Goden9 heiligen en helden Welke boeken leest Van Agthet liefst? Wapen van Voorschoten uitgeschakeld KUNST LEIDSE COURANT VRIJDAG 5 DECEMBER1980 PAGINlJ Van Agt: Bijbel en Nana... Hoe komen we aan die wijs heid? Heel eenvoudig: uit het boek „Alle feiten op een rijt je", dat dezer dagen door uit geverij Luitingh voor de somma van f 36,90 op de markt is gebracht Het boek bevat duizenden antwoorden op zinnige en onzinnige vra gen, variërend van „wat wa ren de zeven wereldwonde ren der oudheid?", „wie wa ren de tien beste tennissers aller tijden?" of „wat waren de beruchtste moordzaken uit deze eeuw?" tot en met „wel ke rashonden bijten het meest en het minst?" en „welke vrouw had 3 borsten en zes vingers?". Het bijna 280 pagina's tellen de boekwerk is voor het Als Dries van Agt naar een onbewoond eiland zou worden verbannen, welke boeken en platen zou hij dan in ieder geval meenemen? Dat is nou niet bepaald een kwellende vraag waar je 's nachts zwetend van wakker zou kunnen worden. Maar nu het probleem er eenmaal ligt, is het eigenlijk ook best leuk om het ant woord te weten. Volgens Van Agt gaat de Bijbel als eerste het reiskoffertje in en vervolgens „Erik" van Godfried Bomans, Hamlet van Shakespeare, de Odys see van Homerus en het 30-minuten-kookboek van ene meneer Tegner. De eerste twee grammofoonpla ten die de premier zou inpakken, zijn van George Zamfir (panfluitmuziek) en Nana Mouskouri. overgrote deel een vertaling van het beroemde Ameri kaanse „Book of lists", (zeg maar: het grote lijstenboek), samengesteld door de schrij ver Irving Wallace en zijn zoon en dochter. Het naslag werk is echter aangevuld met Nederlandse en Belgi sche lijsten, opgesteld en ver zameld door de publicisten Nico Scheepmaker, Gerard van Lennep, Tim Krabbé en Aart van Zoest. Dankzij deze bijdragen kan de lezer niet alleen de literaire en muzika le voorkeuren van Van Agt (en van nog een heleboel an dere bekende Nederlanders) te weten komen, maar ook kennis maken met Neder landse woorden, waarin zo veel mogelijk letters van het alfabet voorkomen (exvak- bondsjuryzwijgplicht; alleen de f en de q ontbreken), lijs tjes met fraaie anagrammen (door omzetting van het woord prestatietoeslag krijg je apostelstrategie) en schitte rende zinnetjes, die achter stevoren gelezen hetzelfde opleveren, zoals „Nora be droog, o zo goor, de baron". En niet te vergeten de was lijst met „beroemdste schan dalen in Nederland", die be gint met de moord op Bonifa- tius in 754 en eindigt met de rellen in Amsterdam tijdens de troonsbestijging van Beatrix. Ook leuk is de op somming van beroemde uit spraken van Nederlanders, zoals „Dit is gekkenwerk", van Freule Wttewaal van Stoetwegen en het gevleugel de „Gaat u maar rustig sla pen" van Colijn. Als je eenmaal in „Alle feiten op een rijtje" aan het lezen bent geslagen, blijf je erin bladeren, net zo lang tot je tureluuurs wordt van alle wetenswaardigheden die op je netvlies verschijnen. „We tenswaardigheden" is in dit verband eigenlijk een onjuist woord, want lang niet alle gegevens zijn het weten waard. Wie hecht er nu be lang aan, te weten wat één of andere Amerikaanse televi siepresentator de tien beste detectives vindt die hij ooit heeft gelezen? Zo'n lijstje is hoogstens aardig om je eigen voorkeur aan te toetsen. Maar als je dan weer leest dat grote mannen als Charley Chaplin en Charles Dickens slechts een paar jaar lagere school hebben gehad, denk ie toch weer: hee, hoe bestaat t. Laten we het erop houden, dat „Alle feiten op een rijtje" een amusant boek is, met een licht verslavende werking. Want je blijft er telkens weer naar grijpen. En je krijgt het nooit uit DICK VAN RIETSCHOTEN Alle feiten op een rijtje. Uitgeverij Luitingh BV, Laren Prijs: ƒ36,90 LEIDEN Het biljartvier tal van de Morspoort