weekpuzzel door dr. Pluizer postzegels ai'lbüM WETENSCHAPPEN DENKSPORTEN/HOBBY oplossing vorige puzzel NR. 40 KRUISWOORDRAADSEL m fm Wk LEIDSE COURANT ZATERDAG 4 OKTOBER 1980 PAGINA De prijswinnaars van de puzzel van vorige week zijn: Vijftien gulden: A.E. v/d Wiel, Beatrixstraat 27, 2171 XE Sassenheim. J.L. van Rij, Oxfordlaan 27, 2314 EB Leiden. De prijzen worden binnen drie weken per cheque toegestuurd. Horizontaal: 1. soort vruchtengelei; 8. kledingstuk; 9. lofdicht; 10. lang en dun persoon (scherts); 12. gewrichts holte; 13. taille; 15. deel van de onder kaak; 17. goedbloed; 18. omslag voor papieren; 19. hoogste punt; 21. deel v.e. pantalon; 23. waterbewoner; 24. plantaardig afval; 26. gewricht; 28. insekt; 30. talisman; 32. melodie; 34. verlegen; 36. kinbaardje; 37. uni versiteitsfunctie; 39. historisch vaar tuig; 41. aanwijzend vnw.; 42. kaartrui- tertje; 45. ondervraging v.e. verdachte; 46. buitenschil v.e. kastanje; 47. tover godin; 49. telwoord; 51. afgelegen; 53. oor v.e. haas of konijn (jagersterm); 55. waterblaasje; 58.plattelandsvrouw; 61. Spaanse titel; 62. bergplaats voor auto's; 64. 100.000,-; 65. praatgrage vogel; 67. telwoord; 68. deel v.e. ta bakspijp; 69. afstandsmaat; 71. Ned. omroepvereniging (afk.); 73. korte kous; 74. belemmering (fig.); 75. wol vlokje; 77. nieuwsorgaan; 79. wisseling van veren bij vogels; 80. hoofddeksel; 82. aanwijzend vnw.; 83. met andere woorden (afk.); 84. land in Europa. Verticaal: 1. deel v.e. viool; 2. boom; 3. vloeibare spijs; 4. plaats in Gelder land; 5. vogelwoning; 6. hoewel; 7. ge dwee; 8. zeilvaartuig; 11. raadgeving; 12. regelmatig zesvlak; 13. stuk stof; 14. doortochtgeld; 16. kwaad; 17. re kenkundig vraagstuk; 18. schaakterm; 20. brander v.e. gasfornuis; 22. smalle weg; 23. teken van de dierenriem; 24. elasticiteit; 25. met grote doorsne de; 27. zwaarlijvig; 29. mannelijk dier; 31. vaartuig; 32. vaste regel; 33. gar nituur; 35. draak; 37. kostbaar klei nood; 38. adreskaartje met oog; 40. alvorens; 41. glansloos; 43. bewijs van betaling; 44. mager; 48. plechtige verklaring; 49. telwoord; 50. kloostero verste; 51. gif; 52. gebogen been; 54. meisjesspeelgoed; 55. zangstem; 56. livreibediende; 57. boom; 59. fa milielid; 60. deel van de hals; 62. dwaas; 63. kleefstof; 66. zwaard walvis; 67. gek; 70. r.k. godsdienstoe fening; 72. regelmaat; 73. vlug; 74. in grove trekken; 76. stevige vogelveer; 78. aanmatigende houding; 79. histo risch strafwerktuig; 81. persoonlijk vnw.; 83. met name (afk.). Oplossingen onder vermelding van Puzzel 40 dienen uiterlijk woensdagmiddag in bezit te zijn van: Eigen postcodenummer s.v.p. leesbaar vermelden Hebt u nog gekeken naar de in de vorige rubriek aangegeven zet: 47..., Kc7-d8 in de afge broken partij Hübner/Por- tisch? Ik was al op de hoogte van de door mr. Jongsma ge geven remisevariant die ook dan volgt, maar plaatsgebrek in de vorige rubriek deed me hopen dat u er zelf naar zou gaan zoeken. Welnu, het is toch te mooi om u te onthou den: Wit: Kf2, Ta3, Pc4, pion f6. Zwart: Kc7, Th1, Lh5, pion a2. Wit vond hier de geweldige zet: 47. Ta3-a7t!,... Hoe het afliep na: 47..., Kc7-b8 hebt u de vo rige keer al kunnen lezen maar ik vroeg óf zwart