Voor olieboycot leiden meer wegen naar Pretoria w£am n Het ellendig bestaan van buitenlands corresponden t Binnenland/ buitenland Papoea's moeten iel kans krijgen p overleving LEIDSE COURANT ZATERDAG 17 NOVEMBER 1979 PAGINA 9 roifler •J0EL1 gaan nog even te- naar vorige week derdagavond, toen Kamerdebat over vraag of Nederland toet zeggen tegen de fernisering van VO-kernwapens nog )p bezig was. Kun- wij ons het schouw- •el nog voorstellen? de voorzittersstoel: Dolman, uiterst tannen de hamer ■Jemmend, klaar om gr'jPen a^s ^et de- uit de hand zou lo- Achter de rege- stafel: zittend mi- t Willem Schol ten Defensie met zijn >nde gelaatsuitdruk- van „Mij Kan Gebeurenen nde achter de mi- oon onze man van enlandse Zaken, ister Chris van der iuw, de vleesgewor- mengelmoes van ndelijkheid, schuch terheid en a-politiek ge drag. Gewapend met die combinatie van heb belijkheden had hij al de ganse dag op aan doenlijke wijze staan stuntelen, hetgeen zijn partijgenoten in de VVD-bankjes knarse tandend en met lede ogen hadden aangezien. Toen gebeurde het. In de driehonderdzestien de minuut van het de bat scoorde Van der Klaauw zijn eerste doel punt. De D'66-er Lau- rens-Jan Brinkhorst, alom gevreesd vanwege zijn snijdende interrup ties, maakte Van der Klaauw het leven zo zuur met zijn pleidooien voor uitstel van de NA VO-beslissing, dat de minister ad rem uit zijn slof Schoot met de woorden: „De NAVO- ministerraad is niet een congres van D'66, dat een besluit een maand kan uitstellen" GEJOEL 2 Een enorm lachsalvo klonk uit alle hoeken van de Kamer omhoog, maar daar bleef het niet bij. Enkele VVD-ers waren zo uitgelaten over de niet meer ver wachte score van hun Chris, dat ze van pure vreugde op hun bankjes begonnen te tromme len. Al ras werd hun handelwijze door ande re fractiegenoten en zelfs door sommige CDA-ers overgenomen. Dolman hamerde in middels de kroonluch ters bijna van het pla fond, maar dat mocht nog niet baten. Pas op zijn woedende uitroep „Dergelijke methoden zijn wij hier niet ge wend!" werd het weer stil in de zaal. Onder tussen had Brinkhorst het tafereel verbouwe reerd gadegeslagen en poogde bij het invallen van de stilte de minister nog iets terug te zeggen. Maar dat ging niet door. Het woord is aan de minister!", riep Dolman. Dat betekende echter nog niet het eind van het incident. Weliswaar ging Brinkhorst weer zitten, maar tegelijker tijd slofte de socialist Marcel van Dam naar de interruptiemicro foon. „Ik vind, dat u... begon hij, maar verder kwam hij niet, want Dolman, bleek van woede, sprong nu bij kans uit zijn vel. „Het woord is aan de minis ter en niemand an ders!!!", daverde het door de zaal. Muisstil werd het en pas toen Dolman, duidelijk ge schrokken van zijn ei gen woede-aanval, na enige seconden witjes terugviel in zijn rugleu ning, zette Van der Klaauw zijn betoog op bedaarde wijze voort. GEJOEL 3 Waarom deze luidruch tige gebeurtenis weer opgehaald? Welnu, bij het doorlezen van het stenografisch verslag van de betreffende ver gadering bleek ons deze week, dat de stenograaf, die tijdens het incident dienst had gehad, na de opmerking van Van der Klaauw over D'66 tus sen haakjes de woorden „Goedkeurend gejoel ter rechterzijde" had genoteerd. Bij navraag bleek dat de betreffen de stenograaf deze on gebruikelijke toevoe ging, die dus in de offi ciële Handelingen der Tweede Kamer zou worden afgedrukt, ge heel op eigen initiatief had opgetekend. Hij verklaarde dit aldus: „Als ik dat gejoel er in het verslag niet bij had gezet, zou het net lijken of Dolmans woorden „Dergelijke methoden zijn wij hier niet ge wend" op de kwinkslag van Van der Klaauw