GETRSt
mm
mmmm
James Bond wordt
steeds grappiger
Friedkin's loonsverhoging
van de angst
Pulchri Studio
toont werk van
eigen leden
Fraaie zomer
collectie
in galerie
Van der Vlist
Pretentieloos
toeven in
café
„Zijlpoort"
En verder
LEIDSE COURANT
VRIJDAG 13 JULI 1979 PAGINA 7
LIDO I, EUROCINEMA I en II: Moonraker (12) met Roger Moore, Michel Lons
dale en Lois Chiles. Regie: Lewis Gilbert.
Toen zeventien jaar geleden
Ian Fleming's geheimagent
007 voor de eerste maal in
de gedaante van Sean Con-
nery op het filmscherm ver
scheen in „Dr. No" waren
groot aantal Britse
filmkritici geschokt over
zijn bruut optreden. Het
was geen cricket en vooral
de scène, waarin Bond met
i geheimagente van de te
genpartij naar bed gaat, om
haar vervolgens zonder par
don neer te schieten, werd
fel aangevallen. James Bond
heeft het allemaal overleefd
en werd een van de grote
kassuccessen van de laatste
jaren. Zelfs toen Connery er
de brui aan gaf en men het
Australische fotomodel Ge
orge Lazenby een kans gaf
in „On her Majesty's secret
service" bleek een Bond-
avontuur, hoe kostbaar ook,
altijd nog meer op te bren
gen dan men er tijdens de
productie voor uitgetrokken
had.
Connery liet zich nog een
maal voor een astronomisch
bedrag verleiden James
Bond te spelen in „Dia
monds are forever" en toen
was eigenlijk de logische op
volger Roger Moore, die vijf
jaar lang in de televisieserie,
„The saint', naar de verha
len van Leslie Charteris, tri
omfen had gevierd.
Tijdens de opnamen van
zijn eerste Bond-film „Live
and let die" vertrouwde
Moore ons al toe, dat het
waarschijnlijk een wat soe
peler 007 zou worden, dan
men van Connery gewend
was. En hij voegde er aan
toe, dat hij zeker iemand
wist, die het een betere
Bond zou vinden:,.Mijn moe.
der".
Hoewel nog niet zo duidelijk
merkbaar in „Live and let
die", zijn de 007-films met
Roger Moore steeds meer in
de richting van de komedie
gegaan met het accent op
het stuntwerk, liefst op ver
gezochte lokaties.
Wat dat laatste betreft zei
regisseur Guy Hamilton ons,
toen hij aan „The man with
the golden gun" bezig was
„Dit is mijn derde Bond-film
en het wordt steeds moeilij
ker telkens iets nieuws te
verzinnen. Dit is ook beslist
de laatste keer dat ik met
Bond op avontuur ga."
Lewis Gilbert, die al eens
met „You only live twice"
de Bond-serie van Terence
Young had overgenomen,
stapte er in voor „The spy
who loved me" en de fleg
matieke Brit tekende ook
weer voor de nieuwste
Bond-film „Moonraker".
Een formidabele anaconda maakt James Bond het
leven even zuur.Maar niet voor lang want 007 heeft
nog een giftige ball-point.
Beide films hebben met Ian
Fleming's romans eigenlijk
alleen de titel gemeen, want
ook voor „Moonraker"
schreef Christopher Wood
een geheel nieuw boek. „Dat
moest wel" zegt de gemoede
lijke producent Albert Broc
coli „want toen Moonraker
geschreven werd, stond de
ruimtevaart nog maar in de
kinderschoenen. We hebben
het verhaal aan deze tijd
moeten aanpassen."
„Moonraker" begint weer
met een spectaculaire intro
ductie-stunt als Moore alias
Bond zonder parachute uit
een vliegtuig wordt gegooid.
Daarna gaat het verhaal
over de miilti-miljonair Drax
Michel Lonsdale) die weer
een heel nieuw plan verzon
nen heeft om de wereldheer
schappij over te nemen. Hij
wil met gifgas de gehele be
volking van de aarde uit
roeien, om dan op zijn - niet
op radar te vinden - ruim
testation met een aantal
streng geselecteerde vol
maakte jongens en meisjes
een nieuwe wereldbevolking
te fokken.
