Bii de neurose
helptDe prote
Kruiden Afjoth Ij
Groentenmet
landbouwgif
op veiling
Provinciale
herindeling
niet in een keer
Beeldenstorm II
Piano-trio
doet naam
eer aan
ONKRUID SPREEKT EIGEN TAAL
Op mijn omwegen door stad en land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
DONDERDAG 15 NOVEMBER 1979 PAGINA 5
LEIDEN DEN HAAG Officier van justitie en Haagse
economische politierechter werden gisteren voor een merk
waardig vraagstuk geplaatst met betrekking tot gebruik
van bestrijdingsmiddelen in de tuinbouw. Terecht stonden
enkele tuinders uit Leiden, de Rijnstreek en Wassenaar aan
wie werd verweten dat zij produkten ter veiling hadden
aangevoerd met een hoger percentage giftige bestrijding
smiddelen dan wettelijke is toegestaan. Dat betrof andijvie
en sla waarbij Bromile en Mevinfos was gebruikt waarmee
de veiligheidsgrens was overschreden.
Het verweer van verdachten was vrijwel eensluidend: een er
kend ontsmettingsbedrjf had de grond in de warenhuizen uitge
stoomd en volgens het voorschrift was de met methyl bromide
bespoten grond doorgespoeld en daarna beplant. Bij het oogsten
van het produkt bleek op de veiling nog een te groot percentage
giftige stof op de sla aanwezig. In een bepaald geval was op 23
juni de grond gegast, in augustus de planten gepoot en in okto
ber geoogst, alles met voorgeschreven tussenruimten. Het was
voor verdachten dan ook onbegrijpelijk dat giftige stoffen wer
den aangetroffen op het produkt.
Het ontsmettingsmiddel is niet vrij verkrijgbaar in de handel en
mag alleen door een erkende ontsmetter worden toegepast. Ver
dachten voelden zich dan ook allerminst schuldig aan hetgeen
hen werd verweten en tevoren ook nog nimmer was voorgeko
men.
De officier van justitie die aanvankelijk de strafbaarheid bewe
zen zag, vond het bij nader inzien juister om een nader onder
zoek in stellen of en in hoeverre de rijksvoorschriften juist zijn
en worden toegepast. Daartoe hield de politierechter de verdere
behandeling van de zaken man.
LEIDEN Het Clara Wieck Piano-trio dankt haar naam
aan de pianovirtuoze, die onder de naam Clara Schumann
ook componerend wel van zich deed spreken. Dat weet niet
iedereen en daar wil dit ensemble wat aan doen. Henny Ra-
venstein (viool), Yke Viersen (cello) en Jet Röling (piano)
bewezen gisteravond in een rijksdaalderconcert van K&O
dat dit streven terecht is. Gespeeld werd van de componiste
haar meesterwerk, het trio in g. op. 17; Een lieflijk en be
weeglijk werk met heel wat opmerkelijkheden in ritme en
harmonie. Het allegretto is ronduit verrassend. De liefde
voor CW straalde zichtbaar en hoorbaar de zaal in.
De stap die men nam naar Ravel was erg groot en persoonlijk
had ik hem liever na de pauze gehoord. De sonate voor viool en
cello is een en al oorspronkelijkheid. De vergelijking die Jet Rö
ling in het begin maakte met een wedstrijd tussen twee zeer goe
de bekenden vond ik het werk maar zeer ten dele recht doen.
Deze compositie eist het uiterste van de toehoorder, omdat het
zoveel bijzonders in zich bergt en nog meer van de musicus om
dat Ravel de instrumenten en de tweestemmigheid tot op de bo
dem verkent. De weergave was niet helemaal evenwichtig in
deze krachttoer. Fantastische momenten wisselde men af met
wat geforceerde passages.
Na de pauze Brahms. Een prachtig werk het trio in C, op 87, dat
veel te bieden heeft. De muziek treft steeds door de afgewogen
klankkleuren en vooral daardoor kan deze compositie zeer goed
als graadmeter voor de samenwerking in een trio dienst doen.
Het is verheugend en opmerkelijk dat dit nog jonge ensemble
goed op temperatuur bleek.
Arie de Ru
STAD/REGIO LEIDSE COURANT
WIECEL VERWIJT
GEMEENTE
CONSERVATISME
LEIDEN/DEN HAAG De provinciale
herindeling van ons land zal niet in een
klap een feit zijn. Het kabinet kiest voor
een geleidelijke invoering van nieuwe pro
vincies, waardoor het totaal aantal uiteinde
lijk 17 zal bedragen. „We kiezen voor een
pragmatische aanpak. We willen zo snel mo
gelijk zaken doen waar die gedaan kunnen
worden en waar ook de provinciale besturen
tot de conclusie zijn gekomen dat schaal
verkleining op z'n plaats is", benadrukte
minister Wiegel (Binnenlandse Zaken)
woensdag in een toelichting op de nieuwe
notitie over de bestuurlijke herindeling.
