Tante Cor Oostdam voorzag een „bovenlaag"
van boter, kaas en eieren en nog veel meer
Voorwat
hoort wal
LEIDEN Geboren: Wouter Sig-
mund, zv. J. A. Hoogenboom en H. H.
Holman; Emille Renée Hubertine, dv.
J. W. A. A. M. Swane en I. E. van Ge-
lein Vitringa; Nora, dv. H. Barendsen
en J. Scholte; Serge Cornelis, zv. G.
P., Bervoets en Y. J. Kokkedee; Ron
nie, zv. J. Bronsgeest en C. P Go-
vaarts; Jonatan Joost, zv. P. Kloos en
J. Th. Schrijvers; Mabelie Annabelle,
dv. R. J. O. Samuels en S. A. J. van
den Bree; Anika jantine, dv. R. A. M.
hoogenstraaten en W. J. van der
Horst; Sarah Janine, dv. R. A. M.
Hoogenstraten en W. J. van der
Horst; Michiel Alexander, zv. H. J.
Roelofs en K. J. E. van Stijn; Cornelie
Jantina Roelfiene, dv. C. J. de Jong
en M. C. C. Verschoor; Robert, zv. D.
N. van der Nagel en H. van Rijn; Cor
nelis, zv. C. Remmelzwaal en C.
Haasnoot; Jeffrey, zv. H. van den
Berg en E. P. J. Tegelaar; Eveline eli-
ze. dv. J. F. M. de Rooij en E. Doyer.
Overleden: J. Verstrate, geb. 5-3-
1928, man; W. E. Reitsma, geb. 19-4-
1918, vrl. geh. gew. met J. C. de
Groot; H. Harmelstein, geb. 4-4-1907,
vrl. echtg. van J. G. van Mazijk; L. B.
Molenaar, geb. 19-8-1918, man; J. W.
G. Kennipbas, geb. 19-12-1918, vrl.
echtg. van H. C. Kramers; P. Hus,
geb. 21-11-1899, man; G. Glasber
gen. geb. 1-6-1898, man; H. G. A. van
Diemen, geb. 21-11-1916, man; C.
Schoonderwoerd, geb. 14-5-1915,
man; T. S. U. K. Joemrati, geb. 4-10-
1980, man; J. R. ter Wee, geb. 20-12-
1896, man.
Gehuwd: S. R. B. van Weldam en M.
C. J. Bilderbeek; H. F. Story en A.
Postma; A. Filarski en M. van der
Meij; J. A. de Graaf en H. den Dub
belden; P. J. W. van Venetië en W.
Kooij; W. Los en S. van der Horst; J.
C. M. Kooter en M. Brulnsma; J. C.
Tseng en K. V. Dörr; A. J. G. Mooi-
man en J. M. Veltman.
STAND
LANGS
Op mijn omwegen door stad en land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
(D/REGIO
LEIDSE COURANT
DINSDAG 30 DECEMBER 1980 PAGINA 5
noteer m.i.vals nis
abonnee van de Leidse Courant
I
Naam
Adres
Postcode/Plaats
I
Betaalt wordt per maand (automatische afschrijving)
per kwartaal
J Stuur mij als dank voor de moeite een zilveren
I hangertje met het sterrebeeld
Naam
Adres
Postcode/Plaats_
f Telefoon
Stuur deze bon in open envelop - geen postzegel
plakken - naar: Leidse Courant,
Antwoordnummer 349, 2300 VB Leiden.
Ccidóc Sowujunt
IN FEITEN DE BESTE
LEIDS LEVENSMIDDELENWINKELTJE ANNO 1913
SLUIT DE DEUR ONDER DRUK VAN JAREN EN BELASTINGEN
scordpoging
ilenn Miller
„pjaten draaien'
cin,(
Lissese wethouder me-
iw Meulemans gaf gister-
^Jag op slag van een uur
P startsein voor de record-
4! ing van de heer C. van
eigen. In de winkel Disko-
zal de heer Van Oungen
■la dertig uur onafgebro-
i muziek van Glenn Miller
aien. De heer Van Dungen
groot fan van Glenn
Ier. Hij heeft een immense
Rj|| cameling platen van de
musicus. Dat is ook wel
g want voor deze record-
ii Cyfelng is gesteld dat men
t in herhalingen mag ver
en, dus dertig uur achter-
moet een andere melo-
Ha. door de grammofoon
jo lallen. De heer Van Dun
ste i heeft reeds meegedeeld
S0! als hij het record niet zal
iken, hij opnieuw een po-
9 zal wagen. Vanavond
zes uur zal bekend zijn of
^Jp°ging gelukt is.
