Kees Hieronymus Goekoop? „Ik ben niet iemand zonder zenuwen" MR GOEKOOP WORDT NOOIT 'EEN PAPIEREN TIJGER' na STAD Zwijgen was weer goud MAN VAN HET MANAGEMENT EN ORGANISATIE OP HET LEIDSE MAGISTRALE FLUWEEL EEN INDRUKWEKKENDE STAAT VAN DIENST LEIDSE COURANT ZATERDAG 5 JULI 1980 PAGINA 3 LEIDEN Een papieren tijger zal mr. Goekoop wel nooit worden. Van zijn voorganger dr. Adriaan Jan Vis werd dat daarentegen wel beweerd. Vis was, als burgemeester van een middelgrote stad in de provincie, een - man die het politieke spel met grote ernst meespeelde, maar op geen enke- le wijze trachtte er zelf de regels voor op te stellen. Hij heeft het in zijn loopbaan als burgervader ook nim mer gewaagd de bestuurlijke touw tjes eens een keertje in eigen hand te nemen. Kij was er, althans in Leiden, de persoon niet voor: het zou hem trouwens ook nooit zijn toegestaan. Om Vis door het ontbreken van of niet hebben van deze kwaliteiten een marionet te noemen in het politieke theaterstuk, dat hij in de eerste jaren van zijn aanstelling samen met vijf linkse wethouders gedwongen was op te voeren, zou een al te krasse bewe ring zijn en hem stellig geen recht doen. Dat zijn functioneren als burge meester echter al die tijd tot een wet telijk minimum beperkt is gebleven en sterk was uitgehold, zullen weini gen kunnen tegenspreken. Kees Goekoop is evenwel uit heel ander hout gesneden. In een interview met Li- sette Lewin van de NRC heeft hij ooit bekend een hekel te hebben aan te veel vergaderen. „Dan heb je geen tijd meer om de gewone bruine kroeg weer in te gaan." Dat bruin café is voor Goekoop min of meer de bakermat geweest van zijn latere politieke carrière. In zijn Leidse tijd, als rechtenstudent, heeft hij anderhalf jaar van de zes besteed aan het houden van een Odyssee door de plaat selijke horeca. Als corpsstudent heeft hij zich ook nog een tijd lang geworpen in het toen nog zeer levende Leidse studen tencabaret. („Toneelspelers en politici zijn allemaal een beetje ijdel"). Zijn artis tieke medespelers in een ooit nog opge voerde cabaret-revue waren destijds Paul van Vliet, Liselore Gerritsen, Floor Kist en Steije van Brandenberg. Op de vraag of hij ooit burgemeester zou willen worden, antwoordde Goekoop in dat in terview van februari 1976: „Nee, die am bitie heb ik niet. Ik zie mezelf meer in een andere bestuurlijke functie in het bedrijfsleven. Of als rechter." Reacties „Ik ben zeer verheugd", dat was de eer ste reactie van fractieleider dr. F.J. Kuijers van de VVD op de benoeming van de heer Goekoop als nieuwe burge meester van Leiden. Een wat gematigder optimisme klonk daarentegen door in de reacties van de fractieleider van de PvdA, mr. Jit Peters en de nestor van het CDA, de heer M.G.J. Ham, kort na dat zij gistermiddag op de hoogte waren gesteld van het kabinetsbesluit. De heer Kuijers zei bijzonder blij te zijn met de aanstelling van een liberaal in het Leidse college van burgemeester en wethouders (vier PvdA-wethouders en twee VVD-wethouders). Kuijers vond, dat de heer Goekoop uitstekend voldeed aan het burgemeestersprofiel zoals dat door de gemeenteraad was geschetst. „Hij zal het door zijn management-erva- ring goed doen in de stad. Daarvan ben ik overtuigd", aldus de fractieleider van de VVD. Mr. Jit Peters stelde het jammer te vin den, dat een VVD-er uiteindelijk burge meester is geworden. „Ik had natuurlijk liever iemand