Joan Remmelts
midden in drie
generaties toneel
Autobus familie
Pegman nog
altijd onvindbaar
Zundert eert Van Gogh
De Vliegende Hollander" een roman van Bregstein
KUNST
LEIDSE COURANT
DINSDAG 29 JULI 1980 PAGINA I
AMSTERDAM Wij
krijgen bij mensen die
wij veel zien maar nooit
spreken, altijd onbe
dwingbare lust ze aan te
spreken en er een praat
je mee te maken. Niet
om het praatje, maar om
eens te zien wat voor
mens er nu achter die
verschijning zit. Wij heb
ben Joan Remmelts zeer
vaak zien spelen in thea
ters of op de kijkbuis. In
vele rollen als heel ver
schillende persoonlijk
heden. En dan komt
vanzelf de vraag: wie is
nu de echte Joan Rem
melts? Hoewel hij de
dag na het onderhoud
met vakantie gaat, heeft
hij voor ons alle tijd
voor een rustig gesprek.
Rust is wel een van zijn
grootste wezenskenmer
ken lijkt ons. Hij ver
heft zijn stem niet,
maakt zich niet boos en
preekt niet, hoewel hij
er best mee bezig zou
kunnen zijn, want hij
heeft onderhand drie ge
neraties Nederlands to
neel actief meebeleefd.
Joan Remhielts, voluit Jacobus Johannes Remmelts.
werd in Zwolle geboren. Vandaar zegt hij, kan hij
met de in Kampen geboren Henk van Ulsen best op
schieten, die komt zogezegd van de buren....
In de familie kwamen geen kunstenaars voor, maai
de belangstelling voor de kunst was er wel. Moedei
had veel interesse voor literatuur en kwam geregeld
in „Odeon" bij wat men toen „de komedie" noemde.
De jonge Joan zag er heel wat toneel. Zo maakte Ib-
sens „Spoken" op hem een fascinerende indruk. Hij
zag er Eduard Verkade als „Hamlet" met Albert van
Dalsum als Claudius.
Toen hij als 18-jarige van de H.B.S. kwam had hij
maar een wens: de toneelschool bezoeken na zo'n
•»randioze rol van Verkade gezien te hebben.
De jonge Remmelts had aan de hand van de verschil
lende uitvoeringen die hij allemaal in de Overijsselse
hoofdstad had gezien, een eigen goede smaak
Hij zag ook Louis Bouwmeester, de grand old man
van het Nederlandse toneel. In zijn bontkraag-jas en
gebaren was hij toen al duidelijk iets van een andere
tijd. „Maar ik herkende hem wel als iets groots. Van
zulke figuren kreeg je als het ware les in de toneel
kunst, in het bespelen van het publiek".
Er was geen noemenswaardige tegenstand in de fami
lie, toen de jonge Joan aankondigde dat hij „aan het
toneel" wilde. Hij begon in Amsterdam tegelijk met
Georgette Hagedoorn, met Noortje Mogendorff (de la
tere echtgenote van Van Dalsum), Mary Dresselhuys,
Lien de Jong en Gerard Hartkamp. Hij kreeg er les
van Else Mauhs, Cor Hermus en Ko Arnoldi.
Het volk
Na zijn eindexamen ging hij naar het toenmalige Hof
stad Toneel van Cor van der Lugt Melsert. Hij bleef
er een jaar. Een van zijn eerste optredens was in hef
volk bij Shakespeare's „Julius Ceasar". In 1931 ging
hij naar Amsterdam naar het Centraal Toneel van
Louis de Bree en David Sluizer in het helaas af
gebroken Centraal Theater in de Amstelstraat, waar
je „vierkant in het rond zat". „Als wij er uit gingen",
zegt Remmelts, „kwam Cor Ruys er in die maanden
in". Toen Cees Laseur er de artistieke leiding kreeg,
vervulde Joan Remmelts er vele grote rollen zoals:
„Mannen in het wit", „Het voorste legioen" (over de
Jezuieten), „De Gouden Kooi" en „Golden Boy".
Hij bleef bij het Centraal Toneel tot in 1945 het nieu
we toneelbestel kwam. In de Kultuurkamer is hij
nooit geweest. Hij was geen politiek persoon, maar
had wel genoeg van de situatie.
