Israëlische restauranthouders
in de verdrukking tussen
schuldeisers en Leidse politie
I
Voorburgse
kunstenares
vervaardigde
borstbeeld
van Ypenburgr
strijder
hond
zoekt
huis -
Philo: een ras-plakker
F1
STAD/REGIO
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 14 APRIL 1979 PAQ
LEIDEN Israëlische
eettentjes zijn een rage
aan het worden. In alle
plaatsen in ons land
schieten deze broodjes
winkels als paddestoe
len uit de grond. Am
sterdam is het grote
voorbeeld. In enkele ja
ren tijd zijn deze eet
tentjes in aantal geëx
plodeerd. Thans zijn er
al meer dan honderd.
In Leiden gaat het wat
rustiger, hoewel er mo
menteel al vier Israëli
sche eetgelegenheden
zijn terwijl de eerste,
zich pas vorig jaar fe
bruari aan de Stations
weg vestigde. De toe
komst voor de bedrijf
jes ziet er ogenschijn
lijk florissant uit.
Steeds meer mensen
hebben het broodje
shoarma ontdekt, even
als de kabab en de Is
raëlische shaslik. Toch
toont de toekomst wat
schemerige kanten. De
laatste tijd steken ge
ruchten de kop op, als
zouden er criminele
kanten kleven aan de
plotselinge opkomst
van de shoarma-tentjes.
In elk geval staat over
duidelijk vast, dat de
meeste exploitanten
van deze eetgelegenhe-
den onder een uiterst
zware financiële druk
hun nering drijven. Als
er dan ook van de an
dere kant wat meer ac
cent wordt gelegd op
de naleving van de Ne
derlandse wetten en
voorschriften, dan ra
ken de exploitanten in
de verdrukking. In Lei
den is dat met name
thans het geval. Moshe
Bar Nathan van het ee
thuisje „Het Midden
Oosten" aan de Nieuwe
Rijn en Eilan Yeremi
van „Camp Davjd" in
de Haarlemmerstraat
kunnen daar over mee
praten.
„De Leidse politie terroriseert
me", meent Mosje Bar Na
than, een tengere Israëli van
33 jaar wiens koolzwarte ogen
vanonder een warrige bos ha
ren dagelijks de Nieuwe Rijn
overzien. „Ik word zo vaak
lastiggevallen, dat mijn klan
ten haast wel moeten denken
dat ik een schurk ben, dat ik
in drugs of in wapens handel.
Ik was de eerste die een Isra
ëlisch restaurant in Leiden
vestigde aan de Stationsweg.
Een jaar lang heb ik die zaak
gepacht. Toen had ik voldoen
de bijeen om met een hoop
geleend geld een eigen be
drijfje te kopen op deze
plaats. Sinds februari zit ik
nu hier. Aan de Stationsweg
heb ik nimmer politie over de
Eiland Yeremi (I.) en Moshe Bar Nathan
vloer gehad. Hier al drie
keer. Het lijkt wel of ze me
zoeken", zegt een bewogen
Moshe.
Hij zegt verschrikkelijk hard
te moeten ploeteren om zijn
schuldeisers terwille te kun
nen zijn. Dagen van negen
uur 's ochtends tot twee, drie
uur 's nachts zijn geen uitzon
dering. „En nu de politie er
bij komt word ik fijngekne-
pen. Als het nog even zo
doorgaat, dan kan ik mijn
auto inleveren bij de bank en
kan ik mijn zaakje aanbieden
aan de man van wie ik m'n
beginkapitaal heb geleend.
Dan sta ik berooid op de
keien, en ben ik ook mijn
goede naam kwijt, want de
mensen zullen me nawijzen
en zeggen dat ik een schurk
ben, die het niet heeft weten
te redden". Drie keer werd
„Het Midden Oosten" door de
Hermandad bezocht. De eer
ste keer werd een illegaal in
het eettentje werkende Egyp
tenaar in de kraag gevat.
Moshe daarover: „Die jongen
was naar me toe gekomen en
had me om werk gevraagd.