uit de PvdA op deze plaats gezien. Dat zou ook juister zijn geweest gezien de progressieve meerderheid in de raad. Maar van alle VVD-ers die ik in de vertrouwenscommissie heb ontmoet, is hij zeker niet de slechtste, misschien zelfs een van de betere. Ik vind het posi tief, dat Goekoop uit de grote stad af komstig is, waar hij het overigens niet slecht schijnt te hebben gedaan. Ook het feit, dat hij in de stroming Vonhoff- Geertsema thuis hoort, die een toenade ring zoekt met de PvdA, is een voordeel. In tegenstelling tot de benoeming van Vis destijds heb ik niet het gevoel, dat hij echt in Leiden is gedropped." Aan de andere kant zou volgens Peters de „uitgeklede" burgemeestersportefeuil le, die Goekoop krijgt toegeschoven, wat problemen kunnen opleveren. „Ik voor zie wat dat betreft wel wat moeilijkhe den, omdat ik niet geloof, dat een jonge en dynamische persoon als Goekoop net zo makkelijk als Vis met een magere portefeuille overweg zal kunnen. Tijdens het gesprek in de vertrouwenscommissie hebben wij hem al doen inzien, dat hij zich als burgemeester in Leiden te hou den heeft aan een programcollege en dat hij verder uitgesloten wordt van alle wethoudersoverleg." Aldus Jit Peters. De nestor van het CDA, de heer Ham, bleek de kat liever uit de boom te kijken dan al direct spontaan van de lever com mentaar te geven op de benoeming. „Ik ken de hele meneer Goekoop niet Ik heb niet in de vertrouwenscommissie ge zeten en weet niet wat het gaat worden. De man zal zich nog helemaal waar moeten maken. Hij zal de eerste tijd het vertrouwen van de raad moeten zien te winnen." Of het CDA in de heer Goekoop een geestverwant zal aantreffen wat betreft het realiseren van langere sluitingstijden voor de Leidse horeca (oud-burgemees ter Vis was dat zeker niet), wil Ham ook nog maar liever afwachten. „Misschien dat hij als Amsterdammer in onze geest zal handelen en de horeca wat vrijheden zal gunnen, wie zal het zeggen? Ik hou ook wel van een borreltje, als het maar niet te veel is..." LEIDEN De stoelendans om het burgemeestersschap van Leiden is ten einde. Mr Cornells Hieronymus Goe koop (46) is glansrijke win naar geworden. Zijn concur renten bleven niet overeind, soms zelfs door eigen schuld. Zoals de socialistische Haagse wethouder Van Lier, die uit bundig kond deed van zijn be langstelling voor het Leidse ambt toen zijn naam eenmaal was uitgelekt. Mr Goekoop, wiens naam al direct vanaf het begin van de procedure op het lijstje kandidaten voor kwam, was heel wat verstan diger. Hij ontkende niets, be kende niets, hij was er ge woon niet Op het moment dat zijn naam uitlekte (wet houder Waal annonceerde nog een onderzoek om na te gaan hoe zijn naam nu wel kon zijn uitgelekt), vertelde de heer Goekoop een onzer verslaggevers op geen enkele wijze commentaar te kunnen leveren en dat hij juist aan het pakken was om op vakan tie te gaan. Die vakantie heeft lang geduurd. Maar ook toen de heer Goekoop vorige week door de ministerraad werd benoemd en het slechts wach ten was op het tijdstip dat Ko ningin Beatrix de benoeming met haar handtekening be krachtigde, bleek de heer Goekoop min of meer spoor loos. Voortdurend lieten se cretaressen en huisgenoten weten, dat hij 'onderweg' was, onbereikbaar derhalve. Tot gisteravond. Het stilzwijgen is inmiddels beloond. De race rond de benoeming van een nieuwe burgemeester begon op 2 februari met