NASA wil ruimtestation voor ruimtevaarten
'ioniersgeest van
ardri jkskundig genootschap
erruild voor teamwerk
NMB
Een lucratieve spaarvorm:
)e NMB-Spaarbrief aan toonder
met beursnotering.
OYAL GEOGRAPHICAL SOCIETY 150 JAAR .JMÏÏÏK
IITENLAND
LEIDSE COURANT
WOENSDAG 19 NOVEMBER 1980 PAGINA 17
ii an onze correspondent
Roger Simons)
IDEN Ook van-
de dag ontmoet je
weieens een Brit
wie praktisch alles
aan de overkant
Het Kanaal ligt in
en nevelen gehuld
lij vraagt of je land
de Commonwealth
't en kan zich met de
e wil van de wereld
m van je hoofd
niet herinneren,
van mening is, dat
Britse eilanden de
vormen waar alles
draait, heeft immers
veel aardrijkskunde
in het leven. Als
ADVERTENTIE
hij op reis gaat, neemt
hij toch een gidsje mee.
Dat kost minder moeite
dan zich te moeten ver
diepen in de wetenschap,
die de kennis van onze
aarde beoogt. Van een
dergelijke kennis heeft
hij trouwens alleen nut
wanneer hij een kruis
woordraadsel wil oplos
sen of in een quiz op ra
dio of televisie aard
rijkskundige vragen
moet beantwoorden.
Misschien komt het door de
grote eer of door de prijzen
waarmee de winnaars van
dergelijke wedstrijden overla
den worden, dat op de Britse
scholen de belangstelling voor
aardrijkskunde ondanks alles
nog vrij groot is. In de rang
van de voorkeur bekleedt dit
vak een mooie derde plaats.
Zonder de Royal Geographical
Society (RGS) zou het echter
nooit zo ver gekomen zijn. Die
vereniging heeft de Britten
enige liefde voor de aardrijks
kunde bijgebracht. RGS be
staat 150 jaar. Voor ze in het
leven geroepen werd, gaf de
doorsnee Brit geen barst voor
kennis van de buitenwereld.
Leerstoelen
Met de aardrijkskunde was het
toen bijna overal droevig ge
steld. Zij werd vrijwel nergens
als een serieus leervak be
schouwd. Daarom heeft de
Royal Geographical Society
van Londen zich van het be
gin af tot doel gesteld de geo
grafische wetenschap te bevor
deren en de aardrijkskundige
kennis van de grote massa te
verbeteren. Dank zij de RGS
werden aan het einde van de
negentiende eeuw leerstoelen
aardrijkskunde gesticht aan de
beroemde universiteit van Ox
ford en Cambridge.
RGS was in die tijd een gezag
hebbende organisatie, die
avontuurlijk aangelegde ont
dekkingsreizigers naar de
meest onherbergzame oorden
Livingstone, zoals hij in
1813 in Glasgow werd ge
tekend.
zond. Ze kwam toen bijna da
gelijks in het nieuws. Voor
haar tijdgenoten speelde de
RGS zo n beetje de rol die in
de twintigste eeuw overgeno
men werd door de droomfabri-
kanten van Hollywood: ze
bracht de verbeelding op hol.
Hoewel de Royal Geographical
Society tegenwoordig lang niet
meer zo bekend is, blijft Ze
toch erg actief. Ze neemt nog
geregeld expedities onder haar
hoede; maar omdat op aarde
niet veel meer te ontdekken
valt, zijn deze reizen meestal
van zuiver wetenschappelijke
aard.
In de grote toegangshal van
het hoofdkwartier van de RGS
in Londen, hangt een bord
met de namen van de win
naars van de speciale Gouden
Medailles. De verf van de laat
ste naam is nog tamelijk vers.
Hij prijkt achter de woorden:
Ruimteonderzoek, 1970; Neil
A.Armstrong.
