Piet Wildschut en de drang naar
Vaclav
Jezek:
psychologie
achter
trainerschap
Verdedige
van PSV
wil
mislukt
seizoen
snel
vergeten
IK ZIE SOMS
SCHITTERENDE AMATEURS
SPORT LEIDSE COURANT
DONDERDAG 16 AUGUSTUS 1979 PAGINA I
ROTTERDAM - De oudere heer
tjes, die altijd en eeuwig bij de
trainingen in de Kuip aanwezig
zijn, willen de spelers nog wel
eens benaderen. Zodra de trainer
naar buiten komt, lijkt een ge
past stilzwijgen geboden. Daar
kijkt Vaclav Jezek een beetje
vreemd tegenop. Toen hij triom
fen vierde in eigen land, Tsjecho-
Slowakije, stond hij "dichter bij
het voetbalvolk". "Bij ons", zegt
Jezek, "zijn trainers en internatio
nals verplicht om met de mensen
te praten. Ik heb duizenden kilo
meters afgelegd om lezingen te
houden en te praten op vereni
gingsavonden. En dat is goed.
Zouden ze hier ook moeten doen.
Spelers, trainers, scheidsrechters
en publiek bij elkaar brengen.
Dat zou ook een bijdrage kunnen
zijn om incidenten op en rondom
de velden tegen te gaan. Want het
is toch triest wat er gebeurt, vech
ten en elkaar het leven zuur ma
ken. Het zijn maar kleine groep
jes die zich misdragen en dikwijls
ook nog je trouwste supporters."
Dan kijkt Vaclav Jezek, met trompetge
schal aan het begin van het vorige seizoen
binnengehaald bij Feyenoord,alsof hij wil
zeggen: "Wat doe je eraan, maar het is wel
zonde." Bij Jezek moet men soms tussen
de woorden door luisteren maar hij
schuwt evenmin pertinente uitspraken.
Precaire zaken evenwel doet hij minzaam
af, erop lettend niemand te kwetsen maar
wel de weg aangevend die tot verbetering
zou kunnen leiden.
Zijn internationale ervaring stelt hem in
staat een oordeel te vellen en vergelijkin
gen te treffen. Vooral met zijn eigen land
dat sinds jaar en dag in de hogere regio
nen van het Europese voetbal verkeert,
het ene jaar wat hoger dan het andere,
zoals dat ook met Nederland het geval is.
Voor Vaclav Jezek een normale ontwik
keling.
"Deze generatie speelt wat zwakker maar
er zal een volg ende komen die weer sterk
voetbalt. Je kunt niet altijd aan de top
staan, dat is een normale ontwkkeling.die
voor het voetbal in alle landen opgaat.
Een gevaar is wel dat er zulke waanzinni
ge bedragen geboden worden aan spelers,
zeker als daarbij in aanmerking wordt ge
nomen dat het aantal toeschouwers terug
loopt. Wie in voetbal zijn brood wil ver
dienen, moet wel beseffen dat hij het van
het publiek moet hebben. De voetballer
zou zich moeten realiseren:hoeveel toe
schouwers trekken we en ik, als ik een
hele goede ben, in het bijzonder. Het is
goed dat aan de bedragen in Nederland
iets wordt gedaan, al is het noodgedwon
gen. Ik noem dat een geluk voor Neder
land. Helaas komen nu de gekste aanbie
dingen uit het buitenland, vooral ook uit
Amerika. Daarom is het een juiste maat
regel van de bond dat er beperkingen aan
zijn gesteld. Het duidelijkste voorbeeld is
FC Utrecht, dat zonder Leo van Veen
veel minder is."
Dat was uitgerekend de ploeg waartegen
Jezek en zijn Feyenoord de laatste wed
strijd van de vorige competitie moest spe
len. Altijd een lastige opponent voor de
Rotterdammers maar ditmaal een simpele
prooi in een wedstrijd waaraan een pikant
tintje kleefde. Jezek:"Ja, Eddy Treijtel.