het plotselinge bericht, dat burge meester Vis in de nadagen van zijn carière benoemd was tot secretaris-generaal van het ministerie van Binnenlandse Zaken, de hoogste ambtenaar in het land. De gemeenteraad boog zich over zijn opvolger en stelde een pakket eisen op voor de commissaris van de Koningin, zonder nadrukke lijk in te gaan op de politieke achtergronden. Wel wenste men nadrukkelijk inspraak. Een vertrouwenscommissie werd ingesteld, die de kandi daten zou wegen. In totaal kwamen er veertien sollicita ties binnen. Zes daarvan kon den al direct worden afge schreven. Uit het restant kre gen twee kandidaten de voor keur. Vier overigen waren ook geschikt, maar stonden op de tweede plaats. Van de res terende twee wenste één niet door de vertrouwenscommis sie te worden gehoord en viel daarom af, terwijl een tweede wel acceptabel zou kunnen zijn, maar achterbleef bij de anderen. De eerste twee op de voor dracht van de vertrouwens commissie waren de heer Goekoop, ex-wethouder van Economische Zaken uit Am sterdam, en de Haagse wet houder Van Lier. Toen deze laatste zich vergaloppeerde werd door de commissaris van de Koningin mr M. Vrolijk een naam uit de volgende groep van vier geplukt (een plaatsvervangende socialist) in de persoon van de heer Van Lookeren Campagne. Op de voordracht aan de minister van Binnenlandse Zaken prijkten dan ook drie namen. Twee socialisten en een libe raal. Uit de gehele procedure bleek overduidelijk dat de VVD niet wenste in te gaan op nadrukkelijke pogingen een socialist te benoemen op de Leidse zetel. Immers: de heer Van Lier stond al zwak en zijn 'vervanger' Van Look eren Campagne had de benoe ming tot voorzitter van het College van Bestuur van de Technische Hogeschool in Twente al min of meer op zak. In de wandelgangen van het ministerie deed plotseling nog een nieuwe naam de ron de, die van de Gelderse gede puteerde drs. R. van den Berg. Maar Goekoop bleef kaarsrecht overeind in de race. „Heren, neemt u me niet kwalijk dat ik twintig minuten te laat ben voor de af spraak, maar het was moeilijk van de haven naar hier te komen Zwart kof fertje met sticker „Sail Amsterdam 1980" neergezet op de grond, naast de confercntietafel. Vrijdagmiddag; tien voor half zes, derde verdieping van het gebouw Herengracht 473, Amsterdam. Daar is „Sail Amsterdam 1980" sinds vier jaar volop in de maak, en de direc teur op het punt van afscheid nemen zegt: „Dat maak ik eerst af, want al die jaren van opbouw laat ik me niet meer ontglippen. We varen van 6 tot 12 augustus. Met duizend zeilschepen en vijftienduizend deelnemers. Daarmee ra ken we een beetje in Olympische ter men, vindt u ook niet Rusland had dit evenement graag willen hebben tijdens de Olympiade, in Talin of Leningrad, aan de Oostzee, maar de Russen hadden geen tijd meer voor een behoorlijke or ganisatie en dus konden ze ons „Sail" niet meer afsnoepen. We rekenen aan het IJ op een miljoen bezoekers. Zeker. Behoorlijke koffie, nietwaar Er zijn nog maar twee flesjes pils, ik neem wel wat fris. Ja, en dan mag u me felicite ren. De benoeming is vanmiddag afge komen. Ik kreeg een telefoontje uit Den Haag. Alleen nog een formele medische keuring, maar ik denk niet dat ik iets onder de leden heb". Mr. Cornelis Hiëronymus Goekoop, oud wethouder Kees Goekoop van Amsterdam, wordt 18 augustus in de Leidse raad geïn stalleerd als burgemeester. De verwachte kogel is door de K.B.