'liters en Reformatie Misschien een elitegroep, maar we moeten bovenaan macht veroveren .IN. TAD/REGIO LEIDSE COURANT DONDERDAG 13 MAART 1980 PAGINA 5 0RSCHOTEN „Het Vrouwennet- rk is misschien een elitegroep, maar 11 len we werkelijk iets voor vrouwen ïoln ook voor de vrouwen onderaan ertmaatschappelijke ladder, waar de en(standen het ergst zijn dan moeten cr bovenaan macht veroveren. We moe- doorstromen naar de hoogste posten, el in het bedrijfsleven, de politiek in de wetenschap om iets essentieels oridoen voor de emancipatie van de e 1uw in het algemeen. Anders blijft het :stJ ginaal gebroddel." Aan het woord is i 6 leke Schoemaker, één van de be- eo irsleden van het onlangs naar Ameri- en Jns voorbeeld opgerichte Vrouwennet- rdtk. Het gesprek vindt plaats in het idd lumentale pand van de zilverfabriek en iinklijke Van Kempen en Begeer aan an Leidseweg in Voorschoten, waar in ,fd der kamers de enige vrouwelijke >lai lager van dit bedrijf huist: mevrouw [i fla Veldhuyzen van Zanten, geboren in n tRoaring Twenties", getrouwd, twee leren en „grand-mère" van „snoeperi- Franse kleinkindertjes". Schommelt ac tiek tussen de WD en D'66. Goed- aai s, met een licht geaffecteerd stemge- dej wil zij praten over de Vrouwenbe- a'.fing, vrijwilligerswerk, deeltijdar- 'd positieve discriminatie, maar voor- aaa ver het Vrouwennetwerk, waarin zij voorzitster van het bestuur functio- ïn ft Wordt regelmatig geconfronteerd stiel het feit dat zij voor secretaresse 'Tt aangezien, ondanks haar direc- :hap dat zij al weer een jaar of zes |ouw Van Zanten blijkt de versterking inge- te hebben van Nelleke Schoemaker, die haar taak als bestuurslid van het kersverse Wennetwerk ook wetenschappelijk mede- ster is aan de Rijksuniversiteit in Leiden („zij [het wetenschappelijk allemaal zo goed," licht Jouw Van Zanten toe). Mevrouw Schoemaker onderzoek naar deeltijdarbeid bij bedrijven n; hoe erover gedacht wordt en wat de histo- belemmeringen zijn. In tegenstelling tot me- - Ir Van Zanten, die gematigd in haar opstelling hjt mevrouw Schoemaker zich af en toe onom- |en uit. Voor haar is het zonneklaar dat de w«JciPatie van vrouw *n onze samenleving ^Iteeds te wensen overlaat. Naast de reeds be de stroom aan cafés, huizen, praatgroepen en isaties, waaraan onveranderlijk het woord moet worden toegevoegd, wil het Vrouwen- ,mc£rk in deze situatie verandering brengen. Me- Star ^an Zanten: „Het doel is ondersteuning van wen in hogere functies, het stimuleren van de jCTgrtroming van vrouwen naar dergelijke func- !gje!n... (denkt even na, waarna mevrouw Schoe- n Ur ogenblikkelijk aanvult) ...en emancipatiebe- P^Jering van de vrouw in het algemeen". Daarbij en jhen een aantal middelen voor ogen, zoals het rbafhouden van onderlinge contacten, het ver- 'et^en van 'nf°rmatie- ^et van contacten J>t dit doel kunnen bijdragen, het organiseren a tïnvloeden van opleidingen en trainingen, ge- op het functioneren van de vrouw in haar „Om maar een voorbeeld te noemen. We ook invloed uitoefenen op de inhoud van de igementscursussen om ze meer vrouwgericht uien zijn; tot nu toe zijn ze allemaal op mannen innt." licht mevrouw Van Zanten toe. Ook is uintal werkgroepen ingesteld; een beleidsnota >p stapel. MEDE-OPRICHTSTERS OVER VROUWENNETWERK: 99 patroon doorgaan, is over een aantal jaren nog niet bereikt dat er meer vrouwen in het bedrijfsleven een plaats hebben." Mevrouw Schoemaker „Tot op dit moment heb ben we eigenlijk uitsluitend positieve discriminatie van de man gehad. Om dat te neutraliseren is posi tieve discriminatie van de vrouw zeer bewust no dig. Iedereen zegt die positieve discriminatie van de vrouw is tegen de emancipatie en de gelijkscha keling, maar ik vind dat ze dan eerder, toen de man voortdurend positief werd