Juliana: ruim dertig
jaar gewoon koningin
MOEILIJKE, MAAR BEVOORRECHTE POSITIE"
-BINNENLAND LEIDSE COURANT VRIJDAG 1 FEBRUARI 1980 PAGINA 27
Gerechtigd tot troon
Koningin Juliana werd op 30 april
1909 in paleis Noordeinde te Den
Haag geboren als dochter van konin
gin Wilhelmina en prins Hendrik.
Toen zij zes jaar was, werd er op pa
leis Huis ten Bosch te Den Haag een
lagere-schoolklasje met enkele leef
tijdsgenoten gevormd. Koningin Wil-
helmina gaf zelf godsdienst-onder
wijs. De opvoeding van Juliana werd
in sneller tempo voltooid dan bij de
meeste kinderen. De grondwet bepaal
de dat de prinses haar moeder op haar
achttiende jaar zou moeten kunnen
opvolgen. Op die leeftijd moest zij
over kennis kunnen beschikken die
voor het voeren van het bewind nood
zakelijk zou zijn.
Na vijf jaar lager onderwijs kreeg
Juliana privé-les om de belangrijkste
vakken van de Hogere Burgerschool en
Gymnasium door te werken en om eer
der dan anderen met hoger onderwijs te
kunnen beginnen. Reeds tijdens haar
middelbare opleiding ging ze geleidelijk
op hoger onderwijs over.
Drie jaar (tot 1930) volgde de prinses col
leges aan de rijksuniversiteit te Leiden.
De keuze van de vakken was enerzijds
afgestemd op haar toekomstige taak en
anderzijds op haar persoonlijke belang
stelling voor literatuur en godsdienst. Ze
nam als lid van de Vereniging van
Vrouwelijke Studenten te Leiden inten
sief aan veel activiteiten van het studen
tenleven deel.
Aan het eind van de studietijd volgde
voor de koninklijke student een ere-pro-
motie tot doctor in de letteren en wijsbe
geerte. Juliana vond deze ere-promotie
een farce. Ze was liever gewoon afgestu
deerd. Haar dochter Beatrix kreeg daar
toe wel de gelegenheid.
Het kleine
prinsesje
Juliana met
haar groot
moeder
Emma, aan
wie zij zeer
gehecht was.
Op 2 mei 1927, een paar dagen nadat ze
achttien was geworden en daardoor ge
rechtigd haar moeder op te volgen, werd
Juliana lid van de Raad,van State, het
adviescollege van de Kroon. In hetzelfde
jaar werd ze in de Julianakerk te Den
Haag bevestigd als lidmaat van de Ne
derlands Hervormde Kerk. Op 20 sep
tember 1927 woonde ze voor het eerst de
opening van de zitting van de Staten-
-Generaal bij (Prinsjesdag).
In het begin van de jaren dertig toen de
sociale gevolgen van de algemene econo
mische depressie meer en meer hun
stempel op de Nederlandse samenleving
drukten, oriënteerde de prinses zich
vooral op sociaal en maatschappelijk ter-
Mede op initiatief van Juliana kwam het
Nationaal Crisis Comité tot stand dat
steun verleende aan de talrijke crisis-
slachtoffers. Haar vader volgde ze op als
voorzitter van het Nederlandsche Roode
Kruis. In 1934 verloor Juliana twee van
haar meest dierbaren: grootmoeder
Emma en vader Hendrik. Toen prins
Hendrik in de vroege ochtend op paleis
Noordeinde plotseling stierf logeerde zij
bij een tante, gravin Athlone, in Londen.
Koningin Wilhelmina stond erop Juliana
zelf in te lichten.
Met het heengaan van deze verwanten
bestond het Huis van Oranje nog slechts
uit twee vrouwen: Wilhelmina en
Juliana. Twee jaar later maakte konin
gin, Wilhelmina de verloving bekend
van Juliana met de Duitse prins
Bernhard van Lippe-Biesterveld. Moe
der en dochter hadden met deze 25-jari-
ge nogal sportieve jongeman kennis ge
maakt in een hotel in het Oostenrijkse
Igls, waar de Nederlandse koninklijke
gasten hun vakantie doorbrachten. Dit
gebeurde echter nadat de Nederlandse
gezant in Parijs Bernhard een nogal dui
delijke wenk had gegeven.