-kerk. Koninklijk Be sluit, door de koningin getekend. Vlak voordat hare maisteit op vakantie zou gaan. Tussen neus en lippen. Maar nog net mooi ovinc even meegenomen. Rust in de Leidse gele deren. Z'n secretaresse bij „Sail Amster dam" is er wat stil van. Twee dagen gele den zei ze nog tegen ons, door de telefoon, geen moment te denken aan het vertrek van haar baas: „u gelooft toch zeker niets van die indianenverhalen Nu is haar di recteur dan toch blijkbaar een soort in diaan, in haar ogen. Aankomend Leids burgemeester Cornelis Goekoop ontvangt op de vrijdagmiddag, na kantoortijd, een paar Leidse persmensen „at duty". Een forse, levendige man met wat uitdunnend zwart krullerig haar, hoog boven het voorhoofd. Prettige oogopslag. Tegen het schalkse aan. Niets wijst erop, dat hij op z'n qui vive is. Toch is hij dat. O jawel. Uitspraken over Leiden doet hij later ook niet: „u moet wat voor me over laten. Dat komt echt nog wel, als we wat verder in de tijd zijn. U moet dit als een eerste glo bale kennismaking zien". Leidens toekom stige eerste burger gaat, althans vandaag, donker gekleed: blauwe blazer, een Leids obscure das met Amsterdams wapen in het vignet, als ik dat zo mag zeggen. Linker ringvinger met familiewapen in lichtblauw, met belendende trouwring. Helemaal bene den, in de brede Herengracht met langszij enorme bomen in zomerdracht: waterfiet sen die, gehuurd, van de Mauritskade ko men; en van tijd tot tijd redelijk gevulde rondvaartboten in het toeristische groene water. Amsterdam, stad te water. Mr. Kees Goekoop zal er zich ambtelijk van los moe ten maken. Innerlijk zal hij, met z'n multi- geïnteresseerde belangstelling, dat Amster dam niet hoeven prijs te geven, als hij vol gende maand doelbewust op z'n magistra- tenstoel aan de Breestraat'zit. „Na m'n geboorte ben ik drie jaar Amster dammertje geweest. Toen verhuisden mijn ouders (vader was zeg maar een filosoof, maar een kamergeleerde die best de pretti ge kanten van het bestaan kon waarderen) naar Heemstede, later naar Bloemendaal. Ik zat op het Kènnemer Lyceum, niet ver van zwembad Stoop in Overveen. Nou jou, ik ging studeren in Leiden. Eerst chemie, maar algauw rechten. Hebben ze vroeger al iets over mij geschreven, toen ik wethouder geworden was Ja dat weet ik nog wel. Dat was vier jaar geleden. Toen schreef een vrouwelijke journalist iets over mijn aanra President van Sail Amsterdam '80. kingspunten met donkere, bruine kroegen. Acfr, je sluit steeds periodes af. Zo moet je het maar beschouwen. Je kunt niet student blijven, of wel soms Hoewel het niet uit gesloten is, dat ik nog dergelijke bruine ge legenheden zal aandoen. Alleen zal de fre quentie lager liggen". En dan kent „burge meester Goekoop" altijd nog wel z'n aan loop in de meest donkerbruine kroegenstad van het land, en dat is nog steeds Amster dam Horeca-problemen in Leiden. Mr. Goekoop heeft er kennis van genomen. Reeds. „Het is hetzelfde als in Amsterdam, waar grote concentraties café's zijn in buurten die in tensief bewoond worden. Het is duidelijk, dat je elkaar niet moet hinderen. Op geen enkele wijze". Nou, dan kent verder mr. Goekoop Leiden van z'n studentenverle den. „Toen ik 18 was, zat ik erin. Ik heb nog steeds kennissen in Leiden en daarom heen. We kwamen en komen er nog wei eens. Het wordt geen grote omschakeling, van Amsterdam naar Leiden. De aanpas sing zal