Iili'ii'rlir
Gymmers en sporters
van D.O.S. hebben heter
nooit bij laten zitten
KUNSTENAAR HANSEN START
EIGEN KUNSTUITLEEN
Gemeente geeft
|deine bedrijven
opheffings-
^subsidie'
NA'5TAD/REGI0 LEIDSE COURANT DINSDAG 4 NOVEMBER 1980 PAGINA 5
PLAA TSELIJKE (SPIER) BUNDELING DIE
DOOR IMPULSEN OP DE BEEN BLEEF
D.O.S., bij de viering van de
geboorte van prinsesje
Juliana op 30 april 1909. Mo
gelijk te onderscheiden zijn:
Jaap Wanninkhof, met Kees
Marijt op z'n schouders, ver
der Bram van der Loo, Loe
Medemblik (naast hem direc
teur Helleman, na vier jaar de
bliksemse opvolger van de
Blessenaar), Tinus Groten-
boer, Ab Zand voort, zoon Si
mon Zandvoort, P. Stein, Joh.
Saai, Bernard Banck, Wout
Wassing, Evert Duindam, W.
Choufour en Jan Choufour als
de „maagd van Holland":
kracht door vreugde...!
Op mijn omwegen door stad en land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
LEIDEN De kunstschil
der Fred Hansen begint om
meer dan één reden zelf
standig in Leiden een 'kun
stuitleen'. De BKR (Beel
dende Kunstenaars Rege-
ling)-commissie is van me
ning, dat het klassiek ge
tinte werk van Hansen niet
moet worden aangekocht.
Dat betekent onder meer,
dat het werk van Hansen
in ieder geval niet in open
bare rijksgebouwen komt
te hangen. Degene, die in
de op stapel staande offi
ciële gemeentelijke arto
theek naar de kunst van
zijn keuze komt snuffelen,
zal het werk van Hansen
(en vele anderen) niet tus
sen de verhuurbare kunst
aantreffen. Het kwalijke
volgens de kunstenaar is,
dat niet het grote publick,
maar 'slechts' een commis
sie bepaalt welke kunst in
de openbaarheid komt. „De
keuze van het publiek
wordt vooraf al bepaald.
En dat gebeurt altijd sub
jectief." meent Hansen, die
besluit iets aan dat onrecht
te doen. Hij gooit zich wil
lens en wetens voor de
leeuwen...
Regelmatig ontmoet Fred
Hansen mensen, die één van
zijn schilderijen willen ko
pen. De schrikreactie, die
ontstaat bij het horen van de
prijs is bij het merendeel van
de belangstellenden waar
neembaar. Kunstwerken zijn
weliswaar niet duur, maar
kosten toch veel geld. Het is
slechts voor de allergrootsten
weggelegd om alleen van de
verkoop te kunnen leven.
Andere kunstenaars moeten
hét vaak van de BKR heb
ben. Hoewel zijn werk in
trek schijnt te zijn, valt Han
sen tussen de wal en het
schip. De tijd is aangebroken,
dat Fred Hansen uit de pas
sieve berusting ontwaakt.
„Veel kunstenaars zitten in
hetzelfde schuitje, maar ik
denk, dat ze uit angst om he
lemaal niet meer aan de bak
te zullen komen en bij de
BKR-commissie hun glazen
zullen ingegooien, niet meer
voor zichzelf hoe lang hij een
bepaald werk in huis wil
hebben. Ook andere, jonge
kunstenaars zouden iets der
gelijks kunnen organiseren.
Op die manier krijgt de de
kunstliefhebber een totaal
beeld van wat er zo allemaal
op de markt is." In het
Waaggebouw kunnen be
langstellenden met Fred
Hansen, zijn denkbeelden en
schilderijen kennis maken:
Tot 8 november exposeert de
kunstenaar in dit monument
aan de Aalmarkt.
Fred Hansen beseft terdege,
dat zijn plan in een afgang
kan ontaarden. Ondenkbeel
dig is dat niet. „Ik neem risi
co s, ik weet het. Maar als
niemand iets onderneemt,
ben ik bereid me voor dé
leeuwen gooien. Laat het pu
bliek desnoods per referen
dum zeggen of ze mijn werk
waarderen. Dat geldt ook
voor het werk van anderen."