"'«iiiiiiiiiiiiiiiiii
Lider de druk der jaren en
E belasting moeten zelfs
i Cor en haar zus Riek
Ijken. En zo gaan nu
nestibles en grutten, na
i aanbod sinds 1913
(en moeder Oostdam er
orjder in de Leidse
ieterskerk Choorsteeg.
Ve zijn nu nog goed ter
ien en ik wil ook nog een
;le tijd uit de voeten
innen, maar om voor
jderen te blijven betalen,
fen aar bedanken we nu maar
k°rtj)or. Kijk nou eens naar
moe|ernaast. Ja. die Vroolijcke
tke. Wat gebeurt daar nou
tuizefen toch moeten we er
rat,e|)or mee betalen via de
•lasting". Morgen is het
udejaar. Het nieuwe jaar
iginnen de zusjes Oostdam
raag et een schone lei. Cor en
voor ek zullen vanaf de
illen arwisseling het bruine,
Pouvnkelende winkeldeurtje
Zij s Dveel mogelijk) gesloten
mden. Niet meer die
Ie kc time geagiteerdheid. Geen
and tschrijfpapiertjes meer
Vinl tor het optellen van
s, di 'dragen. Eigenlijk zo
ïngei eens; van de ene op de
s enl tdere dag. Aan een
i om jheffingsuitverkoop heeft
ondi or die vanwege haar
•ijzende verschijning, haar
ou< decennia gegroeide
een ?kendheid en ook wegens
aar ongehuwde staat
rt du iteraard Tante Cor wordt
•en x moemd, iets wat men bij
toel iek nog niet geprobeerd
den eeft nauwelijks gedacht.
So'n uitverkoopkaart kost
dus >k geld, heb ik gehoord",
ensc/at ze met de spaarzaam
oorradige Spullen zullen
oen, weten Cor en Riek
ooralsnog niet. „Dat zien
er g e nog wel. Wat we zelf
t ljg unnen gebruiken levert
dag' elemaal geen problemen
jelegP natuurlijk. Trouwens, we
ideri ebben de laatste tijd al
aak nee moeten verkopen
ho n dat ë'nS ons aan bet
ens artDe schappen in het
toe 'inkeltje, dat in bijna
7 eventig jaar nooit werd
erbouwd (Cor Oostdam:
Kom nou, wat moet je aan
o'n zaakje nou verbouwen
1en slechts rond 1950 een
pknapbeurtje kreeg,
/orden steeds leger. De
takjes koffie overheersen.
Cr liggen nog wat verse
(roden en bovenin staan de
vi aatste flessen vermouth,
met herry en port, „want
?beu egenwoordig drinken ze
>laai llemaal".
let is afgelopen met m'n
waalfuurtje van weleer, dat
'ante Cor, tussen
elgerinkel en
ijsneuzende klandizie
oor, voor me klaar maakte
jfn het belendende
1 huiskamertje. Dan deed Cor
of ze een beetje verstrooid
,was en vroeg drie keer of er
kaas op moest, nadat ik
(gevraagd had om drie
gesneden bruine
jke
betrokken. Pal aan de
overkant zit niettemin nog
steeds een gelegenheid die
het vertier in de late
avonduren tot bijna aan het
eerste haangekraai
onderhoudt. „Een erg leuke
knaap daar, hoor. Geen
slecht woord over hem; hij
doet z'n best. Sinds een half
jaar. Maar harde muziek hè.
En als je dan om een uur of
half twaalf of zo (mag dat
misschien, als je er vóór
zessen alweer uit moet) wil
gaan slapen, dan is dat niet
zo fijn. Vooral
vrijdagsavonds niet. Zeg
dan maar: dag nachtrust! En
's zaterdags hebben we hier
een drukke dag".