niet zo veel van me vergen. Dat moet je niet te dramatisch zien. Leiden is niet alleen een onderdeel van de randstad, het is er zelfs het middelpunt van. Op een flink half uur rijden van de hoofdstad. De zelfde problematiek voor een groot deel; met een dergelijke historische oude binnen stad; een oude sociale problematiek dus. Als men een negatief beeld van Leiden op roept, klopt dat ook niet zonder meer. In onze grote steden loopt de bevolking terug; die van Leiden is gegroeid. Leiden krijgt impulsen waar het gebruik van maakt Mr. Kees Goekoop rookt niet. Dat deed z'n voorganger Vis net zomin. Verdere verge lijkingen kun ie nauwelijks trekken. De heer Goekoop kent de huidige secretaris generaal van binnenlandse zaken, Adriaan Vis, trouwens slechts van verre. Er zijn geen ingrijpende aanrakingspunten met beide VVD-rheren die op het burgemeester- lijke vlak van belang zouden kunnen zijn. Alleen, heer Cornelis Goekoop, met z'n 46 levensjaren, staat nu aan het begin van een nieuwe carrière. En hij manifesteert zich als een man met een sterke potentiële be wegingsvrijheid. Zijn dadendrang uit het nabije verleden is opmerkelijk te noemen. De beperkingen die het Leids college hem wil opleggen lijken illusoir. Daar vraag ik de nieuwe burgemeester niet over. Hij gaat daar toch niet op in. Burgemeester Goekoop zal zich ongetwij feld laten kennen, in Leiden. Daar hoeven we geen punt van te maken. Wacht maar af, lijkt me het eerste motto dat de installa tie zal omgeven. Maar zijn geladenheid werpt vandaag al „onder de roos" allerlei verwachtingen op. Het feit, dat hijzelf naar een huis in Leiden zal moeten omzien, is een bijkomstigheid. Voorlopig zit hij met z'n gezin (vrouw en drie veelbelovende dochters) aan de Prins Hendriklaan in de Concertgebouw-Vondelbuurt. Dat huis zal hij moeten zien kwijt te raken. „Dat is m'n grootste probleem en de verkoop zal enige zorg vereisen. Dan zitten we hier in Am sterdam met nog een apart probleem..." Dat slaat uiteraard op het „kraken" van leeg staande panden. Als goekoop dan maar niet duurkoop wordt. Vier jaar geleden zei Kees Goekoop, als nieuwbakken wethouder, geen ambitie voor het burgemeestersambt te hebben. „Heb ik dat gezegd Dat kan best. Maar toen was ik net wethouder. Dat was nog te kort. Als wethouder, vind ik nog steeds, moet je dingen af kunnen maken die je be gonnen bent. Ik ben het bijna tweeëneen half jaar geweest en dat is te kort. Je hebt er vijf, zes jaar voor nodig om jezelf waar te kunnen maken. Dat is dus niet gelukt, in Amsterdam, na allerlei coalitietoestanden en zo en programcolleges. Ik ben niet de vos die wel z'n haren maar niet z'n streken is kwijtgeraakt. Ik heb geen streken, maar de ambities zijn toch wel gegroeid, waar schijnlijk. Ik ben een doe-figuur. Dat kun je als wethouder best hebben. Maar ook als burgemeester. Ik zie het als mensen die management bedrijven, lui die organiseren. Ik ben geen duizendpoot. Of misschien ook wel. Ik bedoel alleen maar, dat ik niets bij zonders ben". Management; dat staat Cornelis Goekoop voor. Hij zou er niet van buiten kunnen. ..Een eerste gioDaie KennismaKing... LEIDEN De loopbaan van de nieuwe burgemeester van Leiden, mr. Cornelis H. (Kees) Goekoop wordt gekenmerkt door een indrukwekkende reeks van data en daarbij beho rende wapenfeiten. Goekoop is geboren in Amsterdam op 4 december 1933. Hij is getrouwd met M.A.J. van