Bernhard werkte in die tijd bij het Duit
se chemische concern I.G. Farben in Pa
rijs. Ondanks alle bevoogding was het.
stel op slag verliefd. Juliana verklaarde
vastberaden: wij zijn het eens geworden
en wel zeer eens. Vier maanden later, op
7 januari 1937, traden te in Den Haag in
het huwelijk. Het paar vestigde zich in
paleis Soestdijk. Met de komst van
Bernhard veranderde er wel wat aan het
Nederlandse hof. Tijdens de festiviteiten
voor het huwelijk rookte Juliana voor
het eerst vrijelijk en tijdens een gecostu-'
meerd bal verscheen zij als haremdame.
Wilhelmina was geshockeerd, maar ze
kon en wilde Bernhards invloed niet ke-,
ren. Op 31 januari 1938 (laatste dag janu
ari) werd Beatrix, Wilhelmina, Armgard
op Soestdijk geboren: De vaderlandse
souvenirindustrie zat net als bij de ge
boorte van Juliana (laatste dag april) al
dagen in de zenuwen vanwege de ton
nen voorbedrukte en -beschilderde
„goedbedoelde rotsooi" (Sonneveld). De
belangstelling was vooral zo groot, omdat
in beide gevallen het voortbestaan van
het Huis van Oranje op het spel stond.
Kort voor het uitbreken van de Tweede
Wereldoorlog werd de tweede dochter
van Juliana en Bernhard geboren, 5 au
gustus 1939: Irene (vrede).
Spoedig na de Duitse inval op 10 mei
1940 verliet het prinselijk gezin de bun
ker in de tuin van paleis Huis ten Bosch
om in een gepantserde geldauto van de
Nederlandse Bank van Den Haag naar
IJmuiden te rijden. Daar lag een Neder
lands marinevaartuig om de familie naar
Engeland te brengen. Omdat ook Enge
land niet veilig geacht werd reisde
Juliana met haar twee kleine kinderen
door naar Canada en zij vestigde zich in
Ottawa. Bernhard bleef met koningin
Wilhelmina in Londen. Pas in de zomer
van 1941 bezocht hij voor het eerst Cana
da. Op 19 januari 1943 werd Margriet ge
boren in het gemeentelijk ziekenhuis
van Ottawa. De verloskamer was bij spe
ciale wet tot tijdelijk Nederlands grond
gebied verklaard. In haar Canadese ja
ren ondernam Juliana verschillende rei-
Samen op de tandem; gelukkige verlovingsdagen.
zerf om voor de Nederlandse zaak te
pleiten, onder meer naar de Verenigde
Staten.
Naar bevrijd land
Samen met haar moeder koningin Wil
helmina kwam Juliana in 1945 naar het
bevrijde deel Van Nederland en zij ging
(tijdelijk) wonen in Breda. Daar werkte
ze mee aan hulpacties voor de bevolking
van boven de rivieren die zwaar onder
de hongerwinter te lijden heeft gehad.
In februari 1947 werd op Soestdijk prin
ses Marijke geboren. Later wilde» ze naar
haar tweéde doopnaam Christina heten.
Het kind had een oogafwijking die werd
toegeschreven aan de rode hond waar
aan Juliana kort voor de bevalling leed.
Dat de baby volledig blind was bleef een
goed bewaard familiegeheim. Hetzelfde
voorjaar werd Marijke in Utrecht geope
reerd. Aanvullende operaties volgden.
Professor Weve wist te bereiken dat de
baby aan het rechteroog weer kon zien,
maar niet volledig. Aan het linkeroog
bleef ze blind. Marijke zou voorlopig een
zorgenkind blijven. Najaar 1947 waren
er aanduidingen die er op wezen dat
men rekening moest houden met de mo
gelijkheid dat koningin Wilhelmina af
stand zou willen gaan doen. In oktober
werd Juliana beëdigd als regentes. In
mei 1948 maakte Wilhelmina bekend dat
ze 4 september afstand zou doen. Na
deze plechtigheid in het paleis op de
Dam in Amsterdam was Juliana automa
tisch koningin der Nederlanden gewor
den. Wilhelmina herkreeg de titel Prin
ses der Nederlanden die zij voor het
overlijden van haar vader had gevoerd.