heeft één van de laatste hindernis sen op de weg naar het kam pioenschap van de Leidse competitie genomen. Het Wapen van Voorschoten 1 kreeg met 2-6 klop, en kan zich daarmee voorlopig wel uitgeschakeld achten. De Heul kwam niet verder dan een 4-4 gelijkspel tegen Landzicht, waardoor de Morspoort ook de voor sprong op dit team verder uit kon breiden. De Morspoort staat nu op een florissante score van 68 uit 12, waarop de Heul volgt met 60 uit 13 en Wapen van Voor schoten met 58 uit 13. TOP 2 en TOP 1 zijn 4 en 5 met resp. 54 en 53 uit 13. Titelverdediger UVS staat wat troosteloos met 33 punten uit 12 onderaan. De resultaten in de eerste klasse: De Heul 1Landzicht 1 44; Vriendschap 1TOP 2 26; Wapen van V. 1Mor spoort 1 2—6; TOP 1—UVS 1 71; Carambole 1Between 1 2—6. De competitie in de tweede klasse is totaal onberekenbaar. TOG 1 maakte koploper Cleyn Duin 1 een illusie armer: 26. TOG nam daardoor de leiden de positie over met een totaal van 67 punten uit 13 duels. Cleyn Duin en TOP 3 volgen met 65 punten een totaal dat ook Between 2 bereikt heeft. Landzicht 2 viel door een 62 Nederlaag bij TOP 3 iets terug, maar ligt met 63 punten toch nog goed in de race. De resul taten - in de tweede klasse: DOB 1—'t Zuid 1 2—6; Cleyn Duin 1TOG 1 26; Between 2Vriendschap 2 6—2; TOP 3Landzicht 2 62; De Waag 1Carambole 2 44. Koploper DOS 1 kreeg in de derde klasse belager Stomp- ik 1 op bezoek. Met een 4—4 wisten de Leide- vijk 1 op t [elijkspel naars de aanval op hun eerste positie te keren. Mede omdat concurrent Spijkerbak het duel tegen De Waag 2 uitge steld zag, veranderde er bo venin weinig. DOS 1 staat mo menteel op 66 uit 13, terwijl Stompwijk met 58 uit 12 volgt en Spijkerbak op 55 uit 12 staat. De resultaten in de derde klas se: Carambole 3Morskwar- tier 1 26; TOG 2Landzicht 3 2—6; DOS 1Stompwijk 1 4—4; 't Zuid 2—UVS 2 6—2. Vierde klasse: Morskwartier 2Morspoort 2 35; Wachtje 1—Cleyn Duin 2 4—4; DOS 2Wapen van V. 2 0—8. Vijf de klasse: DOB 3—DOS 3 4—4; VOP 1—Wapen van V. 3 5—3. Zesde klasse: DOB 4De Waag 3 2—6; Wapen van V. 4De Heul 3 80; Spijkerbak 3Carambole 5 2—45; DOS 4 TOP 5 26.- Zevende klasse: Morskwartier 4TOP 6 62; Carambole 6Vriendschap 3 26; Between 3UVS 4 8—0. Italië ziet af van Leonardo's handschrift ROME De ernstige gevol gen van de aarbeving in Zuid- Italië hebben de Italiaanse re gering ertoe gebracht af te zien van een poging om de zo genoemde 'Codex Leicester', een zeer kostbaar handschrift van Leonardo da Vinci, in handen te krijgen. Het werk komt volgende week op een Londense veiling onder de ha mer en zal, naar verwacht, wellicht vijftig miljoen op brengen. De minister voor schone kun sten, Oddo Biasini, heeft ver klaard dat het voor Italië „on gepast zou zijn" om op dit tijd stip het kunstwerk in bezit te krijgen, nu zuid-Italië drin gend hulp nodig heeft. De re gering in Rome had al grote sommen geld bij elkaar ge bracht, terwijl nog inzame- lingsactiers op het programma stonden voor de eventuele aankoop. Dit geld zal nu voor leniging van de nood in het aardbevingsgebied worden ge bruikt. Het werk van Da Vinci is een studie van getijden en maancycli. Sinds 1508 is het in het bezit van een adellijke fa milie in het Engelse graaf schap Leicester. Led Zeppelin heft zich op LONDEN De leden van de vermaarde rockformatie „Led Zeppelin" hebben besloten de groep op te heffen, nu hun drummer John Bonham afge lopen september is overleden. „We willen bekendmaken dat het verlies van onze goede vriend en het diepe respect voor zijn familie, tezamen met het gevoel van onverdeelde bruik. harmonie bij ons en onze ma nager, hebben geleid tot ons besluit dat wij niet meer op deze voet kunnen doorgaan", aldus een gisteren door de groep uitgevaardigde verkla ring. Bonham, twaalf jaar geleden mede-oprichter