Hij ging met Cor Hermus naar Comedia en speelde
daar enkele uitstekende rollen. Hij greep de kans als
acteur-regisseur in Rotterdam, bij net Rotterdams To
neelgezelschap met o.a. Ko Arnoldi en Richard Flink.
Daar werkte hij drie jaar, keerde in 1950 terug bij de
Comedia, dat echter toen op zijn laatste benen liep.
In 1952 kwam hij bij de grote Nederlandse Comeaie.
Eind 1952 maakte hij nog een toer door Indonesië. In
1953 begon hij voorgoed bij de N.C. tot hij in 1968 er
wegging, net voor de tomatengooierij. Zijn laatste
stuk was „Staircase" van Dyer.
Daarna speelde hij veel in de vrije sector o.a. met
Mary Dresselhuys in een stuk van Annie M. G.
Schmidt met Loudy Nijhoff een stuk van Duart
•„Claire Obscure".
Musical
In 1970 ging hij het nog eens bij een musical probe
ren. Men zag hem achtereenvolgens o.a. in „Promises,
promises" van Bert Bacharacfy en in „Wat een pla
neet", van Annie M. G. Schmidt met Conny Stuart en
Willem Nijholt. Hij ging weer naar het toneel terug
met „The Sunshine Boys"; in 1976 met André van der
Heuvel en Kitty Jansen in de reprise van „Vanaf de
brug gezien".
Ziin laatste creatie was die van advocaat van kwade
zaken Porter Milgrim in „Moordkuil" (Deathtrap),
een thriller van Ira Levin in het afgelopen seizoen,
met o.a. Ank van der Moer en Liane Saalborn, Henk
van Ulsen en Jaap Wieringa met Lo van Hensbergen
als regisseur. Het stuk, niet zo sterk, trok over het al
gemeen wel volle zalen, vooral bij een toernee door
de oostelijke schouwburgen in dat deel van het land
gestimuleerd
Hoewel hij zijn rol aardig meespeelt, is Joan Rem
melts toch over de gang van zaken in het Nederland
se toneel niet zo enthousiast. Dat begon al toen hij
van de toneelschool kwam. Er werd directer, naar het
leven toe gespeeld en er werd veel psychologie in het
spel gestopt", aldus Joan Remmelts. „Dat ze op de To
neelschool psychologie gingen geven is best, maar
mensenkennis leer je niet uit een boekje. Er wordt
veel in een star systeem gestopt. Ik heb „Hedda Ga-
bler" eens zien spelen zo dat het hele drama als het
ware „met mes en vork" klaar werd opgediend. En
die tendens is erger geworden. Het middel wordt te
veel tot doel gemaakt en dat kan niet ongestraft. Het
herkennen van zichzelf door de toeschouwers in de
rol van de acteur is er vaak niet meer. Ze herkennen
zich zelf niet meer, maar het boekje....".
Als toekomst voor het toneel ziet Remmelts het her
winnen van een deel van wat verloren ging. De men
selijkheid vooral is veel verloren gegaan. De figuren
op het toneel moeten mensen blijven. Een deel van
het zien en beleven is verloren gegaan....
Wat betreft zijn eigen toekomst wil hij blijven spelen
en regisseren. De natuurlijke weg is dat een acteur na
enkele jaren als hij er de talenten voor heeft, gaat re
gisseren. Nu leiden ze er mensen voor op en „schieten
die dan op de mensheid af....".
Dat komt ook omdat het publiek veel veranderd is.
Vroeger kwam het publiek uit een betrekkelijk klei
ne cultuurkring. Het gaat er volgens mij aldus
Remmelts om dat de belevenissen op het toneel
niet een cliché maar levensecht moeten zijn. Als je nu
bijvoorbeeld nog eens een registratie op videoband
van een jaren geleden gespeeld toneelstuk ziet, her
ken je soms niet meer als echt en dat is angstig.
Joan Remmelts ziet de samenhang tussen het gebeu
ren op en om het toneel en het hele- wereldgebeuren
dat ook chaotisch is. „Je ziet dingen oji toneel die ge
woonweg niet mogen en niet kunnen....