Nooit getrouwd, nooit
verbouwd. Ik krijg een
oude, bruine foto te zien,
met moeder Oostdam in de
deurpost van haar Depót
aan de Pieterskerk
Choorsteeg. Dat moet in de
mobilisatietijd van '14 - '18
zijn geweest. Bij een paar
omstanders is ook een lange
soldaat met een kepi op.
Riek Oostdam: „We hadden
hier altijd veel militairen in
die dagen. Vlakbij, op het
Gravensteen, had je een
militaire gevangenis. Mijn
broer en ik gingen daar
vaak broodjes en koek
brengen. Moeder heeft ooit
eens zo'n militair zien
ontvluchten. Mensen
zeiden: er is er één
ontvlucht. Moeder zei toen:
nou, dan ben ik 'm
tegengekomen, want hij
rende hier voorbij".
In 1913 kwam het gezin
Oostdam (vader was al
overleden toen-ie 35 jaar
was en de kinderen hebben
hem nooit zo goed gekend)
in het pand wonen. Cor en
Riek groeiden er op tussen
de meelprodukten, de
sigaretten (met een steeds
verlengde
tabaksvergunning), de
suiker eri de havermout,
waar van lieverlee de
borstels en de zeemleren
lappen bij kwamen. En dan
al die conserven, de jams en
hagelslag, de sinaasappels
(die net zoals de eieren niet
zelden per stuk van de
hand gingen). Petroleum
heeft Cor ook d'r hele leven
verkocht, na in het
achterhuis de pomp
aangezwengeld te hebben.
Zeepartikelen? Plenty. „Ik
heb geleerd dat je die ver
van de consumptfewaren
moet houden, anders
smaakt alles wat je eet naar
zeep", zegt Tante Cor
resoluut, terwijl Zus Riek
een bakje bleke Bet
serveert. Ook Cor drinkt
nopit anders dan een kop
slappe koffie: „dat ben ik
vanaf de oorlog zo gewend
geweest en dan blijft het zo,
nietwaar?"
Een leven lang
kruidenieren, kruinieren,
zeg maar, afwegen en
verkopen. Veel
studentenvolk kwam er in
het winkeltje van Tante Cor
en Zus. Vroeger zag je die
niet. Dan kwamen de
hospita's d'r jongelui's
inkopen doen. De
jongeheren bleven achter
schot en scherm. Die
hadden andere kwesties aan
het hoofd, met hun
jaartoelagen. Maar na de
oorlog keerde de tijdgeest
en kwamen de jongeheren
en jongedames zelf
opgepropt in het winkeltje
staan. Dan kon je de deur
niet in of uit.
Een leven vol bekenden.
„Je zit weieens voor de
teevee en dan zeg ik tegen
Riek: o ja, kijk, die is ook
klant geweest. Dan zijn ze
bijvoorbeeld ergens
ambassadeur geworden. Die
zie je soms hier terug, als ze
met verlof zijn". Komen ze
dan even langs, juffrouw
Cor?, wil ik weten. „Langs?
Erin! Ze komen erin.
Erlangs, daar heb je niks
Toen koningin Beatrix nog
prinses was en als studente
in Leiden dus een
.jongedame", kwam ze ook
wel bij Cor op de stenen
vloer voor levensmiddelen,
of ze kocht wat voor een
vriendin. „Helemaal niet
vorstelijk. Met een rieten
mandje. Dat was mode,
begin der jaren zestig. Dan
betaalde ze. Niet met een
cheque, o nee. Natuurlijk
was ze aardig, Beatrix. Toen
ze een paar jaar geleden bij
een lustrumviering hier
voorbij liep lachte ze door
het raam".
„Ach, de mensen betalen en
de namen ontgaan je".
Althans, ze ontgingen Tante
Cor, die maar bezig bleef
met haar potloodje. Ze weet
wel, dat Molly Geertsema,
die nu commissaris der
koningin in Gelderland is,
z'n inkoopjes kwam doen
toen hij hier in de buurt
woonde. En Paul van Vliet
en z'n Liselore. „Als je die
namen weer hoort zeg je: o
ja, natuurlijk, die was hier
ook! Je had hier volop
werk, al zat je wat duurder
met je inkoop. Ik heb altijd
kwaliteit verkocht en nou
vinden de mensen het
jammer dat we weggaan.
