Durf eens wat risico te nemen Ondernemend Nederland heeft uw spaargeld dringend nodig voor nieuwe initiatieven &zidM<3oummt ALLES DRAAIT OM GELD lid :n haag Het Ne- rlandse bedrijfsleven en vooral degenen, lets nieuws willen an ondernemen te gillen om geld. tuurlijk, het kan naar iken, pensioenfond- i, verzekeringsmaat- lappijen, kortom ar de zogenaamde titutionele beleggers ppen om kapitaal te en, als mer. althans doende zekerheid er enover kan stellen, lar dat lenen is duur, gelijk duur zelfs op moment. Voor lang- lende leningen wordt gauw zo'n tien pro nt rente gevraagd, die rente moet uit winst worden be- lid, terwijl er (bijna) en winst meer is of bij nieuwe onderne- rigen pas in de komst kan worden ■wacht. Daarom is er jcodragend kapitaal dig, dat zijn rende- it gaat afwerpen als 't bedrijfsleven ed gaat, hetzij in de rm van dividend, Izij door het profijte verkopen van het ndeel of beide. Daar- i wordt er een be- ;p gedaan ook op de line spaarders, die len deelnemen aan wederopbouw van I bedrijfsleven en al- s van onze welvaart die daarbij een Ikje risico willen ne- in. Een beroep, dat irdt gesteund door overheid, getuige faciliteiten die zij in t leven roept, idernemend Neder- id zit met de rug te- n de muur. Er is een 1 geweest, waarin in een belangrijk el van vernieuwingen n uitrusting en pro- Iklen kon financieren de winst op het ei- n vermogen. En orzover dat niet luk- werd er kapitaal eemd vermogen p) bijgeleend. Dat stte wel rente, maar k die kon nog wel uit winst worden be- ild als men het met omvang van de le- niet te dol kte. Misschien Ift men het in het „•leden wel wat te dol maakt toen het nog Imaal goed ging en er allemaal nog af |i. Het is nu zover, nationaal gezien 'de verhouding eigen Imogen vreemd 'mogen is uitgelopen 25 75, terwijl een y-fifty-verhouding al- meen verantwoord rdt geacht. De wan- houding van dit mo- nt is zo ernstig, om- I er nog nauwelijks isten worden ge- akt, zodat de rente leningen niet meer |i worden opge- icht, waardoor men het ware genood- Een nachtmerrie, dit beeld. Geld blijkt nog steeds op straat voor het oprapen te liggen voor wie het zien wil tenminste zelfs vóór de fi nanciële burcht van waaruit thans in alle toon(w)aarden tot ons doorklinkt dat de broekriem rond de weldoor voede buik moet worden aangehaald. Een moeilijk te verkopen zaak in een samenleving waarin geld zo'n belang rijke, vaak overheersende rol speelt, waarin mensen voor geld tot alles in staat zijn. Zelfs tot een goede daad,. Geld is macht, geld opent alle deuren (behalve die van het paradijs), geit maeckt recht dat krom is. Oscar Wil de signaleerde in de vorige eeuw reeds dat ook de jeugd denkt, dat al les in het teven draait om geld. „Als ze ouder wordt, weet ze het zeker". zaakt is zijn vermogen op te eten. Men moet niet vergeten, dat één procent rente het be drijfsleven een miljard gulden kost; dan ziet men meteen eens hoe enorm het erin hakt als de rente omhoog gaat. Innovatie Intussen klinkt wel alom de roep om inno vatie. Ondernemend Nederland heeft een nieuwe structuur nodig, met name de industrie, dikwijls de kurk van onze economie ge noemd. Er moeten :N zoals: - Inbo Begraf idietbri ceringe ring zekerin en wij Daar he nieuwe produktiewij- zen, nieuwe produkten worden ontwikkeld waarmee nieuwe afzet ten te bereiken zijn. De bestaande bedrijven hebben het daar al erg moeilijk mee en dege nen, die wat nieuws willen beginnen, drei gen helemaal niet aan de bak te komen. En er zijn er heel wat, die voldoende lef en ideeën hebben om iets nieuws op te zetten als ze maar een goede start krijgen. De erva ringen in bijvoorbeeld Amerika wijzen dat uit. Vrij algemeen wordt gesteld, dat we ook, misschien wel vooral, die nieuwkomers nodig hebben om de Neder landse werkgelegen heid te herstellen. Eigen vermogen Wat men derhalve no dig heeft is geld, niet (alleen) geleend geld, dus vreemd vermogen, maar geld van mensen, die willen meedoen aan de vernieuwing en daarvoor een aandeel in een