Fred Hansen heeft ook ande
re ideeën over het functione
ren van .een artotheek. Hij
ziet wel brood in een ten
toonstellingsruimte, waar bij
voorbeeld van elke deelne
mende kunstenaar één werk
hangt. Daarnaast is er van
het werk van iedere kunste
naar een uitgebreid diabe
stand aanwezig. De bezoeker
zou, als het schilderij van een
bepaalde kunstenaar hem
aanspreekt, kunnen vragen
of de dia's uit het bestand
vertoond kunnen worden.
Vervolgens kan de belang
stellende naar aanleiding van
de dia's bepalen welk schil
derij hij wil huren. Hansen
vindt, dat het ministerie dat
voor haar rekening zou moe
ten nemen. Het ministerie
stelt hij binnenkort dan ook
officieel van zijn ideeën op
de hoogte.
De BKR-commissie heeft
Hansens werk afgekeurd,
omdat zijn werk artistiek
achter gebleven zou zijn.
Maar Hansen kan zich troos
ten met de woorden van de
bekende Haagse schilderes
Diana Vandenberg: „Ik ben
ervan overtuigd, dat zijn in
ventieve creativiteit zal uit
roeien tot een zeer bijzonder
unstenaarschap."
besten
taat ei
chter EIDEN Kleine Leidse bedrijven, die het hoofd niet
ge dageer boven water kunnen houden, krijgen van de gemeente
nodigïn zogenaamde beëindigingssubsidie. De gemeenteraad
ver veeft gisteravond een verordening goedgekeurd, die in deze
ran Etogelijkheid voorziet. Ook kunnen bedrijven, waarmee het
mmerfet voor wil*d £*at, steun ontvangen, zodat voortzetting
tegerf°SclÜk is- Een derde mogelijkheid waarin de verordening
te Hi^orz*ct» *s ket verlenen van geld aan een bedrijf, dat daar-
r van *ee in staat wordt gesteld te verhuizen. De verordening
om) sIechts betrekking op stadsvernieuwingsgebieden.
pprf*]? zogenaamde Verordening steun bedrijven stadsvernieuwing
1 z j80 (VSBS 1980) is tot stand gekomen in nauwe samenwerking
was eet ministerie van Economische Zaken. Het rijk doet twee
het elaa^ per ^aar een 8e^dstorting in een gemeentelijk stadsvernieu
wingsfonds bedrijven. Voor de uitvoering van de verordening
elt de raad 300.000 gulden beschikbaar. De verordening heeft
strekking op de volgende wijken: Pancras-Oost, Maredorp, de
'ss'e amp. Havenwijk-Zuid, Noorderkwartier, de Kooi, Groenoord,
ae aredijk- en Transvaalbuurt, Oude Morsch, Levendaal-West,
pademiewijk, Pancras-West en Havenwijk-Noord (Verver-
uurt).
Maat (PvdA) had enige kritiek op de verordening omdat hier-
volgens hem onterecht, de positie van de werknemers onbe-
roken blijft. „Er lijken slechts twee partijen in het geding te
n, de overheid en de ondernemer." aldus Maat. De PvdA-er
ende een amendement in, dat inhield, dat de ondernemer, al-
irens hij een aanvraag tot geldelijke steun indient, overleg met
n personeel gepleegd moet hebben. Indien een bedrijf niet op
e manier handelt, kan de gemeente er bijvoorbeeld toe beslui-
n de steun niet te verlenen. Het amendement werd met ruime
eerderheid van stemmen aanvaard.