Hij heeft drie zware laatste maanden bij
ons gehad maar hij had mijn vertrouwen.
Onbekenden belden me op en vroegen of
ik hem tegen Ajax en AZ niet wilde op
stellen. Heb ik wel gedaan, zonder er veel
over te spreken met hem. Hij had de wed
strijd tevoren al afscheid genomen, in de
Kuip, van het publiek toen we nog tegen
Utrecht moesten spelen. Ik heb hem ge
vraagd toch in het doel te gaan staan en
hij heeft het goed gedaan."
Vakliteratuur
Vaclav Jezek heeft daarbij ongetwij
feld zijn psychologisch inzicht te hulp
geroepen. Voetbal beperkt zich bij hem
niet tot het leiden van trainingen, het
bekijken van spelers, het bezoeken van
andere wedstrijden en het analyseren
van tegenstanders. Thuis, in Capelle
aan de IJssel, leest hij veel: psycholo
gie, fysiologie, medische begeleiding,
kortom vakliteratuur.
Voor het lezen van een roman heeft hij
geen tijd. Ook Jezek is, hoewel hij naar
büiten niet die indruk wekt, een bezeten
trainer wiens vak op de eerste plaats
komt. Vraag het zijn vrouw. Vanachter
een boek geeft hij antwoord, maar aanlei
ding tot een gesprek zal hij zelf weinig ge
ven. "Hoewel ik blij ben dat mijn vrouw
kon overkomen. De eerste maanden zag
ik niets anders dan mijn huis, het stadion
en de weg erheen." Jezek leeft wel voor
voetbal, hoewel zijn belangstelling breder
is. Maar de tijd ontbreekt ten enemale.
Vaclav Jezek, voor wie eens het ministe
rie werd ingeschakeld om hem te behou
den voor FC Den Haag - een vergeefse
poging want Jezek was uitverkoren ("tot
mijn eigen, grote verbazing") Tsjechisch
bondstrainer te worden - maakt er geen
punt van dat hij bij Feyenoord niet als
eerste op de verlanglijst stond. "De spelers
wilden Happel hebben maar hij was te
duur. Ik ben veel goedkoper", zegt hij met
zijn spontane glimlach waarin geen spoor
van afgunst is te bekennen. Jezek, door
alles wat Feyenoord is als een gouden
greep bestempeld, heeft het dan ook naar
zijn zin in Nederland. Om verschillende
redenen, het voetbal in de eerste plaats.
"Ik vind dat in Nederland en Denemar
ken het best wordt gevoetbald, verhou
dingsgewijs dan, gerekend naar het aantal
inwoners en dus de mogelijkheden. Het
Nederlandse voetbal is bijna even sterk,
als je het zo beschouwt, als van veel grote
re landen, West-Duitsland en Engeland.
In Engeland ligt het niveau gemiddeld
iets hoger maar het aantal beoefenaars in
aanmerking genomen, doet Nederland
daarvoor niet onder, Denemarken even
min. Daar is het peil, vergeleken met eni
ge jaren geleden, sterk gestegen. Daartoe
heeft ook de wisseling van trainers veel
bijgedragen. Ouderen zijn vervangen door
jongeren, ex-internationals en spelers met
ervaring die hun hoogste diploma hebben
behaald. Ze doen daar ook meer. Trainers
lopen stage in het buitenland. PSV. Ajax
en wij krijgen geregeld Deense trainers bij
ons. Dat wordt daar door de bond georga
niseerd. Een goede zaak, die in Nederland
meer aandacht zou verdienen, hoewel, de
trainersopleiding hier is bijzonder goed."
Schitterend
"Maar laten we niet vergeten dat voet
bal niet alleen bestaat uit professiona
lisme en semiprofs. Het amateurvoet
bal in Nederland wordt steeds sterker,
het clubvoetbal dan wel te verstaan
want met het nationale amateurteam
wil het niet erg vlotten. Het niveau
van het betaald voetbal, ook weer wat
de clubs betreft, daalt evenwel. Het
amateurvoetbal trekt ook veel publiek.