Ingen, is va der van drie kinderen en woont nu nog met zijn gezin aan de Prins Hendriklaan in de hoofdstad. De jonge Goekoop doorliep in de gemeente Bloemendaal het Gymnasium, afdeling B. Na zijn middelbare school (1956) studeerde hij aan de Rijksuniversiteit te Leiden Ne derlandse recht met als keuzevakken: luchtrecht en scheep- vaarteconomie. Na het behalen van zijn doctoraal-diploma in 1958 volgde hij bij de landmacht een officiersopleiding. Kees Goekoop is thans reserve- kapitein bij de Veldartille rie. Na het vervullen van zijn dienstplicht vestigde de kers verse jurist zich als advocaat in Amsterdam. Twee jaar la ter, in 1964, bekleedde hij in de N.V. Luchthaven Schiphol achtereenvolgens de functies van juridisch adviseur, ad- junct-hoofd commerciële en juridische zaken en hoofd mar keting. In 1970 aanvaardde hij het raadslidmaatschap van de VVD in Amsterdam, een functie die hij tot aan zijn be noeming van burgemeester heeft vervuld. Van 1976 tot 1978 was de heer Goekoop wethouder van de hoofdstad (opvol ger van oud-Kabouter, later PPR-raadslid, Roel van Duijn). Hij was belast met onder meer gemeentewerken, de haven, luchthavenaangelegenheden, monumentenzorg en juridi sche en verzekeringszaken. Het wethouderschap, later weer ingewisseld voor het gewone raadslidmaatschap, leverde de heer Goekoop verschillende commissariaten op, waaronder die van de K.I.W.A. b.v. en de N.V. Luchthaven Schiphol. Verder is de heer Goekoop lid van de Provinciale Staten van Noord-Holland.- Tot op heden was de nieuwe Leidse burgemeester directeur van B.C.G.-Interim Management b.v. en als zodanig onder andere directeur van de Nederlandse Weber Maatschappij b.v. in Coevorden. Verder is mr. Goekoop president van Sail Amsterdam 1980 en tevens nog plaatsvervangend kanton rechter in deze gemeente. ..De noreca-proDiemen. ook Amsterdam neen er volop mee te maKen... Daarbuiten betrad hij al zijpaden, zoals het fungeren als waarnemend kantonrechter in Amsterdam. Vorig jaar ongeveer dertig zit tingen. Hij was buitendien ook advocaat. Hij is bruisend van leven. Vindt het leuk om naar Leiden te gaan. Stad met sfeer en aantrekkelijkheden. Werken binnen een jong team. Een stad uit het statische te ha len, dat trekt hem erg aan. „Laat me eerst maar een tijdje zitten daar. Voorlopig hou ik de boot af.." In zijn vrije tijd is Kees Goekoop ook licha melijk sportief. Net zoals hij eruit ziet. Hij tennist, zeilt (huurt een boot), skiet, bezoekt regelmatig toneel- en muziekuitvoeringen studententoneel in z'n Leidse tijd was hem verre van vreemd, want daar deed hij zelf aan mee, met Paul van Vliet, diens Li selore Gerritsen, Steije van Brandenberg, Floor Kist en ga zo maar door. Hij heeft te weinig tijd om te lezen. „Stukken doorle zen, ja, dat heb ik genoeg gedaan. Leuke lectuur voor het naar bed gaan, moet ik zeggen Dat zou ik liever willen vermijden. Maar ja, als burgemeester kun je daar niet altijd onder uit Heeft Cornelis Hiëronymus Goekoop plan kenkoorts Heeft hij dat ooit gehad Zal hij dat hebben als beginnend burgemeester van één van Hollands oudste steden „Ik heb toneel gespeeld. Daar hoort planken koorts bij. Elke speler heeft dat. Dat moet je ook hebben. Ook als politicus (wat ik in feite niet ben) of als burgemeester in statu nascendi. Ik ben geen man .zonder zenu wen. Gelukkig niet" TON PIETERS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 3