niet had kun nen winnen indien hij naar d8 was uitgeweken. Welnu, het zit nog al diep verborgen, maar het door Portisch gespeelde Kb8 wijst er op dat hij, (even als Hübner) wel had gezien dat Kd8 op remise uitliep. Dat zou zó zijn gegaan: 47..., Kc7-d8 48. Ta7-a8t. Kd8-d7 (Zwart kon ook nog via het veld c7 alsnog naar b8 zijn gegaan) 49. Ta8-a7t. Kd7-e6 50. Ta7- a6t,... en de zwarte koning mag niet naar f5 gaan wegens: 50.... Ke6-f5 51. Pc4-e3,... en wit kan op a2 nemen, want na schaak op h2 zou het paard op g2 kunnen tussenspelen op g2. door C. J. de Feijter Niet zo goed is dan 51..., Kf5- g5 52. Pe3-f1,... want dan kan de loper naar f7 gaan en de pion op a2 dekken. Winst lijkt me dan een technische kwes tie. U ziet maar weer, dat er in zo'n eindspel een hele vracht aan varianten zit, die alle nauwge zet moet worden bekeken. Juist die stellingen met weinig materiaal stellen u vaak voor grote verrassingen. In de loop van de jaren zijn u al heel wat gecomponeerde studies voorgezet maar het komt niet zo heel vaak voor dat een stelling die met recht een studie mag heten, aan het slot van een partij voorkomt. Men heeft het spel van Hübner en dan in het bijzonder de zet Ta3-a7f! ten zeerste gepre zen, en dat terecht! Maar als u nu de stand uit de partij na de 44e zet van wit van kleur doet verwisselen, dan hebt u een studie met de opgave: Wit be gint en wint, waarbij dan de eerste zet moet luiden: 1. Lb3- c2... terwijl er dan als heel mooie verleiding de voorzet ting uit de partij: 1. h6-h7?... de remise is, op de wijze zoals Hübner die op het bord bracht. Voor hen, die die 'gemaakte' studies terzijde schuiven met de opmerking: „Zoiets komt in Talj en Kahn w A Q t® n it 11: H de partij niet voor" een bewijs opnieuw, dat zo af en toe tij dens de partij toch het 'com poneren' wél voor kan komen! En waar we nu toch, althans voor deze rubriek, uitsluitend bezig zijn met het partijspel, volgt nog een partijslot tussen Talj en Kahn tijdens een team wedstrijd in Leipzig 1962: Zie diagram Zwart: Kahn Wit: Talj Wit: Ke3; pionnen a4, b4 Zwart: Kh2, L'g4, Pgd Wit had afgegeven de zet 1. b4... in de hoop dat hij er nog remise uit zou kunnen slepen. Tijdens het spelen van een partij mag niet worden over legd met derden, maar een af gebroken stelling wordt met behulp van derden geanaly seerd. In vroeger jaren vond men dat niet oirbaar, maar ook al omdat men zich daartegen niet kon verweren is het analy seren toegestaan. Talj had ge hoopt op het antwoord: 1..., Ld7, en dan zou de partij in derdaad met remise zijn geëin digd. Het ligt voor de hand dat men in een stelling als bovenstaand zijn pionnen zó opstelt, dat de loper deze niet kan beheersen. Als 'geijkte' zet zou men dus mogen verwachten: 2. b5,... maar dat is hier nu net fout. Er zou volgen: 2..., Pf5t 3. Ke4, Pd6t. 4. Kd6, Pb7, 5. Kc4, Kg3, 6. Kb4, Kf4, 7. a5, Pd6, 8. b6, Lc8, 9. Kc5, Ke5 en zwart wint. Wanneer wit op de 8e zet met zijn a-pion doorloopt wint zwart eveneens: 8. a6, Pb5: 9. Kc5, Ke5, 10. Kb6, Kd6, 11. a7, Pc7 (natuurlijk niet: 11..., Lc6 12. a8D met remise. 12. Kb7, Lc6t en wint. Maar indien Talj na: 1...b4, Ld7? 