1 'SISTERMARY F RAK GIS OF THE FIVE WUPM&S. BSED 24? twm,- Zeventiende Rietveld derby in buurtschap Hazerswoude Sassenheimer wil zieke meenemen naar Margaret Sinclair en hoopt op een 'laatste wonder' LUtokrakers weer actief ioete voor veroorzaken an botsing 3 r AD/REGIO LEIDSE COURANT DINSDAG 17JUL11979 PAGINA 5 OP PELGRIMSREIS NAAR GRAF VAN (BIJNA ZALIG) SCHOTS FABRIEKSMEISJE i Nog één geregistreerd en vanwege de Heilige [e Stoel erkend wonder en Margaret Sinclair - op aarde eens een 3 geschoolde politoerster - kan bevoraerd bl|worden van Dienaresse Gods tot Zalige zuster Mary Francis van De LjVijf Wonden. Nu hoopt een Sassenheimer de aandrager van dat voorlopig beslissende wonder te ziin. Niet om een goddelijke Premie m de wacht te ;unnen slepen, o nee, zo is de gelovige Sassemse magazijn employee Willem Langeveld helemaal niet, „maar ik moet reclame voor Margaret maken, zieken zoeken. Ik ben ervan overtuigd, dat iedereen baat zal hebben bij het vereren van die jonge vrouw die een schat van een meid is geweest. Mijn leven wordt heel erg door haar bepaald en ik sta nu voor een opgave die ik moet honoreren. Daarom wil ik een zieke helpen en meenemen naar het fraf van Margaret inclair, in de buurt van de Schotse hoofdstad Edinburgh. Of er dan een wonder zal gebeuren weet alleen Onze Lieve Heer, maar we kunnen het allicht proberen". Een jaar of negen geleden vond Willem Langeveld bij een schoonzus op zolder een boekje liggen, dat in z*n verdere leven als een soort leidraad, een rode draad misschien, zou functioneren. Het roodgekafte boekje ging over „Margaretha Sinclair, een heilig fabrieksmeisje", naar 't Erigelsch door J. J. M. van Doornik M. S. F., vierde druk, 1932. Langeveld was voordien al een verzamelaar van heiligenlevens. „Ik heb een beetje een ouderwets rooms geloof, hè, maar dat kan geen kwaad en dat zal O. L. Heer ook wel niet erg vinden. In elk geval vond ik het (want ik ging meteen zitten lezen) een heel aardig boek, overeenkomend met de nostalgische gevoelens van weleer. Dit leven boeide me bovenmatig". Aldus de heer Langeveld. Nu hoef je je voor dergelijke gevoelens zelfs vandaag de dag nog niet te schamen. Ik hoorde dit van een lid der jongere generatie, een meisje dat niet van een voorbeeldig heiligenleven zal wakker liggen, maar ze zei er toch wel iets opmerkelijks over: „Het feit, dat de katholieke kerk heiligen kent, vind ik vertederend. Zelf geloof ik er niet zo hard in, maar misschien is het de nestgeur die ik van huisuit nog bij me heb. Ik ben ook in dat v X 1 Margaret Sinclair. boekje gaan lezen en heb het niet zonder meer naast me neer gelegd". Een redelijk gezelschap voor Willem Langeveld, die vijf jaar geleden de behoefte kreeg, naar dat graf toe te gaan. „Ik ging op avontuur naar Edinburgh, met de nachtboot, op de sterfdag van Margaret. Het graf zou wel niet meer bestaan, meende ik, maar na omzwervingen en toevallige ontmoetingen met mensen die zomaar mijn weg kruisten (dat kunnen in mijn ogen geen toevalligheden zijn geweest, maar er zat wat „anders" achter) kwam ik wel degelijk bij het graf op het Mount Vernon-kerkhof uit. Ik heb er nog met een juffrouw, die ik onbewust op dat kerkhof was gevolgd en die me „stomtoevallig" naar het graf loodstehet lied van St Patrick, de Schotse patroonheilige, gezongen en „Te Lourdes in de bergen", in de Engelse versie dan; zoiets als Lourdes in the mountains. Onbegrijpelijke dingen zijn er verder die twee dagen gebeurd. Zonder het te weten liep ik rechtstreeks op de kerk af waar Margaret gedoopt was, één van de drieefttwintig roomse parochiekerken van Edinburgh. En niet minder toevallig was mijn ontmoeting met de Ierse father Denis O'Connell uit Glasgow, die postulator is in het proces dat de zaligverklaring van Margaret inmiddels eerbiedwaardig, voorbereidt. Zo ontmoette ik in zeer korte tijd alles wat voor mijn kennis omtrent haar nodig was. Ik zie daar een vinger der Voorzienigheid in". Langeveld was niet de eerste