>k F. van Oosten (PPR) amendeerde. Hij vreesde, dat grote be
ven ijven van de mogelijkheid tot steun bij beëindiging gebruik
de op<Hen gaan maken en dat daardoor de werkgelegenheid verder
ïhand Ug zal lopen. Van Oosten vond dan ook, dat de regeling alleen
vissel or bedrijven met minder dan drie werknemers zou moeten
terv|den. Zijn amendement werd slechts door enkelen gesteund,
jehani |et is beslist niet zo. dat een ieder zomaar aanspraak op de uit-
andel ring kan maken. Allereerst stellen we een diepgaand onder-
penba »k naar de levensvatbaarheid van het bedrijf in", aldus wet-
:ht is uder J. Fase van economische aangelegenheden, die, evenals
andel meerderheid van de gemeenteraad, de vrees van Van Oosten
et deelde.
„Laat publiek zelf uitmaken wat het mooi vindt
Fred Hansen:„lk heb genoeg van al dat elitaire gezwam."
uit hun schulp durven krui
pen. Ik hoop, dat anderen
door mijn initiatief gestimu
leerd worden. Ik heb er in ie
der geval genoeg van," ver
klaart Hansen en vervolgt
zijn vurig betoog: „De ge
meentelijke artotheek werkt
met geld van de maatschap
pij. Dan vind ik ook, dat de
maatschappij zelf moet kun
nen uitmaken welk werk de
artotheek aanbiedt. De kunst
die daar te vinden is, is het
resultaat van een bepaalde
subjectieve smaak van enkele
personen. Ik vind dat een ni
hilistische gedachte. Zo van
'wij kunstkenners maken uit
wat er te huur is'. Het pu
bliek kan dat toch zelf bepa
len."
Hansen heeft dan ook beslo
ten, dat hij aan het publiek
de keus laat. „Ik wil aan het
publiek een oordeel ontlok
ken. Iedereen, die vindt dat
ik een dilettant ben, mag dat
zeggen. Als mijn werk de
mensen aanspreekt, kunnen
ze het voor een gering bedrag
huren. De huurprijs varieert
van ongeveer zeventien tot
zevenentwintig gulden per
maand. Een ieder bepaalt
Vijfenzeventig jaar oud en
nog zo fris als eem hoentje,
zo vief als een niet te
vermoeien tiener. Dat slaat
zonder enige twijfel op een
Noordwijkse feestelinge: de
gymnastiek-en
sportvereniging D.O.S., die
5 november alweer
driekwart eeuw een
onnoemelijk aantal spieren
en harten fit heeft
gehouden. „Door Oefening
Sterk" was het in 1905
gekozen motto, dat zowel de
leden als de vereniging zelf
ten voeten uit tekent. Wel is
er veel veranderd, sinds de
oprichting, toen onze eeuw
nog erg pril was, tot 1980,
nu die eeuw zich ten einde
spoedt. In de herfstschemer
van 1905 lapten vijf jongelui
wat stuivers bij elkaar om
een gymvereniging op
poten te zetten („waarom
ook in Noordwijk niet
vandaag spijkert de
gemeente Noordwijk forse
bedragen bij om de
doordouwster van toen
verder te stimuleren en hel
sportleven extra vitaminen
te geven. Iets dergelijks hac
men destijds nog niet
kunnen dromen. Verder
zijn de eerste 29 jongeren,
die zich in „Fortuin" (het
tegenwoordige hotel
restaurant „Royal") als lid
opgaven, de voorposten
geweest van een waar
legioen: op het feest der
„zeer sterken" telt D.O.S.
rond de 650 leden, waarvan
iets meer dan de helft
jeugdleden zijn. „En het
regent nog steeds
aanmeldingen", volgens een
geestdriftige secretaresse,
mevrouw Lindhout-Blok.
De rekeningen van vandaag
„Ach. laten we het daar
maar niet over hebben",
zegt ze verder, wat
intomend; „maar in 1905
werd een cocosmat gekocht
voor het geweldige bedrag
van veertieneneenhalve
gulden.."
Bij een jubileum hoort een
terugblik, over de obligate
ups and downs. Uit de
D.O.S.-geschiedschrijving
(ik zal straks de punten
laten schieten) valt op te
maken, dat 'er vanaf de
eerste tijd al behoorlijk wat
vaart zat in de gym-club,
die onder commando stond
van een zekere sergeant
majoor Blessenaar, die, in
functie, net zogoed
Lessenaar had kunnen
heten, want hij had de
instruerende wind eronder.