Maar via een glasfabriek in
Venetië, komt Bond achter
dit snode plan, dat hem ver
volgens naar Drax' opslag
plaats in Rio de Janeiro
voert en hem tenslotte met
een CIA-agente (Lois Chiles)
op Drax' ruimtestation doet
belanden. Met films als
„Starwars" en „Battleship
Galctica" uit een recent ver
leden, is dit laatste gedeelte
het minst orgineel, maar
daarvoor hebben de liefheb
bers van het Bond-genre
weer hun hart kunnen opha
len aan een verrukkelijke
achtervolging per speciaal
geprepareerde gondel döor
de kanalen van Venetië en
over de Piazza San Marco
een vorstelijk gevecht in
een glasmuseum met een
spectaculair einde voor de
beul van Drax, Chang, die
de de dood in een concert
vleugel vindt.
En wie zien we terug als
Chang's vervanger Nie
mand minder dan Richard
Kiel als Jaws, die de vorige
Bond-film mocht overleven.
„De kinderen waren dol op
hem" vertelde Roger Moore
ons „en het is zonde om
zo'n verrukkelijke figuur
niet nog eens te gebruiken.
Ik zie aankomen, dat hij Ja
mes Bond nog naar het
tweede plan drukt."
De reus met de stalen tan
den doet zich weer gelden in
een gevecht bovenop de ca
bine van een kabelbaan bo
ven Rio de Janeiro (waarbij
toch wel achtergrondprojec
tie werd gebruikt) en op het
ruimtestation, maar kiest
tenslotte Bond's zijde als hij
beseft dat er voor hem in
Drax' wereld van perfecte
mensen geen plaats meer zal
zijn.
De griezel uit „The spy who
loved me" draait eigenlijk al
eerder om, wanneer hij een
vriendinnetje ontmoet, maar
ach, dat moet u allemaal
zelf maar gaan zien.
Vervelen zult u zich beslist
niet bij „Moonraker" daar
hebben de makers wel weer
gezorgd en men moet be
wondering hebben voor de
visie van regisseur Lewis
Gilbert, die in de kleine Pa-
rijse studio's op het doek
een idee van ruimte wist te
scheppen, dat wij er tijdJns
een bezoek niet tijdens de
opnamen niet van afzagen.
Maar de grimmige, koelbloe
dige geheimagent met ver
gunning tot moorden is ver
dwenen om plaats te maken
voor een nonchalant met
zijn eigen leven omspringen
de avonturier, die opnieuw
or in slaagt de booswicht,
die de wereld, zo niet het
heelal wil beheersen, de voet
dwars te zetten. MTT.O
LUXOR: Konvooi van de angst (16) met Roy Scheider en Bruno Cremer. Re
gie: William Friedkin.
Regisseur William Friedkih heeft zijn „Sor
cerer" opgedragen aan Henri-George Clou-
zot's uit 1953 daterende thriller „Het loon
van de angst" en dat is begrijpelijk want de
„midden-hap" van zijn film geeft óók een
gevaarvolle rit te zien van vier in de Zuida-
merikaanse rimboe gestrande avonturiers,
die een lading nitroglycerine naar een bran
dende oliebron moeten vervoeren.
Maar Friedkin heeft het allemaal nog
mooier willen doen dan Clouzot en is met
zijn cameraploeg eerst naar Parijs, ja zelfs
Israël getogen om de achtergronden van
zijn. vier hoofdpersonen te belichten. Bij
Clouzot kwamen die pas aan de oppervlakte
tijdens de rit, wat wel zo effectief was.
Ook de brand van de oliebron krijgt bij
Friedkin veel meer ruimte, met verkoolde
lijken en een opstandige dorpsbevolking.1
Tijdens de rit tovert Friedkin dan nog een
paar extra spectaculaire hoogtepunten uit
zijn mouw zoals een hangbrug die op instor
ten staat en een bende bandieten.
Wie Clouzot's door zijn eenvoud beklemmen
de „Loon van de angst" nooit heeft gezien,
zal deze loonsverhoging van Friedkin, waar
in de Zuidamerikaanse nederzetting smeri
ger is, de dreigende gevaren nóg groter zijn
en het slot een nog grotere anti-climax ople
vert, als rauw filmavontuur vol afwisseling
slikkeri omdat Friedkin voor de uiterlijkheid
heeft gekozen, omdat een Roy Scheider (dit
keer een door de maffia opgejaagde krui
meldief) geen morpent in de schaduw kon
staan van Yves Montand in de 1953-versie.
