umpie de Pumpie9 ie stoere belhamel Mits goed uitgevoerd; zoals de schola al veertig in Oegstgeest pleegt jaar te doen tt* „Gregoriaans geeft rust en verstoort de stilte niet" AD/REGIO LEIDSE COURANT ZATERDAG 15 SEPTEMBER 1979 PAGINA 5 Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen c Veertig jaar zingen tegen de rste lippen op. Zo mag je het „Ver een beetje vinden, torii eloof ik. Veertig jaar arlsi regoriaanse zang van de r chola Cantorum in iran )egstgeest. Specimen van H ja en kleinood uit een ;ht (rervlogen tijd, of nog zo >mia pringlevend als wat Het van 'lijkt nu. dat de laatste blai vraagstelling positief ,eff ehonoreerd mag worden. n de St. Willibrordparochie pW(iloeien de meiismen nog Btor tteds op en de groep van |elia chttien mannen (de schola uhe 5 groter dan ooit) is zich do bewust van eigen ren feggingskracht. Zondag 23 Kj eptember wordt het achtste f0 ustrum gevierd: zingend en en «zinnend, gebaseerd op het dio hema „Gregoriaans van ok oen in de liturgie van nu", en onderwerp waarover 's niddags intènsief een ymposium zal worden [ehouden. De Oegstgeestse K:hola is een instituutje, dat elen van ons weer even op dem doet komen. En dat an hard nodig zijn, vandaag de dag. „Nietwaar We lopen vaak onszelf 10 voorbij. Gregoriaans geeft ust en verstoort de stilte J' liet. Mits goed uitgevoerd. i.t k )at gebeurt nog steeds in )egstgeest". h° )r. Jan van de Poel is de nan er wel naar om iroc, getuigenis af te leggen van u. h iet streven der jubilerende <sza chola. Hij doet zich in een 1 [esprek kennen als een me invermoede Bourgondiër, net een open oog, oor en ïart voor het bezingen van lof en het handhaven een goed leven Dat had je ook durven vermoeden in zestig, toen hij, als van de gemeente bijna gemangeld „het apparaat", een tijd is hij bezig zijn tweede termijn als van de schola, als van Aad Terug op een plaats, als inter pares. „Ik ben Jan van de schola". vertelt nu over „hoe het en verder ging". „In tenden we activiteiten van Sanders, later en monseigneur. Hij had een interessante manier van aanpakken, met zelfs gevoel voor oecumene en dat was in die tijd heel wat. Samen met een aantal Oegstgeestse predikanten richtte hij de Oegstgeester Gemeenschap op, de aanstichtster van gebedsdiensten in Advent en vastentijd. Afwisselend werden die gehouden in de katholieke kerk en in het Groene kerkje. Zo'n man was dat, over de grenzen heenkijkend, de man met de ruime blik. Ik heb hem goed gekend. Hij had ook een benedictijnse inslag, met behoefte aan rust en inkeer. Sanders groot liturgist, zette de schola in beweging". In diezelfde dertiger jaren was er in Nederland een beweging van de Volksmissen. „Volks - mis - leiders, werd wel gezegd van mensen zoals de franciscanen Bruning en Lohuis, een vast koppel, dat het land doortrok om de gelovigen enthousiast te maken voor een meer actieve liturgiebeleving met medewerking van die gelovigen zelf. Immers, de liturgie is van ons allemaal, het is de gezamenlijke eredienst aan God. Het ging om meezingen, volkszang heette dat. Bij die gelegenheid werd de schola cantorum in '39 opgericht. Het bracht wel enkele problemen met zich mee", aldus dirigent Van de Poel, „want wat moest je doen met het oude koor .waarmee de schola in een concurrentiepositie kwam te verkeren Het. meerstemmige koor werd aanvankelijk opgedoekt, maar dat heb ik nooit een gelukkige oplossing gevonden.Ik denk pluriform, maar oo*k zo, dat het gregoriaans ook in deze tijd een plaats verdient. Men informeerde vroeger ook wel naar het „programma" „wat wordt er zondag gezongen, gregoriaans of muziek Een vrij gangbare kreet in die jaren". De