Ik heb hem onderdak gebo
den, eten en een zakcentje. In
ruil daarvoor hielp hij af en
toe in de keuken. De politie
heeft hem gearresteerd en het
land uitgewezen". Aan die uit
wijzing zat overigens een pi
kant detail. Moshe Bar Na
than werd verplicht zeshon
derd gulden aan de politie te
overhandigen. Op het ont
vangstbewijs is echter sprake
van „vier" illegale werkne
mers. Op de avond dat de
Egyptenaar aan de Nieuwe
Rijn werd aangehouden, trof
de politie elders in de stad
nog drie illegalen aan. Van
daar wellicht die vreemde
vergissing. Moshe is er nog
wel kwaad over. Vooral over
het feit, dat de politie hem
nimmer heeft laten zien dat
er met zijn geld een ticket is
betaald. Als men mij dat tic
ket niet wil laten zien, wil ik
mijn geld terug".
Vergunning
Het tweede bezoek aan „Het
Midden Oosten" werd afge
rond met een procesverbaal
omdat Moshe een glas wijn
schonk. Hij heeft daarvoor
geen vergunning, maar kwam
tegemoet aan de wensen van
de klanten. „De politie heeft
gelijk. Ik schenk nu ook geen
wijn meer. Aan de Stations
weg heb ik dat overigens een
jaar lang kunnen doen, ter
wijl politieagenten bij me
kwamen eten. Nu moet er
dan plotseling ingegrepen
worden. En dat kost me na
tuurlijk klanten". Ook de der
de keer dat er aan de Nieuwe
Rijn een inval plaatsvond,
kwam de Leidse politie niet
voor niets. Opnieuw werd er
een illegaal in ons land ver
blijvende Egyptenaar aange
troffen. Deze bleek echter
niet in het eethuisje te wer
ken. Moshe behoefde dan ook
niets te betalen.
De kleine uitbater van het Is
raëlische restaurant zegt nog
meer problemen met de poli
tie te ervaren. Maar het komt
er naar zijn stellige overtui
ging allemaal op neer, dat
men hem weg wil hebben. „Ik
moet Leiden uit, het land uit
zelfs. Men wil mij terug heb
ben naar mijn geboortegrond.
Maar dat wil ik niet. Ik wil
hier gewoon hard werken en
op een eerlijke manier mijn
brood kunnen verdienen.
Daar heb ik toch recht op,
nietwaar?"
Moshe Bar Nathan is niet de
enige Israëli die in de moei
lijkheden zit. In de Sleutel
stad zijn momenteel vier
plaatsen waar men een
broodje shoarma kan nutti
gen, één daarvan (Stations
weg) is nu in Nederlandse
handen. De laatste werd twee
maanden geleden met de veel
zeggende naam „Camp Da
vid" gevestigd aan de Haar
lemmerstraat. Eilan Yeremi is
mede-eigenaar van deze
broodjeswinkel en meent nog
meer last met de politie te
hebben dan zijn collega Bar
Nathan. „Ik ben nu twee
maanden geopend. Elke week
is de politie, al binnengeval
len. Ook heb ik al vier dagen
op het politiebureau doorge
bracht. Men maakt het mij
moeilijk en ik weet niet wat
ik eraan moet doen". De
Leidse politie weet dat overi
gens wel: een beetje beter de
regels van de Nederlandse
wet naleven. In de afgelopen
weken heeft men „Camp Da
vid" driemaal betrapt op de
aanwezigheid van illegaal ver
blijvende buitenlanders, twee
maal ging men over tot het
instellen van een strafrechter
lijke procedure en driemaal
werd een overtreding van de
drank- en horecawet gesigna
leerd. Een pakket dat niet
meer weg te moffelen valt.
Maar dat doet Eilan Yeremi
dan ook niet. Hij heeft toege
zegd geen illegalen meer on
derdak te bieden en geen
glaasjes wijn meer te schen
ken aan dorstige klanten.
Maar hij weet daarbij zelf
ook, dat maar de kleinste
zwakheid een nieuwe overtre
ding betekent.
Criminaliteit
Op de achtergrond van de
verwikkelingen rond de in
Leiden neringdoende Israëli's
speelt een geheel andere zaak.