Clubs met drie- en vierduizend toe
schouwers zijn geen uiutzondering. Ik
heb in de hoofd- en eerste klasse wed
strijden gezien die beter waren dan in
de eerste divisie betaald voetbal. Als ik
naar amateurwedstrijden kan gaan kij
ken, zie ik soms schitterende voetbal
lers"
"Zij hebben een knappe baltechniek en
Na het voorspoedige erste seizoen dat Vaclav Jezek in de Kuip doorbracht,
kan een brede lach er met recht af.
leggen creativiteit in hun spel maar dik
wijls komen ze conditioneel tekort. Dat is
zeker ook een gevolg van de geringe tijd
die op de scholen aan sport wordt besteed.
Ik zie echter ook schitterende amateurs,
die geen profmentaliteit hebben, die er
helemaal niets voor voelen om naar het
betaald voetbal over te gaan of lichame
lijk niet geschikt zijn. Ik zag er een,
prachtig, maar toen hij even hard werd
aangepakt, was hij nergens meer. Onge
schikt voor het betaald voetbal, dat steeds
harder wordt. Wat niet wil zeggen, dat het
grover moet worden. Je kunt ook iemand
stoppen op andere dan gemene wijze.
Meestal gebeurt dat omdat de speler con
ditioneel tekort schiet."
"Aan de andere kant vind ik wel dat som
mige scheidsrechters andere maatstaven
moeten aanleggen. Er zijn regels die het
wegtrappen van de bal nadat is gefloten,
verbieden, die het vormen van het muur
tje, en dan op de goede manier, vereisen.
De ene scheidsrechter handhaaft die be
palingen, de andere niet. Zo is er ook wei
nig uniformiteit in het geven van gele
kaarten. Voor het begin van de competitie
wordt weliswaar een instructiebijeen
komst voor scheidsrechters georganiseerd
maar dat is te weinig. Dat zou ook bijvoor
beeld voor de winterstop en op de helft
van de competitie moeten gebeuren. Leo
van der Kroft, die zelf een goede scheids
rechter was, heb ik daarover aangespro
ken. Hij zou er in de scheidsrechterscom-
missie wat aan gaan doen en daar heb ik
vertrouwen in. Vergeet ook niet dat je
goede en minder goede scheidsrechters
hebt, dat zo'n man een slechte dag kan
hebben, door welke oorzaak ook. Een spe
ler heeft dat toch ook wel eens, en een
trainer evenzo. Maar Nederland heeft een
geluk: de scheidsrechters zijn eerlijk."
Goede of minder goede dagen, er moet in
elk geval een basis zijn. Dat doet de vraag
opwellen of Jezek kan zeggen wat nou ei
genlijk een goede trainer is. Moet hij zelf
een goede voetballer zijn geweest en
wordt een knappe speler ook een goede
trainer?
Voordeel
Het antwoord van Jezek komt zonder
enige aarzeling. "Het is altijd een voor
deel als een trainer op hoog niveau
heeft gevoetbald. Hij kan de capacitei
ten van een speler beter beoordelen en
ook op psychologisch gebied meer doen
omdat hij de situatie aanvoelt. Maar
niet iedereen, die hoog heeft gespeeld,
heeft de capaciteiten een complete trai
ner te worden. Wie een enorm goede
trainer zou kunnen worden? Wim Jan
sen."