Waar moet het heen als de
eerbiedwaardige RGS medail
les uitreikt aan ondernemende
waaghalzen, die onze wereld
verlaten om de maan te gaan
bezoeken? Betekent dit, dat
Moeder Aarde te klein gewor
den is voor een organisatie die
destijds de Schotse dokter Da
vid Livingstone en de Engels
man John Speke naar de
maagdelijke wouden van Cen
traal Afrika stuurde? Sommige
van de gevaren die zij op hun
Afrikaanse reis ontmoetten,
waren minstens even huive
ringwekkend als die waarmee
de Amerikaanse astronauten
rekening moesten houden.
Kaartenkamer
„Op aarde blijven inderdaad
niet veel plaatsen over waar
nog geen mens geweest is",
geeft RGS-directeur John Em-
ming toe. „Ik vind het gewel
dig jammer, dat wij geen geld
hebben voor onderwaterexpe
dities, want daar kunnen nog
wel grote ontdekkingen ge
daan worden".
De RGS leeft van een kleine
staatstoelage en het beperkte
inkomen, afkomstig van de
jaarlijkse contributies van haar
„Fellows" en leden. Om een
„Fellow" van de Royal Geo
graphical Society te kunnen
worden hoef je niet eens Brit
zijn. Het volstaat dat je twee
bestaande „Fellows" vindt, die
je bij het bestuur introduceren.
„Fellow" is geen academische
eretitel. Of je lid mag worden
hangt ook niet af van een
stemming, zoals in een club. Al
wie veel gereisd heeft, les
geeft in de aardrijkskunde of
misschien kan bogen op de er
varing van een kleine particu
liere expeditie, is welkom.
Fellows betalen vijftien pond
per jaar. Voor dat geld mogen
ze alle RGS-voordrachten, di-,
ners en partijtjes bijwonen. De
eigen bibliotheek leent ze
maandelijks (zelfs per post) tot
vier boeken uit. Bovendien
ontvangen ze elk jaar drie
nummers van het befaamde
aardrijkskundige tijdschrift
van de Society. Ook het RGS-
archief dat duizenden origine
le documenten en oude foto's
bevat, is toegankelijk voor de
Fellows.
De indrukwekkende „Kaar
tenkamer" van Je koninklijke
aardrijkskundige vereniging
in Londen is op alle weekda
gen van 10 tot 17 uur open
voor het grote publiek. Ieder
een kan er 600.000 landkaar
ten en 4.000 atlassen bestude
ren. Dat is de grootste particu
liere verzameling van die aard
in de wereld. Vreemdelingen
werpen zich daar geregeld op
grote kaarten van schier onbe
kende en onbewoonde eiland
jes. Hoe ongewoon hun vragen
ook mogen klinken, ze worden
altijd geholpen. Het personeel
van de „Map Room" vindt
dergelijke verzoeken niet eens
vreemd. „Dat zijn aspirant
schattengravers", zeggen ze.
„Sommige mensen lezen nog
te veel verhalen over zeero
vers, die ergens hun buit ver
borgen hebben".
De RGS werd in 1830 gesticht.
Ze heeft toen de Afrikaanse
Vereniging opgeslokt, die zich
sinds 1788 in Groot-Brittannië
bezig hield met het bevorde-
•ren van Afrikaanse ontdek
kingsreizen. Alle Britse ont
dekkingen en opzoekingen in
de 19de en 20ste eeuw werden
gedaan met de steun en de me
dewerking van de Royal Geo
graphical Society.
Lange lijst
De lijst van beroemde namen,
verbonden aan de 150-jarige
geschiedenis van de RGS, is
verbazend lang: Livingstone,
Stanley, Scott, Younghisband,
Shackleton, Freshfield, Hunt
en Hillary - om er maar enke
le te noemen. Het „Society's
House", zoals het RGS-hoofd-
kwartier in Londen doorgaans
genoemd wordt, zit vol merk
waardige herinneringen aan
deze mensen. Wat je er ook
herhaaldelijk tegenkomt, is
wereldbollen - van alle maten
en soorten.
Hoewel de RGS afgelopen zo
mer haar 150-jarig bestaan ge
vierd heeft, is daar zelfs in En
geland weinig drukte over ge
maakt. Want ook daar hoort
haar negentiende-eeuwse
roem voorgoed tot het verle
den. Wat niet betekent, dat
haar moderne bedrijvigheid
minder groot en minder be
langrijk genoemd zou kunnen
worden.