Daardoor gaan een heleboel waarden verloren. Er is
in het vak veel overboord gegooid en kinderen met
waswater tegelijk weggeworpen. Men noemt tegen
woordig alles „toneel" ook als het er niets mee te ma
ken heeft.
Een hint voor de toekomst geeft hij als hij zegt dat
men veel meer moet verleggen naar tussenfasen tus
sen toneel en louter amusement. De gezelschappen
ziet hij liever als een organisch geheel, terwijl er vaak
een bijeengeraapte groep werkt....
Dit alles bewijst dat op zijn 75e verjaardag, de man
die Ank van der Moer eens als: „een allerliefste man,
een van de aardigste die ik ken... karakteriseerde,
nog midden in het toneelleven staat en er dagelijks
mee bezig is.
Een leven en een vak zo verstrengeld, het lijkt ons de
moeite waard.
NOORDWIJKERHOUT
Vijf dagen nadat de autobus
van de familie Pegman van
het Noordwijkerhoutse Sint
Bavoterrein is gesleept op
last van burgemeester en
wethouders van deze ge
meente, weten de autobus be
woners nog altijd niet waar
de woonbus en hun persoon*
lijke bezittingen zich bevln*
den. De autobus is vorige
week donderdag voor de der*
de keer uit Noordwijkerhout
weggesleept terwijl de fami
lie Pegman er naar eigen
zeggen, niet meer in woont.
Het Noordwijkerhoutse ge
meentebestuur wil de heer
Pegman niet zeggen waar de
autobus naar toe is gesleept
De zaak liep vrijdag zo hoog
op dat burgemeester Winkel
zich door de politie naar huis
liet brengen. Volgens de advo
caat van de familie Pegman, is
er geen sprake van een officië
le inbeslagname van de auto
bus. Het gaat om een beslissing
van b en w van Noordwijker
hout, terwijl de aanwezigheid
van juridische gronden voor
zo'n beslissing, in twijfel zou
kunnen worden getrokken. De
familie Pegman tracht het ge
meentebestuur alsnog te bewe
gen, hun persoonlijke bezittin
gen terug te geven. Intussen
heeft de heer Pegman bij de
rijkspolitie van Sassenheim
een klacht ingediend tegen de
eigenaar van het kraanver
huurbedrijf Verschoor uit Sas
senheim. Deze zou de familie
Pegman tijdens de speurtocht
naar hun autobus op vrijdaga
vond onder bedreiging van
een jachtgeweer uit zijn bedrijf
hebben gejaagd.
ZUNDERT Het Brabant
se grensdorp Zundert, tussen
Breda en Antwerpen, eert
opnieuw Vincent van Gogh,
die in dit plaatsje in 1853 is
geboren en daar zijn eerste
levensjaren doorbracht. Zun
dert schenkt aandacht aan
de schilder tijdens het week
einde van 9 en 10 augustus
onder het kopje „Autour de
Vincent".
Dit weekeinde wordt aandacht
gevraagd voor onder meer
Vincènts geboortehuis, met in
de voorgevel een door de
beeldhouwer Niel Steenbergen
vervaardigd gedenkteken, het
Nederlands Hervormd kerkje
waar de vader van Vincent
dominee was en het door Ossip
Zadkine gemaakte standbeeld
van Vincent en zijn broer
Theo.
Gids voor de
volksdans in
Zuid-Holland
DEN HAAG Bij de Cultu
rele Raad van Zuid-Holland
is de Gids voor de Volks
dans verschenen. Deze uitga
ve van het Overleg Volks
dans in Zuid-Holland bevat
informatie over volksdan-
sorganisaties en -groepen,
informatie over volksdans-
leiders, volksdansorkesten,
bibliotheken en archiefcen
tra op het gebied van de
volksdans in deze provincie.
De gids is bedoeld voor be
langstellenden die voor het
eerst iets in de volksdans wil
len doen, maar ook voor hen
die over f ruime ervaring be
schikken.' De gids is verkrijg
baar bij de Culturele Raad van
Zuid-Holland aan do Benoor-
denhoutseweg 23 in Den Haag.