van de groep, overleed 25 september in Windsor na te veel alcoholge- Adolf en de zijnen Dat de befaamde Blitzkrieg- generaal Heinz Guderian als twee druppels water op Toon Hermans leek, kan men ont dekken in het jongse kijkboek over het Derde Rijk van Hitier en de zijnen, een verzameling van honderden foto's deels in (niet altijd even beste) kleu ren, uit de turbulente jaren 1918-1945. John Bradley, gebo ren in Tsjecho-Slowakije, nu hoogleraar in de politieke we tenschappen aan de universi teit van Manchester, schreef er een tekst bij met hoofstukken als „De ondergang van het rijk der Hohenzollerns", „Hitier als kanselier" (en als staatsman), „Bliksemoorlog in het Westen" en „Samenzwering en neder laag". Een begenadigd penvoeder blijke Bradley niet; zijn „ge schiedschrijving" ziet er brok kelig uit, roept vele vraagte kens op en verdrinkt bij her haling in een menigte details die op een ordeloze hoop zijn geveegd. Kijken dan maar, en flink slikken bij de vele plaat jes van Hitier en het oorlogs geweld, de bruine hemden, de vlaggen en distinctieven: merkwaardige documentatie. Fraai uitgegegeven, rrtaar je moet er wel van houden, het lijkt soms wel een propaganda film. Het onschuldigst zijn nog de illustraties rond 1920, of schoon ook daar helm en ma chinegeweer domineren en engerds als Ritter von Epp de lezer aanstaren. John Bradley: Het Derde Rijk. De geschiedenis in woord en beeld", 256 blz. Uitg. H.J.W. Becht Prijs ƒ49,50 Uurwerken Toen het nu zo bekende kwartshorloge zn intrede deed had het elektrisch uurwerk reeds een geschiedenis van een eeuw achter de rug. Ook het idee om de wijzers van een uurwerk te vervangen door cijfers (digitaal) stamt uit het begin van deze eeuw. Deze gegevens kan men onder meer aantreffen in het boek 'Uurwerken, van zandloper tot modern horloge', waarin de geschiedenis van de tijdmeting ken en horloges uit de vroeg ste tijden tot en met het recen te verleden aan de orde ko men, van de oude wateruur werken tot de populaire Fran se comtoise, van de zakzonne- wijzer tot het armbandhorloge. In een prettig leesbare tekst worden verschillende namen en begrippen uit de wereld van het uurwerk toegelicht Ook worden korte levensbe schrijvingen gegeven van de genen die een rol hebben ge speeld in de ontwikkeling van de klok. Over elk type klok afzonder lijk kan men veel schrijven en meestal is dat ook wel ge beurd, zoals de auteur zelf schrijft, maar hoewel er tal loze min of meer gespeciali seerde standaardwerken over klokken zijn uitgegeven er bestaat nauwelijks één boek waarin de historie van onze tijdaanduiding zo uitgebreid aan de orde komt als in dit werk. De fotofi alleen al in deze uit gave zijn voor de klokkenlief- hebber een lust voor het oog. Tevens is het een aardig idee geweest om enkele pagina's van oude prijscouranten uit 1913 op te nemen, zodat men onder meer kan vernemen dat de nu nog volop gemaakte regulateur in dat jaar niet meer dan f 12,70 behoefde te kosten. Ook het oude vestzak- horloge laat men uitgebreid de revue passeren. Achter in het boek vindt men een encyclopedisch gedeelte waarin informatie geboden wordt over zeer veel onder werpen betreffende het uur werk. Mede door het royale formaat, de vele foto's en de prettige prijs is dit een boek, dat me nigeen cadeau zal willen krij gen of geven. A.A.de Boer Uurwerken, van zandloper tot modern horloge. Uitg. Unieboek B.V. Prijs f 19,50. „Gewezen winge west"; een goed en duidelijk boekje over Suriname Kort voor Suriname op 25 no vember jl. de vijfde verjaardag van zijn onafhankelijkheid vierde, verscheen bij uitgeverij Het Wereldvenster in Bussum het boekje „Een gewezen win gewest Suriname voor en na de staatsgreep". Het is ge schreven door Rudie Kagie, die geruime tijd als correspon dent van NRC