schola heeft zich gespecialiseerd in het gregoriaans, het „oude koor" kwam terug en ging weer „muziek" zingen, De Schola Oegstgeest In een bosrijke omgeving: niet zo maar een koor. allebei onder leiding van Willem Mizee en bij toerbeurt. Mizee's taak heeft Van de Poel rond '50 overgenomen. Jurist Jan van de Poel noemt zichzelf „een complete amateur, weliswaar met feeling en met een achtergrond en een hele dosis interesse uiteraard". In zijn jongere jaren kreeg hij muzieklessen van pater Bruning, pianolessen en hij „deed" orgel bij wijlen Bram Martijn. Bij de befaamde dr. A. I. M. Kat van de Haarlemse koorschool bekwaamde hij zich in het gregoriaans, ofschoon je zou kunnen betwijfelen of hij bij Kat, groot promotor van de Italiaans getinte koormuziek, aan het juiste adres is geweest. Maar Van de Poel moest wel, want Kat gaf les op „Warmond", waar Jan van de Poel twee jaar filosofeerde alvorens zich op huwelijkse paden te begeven. Van de Poel heeft alles wat met het gregoriaans te maken heeft altijd al boeiend gevonden: de studie van de esthetica van het gregoriaans, de vormleer „om beeldend schoon te zijn als eenstemmige muziek" het vrije ritme, „wat een ingewikkelde zaak is". „Het gaat om het zingen vanuit een wezenlijke beleving van de liturgie. Dat is heel belangrijk. Waarom zingen monniken zo goed Omdat ze allemaal een goeie stem hebben Ben je mal. Dat komt omdat hun zingen vanuit de bezieling komt, vanuit een innerlijke instelling. Gregoriaans is muziek die uiterste dienstbaarheid vraagt, zonder dat men solistisch opvalt. De schola heeft één stem. Ik moet op de repetities één stemgeluid horen. Overigens willen wij geen monniken imiteren. Wij acteren anders dan „Solesmes", zingen wat „mannelijker", stoerder wellicht". Bij het uitvoeren van de gregoriaanse zang gaat het gemeenschapsbelang absoluut voor. „Dat proberen wij in Oegstgeest tot uitdrukking te brengen. Het is een wezenlijke factor, dat je geïnspireerd zingt, niet om ,je te laten horen" en niet op volle kracht, maar met een zekere ingetogenheid. Het is biddend zingen". Dat is echter niet het enige dat de schola van Oegstgeest op de been houdt. Van de Poel: „Daar zijn onze jaarlijkse kampen, onze bezinningskampen, oorspronkelijk zeer primitief opgezet, zonder materiële welstand. In het begin sloegen we ergens in Frankrijk, België, Luxemburg of Duitsland op een weitje onze tenten op, benoemden een kookploeg en maakten lange wandelingen om onderwerpen te bespreken. Uniek, die scholakampen. Later schakelden we over op een zomerhuisje met tenten eromheen; het huisje was voor de wat ouder wordenden onder ons. Nu hebben we iets bungalowachtigs, met wat meer comfort en een gespreksruimte. Onze vrouwen zijn altijd thuisgebleven; het-is een beetje ruig mannenkamp tot verbroedering en versteviging der vriendschapsbanden". Het karakter van een vriendenclub komt ook tot uiting bij het repeteren, eens in de twee weken. „We repeteren niet in een zaaltje, we doen dat bij de mensen thuis. Dan wordt de hele boel ontruimd zodat we kunnen oefenen. Tot een uur of elf. Met als besluit het avondgebed: „In manus tuas, Domine...", in uw handen beveel ik mijn geest. Daarna is het borrelen en zingen. We beschikken over een uitgebreid profaan internationaal repertoire. Dus. Goeie liedjes die ook nog ontzettend leuk zijn. Dit behoort tot onze vaste Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek „Hond zoekt huis In deze rubriek wordt een hond be schreven die in het asiel verblijft om daar een zekere dood tegemoet te gaan tenzij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek beschreven honden zijn alle door honden bezitters naar het asiel gebracht. Om uiteenlopende rede nen, vaak begrijpelijk, maar soms ook volslagen onzinnig. De in „hond zoekt huis" beschreven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormkuur ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van ca. 60 gulden ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres: Nieuw Leids Diere nasiel. Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 131670. Geopend di. t/m vr. 10.00-12.00 en 14.00-16.00 uur. Zondag en maandag ge sloten. tradities, dat is „mos" bij ons. Zo zijn onze gewoontes. We zijn een serieus gilde met veel plezier vlak onder de oppervlakte; de humor borrelt daar om los te kunnen barsten". De schola van Oegstgeest mag er wezen; het is een stel apart. Volgens leider Van de Poel in het bezit van een sterk relativerend vermogen en tot het leveren en incasseren van kritiek in staat; „een democratisch getint gezelschap waarin je, op een vriendelijke manier, niet gespaard wordt als dat nodig mocht zijn. En nogmaals, erg praktisch ingesteld. Toen we 25 jaar bestonden kregen we van onze - vele - reünisten een set pannen cadeau. Maar goed, onze inbreng in de parochie is twee keer in de maand zingen in de kerk, als één van de vier bestaande koren. Alleen wensen we niet als „koor" aangeduid te worden. Op zaterdagavonden, om de twee weken, verzorgen we drie kwartier van verpozing en inkeer tiidens de „abdijdiensteen eucharistieviering die om 7 uur begint en waarin het pastoraal team voorgaat. Het is een dienst met veel rust en gelegenheid tot meditatie en lezingen om over na te denken. De schola vormt de achtergrond „om de harten te doen verheffen" en de mensen actief luisterend bezig te houden". Nog een typische uitspraak van Jan van de Poel: „verdraaid als het niet zo is, maar een goede gregoriaanse schola kan geen meerstemmige muziek zingen en een koor dat goed meerstemmig zingt faalt in het uitvoeren van gregoriaans". Men viert nu het veertigjarig bestaan, omdat „er een heleboel zijn die misschien het gouden feest niet zullen meemaken, want we zijn een beetje aan het vergrijzen, ofschoon de jongeren er best mogen wezen. Ons bestand loopt van 28 tot 74 jaar oud. En dan - weer zo wat - vieren wij onze feesten driemaal om er helemaal zeker van te zijn, dat we ook werkelijk gefeest hebben. Tien dagen terug zijn we naar Oosterhout geweest, de moederabdij van de Benedictijnen in Nederland; de tweede viering wordt zondag 23 september in de parochie en de derde keer komen we bij elkaar, in oktober, in het Luxemburgse Insenborn. Samen met een stel oud - gedienden leggen we daar het accent op de leut, hoewel ook op dat „kamp" de bezinning om de hoek kan komen kijken". Op het programma van 23 september staan: de hoogmis om half elf, lunch, een symposium, vespers door het gekende Utrechts Studenten Gregoriaans Koor „dat iets meer weergeeft van het „monnikenwerk", aldus Van de Poel) en een intiem aperitief. Aan het symposium („wetenschappelijke bijeenkomst", maar, volgens de Griekse bron van het woord, bedoeld als „drinkgelag"), werken mee de benedictijnse vicaris - generaal van het bisdom Rotterdam, Dom drs. R. Bar, en J. Lennards, oud - directeur van het Ward - instituut. Een veelbelovend symposium, dat schaduwen vooruitwerpt met stellingen zoals, onder andere, „De hedendaagse Nederlandse gezangen voldoen in ieder geval niet in de liturgie", „Als het gregoriaans een struikelblok zou zijn in een oecumenische ontwikkeling, dan moet dat maar zo zijn" en „Gregoriaans is typisch mannenzang" geponeerd door Dom Bar) en „Het is in het algemeen niet mogelijk dè gregoriaanse melodie te verbinden met een tekst in de moedertaal" (gezien vanuit de invalshoek van de heer Lennards). Wie de knuppel in het hoenderhok wil gooien, is van harte welkom op het symposium. En ter bestrijding van de onkosten, aan de stijlvolle viering verbonden, kan men bijdragen door het storten van een bedragje op girorekening ABN 9013, nr. 56. 