In 1979 heeft de RGS niet
minder dan 31 expedities naar
alle werelddelen goedgekeurd
en gesteund. Met de zegen en
wat geld van de RGS zijn in
het midden van de Atlantische
Oceaan enkele koene mannen
op de rotsen gekropen om
vandaar de haaien in het oog
te houden. Andere durvers
voeren voor het eerst hele
maal rond Groenland. In
Equador werden de oudste
mensen ter wereld gezocht.
Het „Society's House" pro
grammeerde meer dan hon
derd conferenties. Ruim 1700
mensen hebben er in de „Map
Room" landkaarten geraad
pleegd.
Dit jaar heeft de RGS twee
grote expedities er op uitge
stuurd: een naar het Karako-
ramgebergte in Pakistan en
•een andere voor een nostalgi
sche speurtocht in de Soedan
naar de geologische bronnen
van de Nijl. Over dergelijke
tochten komt weinig in de
krant.
„Het wetenschappelijke ka
rakter van de meeste moderne
expedities maakt hen minder
aantrekkelijk voor het grote
publiek", zegt directeur Hem
ming. „Talrijke expedities van
nu worden op touw gezet met
het oog op botanische en geo
grafische opzoekingen. In de
negentiende eeuw doorkruis
ten expedities onbekend
grondgebied. Zij baanden hun
eigen wegen en droegen al het
voedsel mee dat ze nodig had
den. Een moderne expeditie
blijft doorgaans op een bepaal
de plaats, waar ze hun weten
schappelijk programma uit
voert. Daarvoor heb je enorm
veel instrumenten nodig. De
oude en de moderne opvatting
van expedities zijn onverenig
baar geworden".
Teamwerk
John Hemming is zelf een
oud-ontdekkingsreiziger. In
1961 toen hij 26 was, heeft hij
een van de laatste ouderwetse
expedities meegemaakt. Zij
had tot doel het grensgebied
van de Braziliaanse Mato
Grosso in kaart te brengen. De
expeditieleden baanden voör
zichzelf een weg door het oer
woud en droegen hun eigen
voedsel. Zij werden aangeval
len door een onbekende India
nenstam. Een lid van de expe
ditie kwam daarbij om het le
ven.
Dié droevige gebeurtenis
maakte eensklaps een einde an
het ouderwetse karakter van
hun tocht. De Braziliaanse re
gering gaf een medisch team
opdracht naar het oerwoud te
vliegen om het stoffelijk over
schot te gaan balsemen en het
vervolgens weg te halen.
Wie nog in staat is een origine
le expeditie te bedenken, mag
gerust aankloppen bij de RGS.
Voor het geld moet je het ech
ter niet doen. De Society zelf
betaalt hooguit 500 pond, de
helft van wat John Speke in
zijn tijd gekregen heeft. Maar
als de RGS je plannen goed
keurt, heb je meer kans om fi
nanciële steun te krijgen van
commerciële firma's die op die
manier reclame kunnen ma
ken.
Wie alleen op avontuur wil
uitgaan is doorgaans niet wel
kom meer. John Hemming:
„Avonturiers steunen we al
leen als ze een nuttig doel heb
ben. Expedities die slecht kun
nen aflopen of waarvoor geen
politieke toestemming te krij
gen is, worden evenmin door
ons goedgekeurd. De ontdek
kingsreizen van tegenwoordig
zijn trouwens geen een-man-
ondernemingen meer. Aan de
expeditie in Karakoram, onder
de leiding van prof.Keith Mil
ler van de universiteit van
Sheffield wordt onder meer
deelgenomen door vijftig ge
leerden uit Groot-Brittannië,
China en Pakistan. Onze
grootste expeditie vond plaats
in 1977. Toen hebben we 140
geleerden naar de regenwou
den van Sarawak in Borneo
gestuurd".