IJver en toewijding
kenmerkten zijn pupillen
van stonde af aan. Oefenen
in „Fortuin", met de
verderfelijke reuk van
drank in de neuzen; en het
bestuur maar uitkijken naar
een meer geëigende
oefenlokaliteit. De openbare
school in Noordwijk Binnen
had schitterend kunnen zijn
voor het doel, maar
burgemeester Van
Hardenbroek van
Lockhorst voelde niets voor
al die handstandjes, haasjes-
over en koprollen op „zijn"
school. Café Fortuin bleef
dus voorlopig als
oefenlokaal fungeren en
daar vond ook, in 1907, de
eerste uitvoering plaats. In
dat zelfde jaar begon DOS
aan haar zege-toent: lid G.
Wanninkhof veroverde, in
Hillegom, een zilveren
medaille bij het
vèrspringen; de eerste plak
van een omvangrijke
verzameling medailles,
bekers en lauwertakken die
DOS in 75 jaar heeft
kunnen aanleggen.
Inmiddels kreeg
doordenkende Fortuin
kastelein Gordijn schoon
genoeg van dat geturn rond
z'n tapperij. Hij begon, zou
je kunnen zeggen, een
rookgordijn rond DOS te
leggen. En daar werd voor
gecapituleerd. Van DOS-
zijde werd opgemerkt:
„Zoals Adam en Eva uit het
paradijs, zo zijn wij uit ons
oefenlokaal verdreven.
Geld bezit de vereniging
niet, evenmin als de hier
genoemde voorouders". Het
gebedel werd door de
Noordwijkse-burgers
positief beantwoord. Op een
intekehlijst (in het archief
te bewonderen) staan nog
steeds heel veel
Noordwijkse namen, met
bovenaan een fors bedrag,
geschonken door Graaf van
Limburg Stirum, de
onvolprezen ambachtsheer
van Noordwijk. De
burgemeester kon er niet
onder uit en tekende in
voor een veel kleinere
bijdrage, maar nog altijd
een tientje, wat voor die tijd
respectabel was. De
gemeentesecretaris schonk
een riks en er was ook
iemand die zich „de poerel"
noemde, maar niettemin
twee kwartjes van z'n karig
weekloontje beschikbaar
stelde.
Bloei en tegenslag; niets
bleef DOS bespaard. Om
het één werd gejuicht, om
het andere gekankerd. Men
kent dat wel: soms een
kwijnend bestaan lijden tot
de ontbinding
onoverkoombaar schijnt, en
dan weer kwiek opveren.
Stormen werden
getrotseerd (zo meldt mijn
Noordwijkse onverdachte
en terdege geïnformeerde
bron; hij leve nog lang),
maar DOS bleef op de been
en sloeg „haar wortels
krachtig in de Noordwijkse
gemeenschap". Een jaar na
de hoopgevende oprichting
daalde het ledental tot 20.
Maar dit waren dan wel
echte sportlieden en die
zeiden: „geen uitvoering, als
de training daaronder te
lijden heeft". Dat waren
nog eens idealisten. Als er
geen duit meer in kas was,
kwam de martiale directeur
geheel gratis instructie
geven en de leden
betaalden de nodige spullen
uit eigen zak; en de
ambachtsheer (men is hem
bij DOS daar nog steeds erg
dankbaar voor) bleef het
zijne doen.
De echte doordouwers
werden in 1911
x aangetroffen: het waren de
vijf overgebleven leden! Ze
bestonden het zelfs om een
dames-afdeling op te
richten en dat was in die
jaren niet alleen meer dan
vooruitstrevend, het was
bijna ongehoord! „Een
vondst, te vergelijken met
het ei van Columbus", zo
noemt mijn Noordwijkse
onuitputtelijke bron het
initiatief van de club van
vijf. Want kijk maar eens:
de dames stroomden zonder
enige gêne toe, met in haar
kielzog nieuwe, plotseling
geïnteresseerde hoe moet
ie dat nou zeggen nou ja,
nerenleden. Hoe kon het
ook anders De turnende
dames moeten er
allercharmantst hebben
uitgezien in hunne
matrozenblouses met grote
vierkante kraag, witte rok
met zwarte biezen „en
daaronder een witte
pantalon met plooitjes, die
onder de knie met een
strikje werd vastgemaakt".