Loonsverhoging kan bedrieglijk zijn, want
het wil wel 'ns voorkomen dat je toch min
der in je loonzakje vindt En dat is het ge
val met Friedkin's „Konvooi van de angst",
die - de inflatie in aanmerking genomen -
minstens het vijfvoudige van Clouzot's film
moet hebben gekost, maar aan de opper
vlakte blijft met veel spectaculaire effecten,
waar Clouzot zijn karakters langzaam uit
diepte tijdens de gevaarvolle tocht
MILO
Jubileumconcert
Zang en
Vriendschap
HAZERSWOUDE Het
christelijk gemengde zang
koor Zang en Vriendschap
viert dit najaar op beschei
den wijze het zestigjarig be
staan. Het publiek wordt bij
de viering van het twaalfde
lustrum betrokken met een
concert dat op vrijdag 12 ok
tober is vastgesteld.
Intussen hebben de leden
van Zang en Vriendschap tij
dens een huis-aan-huis-collec-
te in het dorp een bedrag
van 1275,76 bijeengebracht
ten behoeve van het Anjer
fonds.
OEGSTGEEST De zomer-
tentoonstelling van Galerie
Pulchri Studio aan de Oegs-
tgeestse De Kempenaerstraat
wordt vanmiddag om vijf
uur geopend. Tot 23 augus
tus is het werk van de kun
stenaarsleden van Pulchri
Studio dagelijks te bezichti
gen. De tentoonstelling die
tot stand kwam met mede
werking van de Jacob Ma-
risstichting is dagelijks geo
pend van tien tot vier uur.
Open: alle dagen van de week van
's middags 13.00 uur tot de gebruike
lijke sluitingstijden van een of twee
uur na middernacht. Zondags gaat
het café om 19.00 uur open.
Snacks: tosti's, balletje gehakt, lever
worst en pinda's.
't Waeter doet de paelen rotten,
Die dat drincken zijn maarzotten.
Van de zeven klokken, waaronder een au
thentiek Frans ossenoog uit 1800, die in
het café hangen, geeft er éen de ekacte
tijd aan. Datis de klok die pal tegenover
de bar hangt: oog in oog met kastelein
Leen Boot, terwijl het publiek de tijd met
zijn nek aankijkt De „Zijlpoort" is overi
gens nooit karig met seconden en uren ge
weest, het is een duidelijke „bon-vivant"
onder de Leidse kroegen. Heel ver in het
verleden begonnen als veerhuis heeft het
café zich van lieverlee ontwikkeld tot wat
je noemt een gebruind taplokaal, waar de
wijzers van de klok pretentieloos hun
rondje draaien.
Leen Boot (40) doet zijn werk hier nu al
zeven jaar achtereen met erg veel plezier.
Min of meer toevallig is hij destijds tegen
de „Zijlpoort" opgebotst. Hetgeen wel
meer personen is overkomen, maar bij
deze horeca-man zat er dan toch wel iets
zakelijks in die confrontatie, wat achteraf
dus geresulteerd heeft in de aankoop van
het pand plus inboedel. In die tijd heeft
het café zich geëvolueerd tot een niet
meer weg te cijferen lokaliteit in wat je
noemt de Leidse havenbuurt. Nog steeds
tref je hier op sommige dagen de schip
pers aan, die per Rijn-aak de rivier zijn
af komen zakken om bij meelfabriek „De
Sleutels" hun balen graan te dumpen.
Voor deze verrichtingen trakteren de
schippers zich dan steevast op een hoppig
alternatief, in de vorm van gerstenat of
Leids gedistilleerd.
Pretentieloos
De levende have van de „Zijlpoort" be
staat voor het merendeel uit stamgasten.