Die hebben daar niet minder
dan 800 verschillende soorten
van bomen geidentificeeerd en
een volledig onderzoek inge
steld naar de rol die thermie-
ten spelen bij het verwerken
van de afval in een dergelijke
wildernis. De Sarawak-expedi-
tie bivakkeerde op 112 kilome-"
ter afstand van de dichtbij ge
legen weg. Haar kamp was
praktisch een universiteit.,
Zo'n onderneming spreekt
kennelijk niet tot de op sensa
tie afgestemde verbeelding
van het wereldpubliek. Direc
teur Hemming denkt dat dit te
wijten is aan de grote
van moderne expedities. „In
de 19de eeuw konden de kran
ten schrijven over de man Li
vingstone", zegt hij „maar
vandaag de dag is er geen en
kele naam meer, die individu
eel in het oog springt. Alle ex
pedities zijn team-werk".
ROGER SIMONS
ADVERTENTIE
legen i
STON In de NASA
l steeeds meer met de ge-
gespeeld van een per-
te ruimtevaartbasis,
de jaren 1990 moet
als een soort werk-
voor de zich ongetwij-
steeds uitdijende ruimte
activiteit. De functiona-
denken aan een bouw-
an kokers die door vijf
i van de Space Shuttle
i baan om de aarde wor-
[gebracht. De monteurs
en dan, indien nodig, het
verder uitbouwen,
chijnljjk zal begonnen
i met een contructiehal-
waaruit de ruimte-
:ers grotere structuren
nen opbouwen, zoals een
sstation voor telecommu-
Het voorgestelde „ruimte-ope
ratiecentrum" zou in het begin
acht mensen moeten huisves
ten en in niets meer lijken op
het oude ruimtestation Skylab,
waarin drie Amerikanen tot
84 dagen achtereen woonden
en werkten. Skylab was een
laboratorium, het operatiecen
trum zal worden gebruikt om
kunstmanen samen te stellen,
te controleren en te onderhou
den en ook om er bemande en
onbemande ruimtevaartuigen
van te lanceren.
Clarke Covington, hoofd van
het ontwerpcentrum aan het
ruimtevaartcentrum Johnson,
zei in een vraaggesprek dat
een van de problemen waar de
NASA mee te kampen heeft
bestaat uit het opstellen van
een lijst van specifieke werk
zaamheden waarvoor een der
gelijk station vereist zou zijn.
„Wij zijn nu in ongeveer de
zelfde positie als in de jaren
1970, toen -we probeerden de
Shuttle te rechtvaardigen", zei
hij. Enkele taken die toen voor
de Shuttle waren voorgesteld
zijn niet verder ontwikkeld,
maar andere onverwachte ta
ken zijn opgedoemd en het-
project is nu tot 1985 volge
boekt.
Covington is ervan overtuigd
dat een permanente ruimte
vaartbasis zichzelf dubbel en
dwars zal terugbetalen. Aan
voorbereidend onderzoek
geeft de NASA dit jaar 500.000
dollar uit. Directeur Robert
Frosch zegt dat het project
„nog moet uitgisten".
Effectief rendement d.d. 14 november1980.
Een waardepapier aan toonder
dat op de Effectenbeurs verhan
delbaar is. De NMB Spaarbrief is te
verkrijgen in coupures van duizend
en vijfduizend guldea
Gemakkelijk overdraagbaar,
ook als schenking en cadeau. Fis
caal voordelig voor hen die straks
door pensionering in een lager be
lastingtarief vallen: de rente is pas
na de datum van uitkering belast
baar.
Verkrijgbaar op alle NMB kan
toren. U kunt daar tevens, geheel
vrijblijvend uiteraard, de huidige
koers en het effectieve rendement
opvragea
De NMB denkt met u mee
Financiën
Wil het verwezenlijkt kunnen
worden dan is eerst officiële
goedkeuring van het NASA-
bestuur nodig en daarna een
financiële toewijzing van het
Witte Huis en het Congres.
„Ik denk dat men het er in de
NASA algemeen over eens is
dat dit wel het volgende grote
project is dat wij moeten aan
pakken", aldus Covington.
Frosch meent echter dat eerst
de Space Shuttle enkele jaren
in bedrijf moet zijn voordat er
een vaststaand plan voor een
ruimtebasis kan worden opge
zet.