pelgrim naar Margarets graf. Behalve hulpbehoevende en vrome zielen van Britse origine waren ook Nederlanders hem al voorgegaan, getuige sommige „ex voto's" op en bij de grafsteen: „Dank om genezing", viel er te lezen. Hij zal ook niet de laatste zijn; desnoods „sleept" hij zieken mee naar de laatste rustplaats van die Schotse jonge vrouw, een „eigentijdse getuige" van Christus. Schotse kardinaal Gordon Gray sprak al van „nieuwe gezichten die zich op de Universele Kalender aandienen; we kunnen heiligen verwachten uit de werknemers wereld. Matt Talbot bijvoorbeeldeen havenarbeider, die enige tijd een alcoholist was, kwam tot bekering. Margaret Sinclair zou weieens de eerste kunnen zijn die de titel krijgt van een heilig fabrieksmeisje. Een heilige uit de vakbond zou ze ook kunnen zijn, ze bezocht als lid van die bond vergaderingen en moest ervaren wat het te betekenen heeft overbodig te zijn toen de meubelfabriek in Cowgate de poorten sloot". Margaret Sinclair werd in 1900 in een achterbuurt van Edinburgh geboren, in het midden van een verdachte omgeving en temidden van diepe armoe. Moeder was katholiek, vader Andrew, een vuilnisman, was vóór z'n trouwen katholiek geworden. Soms had de hardwerkende moeder aanvallen van depressie en de drie jaar oude Margaret knielde dan naast haar neer en zei: „Huil niet moeder. Sla me als je wilt, moeder, maar huil niet". Voorbeelden van een deugdzaam leven te over; ze staan in het boek opgetekend. Een rustig, vriendelijk en spiritueel meisje, dat er van hield goed gekleed te gaan, bedreven in het hanteren van naald en draad en houdend van de simpele pleziertjes, zoals dansen. Maar al was er een feestavond: Margaret bad altijd haar rozenkrans voor ze naar bed ging. Ik heb mij zo vermaakt, zei ze weleens^iu moet ik God zijn deel geven. En hoeveel zielen heeft God tot zich geroepen terwijl wij dansten en ons vermaakten Zo ging dat met de jonge Margaret Sinclair eraan toe. „Waarom ben jij altijd de r ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel- Aa len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi- fggff ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen OOOr Ion HieterS OMWEGEN eerste om het goed te maken vroeg zusje Bella eens na een ruzie. „Men moet zich kunnen vernederen", was Margarets antwoord. Dan waren er natuurlijk ook „de verleidingen van de wereld". „Want ook Margaret had haar bekoringen. Ofschoon het wel zo was dat geen bij haar een kans had. Wanneer ik word bekoord, denk ik aan de kracht van de heilige Naam. Dan zeg ik de naam van Jesus tien maal heel langzaam, vertelde ze haar zuster". Dan denkt een minder deugdzaam mens tegenwoordig al gauw: nou, zo kan het dan wel weer; maar wie in het meisje Sinclair een heilzaam licht zien, zullen gesticht knikken als ze vernemen, dat Margaret zelfs een keer - uiteraard tevergeefs - verloofd is geweest toen ze 19 was. Met een ex-soldaat, na de eerste wereldoorlog. Daar had je het al weer: het was een wonderlijke eenzijdige affaire, want de jongeman wilde graag trouwen, maar Margaret weigerde alleen met hem te zijn en „belette zoveel mogelijk dat hij haar kuste". Ze bereikte alleen, dat hij „een vurig katholiek werd en een harde werker". Maar Margaret had 't niet zitten en raadpleegde vertrouwde pater Agius s. j., die tot haar grote opluchting tot de conclusie kwam dat ze niet gebonden was met de knaap te trouwen. Ze bleef het Hoogste kiezen. De kloosterroeping werd steeds duidelijker. Zus Bella was toen al ingetreden bij de Kleine Zusters van de Armen. Margaret ging naar het Arme Clarissen-klooster in Notting Hill bij Londen. Ze was toen 23 en had nog twee jaar te leven. Vasten en onthouding, gebrek aan warmte, maar vooral heimwee en eenzaamheid. Ze kreeg een vermoeiende en vernederende taak: het bedelen van aalmoezen, uren lopend door de straten van Londen, met een paar shilling als beloning voor de moeite terug kloosterwaarts. Maar wie haar toen ontmoetten waren eenstemmig in