Iedereen vindt het naar dat
je weggaat, want ze vonden,
dat ze prettig werden
geholpen. Een aardige
juffrouw, vonden ze. Nee,
een kassa'hebben we nooit
gehad. Gewoon een la in de
toonbank; zo gaat 't ook. Ik
telde zelf even vlug op als
een telmachine. Als hef
maar binnenkomt. Och
meneer, jaren terug bleven
we open tot bedtijd. Dat was
moeders tijd. Voor een half
ons rijst, een half ons thee,
een onsje suiker of krenten,
vijf centen gist. De mensen
hadden toen geen geld,
hooguit centen".
Cor heeft van d'r leven
geen last gehad met
klanten; geen ruzie of wat
ook. „Vroeger schreven ze
op in een boekje wat ze
hadden gekocht, de dames
en heren. Dat boekje bleef
hier. Liep best. Eén keer in
de maand afrekenen, of
zoals 't uitkwam. Een paar
goede klanten hebben nog
wel zo'n kredietboekje".
Waarschijnlijk uit
dankbaarheid daarvoor
ondermeer hebben
jongeheren en jongedames
van enkele goed
aangeschreven staande
studentenhuizen een zekere
actie „Cor bedankt" in het
leven geroepen. Riek, als
trouwe hulp in de laatste
vijf jaar, mag daarin delen.
Het comité „Cor bedankt"
wil Tante Cor (die notabene
van d'r leven niet tante
heeft willen zijn) op 16
januari zelf weet ze van
niemendal op een grootse
avond een geschenk
aanbieden. Ook worden
veel oud-alumni en anderen
uit „de studententijd"
verwacht die Tante en Riek
de hand willen schudden;
Cor bedankt, zeg.
Koninklijke belangstelling
is niet uitgesloten.
Inlichtingen hierover (de
actie dus) bij studentenhuis
NieuWsteeg 7, tel.071 -
133513.
Oudejaarsavond; poppetje
gezien, kastje dicht. Cor
Oostdam gaat 't rustiger aan
doen. Onbegrijpelijk voor
velen, ook voor Cor. Niet
meer dicht op
maandagmorgen, als er al
om een uur of kwart voor
acht gebeld werd door
iemand die met iets omhoog
zat. 's Zondags gebeurde dat
trouwens ook wel. Vroeger,
ja vroeger ging de deur
eigenlijk nooit op slot, tot
een uur of tien 's avonds.
Iedereen kon
binnenkomen, maar destijds
kwam niet „iedereen"
binnen op onbewaakte
ogenblikken. Al stond
Leiden op nog zo'n laag
maatschappelijk pitje, je
kon je deur laten aanstaan.
Kom daar nou eens om!
Maar enfin, de zaak gaat
toe. Er wordt wellicht een
aardig woonvertrekje van
gemaakt. Uitslapen heeft
uitgeslapen Tante Co'r nooit
gedaan, ook niet op zondag.
Om negen uur had ze al een
schaft te pakken; „ik loop
'wel, dat hindert niet. De
dokter zei altijd al: 't is hier
een wip-van- 't-stoeltje; rust
kennen ze niet, die
vrouwen. Ja, ik zal me daar
op bed blijven liggen; waar
zie je me nou voor aan Ik
ben een mens van
opschieten!" Dit is weer 'ns
het einde van een optrekje
uit de oude doos. Het is
heerlijk, een geurend
winkeltje op de drempel
van het tijdperk van de
„chip" nog te hebben
meegemaakt. En dan denk
je wel: wie zal er ooit in het
derde millennium van onze
jaartelling heimwee kunnen
hebben naar het misschien
dan afgedankte makro-
genoegen van een flitsend
micro-tijdvak dat de
atoomdreiging heeft
overleefd?
De kleine moeite van het aanbrengen
van een nieuwe abonnee beloont uw
krant u graag met een fraai hangertje
van uw eigen sterrebeeld.
Weet u al iemand?
boterhammen met kaas.