gediscrimineerd, hadden moeten protesteren." Vrijwilligerswerk Over het vrijwilligerswerk, dat staatssecretaris me vrouw Kraayeveld, terugverwijst naar vrouwen om daarmee een flink bedrag uit de rijkspot uit te sparen zegt mevrouw Schoemaker: „Ik vind niet dat je typische beroepsarbeid met alle verplichtin gen en betalingen vandien over de ruggen van vrijwilligers, bejaarden en zieken mag uitsparen." Het terugvallen op de verdiensten van de partner vindt zij „zowel naar de vriiwilligers als naar de mensen die daarvan afhankeliik zijn, een kwalijke zaak. Wat mevrouw Kraayeveld wil is hoogst kwa lijk en bedenkelijk". Mevrouw Van Zanten breekt in dit verband een lans voor de deeltijdarbeid voor zowel mannen als vrouwen. „Het is een ideale toestand als man en vrouw allebei een baan hebben. Dat moet volgens mij ook gewoon kunnen en dat je daarnaast nog wat vrijwilligerswerk doet. Ik denk dat het erg idealistisch is voorgesteld, maar het moet wel kun nen. Ik ben er bovendien heilig van overtuigd dat mensen die een gedeelte van de dag werken pro- duktiever zijn, het zogenaamde inhaaleffect." Hypothese Mevrouw Thea Veldhuyzen van Zanten: ...wij wileh ons niet afzetten tegen mannen... rerh c Positief Van een strijd is, volgens mevrouw Van Zanten, geen sprake. „Het Vrouwennetwerk wil de zaken graag positief benaderen; wij willen ons ook niet afzetten tegen mannen." Een ander voorbeeld: Afhankelijk „We gaan een lijst samenstellen van bedrijven die J vrouwvrindelijk zijn, maar dat noemen we een witte lijst in plaats van een zwarte." Mevrouw Schoemaker vult aan: „Dat is de enige manier om wat te bereiken". wen, die zich binnen korte tijd zonder enige pu bliciteit hebben aangesloten, beschikken over een achterban, die heel groot is. Het is veel meer dan we zelf dachten." Verder organiseren wij bijeenkomsten," vervolgt mevrouw Van Zanten, „en ijveren voor het doen verschijnen van publicaties. Er zit een groot poten tieel aan journalisten in het Vrouwennetwerk, zoals de hoofdredactrice van Margriet. Zij heeft natuurlijk een enorm bereik. De honderd vrou- Uit ervaring hebben de beide dames geleerd, dat ondanks sociale onrust en een terugval van de eco nomie, de emancipatie van de vrouw en de inte gratie in het bedrijfsleven niet meer tegen te hou den zijn. Mevrouw Schoemaker: „Je kunt zeggen: het is nü erg ongunstig, maar we gaan naar een zeer ongunstige leeftijdsopbouw toe. Over tien jaar hebben we een vergrijzing onder de bevolking, waardoor de verhouding tussen actieven en niet- actieven bijzonder ongunstig wordt. Dan zijn we maatschappelijk gesproken doodgewoon afhanke lijk van vrouwen. Tegen die tijd kunnen we ons niet meer permitteren de helft van de potentiële beroepsbevolking buiten het werk te laten. Wat wij nu willen is: gelijke kansen voor de vrouwen op het moment dat ze echt nodig zijn en niet dat er van wordt uitgegaan dat het een secundair arbeid sleger is dat je elk moment naar huis kunt sturen. Wat wij willen is, dat zij naar alle niveaus kunnen doordringen, afhankelijk van kwaliteiten, capaci teiten, niet van geslacht." Positieve discriminatie De positieve discriminatie die hier en daar in toe nemende mate op vrouwen wordt toegepast om hen aan een baan te helpen, achten beiden juist. „Waarom een vrouw niet en een man wel," stelt mevrouw Van Zanten. „Als we volgens het oude Een hypothetische vraag maakt diepe zieleroerse- len los. Als u bij een sollicitatie moet kiezen, zo luidt de vraag, tussen een werkloze man zonder werkende vrouw en een vrouw wier man werk heeft, wie kiest u dan? Mevrouw Van Zanten: „Ik zou het er vreselijk moeilijk mee hebben om zo'n beslissing te nemen. Maar ik zal toch waarschijnlijk voor die vrouw kiezen. Het klinkt misschien een beetje hard, maar ik denk dat