sloegen. Inderdaad zijn dergelijke toevoegingen voor Nederlandse be grippen zeer ongebrui kelijk, maar in Frank rijk bijvoorbeeld niet. Daar worden regelma-, tig in de Handelingen van het parlement reac ties vanuit de zaal of van andere toehoorders opgenomen. Je kunt in de Franse Handelingen zelfs fijnzinnige zinnet jes tegenkomen als „Glimlachende gezich ten bij de socialisten". Het joelende muisje had echter een nog langer staartje, want deze week keurde Dick Dol man de uitdrukking goedkeurend gejoel" in het verslag af. Hij vond dat dit een te gekleurd waarde-oordeel inhield. Na overleg met de Ste nografische Dienst werd dan ook uiteinde lijk besloten, in de Han delingen het objectieve zinnetje „Rumoer ter rechterzijde" af te drukken. Aldus is in middels geschied. BEGROTING 1 Het personeelsblad van het Ministerie van Bin nenlandse Zaken, ge tooid met de naam Het Torentje had deze week een aardige aflevering. In woord en beeld gaf het blad weer wat er zoal achter de schermen gebeurt als een minister in de Tweede Kamer zijn begroting verde digt. Een goed idee, want vrijwel niemand staat er bij stil hoeveel werk er door ambtena ren vóór en tijdens het optreden van een mi nister in de Kamer wordt verzet. Als voor beeld had de redactie van Het Torentje (uiter aard) de begrotingsbe handeling van Binnen landse Zaken van een maand geleden geno men. Uit Het Torentje leer den wij het volgende. Tijdens de begrotings behandeling zijn er in totaal een dikke hon derd mensen in actie, die achter de schermen zorgen dat de bewinds lieden zo goed mogelijk hun werk kunnen doen. Een aantal ambtenaren verzamelen bij de aan vang van het debat de speeches van alle woordvoerders in de Kamer. Terwijl Wiegel en zijn staatssecretaris Koning rustig achter de regeringstafel zitten, worden deze speeches in vijftigvoud gefotoko pieerd en naar de ver schillende afdelingen op het ministerie ge bracht, waar men in ijl tempo een antwoord op de gestelde vpagen for muleert. BEGROTING 2 We citeren even Het Torentje: „Het is een sfeertje van intens luis teren (naar de luidspre kers die het Kamerge- beuren weergeven), koortsachtig schrijven, dossiers naslaan en soms van irritatie over hetgeen de geachte af gevaardigden naar vo ren brengen". Nadat de Kamer heeft gesproken, komen minister en staatssecretaris met de topambtenaren op het ministerie bijeen om alle antwoorden door te nemen. Het is inmiddels al laat in de avond. Koffie en broodjes ma ken langzamerhand plaats voor alcoholische dranken. „Geef mij nog maar een broodje stop kogel", grapt Wiegel te gen een langskomende serveerster. In de auto naar zijn woonplaats Amerongen leest Wie gel alle stukjes proza die zijn ambtenaren voor hem hebben ge creëerd nog even door. De volgende dag ant woordt de minister de Kamer. Recht tegen over hem, hoog in de ambtenarenloge zitten de deskundigen gespan nen mee te luisteren. Nadat de Kamer weer aan het woord is ge weest, is er nauwelijks tijd voor nader beraad, want de minister moet vrijwel direct daarna weer antwoorden. Een regen van meestal met de hand geschreven briefjes daalt via de Ka merbodes op de minis terstafel neer. Honder den koppen kotfie, broodjes en sigaretten later zit het erop. Het apparaat liep gesmeerd, maar het ambtenarenle- gertje is wel bekaf. „Grapjes over luie amb tenaren kan ik echt niet meer horen", aldus een redacteur van Het To rentje. DICK VAN RIETSCHOTEN st-irian „koos" tien jaar ;leden voor indonesie IRSFOORT/DEN HAAG „De grootste nood van de bea's is nog altijd hun nationale nood. Ons eerste doel is om het in leven houden van deze mensen. We helpen waar het nodig is. Het is