Inhuldiging
Van de maandenlange voorbereiding
van de inhuldiging in de Nieuwe Kerk
op 6 september mocht Wilhelmina geen
bijzonderheden weten. „Eigenlijk ver
nam ik er niets van. De ochtend van die
dag ging ik Juliana goedemorgen zeggen
toen ze bijna gereed was. Ze droeg alleen
de koningsmantel nog niet, die van haar
schouders af als een reusachtige sleep
moest hangen. In haar hand hield zij een
blauwe rol, die de tekst van de eed be
vatte die zij moest afleggen, alsmede
haar rede; wat uit deze rol zou komen en
wat ik gaarne geweten had, bleef toen
nog een geheim voor mij".
Prinses Wilhelmina beluisterde de in
huldigingstoespraak van haar kind in
ademloze spanning. „Ik heb hem daarna
nog menigmaal doorgelezen. Wat zij tot
mij zeide, kwam zozeer uit haar hart, dat
ik mij wat minder ontsteld en ongeluk
kig voelde dan bij ontboezemingen van
anderen ten opzichte van mij het geval
geweest zou zijn. Dit gold ook voor de
benoeming tot ridder der eerste klas der
Militaire Willemsorde, die mij volkomen
verraste. Ik beschouw deze als het eren
van mijn dappere medestrijders op elk
terrein uit de oorlog. Met algehele in
stemming beluisterde ik het staatkundi
ge gedeelte van haar rede. Aangrijpend
was het ogenblik van haar eedafleg
ging".
Juliana (toen 39) zei in haar inhuldiging
Koningin Juliana tijdens haar inhuldiging
stoespraak onder meer: „Leden van de
Staten-Generaal, Dat ik hier in uw mid
den ben om de eed op de Grondwet af te
leggen, vervult mij met weemoed. Want
het is een gevolg van het feit, dat mijn
lieve Moeder een halve eeuw lang haar
krachten in dienst van het Vaderland en
het. Rijk heeft gegeven in een mate, dat
zij nu eindelijk de zware last niet verder
dragen kan. Maar het vervult mij ook
met de troost, dat ik haar mag verlichten
door die last met mijn onervaren han
den, maar sterkere wat jongere kracht,
„Ik ben geroepen tot een- taak, die zo
zwaar is, dat niemand die zich daarin
ook rpaar een ogenblik heeft ingedacht,
haar zou begeren, maar ook zo mooi, dat
ik alleen maar peggen kan: wie ben ik,
dat ik dit doen mag? De mogelijkheden,
die mij hierdoor worden gegeven om in
het algemeen welzijn werkzaam te kun
nen wezen, zijn zo groot, dat ik na veel
innerlijke strijd bereid ben deze roeping
te volgen, waarop mijn ouders mij met
zorg hebben voorbereid. Overeenkom
stig de bepalingen van de Grondwet ben
ik tot het Koningschap geroepen, maar
de moed om deze roep te volgen vind ik
in vertrouwen op God en in grote liefde
waarmede ons volk mij tegemoet treedt.
Deze liefde heeft mij mijn hele leven be
geleid. Ik leefde in de warmte daarvan
in tijden van voorspoed en geluk, maar
nooit bleek de kracht ervan sterker, dan
in tijden van tegenspoed en verdriet".
Daadwerkelijke
belangstelling
Bij ramp en tegenspoed waren Juliana
en/of leden van haar familie present.
Dagenlang bezocht de koningin in febru
ari 1953 het watersnoodgebied in Zuid
west-Nederland, waar door de spring
vloed meer dan 1700 mensen warren om
gekomen. Ook tijdens de perioden van
herstel bezocht ze de zwaar getroffen
streken, zoals ze ook aanwezig was bij
hoogtepunten in de uitvoering van de
Deltawerken, een karwei dat afgèzien
van de wederopbouw na de oorlog, zijn
De ontroerende scène op het balcon van het paleis op de Dam in Amsterdam.
in de Nieuwe Kerk in Amsterdam.
weerga in Nederland niet kende. Een
opvallende karaktertrek van Juliana is
haar grote en daadwerkelijke belangstel
ling voor sociale vraagstukken en haar
bewogenheid met het leed van de mede-
De problematiek van de ontwikkelings
landen, het vluchtelingenvraagstuk en
de zorg voor de kinderen over de hele
wereld genoten haar bijzondere aan
dacht. In 1955, toen-het begrip nog lang
niet ingeburgerd was, pleitte zij in een
rede in de Pieterskerk te Leiden krach
tig voor ontwikkelingshulp. Ze bezocht
herhaaldelijk ontheemden. In menige
toespraak en in haar Kerstredes sprak ze
met hartstocht over de positie van het
kind in de wereld. Bij jubilea wanneer er
sprake was van nationale geschenken,
bestemde zij steeds een deel van de op
brengst voor de verbetering van het lot
van het kind.