als wij dat niet doen, we nooit aan de bak komen." Onmiddellijk voegt zij eraan toe: „Ik denk dat een heleboel mensen me dat kwalijk zul len nemen. Er zijn een heleboel vrouwen, die het me al kwalijk nemen dat ik werk. Op deze plaats hoort een man te zitten. Vriendinnen hebben ge zegd dat ik asociaal ben, omdat ik werk." Haar vriendin en mede-bestuurslid Nelleke Schoema ker: „Ik geloof dat de grootste weerstand nog van vrouwen komt en niet van mannen. Zij zijn veel feller, vinden dat het niet kan, dat je thuis moet zitten, zeker in deze tijd van werkloosheid. Princi pieel is dat tegen al mijn emancipatiegevoelens en gevoelens van rechtvaardigheid in. Ik ken zelfs een geval van een lerares Engels in vaste dienst, tegen wie zo aangepraat is, dat ze ontslag heeft ge nomen ten behoeve van een jongere, mannelijke collega. Schandalig... èn van deze lerares volkomen fout." Mevrouw Van Zanten: „Alleen het feit al dat je ie mand, die goed functioneert, vraagt plaats te ma ken!" Mevrouw Schoemaker: „Het zal nóóit tegen een man gezegd worden. Überhaupt dat u de vraag stelt is voor mij duidelijk dat het met de emancipa tie treurig gesteld is." TOM VAN RIJSWIJK Belangstellenden in de Stichting Vrouwennet werk kunnen informatie krijgen via mevrouw Th. J. Veldhuyzen van Zanten, Offenberglaan l/f45a in Den Haag, telefoon 070-83.82.25, me vrouw N. Schoemaker, Willinklaan 11 in Oegst- geest of bij het secretariaat, postbus 43, Vree land, telefoon 02943-3903 (Liesbeth Matthieu). „RIJK DOET ER TE LANG OVER" Provincie: eventuele olieverontreiniging op Zuidhollandse stranden aanpakken DEN HAAG De provincie Zuid-Holland wil op korte termijn spijkers met koppen slaan, wat betreft eventuele olieverontreiniging op de Zuidhollandse stranden. Het overleg eind januari tussen het rijk, de provincies, de Vereniging van Nederlandse Gebeenten en de Unie van Waterschappen heeft vol gens de provincie weinig concreets opgeleverd voor spoedige oplossingen. De provincie vindt het niet juist langer te wachten met het uitwerken van bestrij dingsprogramma's, zoals die landelijk zijn voorgesteld. Men is nu van plan om alvast op provinciaal niveau afspra ken te gaan maken met de Zuidhollandse kustgemeenten en waterschappen. Een daar toe in te stellen ambtelijke technische werkgroep dient een effectief bestrijdingspro gramma op te stellen voor strandvervuiling door olie. Vooral aan de toegang tot de stranden en aan de inventari satie van het oliebestrijdings- matèrieel zal veel aandacht worden besteed bij de voorbe reiding van de ambtelijke werkgroep. ijïjai r repor n ge e n hel is df vaar vorige aflevering van deze se kten we stadsbestuur en Min- oeders in 1519 samen tafelend op de octaafdag van de Ordes- Een beetje ongemerkt, maar oelbewust, zijn we in de roeri- iende eeuw beland; de eeuw e economische malaise en dus ig van prijzen, de eeuw van de matie., In deze aflevering zul- proberen te bezien hoe de pa- en opzichte van een en ander n gestaan. eer Maarten Luther op 1 novem- 17 zijn stellingen tegen kerkelijke nden heeft kenbaar gemaakt in iberg (volgens de huidige stand nderzoek binnen de kerkgeschie- Hervormingsdag niet op 31 ok- maar op 1 november te situeren), elt het wel in Leiden, maar kun- nog niet van Reformatie of Al- spreken. In 1527 laat het stads- een eerlicke maeltyt bereyden in geheelen convente voor eene van ongeveer zes Carolus gul- Dat is een bedrag, dat weinig naar dat misschien iets gaat zegen x ik meld, dat de organist van :erskerk voor zes Carolus gul- twee en een halve maand moet is dat vaste bedrag van zes gul- •vermits die duerte van alle din- niet meer toereikend voor een feestmaal. Dit is niet nieuw, dat is al ja-' ren zo. De stad besluit met meerder heid van stemmen om van die jaarlijk se