Jan Schmitz peinst over de toekomst van het orgel, koor en muziekcultuur J Goed spel bij Litter is afciüü Energiebedrijf Rijnland kortstondig bezet DINSDAG 2 DECEMBER 1980 PAGINA 5 Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen. willen binnenkomen. En als de dagen dan vervuld zullen zijn, is er sprake van een „integrale (uitvoering" van alle prgelwerken van de Engelachtige Meester César Franck (en van tijdgenoten en leerlingen, namelijk Widor, Vierne, Dupré, Saint-Saëns, Tournemire), te spelen door drie Leidse concertorganisten: Joop Brons, Ben Feij en Jan Schmitz (die zichzelf in dit verband „ondergetekende" noemt en niet „ik, zei de gek"). „Het zijn aardige jongens die best willen samenwerken. En dan de buitenlanders hè, en niet te vergeten erg goeie Nederlandse organisten die naar Leiden moeten komen. Als er geld is". Ook allemaal op „ons mooie, nieuwe orgel van de Hartebrug. Prijs de Heer, dat we die kerk en dat orgel voor de toekomst mochten behouden Op dat orgel is Jan Schmitz helemaal verliefd en hij noemt het met enig huwelijks voorbehoud z'n „tweede liefde". Getuigen stellen hem in het gelijk; Feike Asma zei ook al eens: „dit is een orgel met body!" Schmitz, nu bijna op weg naar een orgelleerling: „Je moet de mensen lekker maken, ze naar het orgel halen. En zeker naar de Hartebrugkerk!" Met Schmitz kun je doorgaan, tot op de bodem. Hij denkt aan de aanstaande orgelinwijding met Pasen. Wil bisschop Simonis niet alleen de wijding laten verrichten, maar de bruggebouwer van het Rotterdamse diocees ook op het orgel doen spelen, „omdat monseigneur Simonis verdienstelijk (weliswaar niet van het blad, maar toch) orgel speelt". Met Pasen, of daaromtrent, moet het gebeuren „anders ga ik weg, dan smeer ik 'm. Ik heb al lang genoeg op m'n „tweede vrouw" gewacht. Dat is nou mooi geweest", zegt Jan, vrij ongevaarlijk. Daarbij denkt hij (en laat hem maar denken, want het komt vaak tot een afronding) aan de Orgelmis van Haydn 's morgens, en 's middags, bij een orgelconcert, aan het optreden „van ons koor, dat het Te Deum van goeie ouwe, nauwelijks op het gebied van kerkmuziek te evenaren, Hendrik Andriessen (hij is dik in de tachtig en maakt het slecht; wil niets meer met zijn muziek van doen hebben, en dat is op de drempel van de hemel dramatisch en tragisch tegelijk, als je eenmaal zulke enorme scheppingen hebt kunnen bereiken). En dan het Zonnelied van Sint Frans, in 't Italiaans. Da's ook mooi. En Psalm 150 van Franck; Seigneur, je vous en prie, van Poulenc, en Tout puissant, op tekst van Frans van Assisie (uit Poulens Quatre Prières)". Vlak vóór de deur, de mis van opera-componist Puccini, komende zondag, kwart voor elf. Jan Schmitz speelt delen voor, op z'n vleugel thuis. Puccini, tijdgenoot van de oude Hartebrugkerk in de tweede helft van de vorige eeuw. Puccini mag daar thuishoren. Je prijst jezelf en mede-kerkgangers gelukkig, dat de Hartebrug niet hetzelfde lot beschoren werd als bijvoorbeeld de ontheemde en „gekraakte" „De Duif" aan de Amsterdamse Prinsengracht, waar met kunst- en vliegwerk een uitzonderlijk kerkgebouw aan de heidenen is overgeleverd en waar pop en blitz, bier en wijn, rond barokke uitbeeldingen van een gelovig verleden, geofferd worden aan een ontwijd gebruik. De godslamp flakkert er nog steeds, terwiil geluidsinstallaties het summum produceren. En dan toch maar dankbaar zijn, dat De Duif voor een nog steeds hechte parochiegemeenschap bewaard is gebleven, op de zondagen en tussendoor. Multifunctioneel, was het oordeel. En een koffiezet apparaat staat te walmen tegen een prachtige, expressieve aaneenschakeling van kruiswegstaties. Ik zag dat, vorige week, en dacht: laat die beker de Hartebrug voorbijgaan. Ook al zou er nog zo veel goeds mee worden gediend, als het godshuis een