2. a5!... had gespeeld, dan was het toch weer remise geworden en dóérom verdiend Ld7? dat vraagteken. Zie maar: 2..., Pf5t 3. Ke4, Pd6t 4. Kd5, Pb5, 5. Kc5, Kg3, 6. a6, Kf4, 7. Kb6... en remise. Nu had Kahn na het afbreken de gelegenheid met Uhlmann te analyseren en samen had den zij vanuit de diagramstel ling de navolgende diepe winstvariant uitgedokterd. 1..., Ld 12. a5, Le2, Kd4, Lf1!L. Deze stille zet zou men helemaal niet verwachten in deze stelling. Na: 4. Kd5,... komt het verrassende vervolg: 4.... Pe2ü 5. a6, Pc3f 6. Kd4, Pa4! 7. a7, Lg2, 8. b5. Kg3, 9. Kc4, Kf4, 10. Kb4, Pb6, 11. Ka5, Pd7! 12. b6. Ke5, 13. Ka6, Pc5t en zwart wint. Of Talj dat allemaal heeft gezien of bij zijn analyse was tegen gekomen is niet bekend in ieder geval speelde hij niet die zet 4. kd5,... maar vervolgde met: 4. Kc5, Pe4xK 5. Kb6, Pc3, 6. a6, Pd5t 6. Ka5, Pc7! 8. a7, Lg2, 9. b5. Kg3, 10. b6, Pe6, 11. Ka6, Pd8, 12. b7, Lb7:t 13. Kb6, La8! 14. Kc7, Pc6! en wit moet opgeven. Dat er vele spelers zijn die moeite hebben om met L. en P. tegen de K sec. te winnen, mag hier geen rol spelen. The oretisch staat vast dat de sterkste partij ruim binnen de 50 zetten de tegenpartij kan mat zetten. Meesters en groot meesters kunnen dat natuurlijk slapende. En u behoort dat ook te kunen, want dat is al vele malen aan u uitgelegd! Zweden Hoewel het misschien niet aan iedereen bekend zal zijn, is Zweden een van de sterkste bridge-landen ter wereld. Reeds in de jaren vijftig gooi den ze hoge ogen bij de Euro pese kampioenschappen en namen als Wohlin, Koek en Werner waren destijds begrip pen. Toen hun activiteiten ver minderden is het even stil ge weest, maar nu zijn ze er weer volop bij. In 1977 en 1978 wonnen ze (o.a.) het toen al sterk bezette Caransa Philip Morristoernooi en dit jaar kwa men er twee teams naar de tiende uitvoering van deze wedstrijd. Het deelnemersveld kon amper sterker zijn (van de topteams ontbrak alleen Brazi lië) en de door ABN Bank ge sponsorde A selectie, bestaan de uit Flodoqvist, Göthe, Mo- rath en Sundelin bereidde zich dan ook grondig voor. Dit vier tal kwam ook in de Olympiad in Valkenburg aan de start en wordt daarbij „geassisteerd" door de heren Gullberg en Pyk. Deze beide laatsten vorm den in het Caransa toernooi een viertal met de, ook al ge- lauwerden, Brunzell en Lindq- vist en... legden beslag op de eerste plaats. Het A-team werd elfde en viel dus ook nog in de prijzen, zodat er bij de Olym piad ernstig rekening met de heren zal moeten worden ge houden. Hieronder een aardig spel uit een van de wedstrijden in dit toernooi, waaraan door 86 teams werd deelgenomen. Oost opende met 1 SA (15/17), zuid doubleerde, west 2 schop pen. Noord en oost pasten, zuid 3 harten en noord vier harten. West kwam uit met schoppen 4, noord klein en de 7 6 2 V 8 2 0 7 5 3 H V 8 4 H 9 N V 10 5 4 3 °A 9 7 o W°9een oV B 10 8 09 6 4 2 *A B 9 5 Z *10 7 6 2 A B 8 ^HB 10 6543 O A H *3 heer bij oost. Hoe verder? Uit het bieden mag worden gecon cludeerd, dat west vijf schop pen heeft en oost dus twee. Gelet op het SA openingsbod is de kans op een 30 troef- verdeling niet gering. Een spel met twee doubletons wordt niet zo gauw met 1 SA geo pend. Verder heeft west ver moedelijk schoppenvrouw, zo dat oost alle overige