Toen het land in rep en roer was om het
bereiken - tot tweemaal toe »- van de fi
nale van het wereldkampioenschap
voetbal volgden koninklijke, spontane
ontvangsten, als was Nederland werke
lijk wereldkampioen geworden en niet
tweede.
Vanwege haar sociale verdiensten ver
leende de Rijksuniversiteit Groningen
de koningin in 1964 een ere-doctoraat in
de sociale wetenschappen. Promotor
prof. mr. P.J. Bouman vertelde later dat
Juliana hem eens toevertrouwde dat als
ze haar studie opnieuw had kunnen be
ginnen, zij stellig voor de sociologie zou
hebben gekbzen.
Gewoon
Juliana doet het liefst zo gewoon moge
lijk. „Ik heb hartgrondig het land aan
kouwe drukte en pompeus gedoe. En als
iemand denkt me daarmee een plezier te
doen, dan denk ik wel eens: het is nogal
grievend dat je zo over me denkt. Zelf
probeer ik maar heel zakelijk te zijn".
Over het functioneren van Juliana be
staat weinig meningsverschil. Bij opinie
peilingen kwam ze al jaren als populair
ste vrouw uit de bus. Menige politicus en
niet-politicus heeft gezegd dat bij presi
dentsverkiezingen Juliana zonder meer
tot staatshoofd zou worden gekozen. In
haar inhuldigingsrede zei koningin
Juliana: „Ik wil hier met nadruk vast
stellen, dat voor een koningin haar taak
als moeder even belangrijk is, als voor
iedere andere Nederlandse vrouw". De
tijd die ze voor haar vier kinderen kon
inruimen besteedde ze zo intensief mo
gelijk. Zij en haar man gaven hun doch
ters een vrije opvoeding, waarin ze al
vroeg verantwoordelijkheid moesten le
ren dragen.
Emoties
De geloofsovergang van prinses Irene en
de partnerkeuze van haar en haar zuster.
Beatrix hebben in 1964, 1965 en 1966
grote emoties losgemaakt. Irene was in
het geheim katholiek gedoopt en liet
haar moeder voor de radio mededelen
dat de verloving niet doorging. Enige da
gen later maakten haar aanstaande
schoonouders in Spanje de verloving wel
bekend. Er volgde tot diep in de nacht
beraad op Soestdijk met enige ministers.,
radio en tv bleven in de lucht en tegen
drie uur liet de prinses weten dat het
haar speet zoveel spanningen veroor
zaakt te hebben. Ze zei dat ze spoedig
hoopte te trouwen met prins Don Carlos.
Ook zou ze in het buitenland gaan wo
nen. Irene besloot geen toestemming van
Eerste en Tweede Kamer voor haar hu
welijk te vragen en gaf daarmee haar
rechten op de Nederlandse troon op. De
regering vreesde dat de koningin het
middelpunt zou worden van een politie
ke manifestatie als zij het huwelijk van
haar dochter zou bijwonen. Irene trouw
de zonder de aanwezigheid van enig fa
milielid in Rome. Ook de totstandko
ming van de verloving en het huwelijk
van prinses Beatrix leidde tot hevige be
roering in het Nederlandse volk. Vooral
het feit dat de prinses haar oog had laten
vallen op eeVi Duitser en met name een
die nog in de Tweede Wereldoorlog in
militaire dienst was, zij het op zeer jeug
dige leeftijd, viel slecht en haalde won
den open. Het was bovendien de tijd dat
buitenparlementaire actie, toen nog een
onbekend begrip, zijn intrede deed. Toen
tien jaar later de jongste dochter prinses
Christina, die al jaren haar eigen weg
was gegaan in Amerika, zich verloofde
met de zoon van een uit Cuba gevluchte
arts maakte niemand zich daar meer zo
druk om. Ook Christina zag af van haar
rechten op de Nederlandse troon.
