Utopia: droom die nog nooit werkelijkheid werd LEIDSE COURANT „Libellus vereaureus de optimo reiplublicae statu deque nova insula utopiae". Zo luidde de volledige titel van het boek, dat Thomas More (1478-1535) schreef ongeveer 20 jaar voordat hij op last van koning Hendrik VIII onthoofd zou worden in Engeland. „Utopia" is de naam waaronder het boek van deze Engelse humanist (en vriend van de Rotterdamse filosoof Erasmus) algemeen bekend zou worden. En nog steeds mag het tot de categorie wereldliteratuur worden gerekend, al heeft More nooit heeft aangedrongen op de popularisering van het werk, d.w.z. op vertaling in het Engels waaronder het een grotere groep lezers zou kunnen bereiken. Pas in 1551 verscheen er een Engelse editie. Utopia had echter wel direct een wat we nu zouden zeggen „goede pers". Utopia: een boek over het eiland Nergensland. Een satire of een communicatiekanaal waarlangs Thomas More zijn kritiek op het toenmalige Engeland spuide? Als het dat laatste was, dan had More zich tevoren reeds ingedekt tegen mogelijke processen, omdat hij zijn verhaal liet vertellen door Raphael Hythlodae, een naam die zoveel zegt als „iemand die onzin uitkraamt" Utopia is ook de titel van het boek van Ian Tod en Michael Wheeler, waarin zij een overzicht geven van alle mogelijke utopistische samenlevingsvormen, die in de loop der eeuwen bedacht en hier en daar gerealiseerd werden. Zoals de socialistische leef- en werkgemeenschap „Walden" van de befaamde Nederlandse literator Frederik van Eeden. In het blad „De Pionier" van de Vereniging Gemeenschappelijk Grondbezit luidt de doelstelling van Van Eedens experiment: „Wij willen vormen een gemeenschap van voortbrengers en kameraads die op vrijen grond, zonder elkaar te onderdrukken of te benadelen, werken tot instandhouding van ons leven en tot hooger ontwikkeling. Wie waarlijk geneigd is niet ten koste van anderen te leven, en zooveel in zijn vermogen is deel te nemen aan de gemeenschappelijke voortbrenging, sluite zich bij ons aan. Andere eischen stellen wij niet. Maar wie niet van ganscher harte geneigd is afstand te doen van het recht anderen voor zich te laten werken, hij sluite zich niet bij ons aan, want hij zou ons en zichzelven bedriegen". Een beginselverklaring waarvan zou blijken dat ze niet haalbaar was, want lang niet iedereen bleek zo onbaatzuchtig te zijn als door Van Eeden verondersteld was. Ook uit „Walden" blijkt echter dat de mensheid gedurende zijn gehele bestaan al heeft verlangd en gezocht naar vormen van samenleven en maatschappij inrichting, waarin geen leugen en bedrog heersen en waarin men zich zelf als volwaardig mens zou kunnen terugvinden. Utopistisch noemen we vandaag de dag zo'n streven en daarmee zijn we dan weer aangeland bij de in 1935 400 jaar na zijn dood heilig verklaarde Thomas More, die in zijn tijd behalve een vooraanstaand humanist ook een bekend staatsman was, wiens humor hem nooit verliet, zelfs niet op het schavot. (Zijn hoofd werd als afschrikwekkend voorbeeld een maand lang tentoongesteld op de London- bridge). Speurtocht Tod en Wheeler ondernemen hun interessante speurtocht naar utopische samenlevingsvormen aan de hand van o.a. het Gilamesj- epos, komen via de modelstadstaat van Plato terecht bij o.m. het Nova Atlantis van Francis Bacon. Uitvoerig gaan ze in op 18e en 19e-eeuwse utopisten, zoals bijvoorbeeld de Russische schrijver Tolstoi, wiens leef- en werkgemeenschappen eveneens mislukten, mede doordat Marx en Engels ze in strijd achtten met het door hen gepredikte wetenschappelijk socialisme. Ook reserveerden de auteurs ruimte voor architecten als Le Corbusier en Soleri, waarbij zij tenslotte aan het eind van het boek tot de conclusie komen dat er altijd opnieuw mensen zullen zijn, die nieuwe ideeën prediken, opdat die anderen zullen inspireren. Zij nemen daarbij de filosofie van de Brit Gerrard Wistanley tot uitgangspunt, die samen met William Everard in het midden van de 17e eeuw in het Engelse graafschap Surrey met de „Diggers" een kolonie stichtte. Wistanley schreef onder meer: „Wees ervan doordrongen dat Engeland geen vrije natie is zolang de armen geen toegang hebben tot de ontgonnen gebie ien om ze te beploegen en te Lebouwen en zij niet even comfortabel kunnen leven als de landheren op hun omheinde gronden.Want het volk heeft zijn geld en bloed niet gegeven om de landheren, de Normandische macht, de vrijheid te verschaffen als tirannen te heersen... maar om de onderdrukten te bevrijden, om de gevangenisdeuren te openen