Psychotherapie: Mesjokke, dat charlatan- therapeuten kunnen rondwroeten in het innerlijk van de medemens' ondoorzichtige wereld van beunhazen, slecht opgeleide idealisten en elkaar hekelende academici PROF. DR. A. P. CASSEE: den zijn. Ook niet dat ze geen van alle waarde hebben. Je moet die verschillende denkrichtingen zien als deeltheorieën, die elk zicht geven op een stukje van de wer kelijkheid. Geen enkele theorie kan pre tenderen dè laatste waarheid te zijn. Elk van die therapeutische stromingen heeft haar eigen verdiensten en gebreken". Effecten Waarmee de vraag is aangeroerd naar de meetbaarheid van het resultaat van psy chotherapie. Pogingen om de effecten zichtbaar te maken door toetsing aan be paalde criteria, zijn tot nu toe weinig suc cesvol gebleken. En zolang zo'n toet singssysteem ontbreekt, kan iedereen na tuurlijk 'met gerust gemoed volhouden dat zijn aanpak de beste is. Dat een water dicht systeem om de resultaten-te meten er ooit zal komen, wordt ook door Cassee zelf sterk betwijfeld. „Begrippen als resultaat, effect, zijn In dit verband meerzinnig. Iemand die met suc ces een therapie heeft gevolgd omdat hij bijvoorbeeld sexuele problemen had, zal in meerdere opzichten beter gaan functione ren. Zijn persoonljjk welbevinden zal er in directe zin op vooruit gaan. Maar ook indi rect doordat de band met zijn vrouw inni ger wordt. Hij gaat zich rustiger, minder angstig voelen, waardoor de sfeer in'zijn gezin harmonieuzer wordt. Daardoor gaat hij zich op zijn wd^k beter ontplooien, wint aan zelfvertrouwen, wat dan weer zijn weerslag heeft op het werkplezier van zijn collega's. Nou, die effecten allemaal me ten, is vrijwel onhaalbaar". Dat een wetenschappelijk instrumentarium om het rendement van psychotherapie te meten nog ontbreekt, hoeft de subsidiege vers niet voor onoverkomelijke bezwaren te plaatsen, meent Cassee. „De samenle ving geeft aan zoveel zaken geld uit waar van het resultaat niet met harde weten schappelijke criteria te meten is. Denk aan kunst, opbouwwerk, de hele CRM-sector. Dat opbouwwerkers hun steentje bijdra gen aan het welbevinden in onze samenle ving kun je toch ook zonder wetenschap pelijke grafieken waarnemen. Zo is het in de psychotherapie ook. „Bij ons komen mensen in behandeling die al jarenlang geen winkel meer indurven. Zolang mijn collega's en ik erin slagen dergelijke pro blemen uit de wereld te helpen, vind ik dat we zinvol bezig zijn. En dat ons dat inder daad lukt, kun je met het blote oog ma- gaan" Extreme reacties De Amsterdamse hoogleraar is in de loop der jaren bepaald gewend geraakt aan fel le kritiek op zrjn vak. „Mijn ervaring is", zegt hij tot slot, „dat psychotherapie bijna altijd een extreme reactie oproept. Ofwel men oordeelt overdreven positief en koes tert belachelijk hoge verwachtingen van een behandeling. Ofwel men neemt een hautaine, honende, cynische houding aan. „Ha, ha, ha, wat een ge-o.h.", hoor je ze bijna lachen. Zonder hiermee kritiek op mijn werkterrein onmogelijk te willen ma ken, denk ik dat de extreem negatieve houding nogal eens terug te voeren is op je reinste angst. Angst voor het eigen in nerlijk. Accepteren dat je met jezelf in de knoop zit en aanvaarden dat je zonder hulp van iemand anders niet in staat bent die knoop te ontwarren is voor vrijwel ie dereen heel erg moeilijk. De erkenning dat er iemand anders aan te pas moet komen om je duidelijk te maken wat er met jezelf