De bewindsman onderstreepte dat het hier gaat
om een voorlopig kabinetsstandpunt, waar de
Kamer nu op moet reageren. Daarna zijn de
provincies nog een keer aan bod vóór de rege
ring met de eerste herindelingswetsontwerpen
komt. Intussen loopt de procedure van de ande
re verwante hervormingsvoorstellen gewoon
door. Wiegel verwacht dat een wetsontwerp
over de taakverdeling gemeenten-provincies en
rijk in het voorjaar 1980 kan worden ingediend.
De VVD-minister haalde woensdag fel uit naar
de Vereniging van Nederlandse Gemeenten die
vorige week in Den Haag opnieuw kritiek over
zijn plannen voor een bestuurlijke reorganisatie
uitstortte. De gemeenten vrezen uitholling van
hun taken en willen dat Wiegel zijn plannen
intrekt. „Houwen wat je hebt", vertaalde de be
windsman deze kritiek op zijn beleid. „Het
VNG-congres was in mijn ogen een uitgespro
ken conservatief congres. Veel kritiek, maar
niet zeggen hoe het dan wel moet", aldus Wie
gel. Het kabinet heeft volgens Wiegel op tal
van punten de vicieuze cirkelredeneringen
(waarbij een nieuwe taakverdeling, de provin
ciale en de gemeentelijke herindeling steeds
maar op elkaar wachten) met concrete voorstel
len willen doorbreken.
Volgens de minister is het een illusie te stellen
dat het afzien van .een reorganisatie van het
binnenlands bestuur geodkoper zou uitpakken
dan het doorvoeren ervan. „We blijven anders
met zware gewesten zitten die ook geld koste-
n",aldus de minister.
Zuid-Holland
Wiegel erkende dat het voornemen van het ka
binet de provinciale herindeling met een pro
vincie Rijnmond te laten starten niet aansluit
bij de wens van Zuid-Holland dat daarover pas
een knoop kan worden doorgehakt als het to
taalbeeld van nieuwe provincies zichtbaar Is.
Daar kan volgens de bewindsman niet op ge
wacht worden, omdat we dan weer zes, zeven
jaar verder zijn. „Het kabinet wil dat Rijnmond
een voortrekkersrol vervult en we hopen dat
daarmee ook elders de behoefte aan herinde
ling sterker wordt",legde Wiegel gisteren uit.
Zoals gemeld zal de provincie Rijnmond het
zuidelijk deel van Zuid-Holland omvatten, zon
der Goeree-Overflakke dat naar Zeeland gaat,
maar met de Gelderse gemeenten Vuren en
Herwijnen. De rest van Zuid-Holland krijgt als
zuidgrens die van het huidige Openbaar Li
chaam Rijnmond en in het oosten de rivier de
Lek, waarbij Woerden en Driebruggen naar
Utrecht zouden gaan. Ook de gemeente Hille-
gom verdwijnt in de nieuwe plannen uit Zuid-
Holland en wordt bij Noord-Holland gevoegd.
Volgens de minister zal het heel wel mogelijk
zijn dat duidelijkheid is over het takenpakket
van een provincie Rijnmond, als het wetsont
werp voor een verzelfstandiging van dit deel
van Zuid-Holland wordt ingediend. Wiegel liet
er geen misverstand over bestaan dat op het
moment dat de provincie Rijnmond een feit is,
een einde zal moeten komen aan het Gewest 's
Gravenhage.
niet te dringen om mee te mogen doen:
„men seyde datter geweest hadden 284
persoonen
Het verval van de stad in economisch
opzicht wekte agressie op van veel arm
volk, zoals „volders, steenplaetsers,
turfdraegers ende diergelycke sorten
van menschen tegen kerkelijke instel
lingen. Tegenover de „declinatie vande
neeringhen alhier ende de düyre tyden
eenige voorleden jaeren grote armoede
onder den gemeene man hebben inne-
gebracht". Met name de volders wor
den genoemd; mensen uit de oude lake
nindustrie derhalve. Tegenover de ar
moe van het werkvolk stond het waar
devaste inkomen van de geestelijkheid.
De industriëlen hadden wel de kerk
met inkomsten bedacht, maar niet het
werkvolk.