Hoewel het toerisme de kastelein zeker
niet onwelgevallig is, als we alles op zijn
merites bezien. Veel toevallige passanten
zijn namelijk tot de vaste kern van het
café gaan behoren, nadat ze de pretentie
loze sfeer die deze zaak uitademt eens
goed in zich hadden opgezogen. Leen Boot
verklaart de belangstelling voor zijn café
als volgt: „De kneep van het vak zit hem
zeker niet alleen in het biertje tappen. Er
komt veel meer bij kijken. Je moet het
zien en je moet je telkens weer ontploo
ien. Je moet animator zijn en tegelijk
weer afstand kunnen nemen. Zonder een
gevoelsmatige betrokkenheid met je klan
ten ben je nergens".
De vrouw
Centrale plaats in de „Zijlpoort" nemen
de vrouwen in. Kastelein Boot ziet het als
de grootste reclame voor zijn zaak, dat
het damespubliek met alle égards wordt
behandeld. Vooral in de weekeinden is het
vrouwelijk schoon hier rijkelijk vertegen
woordigd. „Of ze nu samen met hun man
of alleen komen, de vrouwen voelen zich
hier direct op hun gemak. Van de 17
krukjes aan de bar worden er zaterdags
soms wel 16 door vrouwen ingenomen.
Hun mannen, vrienden of verloofdes zitten
dan aan de tafeltjes of spelen aan het bil
jart" Leen Boot heeft er een verschrikke
lijke hekel aan als de vrouw louter als
sex-object wordt bekeken. Wat dat betreft
hoeft hij zich om de „Zijlpoort" geen zor
gen meer temaken.
Voor buitenlanders blijkt de „Zijlpoor-
t"een enorme aantrekkingskracht te bezit
ten. Zowel Engelsen als Amerikanen (uit
het zakenleven en de universiteit) komen
hier graag. Dat heeft Leen Boot niet zo
lang geleden de hoge waardering van de
welbekende „beefeaters" opgeleverd, die
hem in Londen ridderden tot „keeper of
the wines and ales". Een Amerikaanse
professor sprak verleden jaar zijn lof over
de „Zijlpoort" via ëeh op een houten an
sichtkaart geschreven gedicht. De Ameri
kaanse hoogleraar schreef Leen Boot toen
(vrij vertaald) het volgende:
„Als we drinken, worden we dronken,
Als we dronken zijn, gaan we slapen
Als we slapen, bedrijven we geen zonde
Als we niet zondigen, gaan we naar de
hemel
So... let's all get drunk and go to hea
ven."
Leen Boot in zijn pretentieloos café.
CAMERA Those daring
young men (a.l.) Fascineren
de film over een vliegwed
strijd tussen Parijs en Lon
den, die in 1912 werd gehou
den (reprise, eerste week).
LIDO II Martijn en de
magiër (a.l.) De nieuwste'
Nederlandse jeugdfilm met
veel bekende acteurs en ac
trices (matinee, tweede
week); The deer hunter (16)
Robert de Niro en John Sa-
vage in een aangrijpende
film, waarin de Verenigde
Staten van nu hun frustra
ties over de oorlog in Viet
nam afreageren (veertiende
week).
LIDO III Tom and Jerry
(a.l.) Het bekende tekenfilm
duo dat de uitdrukking „le
ven als kat en muis" over
tuigend gestalte geeft, met
dit verschil dat in de film
de kat het bijna altijd aflegt
tegen de slimmigheid van de
muis (matinee, tweede
week); Animal House (a.l.)
Een dolle komedie over een
zich doorgaans keurig netjes
gedragende student, die de
bloemetjes eens flink buiten'
zet (veertiende week).
STUDIO Mickey Mouse
vijftig jaar jong (a.l.) Speci
al aan de eerste zingende
en dansende tekenfilmfiguur,
die dit jaar Abraham ziet,
opgedragen feestprogramma
(matinee, tweede week); Wa
terschapsheuvel (a.l.) Ont
roerende tekenfilm over een
aantal konijnen dat de ge-
boortestreek verlaat op zoek
naar meer leefruimte. Naar
de gelijknamige roman van
Richard Adams (reprise,
vijfde week).
TRIANON Halleluja voor
een paar vuisten (12) Het
Trinity-duo is immer goed
voor veel vertier (reprise,
derde week).
REX Hoe meer hoe beter
(16) Zwak porno-product
(eerste week).