onderneming willen kopen, waardoor dit geld eigen vermo gen van een- bedrijf wordt. Risicodragend kapitaal dus. Voor de meeste Nederlanders is dat wat nieuws. We hebben tot dusver ons spaargeld voornamelijk gebruikt voor pen sioenvoorzieningen, verzekeringen, bankre keningen, het dus ge bracht naar institutio nele beleggers, die het op hun beurt dan weer doorsluisden naar on der meer het bedrijfsle- De Effectenbeurs De Amsterdamse Effectenbeurs, een monopoly voor heren... Deze beurs schuwt kennelijk pottekijkers, want slechts vijfhonderd uitverkorenen worden tot het heilige der heiligen, de „vloer", toegelaten. De tot de balustrade veroordeelde leken en dat zijn er per jaar amper 11.000 krabben zich achter de oren bij het zien van al die stemmig geklede mannen, die potsierlijk van hot naar her rennen. Zie pagina 2. Tweede huis De beleggers in een tweede huis zijn behoorlijk kopschuw gemaakt. Allerlei factoren hebben de kooplust aanzienlijk bekoeld. En toch zal er altijd een markt voor het tweede huis zijn, omdat „men" in de toekomst ons land met weinig zon en hoge belastingen vaarwel zal willen zeggen. Maar het motto zal altijd moeten zijn: bezinnen alvorens te beginnen. Het wordt een kwestie van plussen en pluizen met die tweede huizen.. Zie pagina 2. Spaarbiljetten Eén op de vier Nederlanders tussen de 20 en 60 jaar bezat tot voor kort spaarbiljetten aan toonder, waarmee een leuke rente kon worden verdiend zonder dat de fiscus er zijn graaivingers tussen stak. De banken zullen, nu de spaarbiljetten in een kwade reuk zijn gebracht, op een andere manier aan geld moeten zien te komen. Steeds meer Nederlanders houden hun geld weer thuis in de linnenkast of in een oude sok... Zie pagina 3. Geld speelt (g)een rol „Over een paar weken is het Sinterklaas", sprak ma tot haar zoon van zeven. „Als je het leuk vindt mag jij zelf ook iets gaan kopen voor je zusjes. Dan krijg je van mij vijf gulden". De jongeman gloeide van de verantwoordelijkheid die hem op de schouders werd gelegd. Zie pagina 3. Papiergeld Voor iets meer dan twintig miljard gulden aan bankbiljetten is er in ons land in omloop. Ondanks alle voorzorgen komen er zo nu en dan toch falsificaties. Maar steeds weer blijkt dat het maken van een goede kopie heel moeilijk is. Allerlei voetangels, klemmen en valkuilen wachten de vervalsers... Zie pagina 4. Alternatieve bank De Friodosbank in Zeist is de eerste bank op ideële grondslag in Nederland. Er zijn in ons land filantropen in alle lagen van de bevolking, die niet azen op een zo hoog mogelijke rente. Zij nemen genoegen met minder of-zelfs niets, mits ze de zekerheid hebben dat hun spaarpenningen dienstbaar worden gemaakt aan een door hen gekoesterd principe of ideaal. Zie pagina 5. Gat in de hand Het extra aardgasgeld wordt al enkele malen uitgegeven voor het goed en wel in kas is. Het gat in de hand van de overheid (al vele maanden tussen de vijftien en twintig miljard gulden) is groter dan ooit. Krasse taal van dr. Jelle Zijlstra, president van de Nederlandsche Bank. Maar ook de burgers doen een behoorlijke duit in het zakje. Met elkaar staan we voor zo'n veertien miljard gulden bij de banken en de postgiro in het krijt.... Zie pagina 5. ven, zij het mondjes maat omdat zij niet te grote risico's mogen lopen. Nu moet het spaargeld van de „ge wone man" recht streeks naar de onder nemers. Aandeel Wie zijn geld op een bank zet krijgt daar voor rente, gegaran deerd kan men wel zeggen. Wie een aan deel koopt krijgt ook een vergoeding, maar dit dividend wordt pas toegekend als er winst wordt gemaakt. Als het een bedrijf goed gaat stijgt de waarde van het aandeel en het ver kopen op een gunstig moment kan ook weer wat rendement opleve ren. Het is niet noodza kelijk om zijn geld rechtstreeks in een on derneming te steken door een aandeel te kopen in juist dat be drijf. Alom worden thans zogenaamde participatie-maat schappijen opgericht, die zich met name ten doel stellen nieuwe in dustriële