diner-subsidie een bedrag van twaalf gulden te maken. In 1564 is dat bedrag alsoe alle provian- den seer syn verduurt ook al niet meer toereikend. In plaats van twaalf gulden worden er vanaf dat jaar twintig gul den voor gereserveerd. Het komt mij voor, dat deze verhogingen duidelijk aangeven hoe economisch slecht de si tuatie was. In 1562 gooit de gardiaan van het klooster in de Waard daar nog een schepje bovenop, door te klagen dat het klooster een oud rietdak heeft, dat hoognodig gerepareerd moet worden. De reparatie kan het klooster écht niet betalen overmidts haere sobere inco- men ende dat de donatie ende affectie tot sulcke conventen vergaet ende zeer vermindert. Heus, er verandert in de geschiedenis erg weinig: wanneer de prijzen stijgen, vermindert over het al gemeen de vrijgevigheid. Dat is anno 1980 precies hetzelfde als in 1562. De gardiaan klaagt, dat hij bijna de kosten van vuur en licht al niet eens meer be kostigen kan, laat staan een nieuw dak. Het vroedschapsboek G vertelt dat by twee deel der opinien gestemmet is, dat de stad in twee jaarlijkse termijnen in totaal vijftig gulden zal geven als tege moetkoming in de kosten van reparatie van het rietdak. Een jaar later moet er weer over het kloosterdak gepraat wor den. De Franciscanen verklaren, dat zij om den costelycken ende .benaeuden tyt de kost mondjespraat verdienen en dat het dak zo lek is als een mandje. De heren ten Stadhuize zien in, dat er ge handeld moet worden. Zij besluiten om een nieuw rietdak te bekostigen, mits het oude riet ook gebruikt wordt. Ook in 1565 bekostigt de stedelijke overheid de kosten van herstel. De monniken beloven te zullen bidden tot den almo- genden God voor twelvaren der stad en het ouderhoud der oude katholieke re ligie. Al veertig jaar lang hebben de Francis canen de bui zien hangen. In 1526 wor den in de Pieterskerk briefjes aange plakt met teksten als: Siet toe, siet toe, o lieve Schout. Wee U! Wat ghy den cappen thooft ophout. Met „cappen" zijn monniken bedoeld uiteraard. Een ander rijmpje was minder alge meen onduidelijk: Gy vrome mannen hoet uwe vrouwen voor alle monicken, of tsal u rouwen. Het stadsbestuur vond dat die tekst alle eerlicke doechtsame vrouwen hoir eere te nae was. Uit 1526 zijn ook andere strooibiljetten en aanplakbriefjes be kend, die aan duidelijkheid niets te wensen overlaten, maar een Leids re derijkersvers uit 1533 spant de kroon. De rederijkerskamer „Liefde is 't Fon dament" had het kennelijk bij de paters verbruid. In de gildenarchieven trof ik op het ge meente-archief een liedeken aan, was gemaeckt inden jaare 1533 opt verbie den vande Camer van Retorica deur versouck vande Minnebroeders. Het luidt voor een deel als volgt:, En wilt het U nyet belgen, o blomme Rethorica, dat wij, retrosinsche telgen aanhan gers van de Welsprekendheid) U nyet meer en volgen na. Wij moeten U on(t)beren al sochten wij secours hulp) aen ons Leytsche Heeren, maer dat beletten de Minnebroers De Schout was wel genegen om te hooren een battement toneel stuk). Burgemeesters waeren daertegen deur informatij vant convent. De Minnebroertges zeyden altegen mijnheer de Schout, Laet dit volck weder scheyden ift ons dingen die worden vernout als onze zaken in het gedrang ko- Sy hebben groot abuysen zij ver spreiden veel foute dingen) al van ons luyden verspreyt, dat wij der weduwen huysen duer eten met naersticheyt dat wij profiteren van het bezit van weduwen). Of die bewering juist is of niet zullen we nader gaan bekijken. JAN DOOVE Brede discussie over provinciaal emancipatiebureau DEN HAAG De werkgroep „Onderzoek emancipatie Zuid-Holland" heeft bij het ministerie van CRM subsidie aangevraagd voor het aanstellen van twee onderzoekfuncti- onarissen. Dezen moeten nagaan welke