aan de hand is, ligt de mens zwaar op de maag". WILLEM SCHEER I HAAG —„Kunt u mij er echt van af ien?", moet een hysterische, maar bewuste Weense dame eens'bij Sig- ,d Freud hebben geïnformeerd alvo- i te beslissen zich bij hem op de di- te vlijen. „U ervan af helpen?", luid- Freuds reactie. „Van uw verdriet? mevrouw, dat kan ik niet. Het enige jk kan, is uw hysterische leed terug gen tot gewoon menselijk leed", kleine honderd jaar na dato kan de entie van de psychotherapie nog ds in deze zin worden geformuleerd, verdriet, angst, spanningen door de epper in dit leven zijn ingebakken, (jt maar door heel weinig psychothe- juten bestreden. Wat ze zeggen te pen, is mensen bevrijden van onno- elementen in hun leed. Niet door ruik te maken van pillen of poeders, r enkel door psychologische metho- Indringende gesprekken bijvoor- d. Hoe bepaal je het verschil tussen irmijdelijke en overbodige narighë- tussen gewone levensproblemen, rbij iedereen zich moet neerleggen duizenissen die een mens zich node- jn zijn hoofd haalt? dr. A. Cassee, voorzitter van de Ne- jndse Vereniging voor Psychothera- heeft daartoe geen duimstok voorhan- „Als iemand zit te dubben of hij al niet een nieuwe werkkring zal aan- jen", geeft hij een voorbeeld, „dan is ituurlijk nog geen vuiltje aan de lucht, el hoort bij het leven. Maar wanneer iemand twee jaar lang een innerlijke van jewelste voert zonder eèn stap er bij een beslissing te komen, kun je en dat hij het zich onnodig moeilijk (t. Als een man van zijn vrouw idt, mag je om die reden nog niet ken van psychisch disfuctioneren. Ziet neneer zijn huwelijk voor de derde stranden doordat hij opnieuw dezelf- luten heeft gemaakt, dan zeg ik: hier s mis, die man heeft hulp nodig". ond verstand vèl en wie niet voor een psychothera- sche behandeling in aanmerking is kortom een kwestie van gezond and. Waarbij het persoonlijke oordeel Ie behandelende therapeut(en) meer ;ht in de schaal legt naarmate de pro- en waarmee ipmand worstelt minder em zijn. Voor de Nederlandse schat- leeft zo'n oordeel wèl consequenties, lotherapie is een verschijnsel dat na jorlog een onstuimige groei heeft lemaakt en dat de samenleving nu ks tientallen miljoenen guldens kost. eel precies is niet bekend, maar een ting dat het om meer dan vijftig mil- c gulden per jaar gaat, lijkt niet over- n. Een doorsnee-behandeling van Tcliënt aan een zogenaamd Instituut Multidisciplinaire Psychotherapie le overheid toch al gauw tien- a vijf- lizend gulden. I aarlijk mag dat niet heten, zolang de njnleving er maar van verzekerd is dat i lotherapeuten vakbekwame specialis- 3ljn, aan wie de overheidsgelden wel- 'ifed zijn. Dit is niet het geval, tide overheid gesubsidieerde psycho- pie, wordt gegeven door enerzijds Vestigde psychologen en psychiaters iïderzijds een reeks van instituten en ijisaties. Instellingen als bijvoorbeeld 3|ch Opvoedkundige Bureaus (MOB), vel Psychiatrische Diensten (SPD), ilultatiebureaus voor Alcohol en Drugs bureaus voor Levens- en Gezins- Tfetukken (LGV) en de al genoemde In- gbn voor Multidisciplinaire Psychothe- i (IMP). «idiepot B eisen er aan een psychotherapeut gesteld is afhankelijk van de in- |g waar hij in dienst is. En de voor- jen die een instelling aan een psy- jerapeut stelt, hangen grotendeels kamen met de aard van de subsidie- karuit ze wordt gefinancierd. De ene lorm is afhankelijk van uitkeringen uit WBZ-pot, de andere krijgt gelden van inisterie van justitie, terwijl een der- jer op de CRM-begroting staat. 