ontbre kende plaatjes moet hebben. Dat houdt dan weer in dat zuid er goed aan doet de eerste slag niet te nemen, omdat an ders twee schoppenslagen en twee azen worden afgestaan. Oost vervolgde met schoppen voor zuids aas en die telde wel 10 slagen, maar had proble men met het incasseren van de te ontwikkelen klaverslag in noord. Zuid deed het echter uitstekend: tweemaal ruiten, gevolgd door klaveren voor heer en aas. De nagespeelde ruiten troefde zuid, waarna harten naar de vrouw volgde, die oost moest nemen, om het direct incasseren van de 10e slag te voorkomen. Oost zat nu echter in een eindspel: hij kon geen troef spelen, want dan wordt de 8 een entree. Als oost klaveren speelt maakt noord de vrouw en ruiten nas pel wordt in noord getroefd (zuid schoppen weg). Het lijkt allemaal erg eenvoudig, maar er zullen vele spelers zijn, die te vroeg een rondje troef gaan trekken. Wat gebeurt er als zuid in de derde slag harten boer speelt? Hij mag die slag houden en als nu de hoge rui tens worden geïncasseerd en klaveren wordt gespeeld neemt oost en vervolgt met ruiten, die zuid moet troeven. Maar omdat er al een keer troef is gespeeld, kan zuid nu niet meer zo manoeuvreren, dat een van noords troeven een entree wordt, zodat hij nog een schoppenslag moet verlie zen, en daarmee het contract. Herdenking 100 jaar Vrije Universiteit Op 14 oktober a.s. zal de Ne derlandse PTT een bijzondere postzegel uitgeven ter herden king van het 100-jarige be slaan van de Vrije Universiteit te Amsterdam. Deze zegel heeft een waarde van 50 cent en werd ontworpen door Gie- lijn Escher uit Amsterdam. Na enkele mislukte pogingen werd op 5 september 1878 te Utrecht opgericht de „Vereni ging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag". Deze vereniging had als doel het stichten van een vrije uni versiteit. De leden en begunsti gers der Vereniging brachten het nodige geld bijeen en bijna twee jaar later, op 20 oktober 1880. werd het doel bereikt. Op dat moment kon de eerse rector magnificus, dr. Abraham Kuyper, in de Nieuwe Kerk te Amsterdam de officiële ope ning van de Vrije Universiteit verrichten. Het begin in het pand Keizers gracht 162 te Amsterdam, was moeilijk. Vooral ook omdat er geen officiële erkenning was van de opleiding van deze uni versiteit. Na 20 jaar was het aantal hoogleraren nog slechts zes voor niet minder dan drie faculteiten. Daarna volgde een snelle groei, die mede veroor zaakt werd door het verkrijgen van de effectus civilis op 4 de cember 1905. Hierdoor werden de aan de Vrije Universiteit be haalde diploma's gelijkgesteld met die der overige universitei ten. Thans telt de Vrije Univer siteit meer dan 13.000 studen ten aan 11 faculteiten en inter faculteiten, met de universiteit verbonden in het Academisch Ziekenhuis. Op de zegel ziet men over de gehele breedte het getal „100". In de linkse cirkel van dit getal is een portret van dr. Abraham Kuyper. de eerste rector magnificus, afgebeeld. De rechtse cirkel is opgevuld met een afbeelding van het „zegel" van de Vrije Universi teit, zonder randschrift. Verder de bijzondere tekst: „Vrije Uni versiteit". De zegel werd ge drukt in offset in de kleuren geel, paars groen en