gggpj Noordwester beukt strandseizoen in gruzelementen underaars éatastrofe pagin i \|ENLAND LEIDSE COURANT MAANDAG 21 APRIL 1980 PAGINA zich it zijn dj 'echter te vellÈ opnia aakt I nog i indnj als] in hl envattl bestea ireenl en Mfl tvvea and! Bob! voorn unbdil na h\ nede n Piet kinder afgelc ide verjaar in De het d intwor, espark fuvel. daar ..uitbi i het I 3rpM. Tz 9* - i ENINGEN Zaterdag-nacht, twee uur. boulevard in Scheveningen is in het shurant „Het Haantje" provisorisch nmando-crisis-centrum ingericht. Hur ler Schols pleegt koortsachtig overleg thouder Nyqvist over te nemen nood- felen. Want zojuist, op de valreep van ver? Wordt windkracht acht straks echt wind kracht negen? strand-etablissementjes opgehoopt. Jeeps van de Mobiele Eenheid razen door de vloedlijn op en neer, instructies rondstrooiend waar nodig. De strandtenthouders vechten voor een verloren zaak. De strakke ijzige wind maakt het bijna on mogelijk op de boulevard te lopen, laat staan te lossen en laden. Een vrachtwagen van een haastig ^festival, heeft Scheveningen alarm ge- - af en aan slepende seizoen-ondernemer kantelt, j jJ «kopte golven te ver het strand op. En de wordt pas over enkele uren verwacht. ïrste, en naar later bleek de enige, maatregel sateg;„Werp wallen op voor de strandtenten, van -CS vi luin tot en met Scheveningen". Met ijlings an zo uurde bulldozers worden duizenden tonnen uitgegraven en als bunkers voor de fragiele indkracht acht dreigt onstuimig het licht van Scheveningen weg te vagen, ïoor een tornado opgejaagd, rollen woest de laadklep torent ruim tweeënhalve meter boven de begane grond. Moedeloos en met tranen in de ogen van woede tracht hij een alternatief te vin den om zijn inboedel van de dreigende ondergang te redden. Maar hij vindt het niet. Net als zijn aanwezige collega's weet hij dat zijn inspanningen marginaal zijn. Het is hopen op een wonder. GEPLAAGD DOOR DE WIND Houden de zandwallen het? Komt de vloed wel zo Dezelfde vragen spoken door het hoofd van de burgemeester. De idyllische voorstelling van een burgemeester als een over de stad wakende bur gervader, wordt hier bewaarheid. Het gedruis van de feestende meute in het Congresgebouw gaat aan hem voorbij. Geplaagd door de wind, zoekt hij naar een oplossing om een ramp Cs voorkomen. Maar de tijd schrijdt voort en voor het uur-U, het tijdstip waarop de vloed het opdringerigst is, kan er weinig meer worden gedaan. Tegen het krieken van de donkere morgen wordt de wind nog feller, de zee nog wilder en de men sen radelozer. De gevolgen laten zich raden. Een ramp lijkt onafwendbaar. De aanwezigen ziin er getuigen van hoe de zee meedogenloos inbeukt op de door de bulldozers bijeengeschoven zandwal len. Leken de geïmproviseerde dijkjes enkele uren eerder mogelijk nog een preventieve functie te kunnen hebben, de zee denkt daar anders over. De immense golven glijden moeiteloos over de pit toreske wallen heen. Windstoten testen de houten funderingen van de horeca-vestingen. Maar bijna geen tent kan weerstand bieden. REALISTISCHE RAMPENFILM Het lijkt wel alsof de houten funderingen en steunbalken van de strandtenten met velpon aan elkaar zijn gelijmd. Als luciferhuisjes worden zij weggeblazen, vernietigd. Het ziedende geweld van de storm laat niets over van de illusies, inspannin gen en strandtenten van de betrokkenen. Het schouwspel ontpopt zich als een realistische ram penfilm van Cecil B. de Mille, geregisseerd door een zieke geest. Maar hier gaan de toeschouwers na de finale niet naar huis, zij worden geconfron teerd met ontreddering. Enkele urem na de catastrofale vloed kan het puinruimen beginnen. De schade loopt in de mil joenen, maar er zijn geen gewonden. De schade is zuiver materieel en niet eens onvervangbaar. Niettemin is de aanblik van de getroffen strand tenthouders, verlaten bezig met de minuscule res ten van hun imperia, triest. Het seizoen is verlo ren. Reddeloos verloren. Verzekeringen zijn nog niet geldig, het is immers nog geen zomer. Of schoon het weertype dat slechts enkele dagen ge leden ernstig deed vermoeden. Weinig heeft deze tenthouder aan de boulevard van zijn inboedel weten te redden. Alleen de bierpomp staat enigszins verloren nog overeind in het zand. 1 HAAG KATWIJK De hele dag t men gisteren aan de Nederlandse de handen vol gehad aan het on- nen, schoonvegen en verzamelen restanten van strandtenten en zo- huisjes. Scheveningen en Kijkduin waren de dag dranghekken nodig om te vooko- dat ongewenste bezoekers de oprui- s voor de voeten en om plunderingen n te gaan. Toch zijn er nogal wat „klei- eden" zoals bijvoorbeeld kratten Uk gestolen. Politie, zandschuivers en üonarissen in het rijdend crisiscen- i, onder wie burgemeester Schols zijn listeravond acht uur nog paraat geble- Overigens hebben de duinen aan de erlandse kust weinig hinder ondervon- van het geweld. De schade is groten- Is beperkt gebleven tot strandtenten en lerhuisjes. Maar de ontreddering onder 'eigenaren hiervan was dan ook erg ot. Burgemeester Schols gewaagde van I; „harde klap voor Scheveningen als ristenoord, na een hoopvol, zonnig be- van het seizoen". Voor Katwijk gold co Zelfde. Hier heeft maar één van de in 'al 13 paviljoens de storm overleefd. In ssenaar werd het halve dak van de vo- week nog opgeknapte strandpost van politie weggerukt. Het kwam terecht op rotonde van de Wassenaarse Slag. Ook a betonnen funderingen van de afrit naar strand moesten het ontgelden. Bloemendaal en IJmuiden werd veel 'ade aangericht aan strandpaviljoens ■ar werden vooral ook veel' zomerhuisjes rnield. Ook in Zeeland ging het vooral zomerhuisjes. Bij Dishoek op Walche- 'spoelden driehonderd huisjes de zee in |J Domburg tachtig en bij Kamperland S tig. De beukende go* ?n hebben zich teruggetrokken, ^en ravage achterlatend in het gra'jwe ochtendlicht. In een geïmproviseerd crisiscentrum probeerde men onder leiding van de Haagse burgemeester Schols (aan het hoofd van de tafel) tevergeefs maatregelen te verzinnen die de zee moesten tegenhouden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 7