Soms sneed ze op de
toonbank die drie
boterhammen, maar het
kwam ook voor dat ze dat
te onvoordelig vond, omdat
„je niet met zo'n stompje
brood kunt blijven zitten;
dat valt niet te verkopen".
Dan nam ik maar een half
brood, waarvan Tante wel
die drie sneden af wilde
snijden. Daarna boog Cor
zich over de koelkastdeur
en haalde een stuk belegen
Goudse tevoorschijn, de
snijmachine zoemde en
zaagde. Het waren flinke
plakken kaas die Tante in
rekening bracht en ze
staken naar alle kanten
tussen de sneetjes brood
naar buiten. In de
achterkamer hoorde je
daarop: Riek, geef me de
boter even an. Cor
besmeerde de
boterhammen, legde de
kaasplakken ertussen en
pakte het geheel in in wit
papier. Zachtjes, maar snel
cijferend maakte ze
vervolgens op een stukje
wit papier het
optelsommetjes. En de
klandizie haar maar op de
vingers kijken. Daar heeft
Tante Cor zich nog nooit
iets van aangetrokken. Ze
deed onverstoorbaar haar
werk, onderwijl richtlijnen
verstrekkend aan Riek, die
uiteindelijk maar een
aangewaaide kracht was en
minder thuis in de
inventaris dan haar zus.
Tenslotte betaalde ik. Niet
geheel zeker van m'n zaak,
want de ingrediënten
werden door mij steeds
hoog aangeslagen. Maar de
uitkomst was onverminderd
ontwapenend. Een schijntje;
voor drie goddelijke
sneetjes. Afgelopen! Cor
bedankt.
Cor Oostdam is inmiddels
69 jaar en zit nog vol fut. Zij
en haar zuster hebben, zo
merk ik later, voor de foto
een keurige geklede jurk
aangetrokken die weer
uitgaat tegen de tijd dat de
eerste klanten voor de balie
staan. Het is
maandagmorgen negen uur.
Er hangen sombere
gordijntjes achter de
etalageruimte. Ik bel aan,
en daar is het grootste
gedeelte van het tot sluiten
beraamde stel. „U ziet er uit
of u pas uit bed komt",
constateert Cor tevreden,
met wat spottend
ooggetwinkel. Recht hang
je, denk ik, maar ze heeft
mooi praten; zelf was ze al
om kwart voor zes op. Elke
dag doet ze dat. Want
tussen zes en zeven komt
men vanwege de
melkfabriek produkten
afleveren. „Vindt u dat
vroeg? Kom nou meneer!
De bakker komt dan ook;
natuurlijk, wat dacht je! Ik
vind dat een prettiger tijd
dan twee uur 's nachts. Dat
was jaren geleden nog zo.
Dan kwam de melkboer al.
Mijn moeder stond vroeger
altijd om vijf uur op", Geen
wonder, dat Cor nooit
getrouwd is; voor dat soort
dingen zöu ze geen tijd
hebben gehad.
Zus Riek, de jongere, van 66
jaar, is iets minder
matineus, maar ook altijd
dik vóór zevenen uit de
veren. Cor vindt het niet
nodig dat er in de krant
komt hoe Riek precies heet,
maar dat knapt Zus Riek
zelf wel op. „Ik ben H. H.,
Hendrika Harmke; zij is C.
J. Ja, Harmke is een Friese
naam, want ik had een
Friese peettante geloof ik".
Riek hielp als kind al in de
winkel, maar later werd ze
lerares-coupeuse, wat
uitliep in het onderwijzen
van handvaardigheid op
verschillende scholen in de
omgeving. „Maar dat doet
er niet toe", zegt Cor. Riek
was en is tot morgenavond
Cor's rechterhand, al krijg
je de indruk dat Cor al twee
rechterhanden had. De
gezusters hebben redelijk
goed geslapen, afgelopen
nacht. Dat is meestal
anders. Ze wonen in de
Pieterswijk, waar de laatste
jaren veel nederzettingen
op kroegbasis zijn gesticht.
De neringdoende
middenstand heeft zich
beetje bij beetje uit het
kwartier teruggetrokken.
Zo ook de, eens gesettelde,
melkboer aan de overkant,
een jaar of tien geleden.
Toen heeft Cor de zuivel
maar bij haar assortiment