Om elke onnodige
opwinding bij voorbaat te
dempen werden „stevige
zwarte kousen" gedragen.
De herenleden kon je ook
niet uitvlakken, met hun
blauwe lakense petten met
daarop in witte letters D. O.
S. en een brede „gordel"
met koperen sluiting van
„in elkaar gevlochten
slangen". Harmoniekapel
Crescendo luisterde destijds
de oefeningen, die met
voordrachten afgewisseld
werden, muzikaal op. Maar
toen werd al geoefend in de
openbare school aan de
Schoolstraat, in het Stalhuis
aan de Offemweg (hier hoor
ik zowat de adem van de
ambachtsheer) en in de
Geertruida Bewaarschool.
Dan moet verder 1929
toen de beurs in elkaar
zakte en de crisisjaren
begonnen voor DOS als
een rampjaar worden
aangemerkt: het halve
bestuur bedankte, de
instructeur stapte op,
toestellen en oefenlokaal
verkeerden in een
deplorabele staat. Maar toen
was er weer een engel die
met het vurige zwaard in de
hand DOS tot doorgaan
aanzette. Dat was
burgemeester (u ziet,
burgemeesters hoeven echt
zo kwaad nog niet te zijn)
jonkheer van de Mortel, die
als ere-voorzitter het
vaandel overnam en hoog
hield. En dat in de dagen
dat de kas nog maar een
gulden en tachtig centen
bevatte.
Zo ging D.O.S. moedig
voorwaarts, van oefenplaats
naar oefenplaats. Men
oefende stevig door tot 1943,
toen de Duitse bezetters,
bekwaam in elastische
manoeuvres, de deuren
sloten. Na de oorlog begon
ook DOS aan haar tweede
jeugd. Hele gezinnen (kijk
maar naar de huidige
secretaresse, lid sinds 1926!)
bekeerden zich tot de
gymnastiekvereniging. Het
schijnt zelfs zo erg te zijn
geweest, dat „de kleuters,
zogauw ze zindelijk waren,
naar DOS gingen!"
Vandaag de dag is D.O.S.
een bloedserieuze
onderneming met veel
plaats voor gezellig vertier,
onder trainingsleider Eelke
Visser en trainster
mevrouw Hemerik-Cats. De
honderden beoefenaarsters
en beoefenaars van een
gezonde manier van
„trimmen" kunnen terecht
in verschillende
gymlokalen en in centra
zoals De Rank en de
Northgo-sporthal. D.O.S. is
niet meer klein te krijgen!
Feest; uiteraard. Dat mag
wel na 75 jaar sportief
ploeteren. Zaterdag 8
november is het zover, met
een receptie in het „Hof
van Holland", van vijf tot
half zeven, met een nog niet
te peilen uitloop. Daar
recipieert dan het bestuur,
met aan het hoofd
wethouder Cees van Duyn,
die de personificatie zou
kunnen zijn van een
gemeentelijk zegel dat op
DOS gedrukt is, sinds meer
dan zeventig jaar geleden
de magistraten het veelal
lieten afweten. Van Duyn
als een andere
„ambachtsheer"? Wie weet.
In elk geval komt D.O.S.
onder deze voorzitter best
uit de voeten. En dan
vrijdag 7 november: grootse
jubileumuitvoering in de
Northgo-sporthal, met
medewerking van WIK uit
Den Haag als gastclub. De
Hagenezen geven onder
meer een demonstratie op
de lange mat en springen
„mini-tramp". Het festijn
begint om zeven uur 's
avonds; in het bijzijn van de
grote DOS-familie, die bij
de jubel-uitvoering zoveel
mogelijk betrokken zal
worden. Werken is ook
voor de paarden, maar bij
DOS denken ze daar anders