Muziekfestival
Delftse amateurs
voor
oefenruimte
DELFT In de Delftse
Stadsdoelen wordt 30 en 31
augustus een muziekfestival
gehouden om de aandacht te
vestigen op het chronisch ge
brek aan oefen- en speel
ruimte voor de Delftse
(amateur)groepen.
Sinds een jaar, toen voor het
eerst een dergelijk festival
werd gehouden, zet MHUIS,
de Stichting Muziekhuis Delft,
zich hiervoor in. Op het festi
val zijn groepen uit de nidt-
klassieke sector te horen, met
een groot aantal muziekstijlen.
Onder meer treden op The
Bouncing Jewels, Deviators,
Groove, Pels, Quiincke, Spasi-
ba, Syncope, Stitch, TYriplex
en Zijwaarts. MHUIS wil uit
eindelijk bereiken, dat in Delft
een muziekhuis komt, waar
groepen kunnen repeteren en
optreden.
MARKTEN
PAARDENMARKT UTRECHT
28/07 - Aanvoer 229 stuks. Prijzen (gulden
per stuk): luxe paarden 2700-3750. werk
paarden 1400-2475. oude paarden
1300-2350, 3-jarige paarden 1350-2400.
2-jarige paarden 1250-2275, hitten
675-1175, veulens 475-1100, pony's
200-575; (gulden per kg geslacht gewicht):
oude slachtpaarden 5.45-6.45. |onge «lacht-
paarden 5.50-6.60. Handel: slachtpaarden
redelijk, pony's redelijk.
LONDEN Een gedicht van
de hand van de Engelse dich
ter Lord Alfred Tennyson
heeft op een veiling bij So-
theby in Londen 100.000 pond
(ongeveer 450.000) opge
bracht.
Tennyson die leefde van
1809—1892, was de hofdichter
van koningin Victoria. Hij
geldt als een van de belang
rijkste poëten uit de Victo
riaanse tijd.
Het geveilde werk was het 649
strofen omvattende gedicht,
„In memoriam" waaraan Ten
nyson 17 jaar heeft gewerkt.
Met een reeks andere Tenny-
Vier en een hah
ton voor gedichf
Tennyson
son-geschriften werd het
dicht gekocht door het na|
Tennyson genoemde institul
in Lincoln, dat de betrokki
manuscripten tot dusver vi
de erfgenamen in bruiklel
had. Bij de aankoop kreeg
instituut steun van dé
van de overheid en van
culieren.
Tijdens dit weekeinde worden
bezoekers voorts in de gele
genheid gesteld een bezoek te
brengen aan kraampes met
oude ambachten en kunstvoor
werpen. In de hal van het
Zundertse gemeentehuis wordt
een overzichtstentoonstelling
ingericht van de kunstschilder
Henk van Dijk. Het plaatsje is
voorts bekend geworden door
het grote internationale bloe
mencorso, dat sinds 1936 elke
eerste zondag in september
wordt gehouden. Dit evene
ment gaat dit jaar samen met
een jaarmarkt en een interna
tionale straattheater-manisfes-
tatie.
kunsten
kunstenaars
In het Noordbrabants Mu
seum in Den Bosch is van 1
augustus tot 29 september een
tentoonstelling te zien over
'Opgravingen in Den Bosch'.
De tentoonstelling gaat met
name over het stadskernon-
derzoek. Den Bosch heeft
daarvoor als één der eerste ge
meenten in ons land al in 1979
een stadsarcheoloog aange
steld.
In Galerie centre de Part,
Javastraat 106, wordt van 2 tot
31 augustus een zomerexposi-
tie gehouden met keramiek,
grafiek en olieverven van on
der anderen Kees Andrea,
Adri Baarspul, Pieter Defe-
sche, Elisabeth Gerst, H. Ka-
merlingh Onnes, Jan Kuiper,
Wim Oepts, Etie van Rees en
Sees Vlag.
Ten toonstelling
Isaac Israëls
DEN HAAG Van13 sep-
tember tot 13 oktobér a.s. zal
er bij Kunsthandel Ivo Bouw
man te Den Haag een belang
rijke tentoonstelling worden
gehouden van werken van
Isaac Israëls.