„Een ruimtestation van een
miljard dollar is moelijk te
verkopen als je nog niet pre
cies kan zeggen waar het goed
voor is", zo heeft Frosch in
een vraaggesprek in Washing
ton gezegd.
Eerst zal de Space Shuttle
zichzelf moeten bewijzen. En
die ligt al twee jaar achter op
het schema, pas volgend jaar
maart zal daar de eerste vlucht
rond de aarde mee worden ge
maakt. Frosch wees erop dat
de Sovjet-Unie gestadig voort
bouwt aan een permanent sta
tion in een baan om de aarde.
Twee Russen hebben onlangs
een duurrecord van 185 dagen
in de ruimte gevestigd in de
Saljoet en er zijn geruchten
dat de Sovjets van plan zijn
nog voor 1990 een groot station
te lanceren dat twaalf man
kan herbergen.
Wanneer de NASA in 1983
toestemming en het nodige
geld krijgt kan het basisruim-
tecentrum al in 1987 in bedrijf
zijn. Waarschijnlijk zal het
project echter pas in 1985 star
ten en tegen 1990 in bedrijf
zijn, aldus Covington. De kos
ten van een centrum dat uit
vijf delen bestaat schat hij op 2
miljard dollar met de waarde
van 1979. Een constructie
werkplaats zou nog eens 700
miljoen dollar moeten kosten.
Onafhankelijker
Het voorgestelde ruimtestation
zal veel onafhankelijker van
de aarde worden dan de Sal
joet van de Russen en de Ame
rikaanse Skylab van voor
heen. De bemanning zal met
een ruimteveer worden over
gebracht en er 90 dagen blij
ven. zoals het er nu voor staat.
De Shuttle keert dan naar de
aarde terug en de bemanning
beschikt dan niet meer over
een ruimtevaartuig, zoals dat
in de Skylab- en Saljoetpro-
gramma's wel het geval was.
In noodgevallen is terugkeer
naar de aarde dan ook niet
zonder meer mogelijk.
Het centrum wordt gevormd
uit twee gelijke, onafhankelij
ke dienstcompartimenten die
worden samengevoegd en de
ruggegraat van het station
vormen. Alle compartimenten
moeten zo groot zijn dat zij in
de laadruimte van het ruimte
veer kunnen en die is 4,5 me
ter in doorsnee en 13 meter
Elk compartiment krijgt zijn
elektriciteit van zonnepanelen
en krijgt op zichzelf staande
stabilisatie-, controle- en com
municatiesystemen en in geval
van nood kan elk comparti
ment het hele station onder
houden.
Woonkamers
Aan elk dienstcompartiment
worden woonkamers gekop
peld die elk een commando
centrum, kamers voor vier
manschappen, keuken, badka
mer enz. en zelfs een kleine
operatiekamer hebben. De
twee wooneenheden worden
nv»t een tunnel aan elkaar
verbonden die twee uitgangen
vormt voor noodgevallen en
indien nodig kan de hele be
manning zonder, bezwaar in
een ervan leven.
Het vijfde compartiment
wordt een opslagplaats met
voorraden, levensmiddelen en
reserve-onderdelen. Voor het
geval deze loods door een of
andere oorzaak onbereikbaar
zou worden krijgt elk compar
timent noodvoorraden. Deze
overvloedige bevoorrading
moet de bemanning in staat
stellen in een baan te blijven
zonder ruimtevaartuig.
Covington ze i dat het centrum
eerst voor een half jaar zal
worden bevoorraad. De voor
raden zullen worden aange
vuld wanneer de bemanning
na drie maanden wordt afge
lost, zodat er voor geval van
nood altijd voor drie maanden
aanwezig is.
In tegenstelling tot de vorige
ruimtestations zal het aanwezi
ge water worden gezuiverd en
de lucht weer bruikbaar wor
den gemaakt om de onafhan
kelijkheid van de aarde te ver
groten. Van de aarde moet dan
alleen voedsel en hydrazine
worden aangevoerd. Hydrazi
ne wordt dan zowel als stuw-
stof en als bron van waterstof
en stikstof gebruikt.
Stanley en
Livingstone in 1871.