en het gemoed van de burgers te troosten met de universele eensgezindheid om van de aarde een gemeenschappelijke rijkdom te maken, waar allen in saamhorigheid kunnen leven... geestelijk verenigd in broederlijke liefde; en een comfortabel bestaan te kunnen vinden in de gemeenschap van die ene aarde, hun Moeder". Taal waar een aantal hereboeren uit de streek het niet mee eens was. Zij organiseerden het verzet tegen de Diggers. Nadat in 1650 een groot aantal mannen en vrouwen, die tot de Diggersgemeenschap behoorden, vermoord was, werd de kolonie, v leden bovendien geweldloosheid predikten, opgeheven. Hoewel... in deze eeuw vinden de ideeën over een ideale staat op agrarische grondslag opnieuw weerklank. Paradijselijk Thomas More's Utopia behandelt, zoals opgemerkt, een paradijselijke maatschappij. More's Hythlodae veroordeelt daarin o.m. de toepassing op grote schaal van de doodstraf voor een misdrijf als diefstal, waarbij hij de stelling poneert dat mensen niet stelen uit vrije wil, maar uit noodzaak. De tweeledige verklaring daarvoor treft hij aan in de feodale structuur van de maatschappij: a. de meeste edellieden zijn parasieten en b. de grote groep boeren wordt beroofd van zijn middelen van bestaan door de opkomst van met name de schapenteelt More's Utopia is een eiland dicht bij de kust van het land Ergens. Het heeft de vorm van en halve maan en is 100.000 vierkante mijl groot. De levensstijl is er de meest gelukkige basis voor een beschaafde samenleving. Ooit is het eiland verbonden geweest met het vasteland, maar Utopas, die het veroverde en er een beschaving stichtte, liet deze verbinding weghalen teneinde van Utopia een veilig eiland te maken. More's Utopia is verder verdeeld in 54 steden, die alle omgeven zijn door en stuk grond van 1.600 vierkante mijl die de circa jO.OOO eilandbewoners van het nodige kan voorzien. Al die bewoners zijn fanatieke tuinierders. Tekort aan woningen is er niet op Utopia. Ze zijn bovendien gemeenschapseigendom en de deuren staan altijd open, zodat iedereen naar believen in en uit kan lopen. De huizen worden door het lot toegewezen en om de tien jaar kan men van woning veranderen. Ian Tod en Michael Wheeler merken in hun boek op dat More het gezin (c.q. de familie) als basis van de samenleving beschouwt. Het gezinsleven op Utopia is dan ook monogaam, paternalistisch en patriarchaal. More beschouwt iedere huishouding als een economische en biologische eenheid, die voor zowel de productie als het nakomelingschap zorgdraagt. In een tijd van feminisme doet zijn opmerking „de vrouwen moeten altijd bij hun echtgenoot blijven, want het vrouwenwerk is toch overal hetzelfde" ietwat lachwekkend aan, maar er zijn intussen ook meer dan vier eeuwen verstreken. Toezicht Eveneens doet de opmerking dat vrouwen ondergeschikt zijn aan mannen anachronistisch aan. Alvorens tot een huwelijk wordt besloten worden bruid en bruidegom naakt aan elkaar getoond. De redenering van More was: als je een paard koopt en je hebt maar weinig geld te besteden, dan doe je dat ook zeer weloverwogen. In het Utopia van More bestaan geen bierkelders, geen bordelen sexueel verkeer vóór het huwelijk wordt bestraft terwijl „er altijd wel iemand is die op je let". Het is de sociale controle, die er voor zorgt dat de bewoners van Utopia niet uit de pas lopen, waardoor er gelijktijdig vraagtekens kunnen worden gezet of de samenleving, zoals More die schildert, wel zo paradijselijk is als er gesuggereerd wordt Want wie reizen wil mot daarvoor vergunning aanvragen, voor luiheid is nimmer een excuus te vinden en elke bewoner staat onder voortdurend toezicht van magistraten of gezinshoofden. Die kijken bijvoorbeeld ook toe of er niet gekaart of gedobbeld wordt. De Utopiërs geloven zo zegt Thomas More dat het verstand een belangrijke bijdrage kan leveren aan „plezier van niveau" en dat het ware geluk alleen te vinden is in de bevrediging van de geest en niet in de bevrediging van het lichaam. Een andere zaak die de aandacht trekt is de •natuurgodsdienst, die More in Utopia propageert in afwijking met de rijke en hiërarchisch gestructureerde kerk. We staan aan de vooravond van de reformatie en in Utopia wordt binnen Alleen de komende 10 dagen is C&A in de gelegenheid om u een grotere kollektie bontmantels te tonen. Nóg meer keus dan u gewoonlijk bij C&A aantreft. Wij noemen dit ons jaarlijkse "Bontfestival". Die kollektie blijft slechts 10 dagen in het C&A filiaal in uw omgeving.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 6