De te tonen collectie bestaat
voor een gedeelte uit eerder
door de zaak aangekochte en
voor deze tentoonstelling gere
serveerde werken, alsmede
bruiklenen van enkele musea
en particulieren.
De tentoonstelling zal verge
zeld gaan van een catalogus,
waarvoor Mevrouw Anne
Wagner een inleiding zal
schrijven.
Oran jefeesten
Aardlanderveen
AARLANDERVEEN - Met de
bejaardenavond is het jaarlijk
se Oranjefeest in Aarlander-
veen van start gegaan. De
heer P. Verdonk, voorzitter
van de Stichting Oranjefeesten
Aarlanderveen, kon in zijn
openingswoorden vele bejaar
den verwelkomen.
Ook ging hij in op de bete
nis van het Aarlanderveense
Oranjefeest, en bracht vooral
dank aan de ouderen voor wat
zij voor dat feest hebben ge
daan.
Hierna werden door de heer
Vinke vele oudere liederen ge
zongen, die door de aanwezi
gen met volle borst werden
meegezongen. Hij werd bege
leid door de heer Leliveld op
het Hammondorgel.
Tot slot van deze avond wer
den nog enkele rondjes bingo
gespeeld.
99
Philo Bregstein is een man, die min
der bekend is als schrijver dan als fil
mer. Dat aspect van zijn werk vormt
een wezenlijk deel van zijn nieuwe ro
man, die mede daardoor de indruk
maakt nogal autobiografisch te zijn.
Huwelijkscrisis, problemen in het
werk, alles wat bij elkaar kan komen
in de crisis van het midden van het le
ven, de jaren rond do veertig.
Het boek van Philo Bregstein, „De Vliegende
Hollander", ademt die crisis op elke pagina. Na
drukkelijk presenteert hij het jds een roman,
maar in feite is het een vrij persoonlijk verslag
van een man, die zijn oude leven al dan niet
bewust laat overgaan, zonder te weten welk
nieuw leven hij daarna wil leiden. Daardoor
blijft het een heel subjectief boek, waarvan je je
afvraagt of de betiteling roman wel terecht is.
Die vraag wordt verder opgeroepen door de sa
menstelling van het eerste deel van het boek:
de hoofdpersoon, de ik, maakt daar een aantal
interviews met allerlei kunstenaars in Europese
landen, die hun mening geven over de vrijheid
van de kunstenaar. Dat komt neer op gesprek
ken, die woordelijk worden weergegeven, in de
originele taal (achter in het boek vind je dan
wel de vertalingen), waarin de verhoudipg tus
sen vrijheid in kunst en politiek wordt becom
mentarieerd.
De man die deze gesprekken voert is de ik van
het boek. Dezelfde man die met grote proble
men zit in zijn huiselijke situatie. Een gelibera
liseerd huwelijk, als dat zo heet, waarin de
vrouw een minnaar heefi, een zekere Ruud, die
door de echtgenoot wordt getolereerd. Hij im
mers heeft ook allerlei relaties, vooral met een
meisje in Parijs, Marceline, bij wie het allemaal
na een feestelijk begin ook niet zo goed meer
gaat, want sexueel is hij langzamerhand ook
niet meer de oude.
Crisis op crisis dus. De lezer wordt geen detail
bespaard, noch van de sexuete noch van de
huiselijke omstandigheden van de hoofdper
soon. Zonder dat er eigenlijk iets wordt opgelost
of ontwikkeld. Het blijft lauw loene, zoals dat
heet. Niemand komt er uit, er is geen proces,
geen ontwikkeling. Alles misere en problemen,
in het werk, aan tafel, in bed. Nou ja, dat kan
voorkomen, maar dat is wel wat weinig voor
een roman, van meer dan 250 pagina's. Plus de
vertaling van alles wat in vreemde talen eerder
was opgeschreven.
JAN VERSTAPPEN
Philo Bregstein: „De Vliegende Hollander" -
roman. Uitgave Meulenïtoff, Amsterdam.
Prijs,/ 34,50,
C&M-tttbcA.\toolcle£tye\