dit jaar al een paar maal ge- leven, dat er in West-Irian 150.000 Papoea's minder zijn (de Indonesische tellingen aangeven. Ze verdwijnen ge- n. We moeten de Papoea's daarom snel overlevingskan- bieden, want anders zijn ze er straks niet meer", aldus fctaris N. Padding van de stichting „Hulp aan Papoea's lood" (HPN). l stichting herdenkt vandaag met een (protest-) mani- itie in het Utrechtse Jaarbeurscongrescentrum, dat de tnigde Naties tien jaar geleden akkoord gingen met de bitieve aansluiting van de voormalige Nederlandse ko- t West-Nieuw Guinea, het land van de Papoea's, bij In- te. st jaar werd een in 1962 afgesproken volksraadpleging ge len. De Papoea's zouden mogen beslissen over het al dan aansluiten van hun eiland bij Indonesië. Door chantage en aping heeft Indonesië die stemming, de zogenaamde „Daad Vrije Keuze", zo weten te beïnvloeden, dat unaniem werd zen vóór aansluiting. Rapporten en berichten over de hele van zaken werden door de VN terzijde geschoven. West- l later Irian Jaya genoemd, werd een deel van de republiek hesië. Papoea's is in 1969 een vreselijk, een fataal onrecht aange- i Als je de manier ziet, waarop we hen in de steek lieten, 1 we allerlei beloften hebben gedaan en echte ontwikke- (mlp hebben gegeven. Nederland heeft de Paoea's gewoon jegeven aan Indonesië", aldus de heer Padding, joel van zijn stichting is, zoals gezegd, op de eerste plaats n leven houden van de Papoea's. Dit gebeurt door het ge- fan medische hulp aan de bevolking van West-Irian, de op- van weeskinderen, de zorg voor gevangenen en hun gezin- In het oplossen van allerlei actuele noden. Daarnaast hoopt PN te bereiken, dat Nederland zich weer voor het probleem Ie Papoea's gaat interesseren. „Want", zo zegt de heer Pad- „Nederland heeft ten aanzien van de Papoea's een soort na. Men laat de zaak liever sluimeren. Vandaar, dat de pro- itiek, in tegenstelling tot die van de Zuid-Molukken, bij Nederlandse jongeren onbekend is" manifestatie van vandaag is onder meer de president van jorlopige Regering van West-Papoea, Jacob Prai, aanwezig, ilang was hij de leider van het verzet van de Papoea's, tot- ij op de oostelijke helft van het eiland, het onafhankelijke a New-Guinea, in de gevangenis belandde. Daarna kon hij neer naar zijn land terug. Indonesië vroeg zijn uitlevering, Prai vond, nadat hij in Nederland geen politiek asiel had igen, onderdak in Zweden. Hoewel weer man Hans de Jong zegt dat een echte win ter nog niet in aantocht is, heeft het op veel plaatsen vannacht toch al gevroren. Weliswaar niet zo hard als in Noorwegen (zo'n 30 gra den) maar toch genoeg om over ver schillende ka nalen al een vliesdun laag je ijs te leg gen. Mensen gaan gewoon lijk niet over één nacht ijs, maar deze eend heeft meer niet no dig. Overigens is op deze foto ook nog een ander her fstig beeld te zien: mist. Derhalve op gepast, zo waarschuwt het KNMI. (Van onze parlementaire redactie) HAAG Politiek Den Haag, zoals leet, is deze week tijdens de behande- van de begroting van Buitenlandse Za« geconfronteerd met een merkwaardige elling. Al in eerste termijn kwam de •woordvoerder Jan Nico Scholten met liotie, waarin de regering, zij het in zeer jge bewoordingen, verzocht werd eenzij- ten olie-embargo in te stellen tegen /ELiJKS^Afrika. Het antwoord van minister 030-76qier Klaauw was duidelijk. De regering aanaiieni zo»n maatregel niet bereid, tenzij de mensenLe EG-landen mee willen doen. En aan- nu a* ze*cer k dat deze staten daar ivoor voelen, kwam het antwoord van indsman neer op een simpel „neen", engt de parlementaire gewoonte brengt ich mee dat de indiener van een motie weer stelt