Handelsblad in Paramaribo verbleef, tot hij enige tijd na de staatsgreep van 25 februari van dit jaar, toen de regering van Henk Arron ten val werd gebracht, het voor zijn eigen veiligheid beter achtte om Suriname te verlaten. Hij wist te veel over zaken, die de toenmalige VERRASSENDE TENTOONSTELLING NEDERLANDSE KUNST IN WASHINGTON WASHINGTON Goden, heiligen en helden: dat vormt het onderwerp van een indrukwekkende ten toonstelling over 17de eeuwse Nederlandse schil derkunst in de National Gallery of Art te Washing ton. Vijfentachtig schilde rijen zijn ervoor uit Euro pese en Amerikaanse col lecties gelicht met inbe grip van menig Nederlands stadhuis en door de KLM uit alle hoeken van de wereld naar Washington gevlogen. Tot 4 januari zal „Gods, Saints and Heroes" daar te zien zijn. Op ele gante wijze opgesteld in de fraaie eikenhouten inte rieurs van de oude vleugel. Een visueel zeer aantrekke lijke tentoonstelling is het re sultaat, en tijdens de speciale presentatie voor de pers hoorde men ook goedkeuren de geluiden van Pieter van Thiel, conservator van het Rijksmuseum in Amsterdam. „Het initiatief voor een ten toonstelling over in het bijzonder de historie-schil derkunst van de Nederlan den kwam, vreemd genoeg, van Dewey Mosby, de con servator van het kunsthisto risch instituut van Detroit", vertelde hij tijdens een inter view in de lounge van de Gallery. „Maar wat daarna gebeurde is eigenlijk heel ty perend, zou je kunnen zeg gen, voor de samenwerking tussen Amerikanen en Ne derlanders. Zij verzorgden de algemene opzet en organisa tie. En wij brachten een we tenschapsteam bij elkaar voor een gedegen historisch onderzoek". Dat onderzoek werd dan ook geleid door de Haagse kunst historicus Albert Blankert met medewerking van gere nommeerde experts zoals Christopher Brown (National Gallery, Londen), Arthur Wheelock (National Gallery, Washington) en conservator Van Thiel van het Rijksmu- Rembrandt van Rijn: Het banket van Belshazzar. Gelijk een moderne filmregisseur probeerden de schilders het historische gegeven zo realistisch en aangrijpend mogelijk in beeld te brnegen. Niet alleen ontwikkelde deze groep het "entrale thema van de tentoonstelling, maar ook was men primair verant woordelijk voor een indruk wekkende catalogus van maar liefst 307 pagina's (16 reprodukties in kleur) waar in de resultaten van het on derzoek in een aantal opstel len bijeen zijn gebracht. Daarbij is het prettig te we ten dat dit boek. dat onge twijfeld als een standaard werk van Nederlandse histo rie-schilderkunst beschouwd zal worden, binnenkort in het Nederlands door het Rijksmuseum zal worden ge publiceerd. Historische tafere len Wie de 17de eeuw zegt, zegt de poëtische stillevens, de fel realistische portretten en dramatische landschappen van de Gouden Eeuw kortom, het verbazingwek kend naturalisme waardoor onze kunst internationale faam heeft verworven. Maar kunstenaars als Steen, Ver meer, Terbrugghen, Bloe- maert en Rembrandt schil derden ook andere stukken werken waarvoor mis schien een grotere mate van fantasie en talent verëist was. Het vervaardigen van histo rische stukken Bijbelse, historische of mythologische voorstellingen werd om deze reden in de 17de eeuw als de hoogste kunstvorm be schouwd; iedere schilder die immers op overtuigende wij ze een historisch tafereel kon uitbeelden, bewees niet al leen zijn hoge literaire be gaafdheid, maar ook een ta lent voor enscenering: het weergeven van het juiste mo ment in een passende omge ving. Een historieschilder was een artistiek regisseur. Niet al leen diende hij alle wendin gen van het oorspronkelijke verhaal te kennen, maar ook de historische klederdracht, de architectuur, de wapen rusting, soms zelfs de haar dracht en juwelen. Veel kun stenaars werkten een