amusementsgelegenheid moest worden. En daarom mag de Hartebrug waarschijnlijk met een stoeppartij in terrasvorm ervoor, als geschenk van de gemeente straks, na veel afzien, in een zuivere jubel losbarsten, omdat „ze het allemaal met elkaar" gered hebben. Ook in de middeleeuwen, tot in de herfsttij, was de kerk het middelpunt van een levend volk, dat er „alle kanten uit kon"; maar er werd geen „rovershol" van gemaakt.. Dit was een verhaaltje, op de drempel van de voltooiing, van een man die droomt van een orgel- en koor-ideaal; en het zijn geen aftandse lieden die hem in een hersteld ideaal willen volgen. Ook dat is „realistisch". „Och", vraagt Jan Schmitz, „zou je nog iets willen schrijven over die Puccini- omgewerkt en verkort voor kerkelijk gebruik. Je kunt in een eucharistieviering in één „item" niet steeds blijven teruggrijpen op een „adoramus Te", of tien keer „Sanctus" zingen als je naar het Hpsanna toe wil. „Ik vind vooral, dat de kleine delen (Kyrie, Sanctus), erg religieus gedacht zijn. En feestelijk! Een sprankelende geest drijft over de zang der engelen, eigenlijk, hè. Dit is absoluut geen operamuziek!" Roomsen onder elkaar? Och, ik zou het niet weten. De waardering ligt in het verlengde van een geesteshouding. En zoiets slijt wel, of vindt zich terug in een herbezinnen. God Economisch wel en wee LEIDEN Met de keus van 'Luv', enigszins oubollig ver taald met 'Kou van jou', gisteravond in de Leidse Schouw burg, heeft toneelvereniging Litteris Sacrum het wat de be zetting betreft eenvoudig gehouden. Slechts drie spelers be mannen -bevrouwen zo u wilt- het stuk, hetgeen betekent dat de hele last van 'Luv' ook op hun schouders neer komt. Dat dat niet een te hoge greep van Litteris was, toonden Marjan Delfgaauw-Tabben, Joop Segaar en Hein Snijders gisteravond bij voortduring. Feilloos loodsten zij deze tragi-komedie langs i dramatische afgronden en humoristische toppen, waren iro- i nisch, oprecht, verbitterd, teleurgesteld en gelukkig. De wisse lende stemmingen en hét wisselend karakter van 'Luv' -nu eens komedie dan weer treurspel- wisten de drie moeiteloos in hun spel tot uiting te laten komen. Mijns inziens is 'Kou van jou' in wezen één grote grap, fake moet ik eigenlijk zeggen, gebaseerd op de gedachte dat wie van een brug afspringt dood moet zijn. Als halverwege het tweede bedrijf blijkt dat dat in ieder geval voor Milt Manville niet op gaat, moet de toeschouwer al nattigheid voelen. Wanneer Harry Berlin tenslotte weer uit het water opduikt, blijkt 'Luv' veel moeite om niets te zijn geweest. Manvilles poging in het begin van het stuk om Berlin van zelfmoord te weerhouden, waardoor de gehele plot aan het rollen slaat, blijkt op niets gebaseerd. Ber- j lin had rustig kunnen springen. Het fake-karakter van 'Luv' is wat ik in de regie van Schutte nog enigszins gemist heb. Ik kreeg de indruk dat hij nog veel te veel van schrijver Murray Schisgall serieus had genomen. Mis schien dat daarom het eind er ook niet helemaal uitkwam. Maar dat is slechts een kleine aanmerking op een verder voor treffelijk draaiende voorstelling die vanavond ook nog in de Schouwburg te zien is. PAUL VAN DER PLANK N BURGERLIJKE LEIDEN Geboren: Geertje Marina dv F. Brouwer en A. H. de Koek; Shl- ya zv S. M. Bishoen en A. H. Marajh; Mensje Cornelia dv M. Imthoorn en j C. de Vreugd; Patricia dv B. Freke en j E. Vogelenzang; Sèbastien Marion zv R. F. W. Diekstra en N. Vedder; Maria Wllhelmina Adriana dv J. van der Plas en W. van de Marei; Robertino zv R. J. Beij en C. Laterveer; Jeroen zv D. J. J. Janssen en C. E. den Boer; Dia na Ikawati dv Suwardl en Siti Barl- chah; Jacquelina Johanna dv J. A. M. van Rijk en A. M. C. van Galen; Marti- ne dv D. Klok en T. Berkheij; Danlélle dv I. P. Kluivers en W. Stellingwerf; Frank Willem zv