Het is misschien wel nuttig om. erop te
wijzen, dat de middeleeuwse kerksitua-
tie afwijkt van de tegenwoordige. Voor
een stad als Leiden zijn er acht pries
ters beschikbaar voor het werkelijke
pastoraat: vier in de Pieterskerk, twee
in de Pancraskerk en eveneens twee in
de O.L. Vrou wekerk in Maredorp. Tot
de taak van die pastores mag gerekend
worden de zielzorg, het bedienen van
de Sacramenten en het preken. Naast
deze pastores waren er tientallen gees
telijken aan de kerk verbonden als ka
nunnik, vicaris of memorieheer. Deze
geestelijken (in het geval van kanunni
ken dikwijls nog lang geen priester)
trokken rijkelijk inkomen uit hun ker
kelijke verplichtingen, die zij' veelal
door een arme priester lieten waarne
men.
Bij de stichting van prebenden, vica-
rieën en memoriën werden landerijen
en andere onroerende goederen aan de
kerk geschonken met de uitdrukkelijke
verplichting om voor een nauw om
schreven kerkelijke dienst aan de
dienstdoende geestelijke een inkomen
te geven via de opbrengsten uit renten,
pachten van de geschonken goederen.
Deze geestelijken ontvingen voor ge
ring dienstwerk een gegarandeerd in
komen, dat hen overigens rechtens toe-
Om een indruk te geven van het aantal
priesters, dat in de vijftiende eeuw in
de jaarlijkse processies meeliep, vertel
len de stadsrekeningen ons interessante
dingen. Buiten de pastores en de fran
ciscaner monniken uit het klooster op
de Waard en de monniken van het
Lopsenklooster, schommelt het aantal
rond-de negentig. Zolang het de inwo
ners van Leiden naar den vleze gaat, is
dat aantal geestelijken geen probleem,
maar zodra er een malaise optreedt,
roept die situatie duidelijk wrevel op:
wij hebben armoe en zij hebben een
goed betaald lui leventje. Begrijpt u nu
de woede en de verscheurde brieven in
het kapittelhuis in 1566? Laat de ka
nunniken van St. Pancras nu nog maar
eens bewijzen, dat ze recht hebben op
hun uitkering!
Na de storm in 1566 herneemt het le
ven zijn gewone gang. Van de rondweg
honderd ingedaagde ketters- wordt
slechts een tiental gedaagd wegens het
deelnemen aan beeldenstorm. De in
quisiteurs vragen alleen of mensen
hebben deelgenomen aan beeldenstorm
en niet of zij de beginselen van de
nieuwe leer aanhangen. Na het herstel
len van de stadsvrede vraagt de gods
dienstvrede niet om een kerkelijk oor
deel.
De plaatselijke overheid kan dan ook
op 25 januari 1567 een contract sluiten
met aanhangers van de nieuwe religie,
waardoor gehoorzaamheid gegaran
deerd wordt. Op basis van dat akkoord
mochten de gereformeerden een soort
schuilkerk bouwen buiten de Witte
Poort, het zogeheten GEUZENHUIS.
Na elf weken zou dat kerkje overigens
al weer worden afgebroken.
Men blijft waakzaam. De schout ziet
toe, dat voorstellingen van rederijkers
kamers door de kerkelijke overheid
worden gecensureerd op eventuele ket
terij alvorens de spelen mogen worden
opgevoerd. Die zorg tegen ketterij is
geen kerkelijke zaak, maar een wereld
lijke in het kader van de stadsvrede.
In 1567 heeft men gedacht, dat de woe
lingen voorbij waren en dat alles op de
oude voet voort zou gaan. De tijden wa
ren echter veranderd en wanneer Lu-
mey in juli 1572 naar Leiden komt, ziet
pastoor Gijsbert Joris Willebrordszoon
de bui al boven de Pancraskerk han
gen. Hij pakt zijn koffers in en pakt
zijn biezen naar Amsterdam. De pas
toor van de O.L. Vrouwekerk wijkt
ook uit. De pastoor van de Pieterskerk,
A rent Dirckszoon Boekenberg, blijft op
zijn post. Een vicaris van de O.L. Vrou
wekerk, heer Paul us de Goede, weer
ook van geen wijken. Aan hen beiden
werd de zielzorg over de Leidenaren
door de situatie van het ogenblik toe
vertrouwd. Hoe een en ander verliep
leest u binnenkort
aa e beeldenstorm die in 1572 over Ne
derland woedde, liet ook Leiden niet
3vv tberoerd. Vorige week ging de ru
nd riek „Kerkepad" in op het voorspel
eti ,f deze beeldenstorm. Onderstaande
aa levering is een direct vervolg van'
w sze aflevering.
e situatie van godsvrede en stadsvre-
er is aanwezig wanneer de vroegere
icobskapel ter beschikking wordt ge-
h 'eld aan de lakennijverheid. We zagen
ïp l dat veel schamele luyden zich met
d lerlei onroer en onrust in de stad be-
;Vi 'ghielden en dat de stad geen juridi-
he tóe middelen had om dat in goede ba-
vi en te leiden.