tegen een weigering van een en ter deze uit te voeren. En dat geldt des te lering, wanneer dat een afgevaardigde van een ltjQlNQ ngsfractie betreft, die mag rekenen op r uw Qoésoepelheid van de woordvoerder van het gen hyp it. Scholten, de indiener van de motie, i./AMun bleef doodstil zitten in zijn bankje en rtvendt ^an ^er Klaauw het van harte met ens was. En veel vreemder was nog, dat in cont»qPosit'e 00^ verstek liet gaan. PvdA- 4DERAAIvoerder Relus ter Beek, anders altijd ge- i in het Mop elke tegenstelling tussen regering en aan de lof VVD, leek plotseling elke interesse in 'wwlot*0* erruPliern'crof°on verloren te hebben. En jltnaar'ias ^es te êekker, daar de socialisten zelf itvrcrkeriHi motie op tafel hadden gelegd, waarin Massars. fde werd gevraagd, maar dan zonder een zoals toegestaan door het CDA, tot 1 juni l"**2343 toeschouwer op de tribune kwam dit 01711-1# ministtr zulke ijzersterke troeven op ta- }d gelegd, dat de Kamer niet anders kon dan een eerbiedig stilzwijgen te bewaren. Nu was het inderdaad niet niks wat Van der Klaauw had gezegd. „Een slag in de lucht", zo had hij de moties van Scholten en Ter Beek ge noemd. De bewindsman had niet de minste be hoefte, zo liet hij uitkomen, aan opdrachten van de Kamer, die zijns inziens 'neerkwamen op het proberen van iets wat tevoren tot mislukken was gedoemd. Daarin had hij niet geheel onge lijk. Iedereen weet immers dat Zuid-Afrika be paald niet afhankelijk is van Nederland wat be treft zijn olievoorziening. Op de vrije markt is genoeg te koop en de Nederlandse regering is niet bij machte dat te voorkomen, al is deze markt genoemd naar Rotterdam. dreigement De minister liet het niet bij een weigering. Hij kwam ook met een dreigement op de proppen. Mocht de Kamer het in haar hoofd halen vol gende week voor de motie-Ter Beek te stem men, dan is de regering tot haar spijt niet be reid het ontwerp voor de zogeheten Sanctiewet te verdedigen. In de nadere Memorie van Ant woord aan de Eerste Kamer, die nu, drie jaar na de Tweede Kamer, over het concept moet beslissen, zeggen Van der Klaauw en de zijnen dat zij alleen economische strafmaatregelen te gen een land willen treffen, als tenminste de rest van de EG tot hetzelfde bereid is. Het aan nemen van de motie van de PvdA, wat alleen kan met steun van een (deel van een) rege ringsfractie, zou dit voorbehoud wat de Kamer betreft overboord gooien. Dus moest de Kamer, dat wil zeggen het CDA, want de VVD zit op dezelfde lijn als haar BZ-minister, het zelf maar weten.... Daarbij gokte Van der Klaauw op de officieel niet bekende verdeeldheid in het CDA. Een groot deel van de christen-democraten zit na melijk op zijn lijn (en die van de VVD) en die „dissidenten,, zouden er, aldus de minister, wel borg voor staan dat de harde lijn van de rege ring geaccepteerd werd. Dit althans tot 1 juni 1980, welke datum door Scholten genoemd was als uiterste voor het voltooien van het polsen van de andere EG-landen voor een olie-embar go. Zo op het oog een prima gok dus, want Scholten hield zich verder rustig, geblokkeerd als hij verondersteld werd te zijn door zijn ei gen fractiegenoten. Onder dezen bevinden zich bovendien niet de eersten de besten, namelijk de fractiebestuursleden Lubbers (voorzitter), Eversdijk en Dien Cornelissen. Hans de Boer was de enige fractiebestuurder (ondervoorzit ter), die Scholten steunde. eensgezind Victorie dus volgende week, wanneer er over de moties gestemd wordt, voor Van der Klaauw? Dat valt echter nog te bezien, zoals donderdag duidelijk werd in een radio-uitzen ding van de AVRO. Daarin toonden Scholten en Ter Beek zich volkomen eensgezind wat be