bruin, door Joh. Enschedé en Zonen té Haarlem, in een oplage van 100.000 vel van 100 zegels. Zoals gebruikelijk is de geldig heidstermijn onbeperkt en zal de zegel verkrijgbaar zijn zo lang de vorraad strekt tot 1 november '81. Bij de opening van de tentoonstelling „VU- campus en kunstwerken", op 14 oktober a.s. zal drs. Ph. Leeman, directeur-generaal der PTT, de eerste postzegel aan het College van Bestuur van de Vrije Universiteit over handigen. In het kader van de reeks „Ar chitectuur in Luxemburg" werd op 10 september een uit twee zegels bestaande aanvulling uitgegeven. Deze zegels heb ben een waarde van Ifr 8,- en Ifr. 122,-. Op de zegel van Ifr. 8,- ziet men een beeldhouwwerk van de Luxemburgse beeldhouwer Jean Mich, voorstellende Mer- curius. De zegel van Ifr. 12,- toont een standbeeld van Ce res, de godin van de landbouw eveneens vervaardigd door Jean Mich. Deze beelden sie ren het directiegebouw van de Staatsspaarkas in de stad Luxemburg. Het ontwerp voor deze zegels kwam van de hand van A. Böckkör uit Wenen. De zegels werden gedrukt door de Oostenrijkse Staatsdrukkerij te Wenen. Eveneens op 10 sepember werd één zegel van Ifr. 4,- en één zegel van Ifr. 8,- in omloop gebracht. De zegel van Ifr. 4,- brengt de postcode onder de aandacht. Uit het motief, een beschreven envelop, blijkt dat de Luxemburgse postcode slechts uit vier cijfers zonder letters bestaat. Tot voor vijftig jaar geleden had elke gemeente in Luxem burg zijn plaatselijke politie macht. Dit tot aan het moment dat duidelijk bleek dat dergelij ke kleine aantallen functiona rissen niet in staat waren de misdaad afdoende te bestrij den of de orde te handhaven. In het jaar 1930 werd er in Luxemburg een staatspolitie- macht ingesteld, waarvan de leden door het gehele land in gezet konden worden en die altijd over assistentie konden beschikken. Het 50-jarige be staan van deze staatspolitie- macht vormt het onderwerp voor de zegel van Ifr 8,-. Op de zegel ziet men twee politie functionarissen tesamen met een surveillance-auto. Deze twee zegels werden ontworpen door Lex en uit Weyer uit Luxemburg en gedrukt door Hélio Courvoisier S.A. te La Chaux-de-Fonds in Zwiterland. Europa (1) In 1967 is voor het eerst ge speeld om het kampioenschap van Europa voor ploegen be staande uit drie spelers. Dit evenement is tot stand geko men op initiatief van Italië, dat ook het eerste kampioenschap organiseerde. De Sowjet-Unie werd kampioen, Nederland eindigde als tweede. Twee jaar later, weer in Bolzano, kwam dezelfde uitslag tot stand. In 1971 was Bolzano voor het laatst organisator van het toer nooi, dat voor de derde keer door de Russen werd gewon nen. Pas in 1973 veroverde Neder land in Italië, Ortisei voor het eerst het kampioenschap maar niet op eigen kracht; de Sow jet-Unie bleef thuis. Deze afwe zigheid leidde ertoe, dat een aantal jaren Nederland titel houder bleef. Na vijf jaar waren de verhou dingen weer zo goed, dat in Ti- blisi het vijfde titeltoernooi werd georganiseerd. Het Ne derlandse trio Wiersma-Sij- brands-Clerc eindigde als eer ste, het won zelfs van de Sow jet-Unie met 42. En dan was dit jaar Nederland voor het eerst aan de beurt. Dank zij de sponsor, de Bilder- berg