7 Instituten voor Multidisciplinaire lotherapie die ons land telt, stellen bge eisen aan hun medewerkers. Wie jls therapeut werkzaam is, moet lid an de Nederlandse Vereniging van otherapeuten. Dat wil zeggen dat hij jan de lange en zware opleidingen hebben voltooid die door de NVP er- iworden. Althans dient hij met zo'n jing bezig te zijn. jerige instellingen stellen doorgaans ifigere eisen. Daar wordt behalve door ilificeerde krachten ook psychothe- jgegeven door medewerkers die over nderwerp nooit meer dan anderhalve bockët hebben doorgenomen. Maat- pelijk werkers bijvoorbeeld die naast li ander werk ook nog wat aan thera- pen. Waarmee natuurlijk niet gezegd |n dat deze functionarissen zich aan jde beunhazerij schuldig maken. Wel lorden vastgesteld dat hun opleiding 1de kwaliteit van hun werk geen ga- biedt. En ook, dat de subsidiege- ip dat werk nauwelijks of geen con- litoefenen. beunhazen tref je wel aan buiten de iniseerde geestelijke gezondheids- „Psychotherapeut" is geen be- pd beroep, ledereen die daarin ziet, mag een bord met deze aan- tg op zijn deur timmeren en met ziel- rij in zijn onderhoud voorzien. Dat irt op steeds grotere schaal. Door die elke psychologische scholing 'ren en hun kennis vaak ontlenen aan richten van pseudo-religieuze goe- Overheidsgelden zijn hierbij niet in ding. „Nodeloos" menselijk leed des e schade 'oorzitter Cassee vindt het ronduit okke" dat Jan en alleman zich psy- erapeut mag noemen en zonder eni- nnis van zaken in het geestelijk leven Ben medemens kan rondwroeten. snschappelijk onderzoek heeft on- ilzinnig aangetoond dat ondeskundig en psychotherapie grote schade aan lens kan toebrengen", weet hij. In de jaren lopende discussie over structu- van de psychotherapie in ons land, Ie NVP er dan ook voor de beoefe- an dit vak te binden aan overheids ling. De opleidingseisen zouden ebaseerd kunnen worden op de ei*~ 'als die nu gelden voor het NVP-lid- chap. De commissie onder leiding i". H. Verhagen, die belast is met de Breiding van de ordening in het the- »ezen, heeft van de NVP een voorstel er ontvangen. Daarin wordt ervoor t van psychotherapeuten te verlan- at ze op de eerste plaats een acade-. e of daarmee gelijk te stellen oplei- hebben gevolgd. Op de tweede i een oriëntatiecursus van twee jaar belangrijkste stromingen die dit vak- d kent en tenslotte een specialisti- opleiding in één bepaalde therapie. weten te maken dat ze hun werk volstrekt verkeerd aanpakken. Prof. Cassee is het met deze kritiek uiter aard oneens. „Uit het feit dat er binnen de psychotherapie stromingen zijn die haaks op elkaar staan", zegt hij, „mag je niet concluderen dat er èèn ware tussen zou zitten en dat de andere waardeloos zou- Een aldus ingevulde overheidserkenning van het beroep, zou zeker de garantie bie den dat de uitoefening ervan voorbehou den blijft aan vakbekwame specialisten. De vraag of de tientallen mjljoenen over heidsgeld welbesteed zijn aan deze speci alisten, is daarmee nog rriet beantwoord. Wat is een vakbekwame psychotherapeut eigenlijk? Wat is psychotherapie? Prof. Cassee hanteert een omschrijving die zó algemeen is, dat je je er nog nauwe lijks een voorstelling bij kunt maken. „Psy chotherapie", zo formuleert hij, „is een ambacht dat een wetenschappelijke vor ming en een visie op de mens veronder stelt en dat tot doel heeft ongewenst ge drag in de