Daarmee wordt toch het onderwerp Feye
noord aangèsneden.de ploeg waarvan aan
het begin van de afgelopen competitie
niets werd verwacht en die als tweede
eindigde. Het publiek vond de weg naar
de Kuip weer en de bewonderende blik
ken van de ouwe getrouwen bij de trai
ningen kregen een verlengstuk op de tri
bunes. Kijkers en spelers hadden Vaclav
Jezek al snel in de armen gesloten. Maar
laat men zich niet vergissen. Achter de
beminnelijke prater, de symp-athieke
gentleman schuilt geen weke ttainer. Je
zek is een harde maar geen meedogenloze
trainer. Hij bespreekt met de betrokken
speler zijn beslissing, overtuigt hem, luis
tert ook naar het wederwoord en kweekt
daardoor het wederzijdse begrip waarom
hij zo hogelijk wordt gewaardeerd door
spelers en publiek. Zo stelt hij zich ook op,
en bepleit hij zijn wensen, bij de leiding
van de club, daarbij de financiële moge
lijkheden niet uit het oog verliezend.
"Ik had mijn zinnen gezet op de doelman
EINDHOVEN „Ik wil er
niet meer aan terugdenken,
alles vergeten en alleen maar
vooruit kijken. Het is gewoon
allemaal ongelukkig verlo
pen", zegt Piet Wildschut, die
drommels goed beseft een
mislukt seizoen achter de rug
te hebben. Terwijl het vader
landse leger profvoetballers
tijdens de voorbije winterperi
ode langdurig met vorstverlet
te maken kreeg, verhuisde
Piet Wildschut van FC Twen
te naar PSV. De transfer
bracht hem en PSV niet het
sportieve gewin dat beraamd
was. Wildschut raakte in het
ongerede, kwam niet meer in
aanmerking voor de Oranjese
lectie, maakte kennis met de
reservebank en titelverdedi
ger PSV was tenslotte blij nog
op de derde plaats beslag te
kunnen leggen, daarmee zich
alsnog verzekerd wetend van
een plaats in het UEFA-toer-
nooi. Toen was Wildschut al
„geholpen". Begin mei, ruim
voor het einde van de compe
titie, werd hij geopereerd.
Wildschut nu, vol zelfbeklag en bijna
overdreven bezig zich te revancheren: „Ik
wijt alles aan die liesblessure. Sinds sep
tember vorig jaar had ik daar al last van.
Ik was teruggekomen van het WK in Ar
gentinië, had nauwelijks vakantie gehad,
een weekje maar en toen moest ik al weer
meedraaien. Ik speelde maar door. Totdat
ik bij PSV zat en Rijvers zei: ik heb je niet
meer nodig, je bent toch niet fit".
Piet Wildschut trof het niet nadat zijn
transfer, warmee een bedrag van één mil
joen gemoeid was, geregeld was. De lands
kampioen van 1978 bleek even kwetsbaar
als de lies van Wildschut. De blessure-epi
demie verleidde trainer Rijvers tot de
wonderlijkste varianten in de opstelling.
Ook de bij FC Twente weggelokte Wild-
schur kreeg het vijandelijke doel vanuit
verschillende invalshoeken te zien. De be
waker van de linkerflank bij FC Twente
startte in Eindhoven als aanvaller op de
rechtervleugel. Later verhuisde hij naar
het middenveld en het schamele totaal
van zeven competitiewedstrijden comple
teerde Wildschut tenslotte als linksachter.
„Rijvers was zelf onduidelijk over mijn
plaats in het elftal", herinnert Piet Wild
schut zich. „Van mijzelf weet ik ook wel
dat ik op veel plaatsen inzetbaar ben.
Maar toen het niet wilde vlotten, begon ik
een beetje te balen en wilde ik wel terug
naar m'n oude plek. Rijvers voelde dat
zelf schijnbaar ook aan, zonder er over te
praten overigens".
Tobben
De met zichzelf tobbende Wildschut
leek daarmee het slachtoffer te worden
van zijn eigen veelzijdigheid. Wild
schut, 21 jaar nog maar en Fries van
origine, begon ooit als aanvaller; zoals
elke voetballer met een beetje eerzucht.
Na zijn prilste jeugdjaren bij het Leeu
wardense FVC te hebben doorgebracht
ontmoette hij bij Heerenveen Atte
Bouma als trainer.