H. G. Boks en J. T. M. Willemse; Daniël Cornelis zv A. M. Brand en D. L. de Heer; Willempje Wilhelmina Cornelia dv W. Zwanen burg en C. van Duijvenvoorde; Ange- lique dv W. J. van Velzen en S. van der Linden; Maike dv B. J. van Ee- j nennaam en F. Fortanier; Ingeborg Maria dv J. W. J. van Rijn en M. J. J. .van Eijk; Nancy dv R. Holswilder en j M. C. E. Scheffer; Gerardus Christla- nus Theodorus zv J. G. C. Hake en M. H. M. E. Fransen; Mattheus Johannes Thomas zv H. M. M. van Tol en C. Lekx; llja dv C. M. Achterberg en C. H. Becker; Frans Hans zv P. Ghijsen en M. de Graaft. Overleden: A. M. H. Delsasso, geb. 22-4-1882 vrl. geh. gew. met G. Post; G. Grebel, geb. 1-3-1898 man; A. J. Voogt, geb. 22-8-1923 man; H. Sloos, geb. 20-4-1980 man; N. Rijnsburger, geb. 7-7-1905 vrl. echtg. van E. Velt- huijzen; E. A. Boomsma. geb. 8-8- 1923 vrl. echtg. van G. A. N. Cornelis- se; J. A. van Heumen. geb. 19-10- 1904 man; D. Price, geb. 12-11-1899 vrl.; M. Kruijt, geb. 26-2-1906 vrl. echtg. van H. Schaap; J. Kramer, geb. 29-6-1912 man; E. S. Lakerveld. geb. 24-10-1980 man; P. Boer, geb. 20-2-1920 man; G. E. H. Poort, geb. 26-5-1959 man; J. B. Reijneveld, geb. 15-6-1930 man; M. Brinkerink, geb. 11-10-1917 man; M. Marlens, geb. 8- 6-1975 vrl.; R. L. Rutgers, geb. 11-11- 1954 vrl.; J. Hartevelt, geb. 21-4-1890 vrl.; P. M. Schroder, geb. 4-1-1932 vrl. echtg. van D. W. de Ru; J. M. Weehuizen, geb. 27-9-1909 man; H. G. Nieukerke, geb. 13-10-1889 vrl. geh. gew. met I. A. Pondaag; J. Slen der. geb. 7-3-1909 vrl.; M. Nieboer. geb. 10-3-1904 vrl. geh. gew. met B. van Schoonderwoerd den Bezemer; In het kantoorgebouw aan de Vondellaan 47 is „Heerema Engineering Service", service-organisatie t.b.v. de offshore industrie gevestigd. De speciaalzaak in rijwielen van Walenkamp aan de Haar lemmermeer 1-3 is onder de naam „Tom Walenkamp Sport" omgezet in een winkel in sportartikelen. Aan de Sieboldstraat 24 is in een eerder leeggekomen win kelpand de winkel in kaas, wijn, noten e.a. specialiteiten „Kaashal B. Schippers", gevestigd. In de koffieshop „De bruine boon" aan de Stationsweg 1 kunnen sinds kort tevens maaltijden worden genuttigd. Aan de Bloemstraat 3 is het reclame-adviesbureau „Recla me Adviesburo G.B.R." gevestigd. De winkel in bloemen „Buurman's Bloemenmagazijn b.v.", zal per begin december 1980 worden verplaatst van de Bree- straat 3 naar de Doezastraat 21 (v.m. automatiek van Van Noord). Het sportcentrum „Herculus" (conditietraining) aan de Ge- nestetstraat 2 is voortgezet onder de naam „Sportcentrum Wim van Putten" (conditietraining). Het zaakadres van het graf. en typograf. ontwerpbureau „Grafische Vormgeving-Fotografie Rob Meyer" is verplaatst van de Cruquiuslaan 159 naar de Groenesteeg 94. De winkel in vlees en vleeswaren „Slagerij van der Zalm" aan de Jac. Catslaan 12 is opgeheven. De in de „Codi-markt" aan het Levendaal 150-152 geves tigde schoenhandel „Rio Bella" is onlangs opgeheven. Het „Technisch Bureau Elfa Leiden b.v.", electr. techn. in stall. bedrijf, is per 1-9-'80 verplaatst van het Levendaal 1G4 naar de eerder leeggekomen bedrijfsruimte van het Gordijne natelier de Lelie aan de Langegracht 1. De winkel in muziekinstrumenten „Musica d'ltalia" aan de Haarlemmerstraat 2 is opgeheven. De winkel in kleding „Henny's Rits" is per 11-10-'80 ver plaatst van de Janvossensteeg 56 naar de Janvossensteeg 60. De winkel in antiek en curiosa ,,'t Weevershuis" aan de Jan vossensteeg 60 is opgeheven. De winkel in boter, kaas, eieren enz. van J. W. van Leeuwen aan de Van der Werffstraat 33 is opgeheven. Aan de Beestenmarkt 1 is het „Administratiekantoor Van der Voet", bemidd. bij financieringen, hypotheken, voeren van administraties, e.d. gevestigd. De winkel in antiek en curiosa „Nostalgia" aan de Maresin- gel 1a (filiaal van de vestiging aan de Hooigracht 62) is opge heven. o De grossierderij in koek, banket enz. van C. Griffioen aan de Zocterwoudsesinge! 