■m1 zÜn geschiedenis van het Neder-
\nds katholicisme schrijft prof. Rogier:
laa Voor zover de gebeurtenissen van
ni 566 en '67 een voorspel waren van de
n, olitieke omwenteling irc. 1572 werden
ijz gedragen door de schutterij en in het
ch tbeel niet door de gereformeerden,
Ze 'e- gering in aantal als ze waren en of-
ciële status, zich allereerst moesten
nj roberen te ontdoen van het odium, dat
- j) i droegen door het meewerken van
>eg nkelen hunner aan de beeldenstorm
'at k schutters van Middelburg hadden
l/U ijvoorbeeld een absolute neutraliteit in
vv ebt genomen inzake godsdienstzaken.
zj ij verklaarden: Wij willen voir kerc-
ho en, papen ende monicken nyct vech-
ht De schutters van Amsterdam stel-
rd en vast, dat zij in het gebied buiten
msterdam niets te maken hadden en
stt at zij daarom niet konden beletten, dat
eii Jensen buiten de stad een bijeenkomst
Izi an de nieuwe religie gingen bijwonen.
ja todsdienstzaken zijn een kwestie voor
rcji e Kerk en niet voor de schutterij.
h h zou het een beetje al te simpel zijn
r(j alleen geloofstechnische dingen op
mfe beeldenstorm en de alteratie te be-
•jlK tokken. Toen op 5 januari 1566 het
vond maal werd gevierd, stona Leiden
lever. Een pluspunt voor
onze spijsvertering.
Zo kunnen we vijftig
kruiden doorgaan. Het ééne
nog heilzamer dan het
andere kruid. De hondsdraf,
de hondsroos, de hyssop
(tegen borstkwalen), de
wilde kamperfoelie (ter
reducering van plaatselijke
kliergezwellen), de rode
klaver, rijk aan koper, en
kalmerend (de rode bloem
helpt u van uw nerveusiteit,
maar ook van hoest en
keelziekten af). En dan de
lijsterbes. Mijn hemel, die
staat bij ons in de voortuin.
Het sap van die bes werkt
bloedzuiverend. Er zijn nog
meer mogelijkheden, maar
raadpleeg eerst het boek van
Lex Overeijnder. Het gaat
door met tijm, pepermunt en
rabarber, met salie en St.
Janskruid. Daar zijn ook de
smeerwortel, de stinkende
gouwe en de struikheide. Er
dienen zich aan de valeriaan
(bij nerveuze hartkloppingen
en benauwdheden), het
valkruid (ter voorkoming
van een pijnlijke buil of
bloeduitstorting, als uw
zoontje bij het fietsen tegen
een boom aanknalt). Tot en
met Oostindïsche kers, van
oorsprong een
„liefdesbloem", maar ook
bruikbaar als oud
huismiddel bij aandoeningen
van klieren.
Dan is er nog de toniserende
werking van de
paardebloem, de vlier, de
vrouwenmantel (een best
spierversterkend kruid en
menstruatieregelend) en de
smalle weegbree, die heel
wat doet als het aankomt op
hinderlijke verslijming en
onnodige kliervorming.
Eens, zo zegt Lex, werd over
weegbree met ontzag
besproken. Dan praten we
verder niet eens over het
kruipend zenegroen, de
zonnebloem (tegen
constipatie en netelroos) en
de veldzuring, die een
volkomen opluchting biedt
aangaande koortswering,
eetlustopwekkende
toestanden,
nierenstimulering,
bloedzuivering en laxerend.
Tot zover Lex Overeijnder,
die een levenswerk schreef
en nu weer op weg is naar
een derde leven. Op
voorhand. Want met die
kruiden kom je een heel
Een onkruid Ben je mal.