Groep, kon dit toernooi vorige maand in Rijssen wor den gespeeld. Acht landen na men deel, Tsjechoslowakije en Oost-Duitsland trokken zich te rug. Het was te verwachten, dat de 'kleine' landen geen rol van betekenis zouden spelen. In sommige partijen viel de be- m i s i m K\ m m m Q s s SIJBRANDS slissing al erg vroeg en in bijna al deze gevallen kregen de grootmeesters de punten op een presenteerblaadje aange boden. Zoals Sijbrands over kwam tegen de Zwitser Guig- nard (zie eerste diagram). Zwart meende zich na Sij brands laatste zet, 5044, wel 25. 1117 te kunnen per mitteren. Natuurlijk is 2721 fout, maar voorafgegaan door 26. 2520 14x34 gebeurt er toch 'iets: 27. 27—21 16x27 28. 32x5 34—40 29. 43—39 40x49 30. 35—30 49x46 31. 30x19 13x24 32. 42—37 46x32 33. 5x46 en Guignard geeft er de brui aan. Wiersma's 27. 4339 leidde tot de diagramstand in zijn partij tegen de Joegoslaag Lepsic. Zwart speelde vrolijk 27. 16? en liep daarmee in de toch erg bekende Konink lijke Slag, de Coup Royal, met 28. 27—22 18x27 29. 32x21 23x34 30. 4440 en Lepsic geeft het op. Radojevic maakte het tegen WIERSMA Clerc nog bonter. In de stand)®! zwart: 6, 7, 9 11/16, 18, 19. 24. BI 29; wit: 25/27, 31/33, 35. 36, fc 38, 39, 42, 45, 48 speelde de£ Joegoslaaf 34. 1822? 35. L 27x18 13x22 en toen was 36. 3530 uit... Toegegeven, na 12x23 i.p.v. 13x22 ziet 3227 er ook pri-51i ma uit voor wit, maar zo kreeg u Clerc de punten wel erg ge makkelijk. FrankrijkItalië eindigde 3 3, ender meer door de winst van N. Zorn op Issalène. In de stand zwart: 3, 6, 19, 33/35; BS wit: 11, 17. 27, 37, 44. 47 m speelde de Italiaan 57. 340 40 en won als volgt: 58. 117 40x49 59. 27—22 49—16 60. 7—1 33—39 61. 1—45 39—43 62. 17—12 43—48 63. 37—32 16x49 64. 12—8 3x12 65. 45x1 4842 en zwart wint. 40x49 kon ook nog: 17— 6x17 7—2 49x16 2x42 en hoe wel beter voor wit dan het par tijverloop, is het toch gewon nen voor zwart, bijvoorbeeld 35—40 42—33 16—11. Een vermoedelijk groot aantal Nederlanders lijdt aan zoge noemde drukverlammingen, een ziektebeeld, dat bij veel artsen nog onbekend is en vaak leidt tot voorbarige en onjuiste diagnoses. Drukver lammingen het tijdelijk ver lamd raken aan een of meer ledematen is bovendien in vijftig procent van de gevallen erfelijk. Die conclusies staan in een proefschrift over dit onder werp, waarop'neuroloog P.J.M. van Wensen uit het Gelderse Velp dezer dagen is gepromo veerd aan de katholieke uni versiteit van Nijmegen. Het belangrijkste zichtbare verschijnsel van drukverlam mingen is, dat de patiënt soms enige uren, soms enkele weken en in andere gevallen chro nisch verlamd raakt aan hand, arm of voet (de zogenoemde klapvoet). De verlamming wordt veroorzaakt door me chanische invloeden, dat wil zeggen door overmatige druk op zenuwen of zenuwknopen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij een ongelukkige val en bij langdurig hurken of met de be nen over elkaar zitten. Zeer waarschijnlijk zijn ook de her- senzenuwen bij deze aandoe ning betrokken. Dr. Van Wensen (35) schrijft in zijn proefschrift, dat artsen het ziektebeeld relatief vaak „mis sen". Hij heeft in vier jaar tijd bijna 200 personen uit negen families onderzocht, bij