81 is opgeheven. Het bedrijf van J. C. van der Nagel, febr. en rep. van ver pakkingsmachines, aan de Vreewijkstraat 12 is opgeheven. Aan de Jacob RomanstraBt 1 is het „Warmte Technischbu- reau Joop Buiteman", aanleggen van c.v.-installaties en gas- fittersbedrijf gevestigd. Het tapijtreinigingsbedrijf „Sico" aan de Mozartstraat 201 is opgeheven. 4 STAD/REGIO LEIDSE COURANT LEIDEN Twintig leden van de actie groep 'Breek Atoomketen Leiden' heb ben gistermorgen het kantoor van het Energiebedrijf Rijnland bezet. Dit was een demonstratie tegen het feit dat Rijnland via het provinciale Energie bedrijf Zuid-Holland betrokken is bij de kerncentrale in Dodewaard. Op ludieke wijze werd R.J. Hazeberg, se cretaris van Rijnland, geconfronteerd met de mening van de actiegroep over Dode waard. Bij afwezigheid van de directeur van het energiebedrijf, werd de secretaris een maquette van de kerncentrale aange boden door een Sint Nicolaas en negen tien Zwarte Pieten. De secretaris ging in op het verzoek van de groep om de ma quette af te breken en bouwde uit stukken karton, die daaruit te voorschijn kwamen, een windmolen. Volgens de actiegroep heeft Rijnland samen met vier andere energiebedrijven 7.500.000 gulden in de kerncentrale gestoken. Geëist werd slui ting van de centrale en medewerking daaraan door Rijnland via het terugtrek ken van het geïnvesteerde bedrag. Haze berg ging daar niet op in: „Ik kan geen toezeggingen doen. Dat is niet mijn taak. Ik zal het verzoek aan de direktie over brengen en doorgeven wat hier vandaag gebeurd is." Nadat Sint en zijn Pieten kof fie genuttigd hadden, vertrokken zij op verzoek van de inmiddels aanwezige poli tie. VOLGEND VOORJAAR IS DE RESTAURA TIE VAN DE HARTEBRUGKERK VOL TOOID De heer Hazeberg met de Sint en een Piet van 'Breek Atoomketen Nederland'. LUDIEKE DEMONSTRATIE TEGEN KERNENERGIE Het is dat Jan Schmitz met geen mogelijkheid van slag te brengen valt. Het is dat hij van buiten en van binnen lacht. Hij is een optimist in de gehele breedte, die zowat alles „leuk hè vindt. Maar in feite is hij met z'n orgel evenwel op een laag pitje gezet. Het orgel van de Hartebrugkerk aan de Haarlemmerstraat in Leiden; daar gaat het al jaren om. Volop in restauratie. Overigens: het merendeel van het opgeknapte pijpwerk staat alweer achter een hek, beneden in de kerk, die rond de toren kreunt en steunt onder de werkzaamheden opgeslagen om in de herboren donkergeverniste bruinglanzende orgelkast geplaatst te worden. „Het zal nog wel tot Pasen aanlopen eer kerk en orgel aan Leiden en een dankbaar publiek opgeknapt aangeboden kunnen worden. En dan nu alweer een geldtekort in het laatje. Toch zullen de financiën ergens vandaan moeten komen om het laatste gat te stoppen. Dat komt best voor elkaar, hoor, want de Hartebrugkerk en het onvervangbare orgel heeft een legertje van enthousiaste vrienden achter zich staan!" Voorlopig behelpt Schmitz zich op het Johannus-orgel op het priesterkoor, en dat instrument ij kwalitatief zo best, dat niet zelden wordt gehoord: „hé, is het otgel al gerestaureerd?" Hagenaar en dirigent organist van deze geredde Leidse city-kerk Jan Schmitz speelt en praat graag. Over „zijn" orgel en het koor St. Caecilia dat over een jaartje weer boven op het balkon het best tot z'n recht gaat komen. Schmitz kan uren vertellen. „Het koor werd ca. 1835 opgericht; een oudje van zo'n 145 jaar. De oudste koorleden in dienstjaren zijn nu Jan Castelein, penningmeester van het koor, en Jan de Vriend, voorzitter. Nou, en de vader van Jan Castelein is 60 jaar lid geweest en een prachtige stem dat deze tenorsolist had. Die werd overal gevraagd voor rouwtjes en trouwtjes