initiatieven, innovatie dus, te steu nen. Men kan in die maatschappijen ook een aandeel kopen. Zulke initiatieven zul len, als ze slagen, pas na geruime tijd, enkele jaren mag men gerust stellen, rendement op leveren. Die maat schappijen lopen uiter aard risico: mislukt het experiment dan is het geld weg. Dat risico wordt echter beperkt. In de eerste plaats hebben de participatie maatschappijen een deskundige staf, die heus wel uitkijkt waar het geld wordt uitgezet. Bovendien interesseren die maatschappijen zich doorgaans voor meerdere objecten en aldus wordt het risico gespreid. En tenslotte zal de staat, als een deelname in een nieuw object mislukt, de ,,sof" voor de helft aan de participatie-maat schappij vergoeden. De staat gaat de kleine beleggers ook recht streeks het kopen van aandelen aantrekkelij ker maken. Om belangstelling voor het aandeel als zodanig te wekken zal op aande len gekweekt dividend tot een bedrag van 500 gulden worden vrijge steld van inkomstenbe lasting. Daarnaast wordt het dividend op aandelen in erkende participatie-maat schappijen tot een be drag van 1000 gulden vrij van inkomstenbe lasting. De winst die men maakt bij de ver koop van aandelen is geheel belastingvrij. Het is te verwachten, dat participatie-aande len binnen afzienbare tijd ook via de effec tenbeurs verhandeld kunnen worden. 'Geen stormloop' Er is dus een begin ge maakt met het popu lairder maken van aan delenbezit. Maar meer dan een begin is het niet. Want wie via een bankrekening een aan trekkelijke rente kan krijgen zal zijn geld niet zo snel steken in een onzeker experiment. Rente op gewone spaarrekeningen is vol gend jaar immers tot 700 gulden belasting vrij. „Wij verwachten bepaald geen storm loop," zegt men dan ook bij het Nederlands Christelijk Werkgevers verbond NCW, wat te leurgesteld omdat de zozeer begeerde inno vatie aldus wellicht toch in onvoldoende mate van de grond komt. Met enige af gunst kijkt men naar Frankrijk, waar ieder een, die een aandeel koopt zowel be staande als aandelen in participatie-maat schappijen het aan koopbedrag tot een maximum van 5000 francs per jaar voor de fiscus van zijn belast baar loon mag aftrek ken. In Nederland is dat systeem ook wel bekeken, maar door de overheid afgewezen vanwege de admini stratieve rompslomp die men vreest. Maar een feit is wel, dat het systeem werkt: In Frankrijk zijn er miljar den door losgekomen en de interesse bij het publiek voor het aan deel in het algemeen is verrassend toegeno men, wat dan weer nieuwe geldstromen doet verwachten. Bij het NCW leven nog wel meer verlangens om nieuwe initiatieven een duw in de goede richting te geven. Zo zouden bestaande be drijven aangemoedigd moeten worden om deel te nemen in parti cipatie-maatschap pijen. Dat zou kunnen door toe te staan dat zij het bedrag van hun deelneming meteen ge heel afschrijven, als het ware als een verlies post dus. Werknemers, die wel ondernemers zouden willen worden, zouden een ruggesteun moeten krijgen door een „achterwaartse verliescompensatie". Dit houdt in, dat de verliezen van de aan loopjaren door een nieuwe ondernemer in mindering mogen wor den gebracht van het loon, dat hij voorheen als werknemer verdien de. Op die manier zou hij inkomstenbelasting over die eerdere jaren terugkrijgen. Bij alles speelt op de voorgrond, dat durf aangemoedigd moet worden. Te veel heeft in de achterliggende jaren het bedrijfsleven op zeker gespeeld. Het ging allemaal zo goed, dat men zich meer be kommerde om consoli datie, om het houden wat men had bereikt, dan op echt onderne men, op het durven ne men van (aanvaardba re) risico. Men onder vond nauwelijks tegen wind en nu die is opge stoken blijken ze dik wijls het „vak" niet (meer) te kennen of aan te durven. Daarom zijn er nieuwe mensen nodig met onderne mingslust. Die moeten een redelijke kans krij gen, onze welvaart zal ermee gebaat zijn ook al zullen ze niet alle maal slagen. JO SMITS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 23