tijdlang in Italië en gebruikten later hun schetsen van het zuide lijk landschap voor passende achtergrond-copmposities. Rembrandt werd meer dan eens door tijdgenoten in de Amsteramdamse haven ge signaleerd, waar hij studies maakte van Oosterse kooplui en hun exotische kleder dracht. Weer anderen namen hun inspiratie van Romeinse sculptuurfragmenten of mun ten, waarin toen al een le vendige handel bestond.' Gelijk een moderne filmre gisseur, poogden de schilders het historisch zo realistisch en aangrijpend mogelijk in beeld te brengen. Erotiek en moed Nederlandse historiestukken zijn voor het grootste deel voorstellingen van Bijbelse episodes; daarna komen myt hologische onderwerpen en' verhalen van Griekse en Ro meinse Oude Geschiedenis. Die tendens valt overigens ook in andere cultuurpro- dukten te zien: in Hoorn bij voorbeeld was 54 procent van alle vóór 1700 gedrukte boe ken religieus georiënteerd. Op de tweede plaats kwamen de vertalingen van Vergilius en Ovidius. Hoezeer de historieschilder kunst populair was bij de 17de eeuwse burgers wordt eveneens duidelijk in een reeks inventarissen uit Delft, waaruit blijkt dat van alle tussen 1610 en 1640 geregi streerde schilderijen, iets minder dan de helft histori sche taferelen voorstelde! Een Bijbelse of mythologi sche scène bracht soms zelfs meer op dan de ons zo be kende stillevens of land schappen. Bij een veiling in 1669 van de Laurens Douci Collectie werd een Haarlems stadsgezicht verkocht voor 24 gulden terwijl een „Bac chus Feest" van Holsteyn voor 120D gulden van eige naar wisselde. Erotisch getinte onderwer pen waren vanzelfspre kend eveneens populair. Kunstenaars zetten zich vaak voor thema's als „Suzanna in het Bad" of „Lot en zijn Dochters", niet alleen voor de benodigde dosis aan vrou welijk naakt, maar ook voor de morele vermaning die in het verhaal lag besloten ter lering en vermaak. Stedelijke autoriteiten had den vaak een voorliefde vor staaltjes van standvastigheid en heroïek, bij voorkeur uit de Romeinse of Nederlandse gechiedenis. Wie in de magi- stratenkamer van Hasselt Van Galen's schilderij „Het Oordeel van Graaf Willem de Goede" zag, dat de execu tie van een rechtsdienaar voor de diefstal van een koe voorstelde, kon er zeker van zijn dat hier met harde, maar rechtvaardige hand werd ge regeerd. Amerikaanse reactie Het is daarom zo verbazing wekkend dat de historiestuk ken van onze 17de eeuw zo wel in eigen land als daarbui ten tot nu toe nauwelijks in de belangstelling hebben ge staan. „Pas onze generatie heeft een grote interesse opgevat voor het zogenaamde iconologisch aspect van de Nederlandse kunst: wat stelt het voor?", zegt Pieter van Thiel. Zijn Rijksmuseum zette een be langrijke stap met de ten toonstelling Ter Leringh en Vermaeck in 1976, waarbij bekende huiselijke taferelen van de 17de eeuw plotseling een bijzondere betekenis kre gen door vergelijking met de stichtelijke rijmpjes van be kende emblematische pren tjes. Een nieuw licht werpen op oude kunst: dat is ook het doel van deze tentoonstelling in Washington. „Het dient ei genlijk als „eye-opener" voor een volstrekt onbekend facet van onze 17de eeuwse cul tuur", zegt Van Thiel. „Daar om zijn we zo ontzettend be nieuwd hoe de reactie zal zij van het Amerikaanse pu bliek". Maar ook het Nederlandse publiek, zal hoogstwaar schijnlijk deze unieke ten toonstelling kunnen gaan zien: men verwacht de col lectie in de zomer van 1981 naar het Rijksmuseum te kunnen halen. „We zijn al druk bezig met het vertalen van de catalo gus", zegt conservator Van Thiel enthousiast. En de Ne derlandse titel? Kort en krachtig „God en goden". Heroes klinkt zo Ameri kaans. JEAN-PIERRE ISBOUTS Abraham Bloemaert: De aanbidding der drie koningen machthebbers liever niel de buitenwereld prijsgavi