en lofjes. Samen met zijn zoon zong hij er wel duizenden van in de loop der tijd". „Het koor heeft altijd mooi gregoriaans gezongen. Dat vonden de bisschoppen Jansen en Simonis ook. Kijk, wij zingen altijd nog het hele officie (de wisselende Misgezangen) gregoriaans en in het Latijn dus, en dan zonder orgel, a cappella, zoals dat eigenlijk ook hoort, met die eenstemmige muziek", vertelt Jan Schmitz, die in '72 naar de Hartebrugkerk werd gehaald, als opvolger van „groten" zoals Willem Mizee en Bram Martijn. „Ja, het koor was nadien een beetje verlopen en versukkeld. Twaalf, dertien mannen waren er nog maar en een paar vrouwtjes voor de hoogfeestdagen en dan zongen ze gemengd, met Kerst, Paas en Pinkster". Dat is nu wel anders geworden, met die ongeveer 23 zangers en meer dan 40 dames. Maar Schmitz wil best uitbreiden; „ik zou graag nog wat baritons en tenoren erbij willen hebben en bij de dames wat jongeren; meisjes van 17, 18 en ouder kunnen zich altijd bij ons aanmelden, als ze maar een behoorlijke stem hebben. Aanvullen met jongere zangers en zangeressen, daar denken veel koren niet aan. Die gaan maar door, met een ouder wordend en vergrijzend bestand. Laat die jongelui maar eens komen, op onze repetities: eerst gregoriaans met de mannen en daarna komen de dames erbij". En dan zegt Jan: „kom schatjes, op de barricade!" En dat is ook de moeite waard. In een jaar of acht is het repertoire van het Hartebrugkoor fiks uitgebreid. „We zingen nu minstens negen missen voor gemengd koor, van verschillend genre, zoals Casali, twee missen van Perosi, twee van Mozart, de orgelmis van Haydn, de mis van de Rus Gretschnaninoff en een mis van De Klerk. Op het programma staan een oude mis voor gemengd koor van Vittoria en de Missa Te Deum Laudamus van Hendrik Andriessen. En dan de mis van Puccini, die wordt zondag 7 december, op het parochiefeest van Maria Onbevlekt Ontvangen, voor het eerst door ons uitgevoerd. Ja, en dan zingen we nog heel wat motetten van oude meesters, voor en na de mis zeg maar. En eigen solisten hè. Ik heb een heel mooie sopraan die voor de liefhebberij zingt en een mooie tenor-solist, ook niet mannenkoor, speaker en bariton-solist, die dan de befaamde Bernard Kruysen zal zijn. „En dan het achtstemmige Te Deum van Hubert Cuypers. Leuk hè, dat we dat gaan doen. Als we geld hebben. En dan verder gaan met „het" romantische orgel van Leiden, wat het Hart'ebrugorgel van Maarschalkerweert gaat worden, zo bij uitstek geschikt voor de Franse muziek". Schmitz schudt de manen, ontkurkt een Beaujolais en suist als een meteoor het verschiet tegemoet. Bij God en Jan Schmitz is niets onmogelijk, als de peculanten maar Jan Schmitz: „Kom schaties op de barricade' voor het vak". Als „alles" (de zwaarwegende restauratie) eenmaal achter de rug is, - beginnen in de Hartebrugkerk de orgelconcerten weer. Jan Schmitz proeft ze al vóór. Maar ook daar is geld voor nodig. „Als .ik geld heb", ^hoor ik Jan een paar keer zeggen. Hij vertrouwt op „sponsors", geldschieters die de Hartebrug een goed en gul hart toedragen en toch genoemd willen worden. Schmitz: „Ik denk bijvoorbeeld aan Ton Menken. Na de mis wil de pastoor best zingen: Ite Missa est en de ijsbaan van Ton Menken is weer best Menken doet veel voor de sport; laat hij nu ook eens iets voor de Leidse (muziek)cultuur doen. En zou Rein Zwolsman nog wat overhebben? Of iemand anders die een beetje in de slappe was zit en van ^e belastingen 3000 gulden wil afschrijven „Als ik dan geld heb", wil Schmitz met Die Haghe Sanghers en Rotte's Mannenkoor (240 zangers van René Verhoeff en bekend van de t.v.- Rome reis) een flinke opzet maken: The Mount of Three Lights, de Berg van drie lichten, van de Tsjech Martinu, voor orgel,-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 5