Elk kruid spreekt een eigen
taal en die moet je kunnen
verstaan. Kruid kan
heilzaam zijn. Toepassingen
ervan zijn in staat, het leven
te verlengen. Tot aan het
tweede leven toe. „Ondanks
de opmars van de
materialistische
industrialisatie handhaaft
zich de grote apotheek; het
geneeskruid". Dit zegt Lex
Overeijnder uit het Friese
Oudehorne, die zelf aan een
„tweede leven" bezig is en
daarvan ook getuigt. Daarbij
heeft hij - vanuit zijn liefde
tot het plantenrijk - een
boek geschreven dat de
natuur alle eer aan doet en
het kruid verheft tot
zaligmakend. Overeijnder is
docent bij de Leidse
Onderwijs Instellingen LOI
en bekend door publicaties
in oostelijke dag - en
weekbladen (met o. a.
kruiden - strips) en heeft in
voorbereiding een cursus -
beginnend volgend voorjaar
I - Thuis met kruid".
Daarbij heeft Overeijnder
I het niet gelaten. Hij schreef
j een boek „De grote kruiden
apotheek", dat werd
uitgegeven bij Thieme
Cie, Zutphen, en dat gisteren
ten doop werd gehouden in
het vochtige tropengebied
van de Victoria - kas van de
Hortus Botanicus achter het
academiegebouw van de
Leidse universiteit.
Het frisse boek, met tekst
van Lex Overeijnder en met
foto's en tekeningen en
vormgeving van Lex
Overeijnder, werd ten doop
gehouden door mevrouw
Tanja Koen, die in haar
televisie - en
radioprogramma's erg veel
doet aan natuur en
onderhorige zaken, maar
zelf niet veel verder is
gekomen (volgens haar
zeggen) dan de cantharellen
en bosbessen in het Veluwse.
Tanja Koen had het boek in
één avond uitgelezen „uit
nieuwsgierigheid en om de
sterk persoonlijke stijl van
de auteur". Verder, dacht ze,
dat die grote apotheek
speciaal bestemd was voor
ej( gezonde mensen, „om
gezond te blijven". Bij
ernstige symptomen blijft
men aangewezen op de
huisarts. Maar, zoals ook de
uitgever ter plekke zei: Al
gaven van uitdrukking
Auteur Lex
Overeijnder
(links) krijgt
het eerste
exemplaar
van z'n boek
uit handen
van Tanja
Koens.
zijn verenigd in één auteur".
Het boek kwam tot stand na
jarenlange studies.
Laten we de globale
informatie volgen: „Een
levenslang gevoel van
verbondenheid met de
natuur in al haar aspecten
kristalliseerde bij
Overeijnder uit tot een grote
liefde voor het plantenrijk.
Planten hebben zolang de
mens bestaat een grote rol
gespeeld als voedsel en
medicijn. In onze tijd daar
opnieuw gebruik van te
maken, bewust, is de
bedoeling van de auteur,
hoewel nij zich duidelijk
distancieert van het zelf
dokteren aan kwalen die tot
het terrein van de arts
behoren". Het gaat meer om
het bestrijden van de „kleine
ongemakken". „Ter
verfijning van uw voedsel
en als schoonheidsmiddel
laat Overeijnder u nader
kennismaken met vijftig
planten die iedereen wel
kent". Als „pootaarde,, koos
hij voor de eerste
kennismaking met zijn boek
de omgeving, waar de
beroemde Leidse hoogleraar
Clusius rond 1600 in Leiden
een medicinale plantentuin
aanlegde.
Het is een hooglied van
vegetarische kom - af, zoals
de aanwezige
hoofdredacteur van de
Arnhemse Courant, B.
Evenhuis, als sympathisant
verkondigde, namens een
aantal aangesloten
provinciale dagbladen: „we
beleven op het ogenblik een
herwaardering van de
natuur en we zien de mens
als een onderdeel van die
natuur. Het gaat hier om een
simpele uitleg van
Overeijnder, waar de natuur
de mens een helpende hand
biedt".
Het is werkelijk een
opzienbarend boekwerk
geworden. Eenvoudig en
instructief. Het begint met
de appel, niet alleen als
symbool van de liefde, maar
ook als een „nuttig kruid
waar al eeuwenlang de mens
gretig van profiteert". Lex
Overeijnder ontleedt de
appel tot op de pit en tot de
„geraspte appel op een
beschuit"; voortreffelijk
werkzaam bij darmcatarre.
En dan de brandnetel,
bijzonder rijk aan vitamine
C en A; „dat proteïne is
ongelooflijk werkzaam..".
Daar is het driekleurig
viooltje, getrokken tot thee,
dat, gedronken met veel
honing, een verlichtende
werking heeft bij hoest.
Duizendblad: bitter in de
mond maakt gezond. Het is
krampwerend en heeft een
stimulerende werking op de