functies van een vrouwenemancipatiebureau al in Zuid-Holland worden ver vuld en of er bij de vrouwenorganisaties behoefte bestaat aan de nog niet vervulde functies. Aan de hand van deze gegevens zal de werkgroep een voorlopig voorstel ontwerpen over de mogelijke instemming of aanvaar ding van een provinciaal emancipatiebureau. Bij een voorlopig voorstel van aanvaarding van deze bureaus zal dan gevoegd worden een schets van de organisatie van het bureau, de plaats van vestiging en de samenstelling van de platformgroep. Omdat de werkgroep op persoonlijke titel is samengesteld zal dit voorstel uitgebreid in de provincie ter discussie staan. De werk groep denkt hierbij aan hoorzittingen. Belangstellenden hier voor kunnen zich opgeven bij het secretariaat van de werk groep, Jan van Nassaustraat 26-28, 2596 BR Den Haag (telefoon 070 - 264111). Handig boekje met adressen revalidatie-instellingen DEN HAAG Omdat vele gehandicapten, hun huisgenoten of dienstverleners soms wat moeizaam de weg vinden naar de talrijke instellingen, instanties en voorzieningen die bij revalidatie en gehandicapten werk betrokken zijn, verzorgt de Provinciale Revalidatie Stichting Zuid-Holland al jaren een Vademecum, waarmee iedereen de beschikking heeft over een vast adressenbestand van mensen, instellingen en clubs, werkzaam op dit terrein in Zuid-Holland. Het Vademecum, waarvan de eerste druk in 1959 verscheen, volgt de in de revalidatie gebruikelijke sectoren: toegankelijk heid, verkeer en vervoer, arbeid en alternatieven, sport en re creatie, onderwijs en vorming, gezondheidszorg en maatschappe lijke dienstverlening. Het plaatselijk adressenbestand wordt steeds aangevuld door de plaatselijke werkgroepen, die zich daarvoor verantwoordelijk hebben gesteld. Een register maakt het allemaal hanteerbaar met trefwoorden als oppascentrales, speel-o-theken, mytylscholen, verpleeghuizen enz. Het Vademe cum is te bestellen door overschrijving van zes gulden negentig op postgiro 640 ten name van Provinciale Revalidatie, Den Levendige voor drachten in kapelzaal LEIDEN Wanneer een zanger een programma brengt dat de titel draagt „Lied zonder Zang", suggereert dat een weinig gebruikelijke opzet. Hiervan kon men gisteravond getuige zijn in de Kapelzaal, waar Joe Raphael, bariton, en Ariane Karres, piano, liederen brachten die af weken van het traditio nele patroon. Voorbeel den hiervan kwamen van o.a. Schubert, Schu mann, Liszt en Poulenc. zeer informatieve inleidingen van Joe Raphael maakten duidelijk hoe dat ge daan is en vertalingen van de teksten vooraf droegen ertoe bij dat men het geheel goed kon volgen. Nog geheel ge combineerd met muziek was de voordracht van Die Forelle van Schubert en een lied van Cornelius, dat op 1 toon wordt gezonden. Was de expressie in Schubert wat mager, die in Cornelius blonk uit in volheid, gesteund door een prachtige pianopartij. De virtuositeit in het lied van Ives, dat een mengsel is van zang en declamatie, klonk puntgaaf. Het toppunt van or- ginaliteit was het werk van Peter Visser, waarin de „zang"- partij beperkt is tot het ritmisch klappen met de kaken. De voordracht van Raphael is levendig en wist de sfeer van de teksten zeer sterk over te brengen. Dit bleek met name in de vier melodramas waar van Leonore van Liszt adem loos deed boeien. L'Histoire de Babar was een hoogtepunt Ui terst geestige muziek die met evenveel gevoel voor humor gebracht werd. Ook de bege leiding toonde hier een maxi mum aan expressie gn een vaardige techniek. Een optreden dat zoveel orgi- naliteit, veelzijdigheid en kwa liteit bezit, verdient bij een eventueel volgend optreden in Leiden stellig meer belangstel ling dan gisteravond het geval was. DIRK VOOREN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 5