treft hun verlangen dat de Sanctiewet in zijn huidige gedaante door de senaat zou komen. Ter Beek liet er later geen twijfel over bestaan dat hij er tijdens het BZ-debat van af had ge zien zijn eigen motie en die van Scholten te vuur en te zwaard te verdedigen „om de Sanc tiewet niet in gevaar te brengen". Het geheim daarbij is dat het voorbehoud van de regering wat deze wet betreft (medewerking van de andere EG-landen) nergens in de wet stekst voorkomt Ter Beek legt dit zo uit, dat na het aanvaarden van het ontwerp door de Se naat, het parlement deze regering of een vol gende kan dwingen EENZIJDIG economische strafmaatregelen tegen een land (lees:Zuid-Af- rika) te treffen. Een beroep van de regering op de Memorie van Antwoord zou nergens op slaan, omdat zo'n mededeling geen rechtskracht zou hebben, in tegenstelling tot een Memorie van Toelichting, waarin de bedoeling van een wet wel rechtsgeldig kan worden uitgelegd. Jan Nico Scholten liet zich over deze kijk op de zaak niet uit, maar zijn gelaatsuitdrukking sprak boekdelen. Ook hij vindt de Sanctiewet op dit moment blijkbaar belangrijker dan het uitvoeren door de regering van zijn motie. niet slim Deze visie volgend komt het erop neer, dat de regering toch niet zo slim is als zij lijkt. Onder regering moet dan niet in de eerste plaats mi nister Van der Klaauw worden verstaan. Hij zou namelijk helemaal niet zo'n tegenstander zijn van economische sancties tegen Zuid-Afri ka, mits deze effectief zijn. Daarbij valt te den ken aan een verbod voor het bedrijfsleven tot investeren, waardoor dat land wel degelijk ge troffen zou worden. Het gaat méér om minister Van Aardenne (Economische Zaken), die steeds een verklaard tegenstander (en vertrager) van de Sanctiewet is geweest. omdat deze naar zijn mening schadelijk zou zijn voor het Nederland se bedrijfsleven. Slaagt de vermeende opzet van Scholten en Ter Beek, dan komt niet de rege ring (en de VVD en de CDA-dissidenten) maar de Kamer als overwinnaar uit de strijd, al zal het dan lijken of het omgekeerde het geval is. Naar Pretoria, de hoofdstad van de Zuidafri- kaanse republiek, leiden wellicht meer wegen dan één. RIK IN T HOUT (Van onze correspondent MARC DE KONINCK) BRUSSEL/DEN HAAG Een overvloed van nieuws en informatie beheerst het moderne le ven, en ook de manier waarop de media zelf (krant, radio, televisie) te werk gaan, staat sinds kort volop in de belangstelling. Program ma's als de „Alles is anders-show" van Aad van den Heuvel brengen regelmatig allerlei as pecten van de journalistiek voor het voetlicht. Als daarvan bij de kijkers onverhoopt de in druk zou achterblijven, dat journalisten over het algemeen toch maar een interessant, mis schien zelf spannend of romantisch bestaan hebben, zullen ze van die mening genezen zijn na lezing van „Noem het heimwee", een politie ke roman van de Brusselse correspondent van NRC-Handelsblad, Sietze van der Zee. „Noem het heimwee" is een beschrijving van een paar da- gen uit het leven van een Nederlands dagbladcorrespon dent in Bonn, ene Stroomberg. „Uit het leven" is te-veel gezegd, want de man heeft geen dragelijk bestaan. Hij ploetert door een poel van verlatenheid, ergernis en teleur stelling, veroorzaakt door de onmogelijkheid om zijn func tie op ook maar enigszins toereikende wijze te vervullen. Een feitelijk heel kleurrijk leven, vol cocktailparty's, be langrijke mensen en nieuwsgevoelige gebeurtenissen, wordt daardoor tot een grauw decor. Stroomberg, een veertiger, is een cynische baas geworden door de ontelbare persconferenties, waar „eigenlijk niks inzit", door de onop houdelijke pogingen van glibberige figuren