richting van gewenst gedrag te sturen. Daarbij moet het ongewenste ge drag in de psychologische, conflictachtige sfeer liggen. Het verzoek om het gedrag om te buigen, kan komen van de betrok kene zelf of van zijn directë omgeving". Oneens De vaagheid van de Amsterdamse hoogle raar vloeit voort uit de omstandigheid dat psychotherapeuten het onderling vaak krachtig oneens zijn over de inhoud van hun vak. Zo sterk dat het niet zelden voor komt dat de aanhanger van de ene school de leerling van de andere verslijt voor een ondeskundige rommelaar-in-de marge. Recent turfwerk leverde maar liefst 45 ver schillende definities op van psychothera pie. De vijf belangrijkste scholen die je in ons land kunt onderscheiden zijn: de Psy choanalytische school,: de Rogeriaan- se, de Gedrags- de Grqeps- en de Ge- stalttherapeutische. Qua mensvisie, theo retisch kader en therapeutische aanpak staan die soms lijnrecht tegenover elkaar. Neem een probleem als bedwateren. Heel grof .geschetst zal een psycho-analiticus dat proberen te verklaren en op te lossen vanuit verdrongen, onbewust gebleven, in nerlijke conflicten van zijn cliënt. Een ge dragstherapeut vindt zo'n benadering heil loos. Die gaat er van uit dat de cliënt een wat ongelukkige opvoeding heeft genoten waarbij hem, waarschijnlijk onbedoeld, is geléérd om in bed te plassen. Wat je ge leerd hebt kun je ook weer afleren, zegt de gedragstherapeut en gaat vanuit die in valshoek aan het werk. Hoe principieel verschillend deze twee be naderingen zijn, wordt duidelijk als je je realiseert dat ze voortkomen uit mensvi sies die elkaar uitsluiten. De psycho-analy se veronderstelt dat de mens in wezen driftmatig bepaald is en door de cultuur waarin hij leeft, gedwongen wordt zijn drif ten te onderdrukken. Uit die onderdruk king komen de innerlijke conflicten voort. De gedragstherapie gaat er vanuit dét de invloed van natuurlijke driften te verwaar lozen is, en dat zijn cultuur, alles wat hij in de loop van zijn leven geleerd heeft, bepa lend is voor het gedrag van de mens. Begrip Prof. Cassee wil het bestaan van dergelij ke fundamentele verschillen niet'verhullen. „Decermia lang hebben stromingen bin nen de psychotherapie met elkaar op voet van oorlog gestaan", zo erkent hij. „Dat een psycho-analiticus een waarderende opmerking maakte over gedragstherapeu ten was ondenkbaar. Je héle aanzien was dan naar de knoppen. Maar de laatste ja ren is het onderlinge begrip sterk toege nomen. Sinds pakweg 1974 functioneert het bestuur van de Nederlandse Vereni ging van Psychotherapeuten als een per manent overlegorgaan waarin de vijf be langrijkste stromingen elk een vertegen woordiger hebben". „Ik moet zeggen", zo voegt hij hieraan toe, „dat men in hét buitenland nog altijd vreemd aankijkt tegen deze situatie. Daar is het nog steeds oorlog. Buitenlandse stu denten die ik wel eens op bezoek krijg, vallen bijkans flauw van verbijstering, als ze van onze samenwerking binnen de NVP horen". Dat Nederlandse psychotherapeuten te genwoordig zoveel begrip voor elkaar op- brengen mag erg plezierig zijn, daarom f blijven de wezenlijk verschillende, benade ringen die deze beroepsbeoefenaren hqn- teren voor de belastingbetaler nog wel een probleem. Althans doet het wat vreemd aan dat deze specialisten samen aan spraak maken op een smak geld, terwijl ze tegelijkertijd van elkaar .heel aannemelijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 19