was al eens tijdens een nj lijk verhoor onder druk om zijn bronnen prijs te g Rudie Kagie gaat in zijn in op de maatschappelijke tergronden van met namj Suriname van vóór de rej tie. Hij doet dit op dea heldere, begrijpelijke en 1 nalistiek verantwoorde als de lezers van zijn bijdr in het Rotterdamse avontj van hem gewend waren.j name de corruptie in de j naamse samenleving weigering van de regerinj ron om deze wantoestani te pakken hebben zijn bi dere aandacht. Niet vreemd, want via d tie, in feite de spil land om draaide, is een zienlijk deel van van projecten bestemde derlandse ontwikkeling^ in al goed gevulde zakkei rechtgekomen. Volgens goed-journalistiel bruik heeft Kagie ruimtt maakt voor woord en w< woord, zonder zelf met tj sproken standpunten naai ren te komen. De dooi len bevestigde feiten dj geeft spreken voor zich. P, S de een na laatste alinea B het boek geeft de schr zich enigszins bloot, als h bezorgde toon constateeri de huidige machthebbers, mier Chin a Sen, vice-pre Haakmat en opperbevelhc Bouterse, voor een zeer zi taak staan. Applaus wc D betoonde moed kon snel slaan in een krachtige ve| m zing, aldus Kagie. Hem kan de lof echter meer worden ontnomen. observerend, scherp ana rend en de conclusies aq o lezer latend, geeft Kagie o meer aan waarom de hu machthebbers, ook al zij door een staatsgreep aai macht gekomen en hebbe het parlement buitenspel w zet, de kans moet wordet boden definitief met de blijfselen van het „vro< bewind" af te rekenen. 0| duurt het allemaal wat la en gaat het op een andere nier, dan bevlogen wereld vormers in vooral Nedeij na de staatsgreep van 2! ::- bruari zo graag hadden ga Rudie Kagie's „Een geuj wingewest" is bijna verpli jT lectuur voor iedereen, die] de gebeurtenissen van de 1 lopen maanden ln Surit een gedegen oordeel wil t nen vellen. Rudie Kagie: Een gew wingewest Suriname 1 en na de revolutie. Uitge^ Het Wereldvenster, Bus Prijs: 19.50. Verborgen band tussen geest en lichaam Een mens bestaat uit ziel C chaam, zo leerden wij vro) Ziel en lichaam zijn zo H met elkaar verweven, dal lichaam kan reageren op' door de ziel beleefd word het omgekeerde is eveii het geval. Als men nu t dat de Griekse woorden che" ziel en „soma" liclj betekenen, dan wordt het duidelijker wat bedoeld vj met psychosomatische zie Ziekten dus met zuiver l| melijke kenmerken, die el wel een geestelijke oorzaal achtergrond hebben. Blozl dan weliswaar niet direct ziekte, maar wel een, vaal hinderlijk ervaren, licham kenmerk met duidelijk psychische achtergrond, minder duidelijke, maar begrijpelijke voorbeelden impotentie, die bijna altijd psychische oorzaak heef frigiditeit, vermageringssi (anorexia nervosa) en he| genovergestelde daarvan,I gebreidelde vraatzucht. 1 ook plotselinge verlammiij blindheid, doofheid, maagl ren, huidziekten, somi vormen van astma, ar) pectoris en zelfs kwaadaar weefselgroei kunnen (r zijn het lang niet altijd) hel volg zijn van ooit onder] den psychisch lijden, orj gaan in het verleden ofwe dergaan even voor of tij het optreden van de lichj lijke verschijnselen. Over deze materie heeft K hart Stalmann, toegedaan hanger van de leer van Fn een vooral voor leken ui handzaam boekje geschre getiteld: „Psychosomatiek de verborgen band tu geest en lichaam". Stalij houdt zich hierin niet I met loodzware uiteenzetti) en inleidingen, maar geefl een groot aantal voorbed uit de praktijk met daarbi horend deskundig taar. De voorbeelden doorgaans verrassend daags, zo alledaags dat r een, die van de inhoud v boekje kennis neemt, er twijfeld wel eens iets zijn naaste omgeving Jo meegemaakt. tic Reinhart Stalmann; chosomatiek de verbo band tussen geest eri chaam". Uitgave Holla Ci Baarn. Prijs: 24,90. (II

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 6