechts
twee (recente) voorbeelden van de wijze waarop de ge
loofwaardigheid van spelers wordt aangetast. Het ge
zeur over premies voor kwalificatiewedstrijden en
wereldtoernooien - indruk bij publiek: geld is belang
rijker dan de uitverkiezing - de rellen tijdens de wk's
in West Duitsland en Argentinië en laatstelijk in Uru
guay, dat alles is niet bevorderlijk voor de image van
het betaald voetbal. En daar bovenop kreeg het pu
bliek nog de ontslag-aanvrage van bondscoach Jan
Zwartkruis te verwerken.
Altijd wat
Is het verwonderlijk dat het grootste deel van het pu
bliek tenslotte oordeelt:„Er is altijd wat in dat betaald
voetbal". Dat het zich afkeert en naar het amateurvoet
bal gaat waar de kans op agressiviteit in de „stadions"
geringer is, de gezelligheid groter en de bescheidener
accommodaties voor lief worden genomen. De entree
gelden zijn er dan ook mee in overeenstemming, wat
niet gezegd kan worden voor een plaats in de veelal
krakkemikkige accommodaties in het betaald voetbal.
Daar werd het geld besteed voor andere zaken dan het
publiek een aangenamer onderkomen te bieden, de ver
in de minderheid zijnde goede voorbeelden niet tena
gesproken. In het rapport „Gezonder Betaald Voetbal",
daterend van 3 april 1978 werd daarvoor gewaar
schuwd. Slechts in enkele gevallen werd geld uitge
trokken om het publiek meer comfort te bieden. Overi
gens werden tot nu toe, bijna drie jaar later, slechts
die aanbevelingen uitgevoerd waarvoor subsidie werd
toegekend (lichtinstallatie) of waaraan niet te ontko
men was (CAO). Voor de rest werd lijdelijk verzet ge
pleegd of eenvoudig het rapport opzij geschoven.
Het is al te simpel gesteld dat „de pers" een voorname
oorzaak is van het verval van het betaald voetbal. Het
lezend, luisterend en kijkend publiek heeft recht op in
formatie en als die negatief uitvalt, wordt die wel aan
gereikt door het betaald voetbal. Voetbal is nog steeds
sport nummer een in ons land en is dus de hoge boom
die veel wind vangt. Het is aan bestuurders en uitvoe
renden (spelers) ervoor zorg te dragen dat er geen
wind ontstaat, laat staan storm. De ongeloofwaardig
heid van een als serieus te boek staande bedrijfstak is
langzamerhand zo groot geworden dat het publiek zich
afwendt. En de gunst van deze onmisbare pijler wordt
niet herwonnen door een gewijzigde opzet van de com
petitie maar alleen door het aanzien van de bedrijfs
tak te verbeteren. Dat moet de allereerste en voor
naamste taak zijn van bestuurders en spelers.
Overvoerd
Er dient ook rekening te worden gehouden met de eco
nomische toestand. Wat behelst o.m.de nieuwe opzet
Zes periodetitels en een nacompetitie, dus meer wed
strijden terwijl het publiek zal moeten kiezen hoe het
geld te besteden. Het wordt al overvoerd met voetbal,
nationaal en internationaal. Zelfs in een „gesloten pe
riode" als de winterstop, waarin dan ook nog een rel
en een ontslag de aandacht vragen.
Oog voor de realiteit blijkt schaars in de gewijzigde
opzet. Het is een desperate poging om meer publiek te
trekken, een lapmiddel dat de competitie verlengt,
meer investering eist (klasse onafhankelijken en een
jeugdelftal) en voorbijgaat aan de voornaamste oor
zaak waardoor de belangstelling tanend is: het ge
schonden aanzien van het betaald voetbal. Waar blijft
het rapport „Betaald voetbal gedraag je naar de status
die je nastreeft"?
HERMAN VAN BERGEM