wie de aandoening voorkomt. Bijna de helft van de onderzochte personen was al onder behan deling voor korte of lange tijd, zonder dat de artsen de juiste conclusie hadden getrokken. De behandelende neurologen en ortopeden zochten het dik wijls in de richting van onder andere loodvergiftiging, „alge mene zenuwaandoening", be smetting met landbouwgif of de ziekte van Duchenne-Aran, een vorm van voortschrijdende spieratrofie. Dr. Van Wensen ontdekte, dat drukverlamming (drukneuro- pathie is de medische term) vaak erfelijk is. de kinderen van een ouder, die er aan lijdt, hebben vijftig procent kans de zelfde aandoening te krijgen. Van Wensen meent op grond van deze erfelijkheid, dat het van groot belang is, dat aan „lijders" van drukverlammin gen de wijze van overerving wordt uitgelegd. Met de pre ventie van drukverlammingen bij hun kinderen kan dan al vroeg worden begonnen. Van Wensen raadt verder aan bij iedere patiënt met een drukverlamming een nauwkeu rige ziektegeschiedenis van de familie te geven. De patiënt zelf moet zijns inziens daarbij helpen door navraag te doen bij zijn ouders of andere fami lieleden. Dit geldt vooral in fa milies, waar „holvoeten" voor komen, aldus de Velpse neuro loog. Van Wensen geeft in zijn proefschrift tot slot een aantal leefregels voor drukverlam- ming-patiënten: werk niet lang durig in hurkende zit op de knieën; vermijdt het langdurig zitten met over elkaar geslagen benen; corrigeer uw houding, zodra u bemerkt dat uw hand of voet gaat „slapen"; vermijdt sporten met een verhoogd risi co, zoals vechtsporten en tur nen (veel druk op de armen) en waarschuw voor een operatie de chirurg of anesthesist, dat u lijdt aan drukverlammingen.-. Magnetische oriëntatie De mens heeft, net als sommi ge diersoorten zoals bijvoor beeld de duif, een magnetisch gericht oriëntatievermogen. Tot deze conclusie komt de Engelse zoöloog dr. Robin Ba ker in zijn boek „De grote trek" waarvan deze week het Veel Nederlanders lijden aan drukverlamming eerste exemplaar in het Neder lands in Artis is gepresenteerd. Baker deed een aantal proef nemingen bij studenten, waar- j bij deze geblinddoekt in een bus naar een bepaalde plaats j werden gebracht. Tot hun ei gen verbazing konden bijna alle proefpersonen aanwijzen in welke richting het punt van j vertrek lag. Vervolgens her- I haalde Baker de proef, maar f nu kreeg de helft van de stu- denten een stalen magneet te- gen het achterhoofd, de ande- f re helft een imitatiemagneet. I Na de busrit bleek dat de per sonen met de echte magneet l niet in staat waren de juiste richting aan te wijzen. Deze re- j sultaten werden ook bereikt wanneer de proefpersonen niet i geblinddoekt waren. Door het magnetisch veld te draaien kon zelfs voorspeld worden in welke richting men zou wijzen. ADVERTENTIE Flinke huishoudelijke hulp,intern gevraagd door echtpaar wo nende in de Ambassadewljk in Den haag. Goed kunnende koken met. hart voor het werk. Evt. ge huwd zonder kinderen. Echtgenoot geen bezwaar, mits werkzaamheden bui tenshuis hebbende. Werkster aanwezig. Goed salaris, afhankelijk van bekwaamheid en werkijver, met als basis minimumloon

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 10