71. 11. 067, met vermelding „Jubileum Schola St. Willibrord". IDEN Wanneer iemand komt te trlijden staan de eventuele erfgena- n meestal belangstellend klaar om nagelaten aardse bezittingen over te men, tenzij er alleen maar schulden erven zijn. Wanneer een dierenasiel ziele gaat staat er meestal niemand dringen om het erfgoed -een flinke eveelheid honden en katten- in bezit nemen. De enige oplossing is het ver- "izen naar andere asielen, die vaak n al overvol zitten. n aantal weken geleden ging er in het euwse Voorne-Putten in Goeree Over- kkee een eenvoudig opgezet doch boor- vol asiel over de kop. Het asiel bevond •h in een gehuurde schuur en de boer de eigenaar van de schuur was kwam itseling op het onzalige idee om de huur astisch te verhogen. Dat kon de plaatse- te dierenbescherming niet meer op engen en derhalve moest er worden thuisd. Voor de katten was in Zeeland n oplossing snel gevonden, de honden ftden moeizaam geplaatst in de Zuidhol- fdse asielen. Vijf kwamen er terecht in t Nieuwe Leidse Dierenasiel en één van hen, de boerenhond Humpie wordt deze week in de belangstelling gebracht. Humpie zit nog maar kort in Leiden, maar in de Zeeuwse asielschuur zat hij al vanaf november vorig jaar. Waarschijnlijk kwamen er niet zoveel mensen in het asiel in Goeree Overflakkee omdat het een dunbevolkte streek is. Van Humpie is alleen bekend dat hij in het duistere ver leden in Zeeland is afgestaan. Bij elkaar zit Humpie toch al weer bijna een jaar achter tralies en daar moet toch een eind aan komen omdat het een erg vrolijke en levenslustige hond is. Humpies afkomst is even duister als zijn verleden maar vast staat dat hij erg verdienstelijk is uitgeval len. Humpie heeft een erg fraaie bruin/z warte tekening en staat ruim 40 centime ter hoog op de poten met een goed gepro portioneerd hondelijf. Vanuit zijn grappi ge kop staren twee ogen gretig de wereld in en twee tuimeloortjes geven hem de mogelijkheid om ook nog wat hondenmi- miek te bedrijven. Een dikke zwarte staart rondt het geheel af. Hoewel Hum pie ongeveer vier jaar oud is heeft hij nog niets van zijn speelsheid verloren. Hum pie is een stoere oersterke bastaard die maar al te graag èen partijtje wild wil stoeien, met mensen, andere honden en desnoods met katten die hii in principe niets doet. Aangezien hij wel wat erg en thousiast is lijkt hij niet geschikt voor al te kleine kinderen. Humpie is een sportieve waakse hond die voor niemand opzij stapt. Hij kan erg gehoorzaam zijn mits hij op de juiste manier wordt aangepakt. Gezien zijn beweeglijkheid is een beetje ruimte wel op zijn plaats en een flat is daarom minder geschikt. Vervoer in een auto is geen bezwaar. Humpie, die voluit eigen lijk Humpie de Pumpie heet, een naam die hij in Leiden gekregen heeft ziet als een rasechte Zeeuw uit naar het ogenblik dat hij weer in volledige vrijheid kan ronddartelen. Karim De razendsnelle Karim heeft heel wat belangstelling weten op te wekken met zijn gladgeschoren verschijning in de rubriek van vorige week. Zelfs Sloug- hi-clubs (windhondenclubs) toonden belangstelling voor hem. Uiteindelijk heeft een wat ouder echtpaar uit Lei den zich over Karim ontfermd. -.ui, Humpie: een grappige-kop en twee gretige ogen...

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 5