In Amsterdam lijkt de groep
broodjesverkopers een gevaar
lijke criminele ontwikkeling
door te maken. Het weekblad
Haagse Post publiceerde vori
ge week een artikel waarin
de ruim honderd Israëlische
restaurants worden geken
schetst als „De shoarma-maf-
fia". Hoewel deze betiteling
wat overtrokken aandoet, kan
niet worden ontkend dat er
zich binnen de gesloten Israë
lische gemeenschap zaken af
spelen die het daglicht niet
kunnen verdragen. Uitbuiting,
afpersing en een circuit van
zwart pachtgeld staan daarbij
centraal. Duister zijn vooral
de financiële bronnen waarop
het shoarma-imperium is ge
grondvest. Van een ontlui
kend nieuw 'machtsblok dat
zich verrijkt door de handel
in drugs en wapens kan ech
ter vooralsnog geen enkele
sprake zijn.
De twee Leidse restaurantex
ploitanten vermoeden, dat de
politie in de Sleutelstad be
vreesd is voor eenzelfde ont
wikkeling als in de hoofdstad
recentelijk is geconstateerd.
Men zou daarom nu kracht
dadig bezig zijn de Israëlische
exploitanten van hun brood
beleg te beroven door hen in
een ongunstig daglicht te stel
len bij het hongerende pu
bliek. Moshe Bar Nathan:
„Als ze nog even doorgaan,
denkt iedereen in Leiden dat
het gevaarlijk is om bij me
een broodje te komen eten. Ik
merk die ontwikkeling nu al.
Ik word gewoon langzaam ge
wurgd en er is niets wat ik
kan doen. Ik heb besloten me
zoveel mogelijk te verzetten.
Ik wil mijn recht Het is toch
niet juist, dat ik door een po
litieman als een hond word
behandeld. Ik heb toch niets
gedaan. Ik hoef toch niet te
boeten voor misstappen die
mijn landgenoten in Amster
dam maken?"
Een woordvoerder van de
Leidse politie legt de beschul
digingen van de twee brood
jesverkopers nuchter naast
zich neer. „Als we bevreesd
zouden zijn geweest voor nare
ontwikkelingen, dan hadden
we hen helemaal geen ver
gunning verleend om in Lei
den te beginnen. Het is uiter
aard ook geenszins het geval,
dat we met opzet dit tweetal
zoeken. We verwachten echter
Van hen wel, dat de Neder
landse wetten worden nage
leefd. We hebben bij hen al
veel misstappen geconsta
teerd. Een persoonlijke waar
schuwing is daarbij gegaan.
Als ze de regels niet naleven,
dan zullen ze daar zelf de ge
volgen van ondervinden. Dat
geldt niet alleen voor hen, dat
geldt voor iedereen".
Marian Gobius: gelukkig met de opdracht
de meidagen van 1940 bij vliegveld Ypenburg gew<f
geraakte en anderhalf jaar later overleden korporf
Jan van Oudheusden. Het monument, gemaakt dooi?
ïofd 1
Voorburgse kunstenares Marian Gobius, staat bijl
ingang van de naar de gavallen strijder genoel
„Korporaal van Oudheusden-kazerne" van het regit
geneeskundige troepen. In de kazerne is het oplei<_
scentrum gevestigd van de militair geneeskuni
dienst.
Jan van Oudheusden was gewondenverzorger. Na de oorli~?
kreeg hij wegens betoonde uitzonderlijke moed posthuum
hoogste militaire onderscheiding, de Militaire Willems C
Overste Kruik: „Hij sleepte tijdens het gevecht de gew<
jongens uit de vuurlinie. Later is hij door vijandelijk vuur
de Duitsers gegaan met de boodschap „jongens niet op
keet schieten want daar liggen mijn gewonden". Volgens
gen is hij door de vijand mishandeld door een klap met
geweerkolf of een trap in zijn rug. Zijn collega's zeggen
hij is doodgetrapt".
Van Oudheusden bezweek anderhalf jaar later aan zijn
wondingen. Hij werd dertig jaar, was niet gehuwd en afkc
stig uit Tilburg waar hij vóór zijn diensttijd in een text
briek werkte. In 1945 heeft generaal Winkelman bij een
denking op de Grebbeberg de moeder van Jan van Ou<"
den de versierselen behorend bij de Militaire Willems
overhandigd. Bij de onthulling van het borstbeeld was
minister Scholten van defensie aanwezig.