Piet Wildschut houdt nog altijd vol véél
aan die eigenzinnige Fries te danken te
hebben. Wildschut: „Atte Bouma inspi
reerde me, maakte me duidelijk dat ik
verder kon komen. Echt, serieus. Ik vraag
me af wat ik bereikt zou hebben zonder
hem". Bouma loodste Wildschut na diens
verhuizing naar Groningen via Be Quick
ook naar de plaatselijke FC. De spits van
Heerenveen slaagde als rechtsbuiten bij
FC Groningen en gaf tegelijkertijd als
middenvelder vorm aan de spelpatronen
van het UEFA-jeugdteam.
Pas toen hij bij FC Twente de status van
eredivisie-voetballer verkreeg, kon Piet
Wildschut de rol gaan vervullen die hem
later in Oranje vervulde. „Spitz Kohn zag
mij het liefst in een aanvallende rol van
uit de verdediging", zo weet Wildschut.
„In eerste instantie kwam dat idee
vreemd over bij mij, maar ik moest al
gauw zeggen dat hij dat goed had gezien".
Nu hij eenmaal thuis is bij PSV moet Piet
Wildschut constateren dat het avontuurlij
ke uit zijn spel dreigt te verdwijnen. Trai
ner Kees Rijvers heeft hele strikte opvat
tingen over de speltrant van de Brabantse
ploeg. Ook tijdens het achtste seizoen dat
hij bij PSV in dienst is zal de strakke
hand van Rijvers merkbaar zijn.
„Kees Rijvers heeft ons al goed duidelijk
gemaakt wat de bedoeling is", vertelt
Wildschut. „Hij kent twee groepen. Een
groep denkt zuiver aan verdedigen en
moet in de opbouw de taak van de aanval
lers zo licht mogelijk maken. De andere
groep moet louter aanvallen en door veel
te bewegen ruimte maken. Als verdediger
moet je telkens op de eerste plaats denken
aan je eigen tegenstander. Rijvers eist dat.
We mogen niet eens een mannetje in de
dekking overnemen van elkaar. Hoewel
ik niet denk dat ie kwaad zal zijn als ik
m'n tegenstander even laat lopen en een
doelpunt zal inleiden. Piet Wildschut ver
heelt niet bedenkingen te hebben, voorzo
ver dat zijn eigen positie aangaat. Van na
ture gaat hij veel op avontuur en ook bij
PSV wil Wildschut graag een beetje crea
tiviteit leggen in zijn zo puur defensieve
taak.
Nederlands elftal
Heel zelfverzekerd durft Wildschut
ook te stellen: „Als Rijvers per sé wil
dat ik mijn tegenstander uitschakel en
verder niets, kom ik niet meer terug in
het Nederlands elftal. Ik moet me kun
nen uitleven. Ik ben geen Poortvliet of
Stevens die een hele wedstrijd met hun
tegenstanders bezig kunnen blijven. Ik
heb er met Rijvers nog niet over ge
praat, maar ik neem toch aan dat met
de spelers die wij hebben er speelruim
te voor mij overblijft".
Kees Rijvers geeft dat toe. „In de linkse
sfeer zijn we wat handiger geworden",
zegt de coach. Nu Ton Smits na een sle
pende knieblessure weer fit 'ijkt, Michel
Valke (Sparta) als vaardige linkermidden
velder is aangetrokken en Adrie Koster
(Roda JC) ook op de linkervleugel uit de
voeten kan, schijnt er bij PSV inderdaad
ook van die kant dreiging uit te gaan. Piet
Wildschut wil de munitie van achteruit
graag aanvoeren. „Als ik maar fit blijf",
hoopt hij. „Ben ik dat niet, dan speel ik
ook niet. Dat heb ik vorig seizoen in ieder
geval wel geleerd".