hun oordeel en kwamen onder de indruk van haar „stralende verschijning; ze zag er zo onschuldig, eenvoudig, oprecht, volgzaam en nederig uit". Twéé maanden na haar MARGARET SlNCLMSL aged jgg mms.. De grafsteen van het heilige fabrieksmeisje. professie werd ze al naar het sanatorium gebracht: keel tuberculose; met nog zeven maanden van lijden, met ademnood en pijn voor de boeg. Een priester die haar bezocht vertelde:„na een zware aanval van pijn was ze gewoon uit te roepen: het is alles voor de zielen". Twee jaar na haar dood werd ze (reeds in de geur van heiligheid) herbegraven tussen haar eigen mensen in Edinburgh. De interesse van het publiek was gewekt. Er kwamen gebedsverhoringen. Gods opgeruimde dienares op aarde kreeg haar proces. Het fabrieksmeisje, dat waarschijnlijk allang in de hemelse blijdschap is opgenomen, wacht op de uitslag. Of liever gezegd: vele betrokkenen, zoals Willem Langeveld, wachten daarop. Nog één wonder van de Heer en het is voorlopig gepiept. „Ik ben een paar keer terug geweest", vertelt Langeveld me, „en in 1977 heb ik in Lourdes Annette uit Rotterdam leren kennen, een invalide huismoeder, die al heel wat af geleden heeft. IK heb haar aangeboden, in september mee te gaan naar het graf van Margaret Nu vermoed ik, dat zij en haar man me niet financieel willen belasten en daarom wil ik buiten hun weten om aan een som van ongeveer 1600 gulden zien te komen om die twee mee te kunnen nemen. Pastoor Vreeburg van de Leidse Lodewijkskerk wil me wel helpen. Ik mag van hem achter in de kerk een standje inrichten met materiaal over Margaret Sinclair; ik wil daar ook wel dia voorstellingen geven over mijn avonturen in Edinburgh. Als mijn actie slaagt, kan ik met het resultaat naar Rotterdam om Annette te laten profiteren. Als zij het niet is, dan maar een andere zieke. Maar het moet slagen". Nog één wonder is nodig; misschien een tweede, maar dat zou dan in Rotterdam moeten gebeuren. Willem Langeveld die van de pastoor ook een collecteblokje mag plaatsen „voor de reis van een zieke naar Edinburgh", wil graag informatie verstrekken: J.P.Gouverneurlaan 43, Sassenheim, teL 02522 -14 191. iORDWIJK Het beruchte gilde van autokrakers blijkt de ste week genadeloos toe te slaan in de badplaats. Het is ware plaag. Dagelijks komt een reeks meldingen binnen automobilisten, die hun wagen op straat of op een par te rrein onbeheerd achterlieten en de auto later openge- ken aantroffen. Soms werd het portier op geraffineerde i geforceeren in andere gevallen verschafte men zich toe tot het voertuig door het kapot maken van het portier- Geld, fotoapparatuur, cassette-recorders, en dergelijke levolle goederen, werden door de grijpgrage krakers euvel doet zich niet alleen voor in de kom van het dorp, |ar ook op de parkeerterreinen in het Langeveld en aan de gen naar het strand. lor de politie is een en ander aanleiding de automobilisten Ingend te verzoeken geen voorwerpen van waarde in gepar- jrde auto's achter te laten. Het open en bloot laten liggen ji waardevolle zaken in de wagens werkt dit soort diefstal-* in de hand. Zo werd in een geval, behalve een flink be- aan geld, ook betaalcheques en... de betaalpas uit de j ontvreemd. Dit moet niet kunnen gebeuren. Het leegma- i van de auto is het enige middel om het kwaad effectief nen bestrijden. N HAAG/BODENGRAVEN Een 26-jarige inwo- van Bodegraven is door de Haagse rechtbank ver deeld tot zeshonderd gulden boete, een week gevan- ïisstraf en vier maanden intrekking van het rijbe- beide voorwaardelijk met proeftijd van twee De man werd het veroorzaken van lichamelijk 1 door schuld ten laste gelegd. I Bodegraver reed met zijn vrachtwagen de Goudseweg op ider voorrang te verlenen aan een auto. Bij de botsing die gde werd de auto zwaar gehavend en de bestuurder liep hersenschudding op. biier van justitie had tegen verdachte een week gevange- geëist en voorwaardelijk zes maanden intrekking van gitrijbewijs. y» HAZERSWOUDE De be woners van