EUROCINEMA III (Alphen
aan den Rijn) Haastige
spoed is zelden goed (a.l.)
Gezellige vakantiefilm voor
jong en oud (tweede week).
EUROCINEMA IV (Alphen
aan den Rijn) S.O.S. Con
corde (12) Rampenfilm waar
in het lijkt alsof de Ameri
kaanse makers de zwakte,
van het Franse vliegtuigpro-
dukt willen aantonen (twee
de week).
De litho „Pierrerette" van Erica Sijnja.
Een van de door de Vlaamse primitieven geïnspi
reerde olieverfschilderijen van Karei Wiggers.
LEIDEN Galerie Van der
Vlist aan de Botermarkt,
exposeert deze zomer wer
ken van Frank Klein, Ab
Steenvoorden, Jan Bos, Eri
ca Sijnja, Karei Wiggers,
Mout Muller Massis, Pie ter
van Heerde en Jan van der
Berg. Een gevarieerd kun
stenaarsgezelschap dat voor
iedereen wat te bieden
heeft.
Zodra de drempel is over
schreden, valt het oog op
een wandkleed van Mout
Muller Massis, genaamd 'pad
door vulkaankrater'. Het
werk in zwart en donker
bruin hangt boven de deur
naar het achterzaaltje, wel
licht om de schemerachtige
sfeer daar te benadrukken.
Van de zes wandkleden in
de galerie is vooral het
kleed 'Paardjes in de Jung
le' erg vrolijk van kleur. In
dit kleed zijn in tegenstelling
tot de andere kleden, mens
figuren in de collage opge
nomen. De materialen die
Mout Muller Massis hoofdza
kelijk gebruikt zijn velours
en wol.
De Haagse Erica Sijnja stelt
haar litho's tentoon. De kun
stenares heeft een aparte
kijk op de mensenwereld.
Zij combineert op wonderlij
ke wijze mens en dier. De
litho's zijn in zwart-wit be
halve de twee dieren litho's
in het achterzaaltje; die zijn
ingekleurd. Zeer charmant is
haar litho de 'Pierrerette';
een vrouwelijke nar met in-
sekten in zwart-wit. Merk
waardig is dat op de werken
'de drie zotten' en 'de zot'
geen dierfiguren voorkomen.
In de muurvitrine staan be
halve de vier beeldjes van
Pieter van Heerde, mini-et
sen van Ab Steenvoorden.
De etsen, waarvan sommige
ingekleurd zijn, getuigen van
een zeer nauwgezet en artis
tiek werken. Zonder meer
knap is de kleurpotloodteke
ning in twee delen van de
Noordwijkse kunstenaar die
in Leiden en omstreken gro
te faam geniet.
De enige olieverfschilderijen
in de galerie komen van de
hand van Karei Wiggers.
Deze schilder, die een tijd in
Gent heeft gewoond, is ge
heel in de ban van de
Vlaamse primitieve schilder
kunst (15e en 16e eeuw).
Voornaamste vertegenwoord
iger hiervan is Van Eyck.
Deze stroming die weieens
de schilderkunst van het
lichteffekt genoemd wordt,
vormt de inspiratie voor Ka-
rel Wiggers. Deze 'fijnschil
der' gebruikt 'antieke' kleu
ren en schildert dezelfde
mystieke ronde hoofden.
Een sfeervolle schilder die
ook nog zelf de lijsten voor
zijn schilderijen maakt.
Het al eerder genoemde ach
terzaaltje wordt voor het
grootste gedeelte in beslag
genomen door de aquarellen
van Frank Klein. De uit
Utrecht afkomstige aquarel
list heeft een voorliefde voor
het landschap. Het rustge
vende van zijn aquarellen
komt vopral door het ge
bruik van vrij matte kleu
ren. De meeste werken heb
ben een waterpartij, en ge
ven op aantrekkelijke wijze
het Hollandse polderland
schap weer. Enkele stille
vens bevinden zich ook in
de collectie van Frank
Klein.
Tegen de achterwand staat
één aquarel, Bospad bij
Brummen, van Jan Bos. Een
geraffineerd werk vol
lichtmystiek.
Twee poppen van Jan van
der Berg completeren de
zeer afwisselende zomercol
lectie van galerie Van der
Vlist