om hem te be ïnvloeden, door de wezenloze ideeën, waarmee de redactie in Nederland hem opzadelt, en door de onwil van alle Duitsers om mee te werken aan zijn speurtochten naar de waarheid omtrent de nog altijd hoogst actuele Tweede We reldoorlog. In het allesoverheersende gevoel van tekort schieten is er de niet aflatende druk om kopij te produce ren, die hij natuurlijk ook nog in verkrachte vorm in zijn krant terugvindt De typering van dit kommervol bestaan, waarin Stroom- bergs vrouw haar murw gebeukte gevoelens alleen bij de echtgenotes van de Nederlandse collega's kwijt kan, ge schiedt binnen een vluchtige documentatie van het Duits land van 1972. In dat jaar hadden de arrestaties plaats van o.a. Andreas Baader en Ulrike Meinhof en overviel een Palestijns commando de Israëlische sportploeg in het olym pische dorp in München. Deze en andere gebeurtenissen worden in het boek doorlo pend bediscussieerd, waarbij het onvermogen van de Ne derlandse journalisten om zich al los te maken van de oor logsgeschiedenis telkens de doorslag geeft. Stroomberg er gert zich wezenloos aan „60 miljoen Duitsers, die een spook (de Baader Meinhofgroep) najagen", en zeker als de alcohol weer eens toeslaat, zijn de „Nazischweinen" en „Gestapo- hordes" niet van de lucht. Op die manier blijft de auteur ook buiten de verdenking enig begrip voor de huidige Duitse generatie op te brengen, wanneer hij zijn lezer toch een aantal historische nuance ringen voorhoudt. Dat gebeurt ondermeer bij ontmoetin gen met een ex-Hitlerofficier, thans generaal in het Oost- duitse leger, en met „Heimatvertriebene" uit Oost-Pruisen. Een beoordeling van „Noem het heimwee" (de titel ver wijst naar de eenzaamheid van Stroombergs buitenpost) zal afhankelijk zijn van de verwachting, waarmee de lezer er aan begint. Sietze van der Zee vóór zijn huidige functie correspondent in Bonn heeft het nogal overbodige risico gelopen die verwachting te hoog te spannen. De aandui ding „politieke roman" is nu eenmaal een belofte van for maat en de auteur is duidelijk geen romanschrijver. De hoofd- en bijfiguren zijn vooral doorgeefluik gebleven van de situatiebeschrijvingen en van het gedachtenlezen van één en dezelfde (auto-)biograaf. Daarom blijft ook Stroomberg nogal karikaturaal. Alleen in de laatste bladzij den is er sprake van een aandoenlijke climax, die dan ook best wat meer voorlopers had mogen hebben. De tekening van het Duitsland in het begin van de zeven tiger jaren (met bijvoorbeeld een betoging van neo-fascisti- sche jongeren) is niet altijd even indringend, al voert de held vinnige oorlogen op de Autobahn met dikke Merce- dessen en is het fiasco van een gekostumeerd bal op de Ne derlandse ambassade in Bonn ronduit kostelijk. Wat flink aankomt is ook Stroombergs bezoek aan het naargeestige Oost-Berlijn, waar in een afgelegen café drie arbeiders hun Heilstaat met het grofste verbale geschut aan flarden schieten. Als de Nederlander terugkeert in het vrije West- Berlijn, heeft daar in de stationshal juist een politierazzia op de daar bivakkerende gastarbeiders plaats... Maar echt aan zijn trekken komt pas de krantenlezer, die een indruk wil krijgen van de chaos en droefenis die schuil kunnen gaan achter het opgewekte „Van onze correspon dent". Waarbij tenslotte mag worden aangetekend, dat er ook buitenlandse correspondenten bestaan, die een drage lijk leven leiden. Stroombergs ellende hoe realistisch ook wil zich in de praktijk wel eens in mildere doses aandienen. "Noem het heimwee", door Sietze van der Zee, Sij- thoff b.v. Alphen aan de Rijn, prijs:22,50.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 9