Piet Wildschut;
„Ik moet me kunnen uitleven'
van Arminia Bielefeld maar toen Fe^
noord informeerde werd een onmoge
bedrag gevraagd. Evenzo gebeurde i I
Sigurvinsson van Standard Luik en V
Hofkens. Niet te betalen. Jammer, w
twee jaar geldden maakte assistent-trai
Clemens Westerhof de clubleiding al U'
merkzaam op Hofkens maar er werd i
adequaat gereageerd."
Toch werden Jezeks wensen vervuld
het met andere spelers. "Albertsen
FC Den Haag was de man, die ik op
middenveld wilde hebben en ik heb h
De ingelijfde Deen Ivan Nielsen en d
man Ton van Engelen stonden ook
mijn lijstje. Overigens had ook Ajax
langstelling voor hen maar directeur
ter Stephan was de Amsterdamn
voor." Door Ajax werd even getwijfelc
toen sloeg de puur zakelijk ingestelde
phan - en wat is er nou eigenlijk tegei 'r£
ëen even puur zakelijk ingestelde voet
wereld - onmiddellijk toe.
Toch blijft Jezek bij zijn mening dat'
Nederland genoeg goede voetballers
om het zonder buitenlanders te kum
stellen. "Maar dan moeten ze wel lie'
blijven en niet over de grenzen trekl,a^
In dat geval moet je wel elders gaan :je
ken, zeker als in het buitenland voor
wordt betaald wat hier onmogelijk is
worden." Jezek had ook wel spelers
zijn vaderland in gedachten maar liet
al snel schieten. Daar gelden nu eenn
andere maatstaven, oonder andere
betreft de leeftijd. En betaling?
Staatsamateurs
Onmiddellijk grijpt Jezek de mogelhan
heid aan een naar zijn mening wijdt Wi
breid misverstand uit de weg te
men. "Er wordt altijd gesproken olan
staatsamateurs maar bij ons, in T ret
cho-Slowakije, bestaat dat niet. Daa vas
geen betaald voetbal, er wordt voor >i
voetballen niet betaald."
"Wij hebben topvoetbal, bestaande uit len
tien clubs in de eerste liga. Daaron
komt het prestatievoetbal, dat district:
wijs wordt gespeeld, en tenslotte zijn ei
divisies met, wat ik noem, massavoetj
Het voordeel bij ons is dat alle clubs
den geruggesteund door bedrijven. Sp^
Praag, waar ik trainer was, is van C.I"
een van de grootste ondernemingen in 1
land. Een speler hoeft evenwel niet bijl
onderneming in dienst te zijn. Die z
wel voor dat alle lasten van de club
den overgenomen. Elke club is dus sell
denvrij. Als er tekort is, past de ondeil
ming bij. Alle spelers werken, of studeij
De clubs zijn verplicht de spelers te l
leiden, bijvoorbeeld bij hun studie v
voor ze van de club, dus de fabriek.
diegeld ontvangen. Een paar gezamen|^
trainingen moet de student per week t
plicht volgen maar de trainingen zijn i
der zo geregeld dat de trainer of de as
tent altijd beschikbaar is voor individif
trainingen. Als een speler iets overkol
geniet hij verzorging en wordt hij finj
cieel bijgestaan. Hij kan overigens ook I
een prive-verzekering sluiten. Spelers,H
werken, ontvangen naargelang de kif
waarin zij bij hun werkgever zijn ii
deeld, salaris. Dus voor hun arbeid,
voor het voetballen. Wat ze dan on
gen voor het voetballen? De topspel
krijgen premies, de prestatiespelers
ik ze gemakshalve noem ontvangei
zakgeldje. De premies zijn laag, eentiel
van wat spelers in Nederland ontvanl
Dat zakgeld stelt dus helemaal we
voor. Massavoetballers zullen nooit
cent ontvangen, van wie dan ook. Wee
hoe groot de premie was, die ik ontv
nadat ik in 1976 met de nationale pl
Europees kampioen was geworden? I
zend kronen." Dat is in goed Nederla i
geld ongeveer tweehonderdvijftig
den
HERMAN VAN BERG