de Hazerswoudse buurtschap het Rietveld en degenen die met deze buurt een binding hebben treden donderdag 19 juli aan voor de 17e Rietveld roei-derby. Op deze dag worden op de Rietveldse vaart nabij het restaurant Klein Giethoorn de jaarlijkse kampioenschap pen gehouden. Dit waterspek takel dat langzamerhand is uitgegroeid tot een folkloris tisch gebeuren wordt al sinds mensenheugenis georgani seerd door de (oud) Rietvel- ders Gijs van de Lip, Piet van der Werf en Reinier van Vliet. De bewoners van het Riet veld, een nog ongerept stukje Hazerswoude, gaan nog steeds prat op de vaardigheid met de roeiriemen. Deze handig heid dateert nog uit de jaren dat de 35 veehouders- en boomkwekersgezinnen het wa ter rond de huizen en stallen met? de roeiriemen moest doorklieven. De houten rie men hebben in de loop der jaren plaats gemaakt voor een zoveel-pk buitenboordmo tor. Zoniet het sportieve ele ment. De traditionele roeiwed- strijden worden nog jaarlijks in de diverse klasses uitge vochten door de Rietveldse inboorlingen en aanverwante postbode en melkboer. Jan van de Lip is dé grote favoriet bij de wedstrijd voor de heren, die om zeven uur 's avonds begint. Deze telg uit een roemrucht roeigeslacht eiste vier maal op rij de hoogste eer voor zich op. Ge makkelijk krijgt deze Van de Lip het echter niet, want de concurrentie is enorm groot Zijn broers Gijs en Hugo, bij voorbeeld, de coming man Arie de Groot, Gerard van Zuylen, de „vaste" kampioen V^n de jaren zestig; Sjaak van de Neut Arie de Wit en De Rietveldse roeiwedstrijden trekken jaarlijks vele honderden toeschouwers Arie Boer zijn er, net zoals de drie voorgaande keren, op gebrand de beker uit handen van Hazerswoudes, dus ook Rietvelds, burgemeester J. ten Heuvelhof te ontvangen. Bij de dames zou het weieens een open strijd kunnen wor den. Aantrekkelijk voor de lieden op de wallekanten die vaak bij honderden hun „jaarlijks tripje" naar het Rietveld maken, te meer om dat de weergoden de organi satoren en de deelnemers vrijwel steeds gunstig gezind zijn. Een open roeigevecht bij de dames. Want Jeannet van Zuylen, die in 1976, 1977 en 1978 als eerste over de finish ging, krijgt geen startvergun ning. Zij is intussen ge trouwd, woont in Alphen aan den Rijn en heeft geen enkele zakelijke binding met haar geboortedorp meer.... Hard, maar reglementair. Dus komt er in elk geval een nieuwe kampioene op het schavotje bij Klein Giethoorn. En ze krijgt ook een nieuwe wissel beker, want genoemde Jean net nam het kleinood defini tief mee, na die drie zeges achter elkaar. Kansen dus voor Marga Out, Adri van de Lip, Petra van de Lip, de dochter van organisator Rei nier van Vliet en ander vrou welijk schoon, om de nieuwe cup voor de eerste keer naar zie)» toe te trekken. De roeis- trijd voor de dames (vanaf zestien jaar) neemt trouwens rond de klok van zeven uur 's avonds eveneens een aan vang. De roeiboten van Klein Gie thoorn worden in de middag uren, vanaf half drie, door de jeugd de Rietveldse Vaart op gestuurd. In vier categorieën gaan jongens en meisjes el- i kaar de loef proberen af te steken. Behalve roeien in de avond uren een waterfestijn, dat se dert enkele jaren „in" is op de enige dag van het jaar dat het Rietveld luidruchtig van zich doet horen. Het schouwk- loeten. Een vaarwedstrijd met schouwen (destijds het tran sportmiddel bij uitstek in de nog niet ontsloten boomkwe- kersgebieden), die worden voortbewogen met een lange vaarboom. Gijs de Hertog, géén Rietvel- der, maar wel vaar-actief van wege zijn bezig zijn in deze buurt als postbode, verdedigt de vorig jaar behaalde titeL Zeventiger Van de Lip, vader van de roeiprominenten, moest hem in 1978 voor laten gaan. Heel het Rietveld houdt er een tikkeltje rekening mee dat hij weer van de schouwk- loetenpartij is, aanstaande donderdag 19 juli. Want hij „maakte" de wedstrijd vorig jaar, van begin tot eind. Met de sigaar in de mond....

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 5