Haar verplichtingen als staatshoofd en
moeder hebben Juliana meer dan eens
in moeilijkheden gebracht. Vanaf kort
voor de troonsbestijging woonde op pa
leis Soestdijk de gebedsgenezerin Greet
Hofmans. Juliana consulteerde deze
vrouw in verband met de ernstige oogaf
wijking van haar jongste dochtertje en
hoopte op een wonder. Spoedig werd in
kleine kring duidelijk dat deze vrouw
grote invloed, ook politieke, ging uitoe
fenen op de koningin. Prins Bernhard
die aanvankelijk wel wat gezien had in
de methode van Greet Hofmans, distan
tieerde zich van haar, hetgeen tot span
ningen tussen koningin en prins leidde.
In 1952 werd het ook de regering te gor
tig toen redevoeringen van de koningin
tijdens een officieel bezoek aan de Vere
nigde Staten internationaal opvielen en
bevreemding wekten. Ze week af van de
teksten die het ministerie van buiten
landse zaken had voorbereid. Dit leidde
tot conflicten tussen haar en de haar
vergezellende minister Stikker.
Het probleem werd ook regelmatig in de
ministerraad besproken. Maar naar bui
ten werd niets bekend tot het Duitse op
inieblad Der Spiegel in 1956 over de ern
stige problemen schreef. Er kwam een
verhullend communiqué van koningin
en'prins en er werd besloten een Com
missie van Drie in te stellen: drie staats
lieden die een onderzoek moesten ver
richten. Twee maanden later deelde het
koninklijk paar mee dat het advies zeer
waardevol was geweest. Naar later bleek
was Greet Hofmans vertrokken. Een
flink deel van de hofhouding kreeg ont
slag.
Een nieuwe constitutionele crisis diende
zich aan in begin 1976 met de Lockheed-
affaire. De koningin zou in die dagen
overwogen hebben afstand te doen ten
behoeve van haar dochter Beatrix. Zo
wel Beatrix als de regering leek dat min
der gewenst, temeer omdat dit een nega
tieve smet op de ambtsaanvaarding van
Beatrix zou leggen.
Voorrecht
Juliana die meer dan dertig jaar over
Nederland geregeerd heeft ziet achteraf
ongeveer even zwaar tegen haar taak
aan als toen ze er op 4 september 1948
aan begon. „Och, hier en daar valt het
ook mee. In ieder geval, het is altijd an
ders dan datgene wat je je ervan voor
stelt. Het terugkijken heeft zijn waarde
natuurlijk, maar ik vind vooruitkijken
veel belangrijker"! Ze .heeft haar werk
soms wel eens moeilijk gevonden, omdat
ze in haar werk haar uitgesproken me
ningen niet kon uiten. Maar ze vindt dat
ze helemaal getraind is in de richting om
te stimuleren, corrigeren, afremmen en
aanvullen. „Het is mijn voorrecht op een
plaats te staan waarbij je altijd het geheel
krijgt te overzien. Ik zie wel dat die pro
blemen groot zijn - tenminste dat moet
ik zien - en die informatie krijg ik ook,
maar ze zijn altijd een deel van het ge
heel. En ik zie altijd dat geheel van het
land, het geheel van het koninkrijk, hf
geheel van de wereld. Dat is een erg be
voorrechte positie". Koningin Juliana is
van mening dat in haar lange regering
speriode het Nederlandse volk niet is
veranderd. „Het Nederlandse volk ver
andert niet, maar de mentaliteit in de
wereld verandert natuurlijk wel. Er is
een heleboel gebeurd. Vlak na de oorlog
was alles eenvoudiger. Nu is alles zo ge
compliceerd en zo onoverzichtelijk. Maar
er zijn heel goede ontwikkelingen ge
weest. Het hadden er natuurlijk nog
meer kunnen zijn. We zijn soms onge
duldig en we zeggen: „Alles had veel
sneller moeten opschieten. We hadden
veel meer doelen moeten bereiken en ze
beter moeten bereiken. Maar we verge
ten daarbij wel eens om blij en dankbaar
te zijn voor datgene wat er dan toch wél
bereikt is en dat wou ik toch ook wel
eens gezegd hebben".