Marian Gobius zegt in haar atelier aan de Voorburgse
huisstraat erg ingenomen te zijn geweest met de opdr;
„Vooral omdat het nu eens geen generaal was". Zij heeft
verschillende legerplaatsen al vijf generaals, onder wie
langzamerhand legendarische Spoor en Versteegh, gepoi
teerd. „Ik heb gewerkt naar" een vergroting van een
mooie pasfoto van Jan van Oudheusden, een duidelijke
van een echte frisse Hollandse jongen". De in Haarlem
ren kunstenares maakt veel portretten van kinderen maar
eldhouwde ook koningin Juliana, de humorist Johan Buafcgj^]
Albert Plesman en de dichter P. C. Boutens. In Semara n(j jr
bevindt zich een door haar gemaakt drie meter hoog verzc 1(j, -
monument ter nagedachtenis aan het moedig optreden van j^e
vrouwen in Japanse kampen tijdens de tweede wereldoorli
Het zoals gebruikelijk iets meer dan levensgrote borstb# -
van Jan van Oudheusden werd gegoten door de Rijnland
Bronsgieterij aan de Uiterstegracht te Leiden.
bui'
stelli
fsleic
lid d
r
Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek „Hond
zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond beschreven die
in het asiel verblijft om daar een zekere dood tegemoet te
gaan... tenzij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek
beschreven honden zijn alle door hondenbezitters naar het asiel
gebracht. Om uiteenlopende redenen, vaak begrijpelijk, maar
soms ook volslagen onzinnig. De in „hond zoekt huis" beschre
ven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormkuur
ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van ca. 60
gulden ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres:
Nieuw Leids Dierenasiel, Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 131670.
Geopend di. t/m vr. 10.00-12.00 en 14.00-17.00 uur. Zaterdag van
10.00-12.00 en 14.00-16.00 uur. Zondag en maandag gesloten.
LEIDEN Over het algemeen herbergt
het Nieuwe Leids dierenasiel honden, en
natuurlijk ook katten, van het meest uit
eenlopende slag. Van de meest verwaar
loosde straathond tot de volbloed Dober-
man pincher compleet met alle officiële
documenten die hem tot een zo waarde
volle hond maken. Daar tussenin zitten
de honden die niet zo in het oog lopen.
Die, bijvoorbeeld, nu eens niet door hun
vroegere baas jaren achtereen tot bloe
dens toe zijn afgeranseld en uiteindelijk
de straat zijn opgegooid. Óf de net iets
te oud geworden rashond, die het op de
tentoonstelling net niet meer haalt, en
dus voor zijn baas weinig of niets meer
waard is en daarom ,JiefdeVol" aan het
asiel wordt afgestaan. Alwaar ze overi
gens (gelukkig) niet eens de tijd krijgen
om te ervaren hoe het in zo'n asiel nou
toegaat, want er is natuurlijk belangstel
ling genoeg voor dit soort honden. En in
mindere mate zou men dat ook kunnen
zeggen van het „straathondje". Deze valt
namelijk ook op, in negatieve zin dan.
Het medelijden van bezoekers is zijn
grootste troef. Opvallen, hoe dan ook, is
in het asiel het belangrijkste. Dan heb je
als hond een kans er ooit nog eens uit
te
komen.
Maar wat nu aan te vangen met een
hondje dat niet zo erg opvalt. In theorie
behoort hij er het langst te zitten en in
de praktijk blijkt dit ook te kloppen. In
deze rubriek zijn er al heel wat van dit
soort geweest. Nu hopen we te voorko
men dat er nog een exemplaar aan deze
lijst van „plakkers" wordt toegevoegd.
Philo dreigt namehjk zo'n „plakker" te
worden. Hij zit sinds 16 maart in het
asiel en dat is hem tot voor kort slecht
bekomen. Hij had vreselijk veel last van
heimwee met alle nare gevolgen van
dien. Hij at niet meer, hetgeen op zich
overigens geen slechte zaak was, want
hij was moddervet. Wat erger was, hij
trachtte voortdurend uit te breken, het
geen hem gezien zijn postuur, van zijn
leven niet gelukt zou zijn. Bij één van
die pogingen verwondde hij zich echter
lelijk aan zijn bek. De wond ging zweren
en het heeft er een tijd naar uitgezien
dat Philo er blijvend letsel van zou over
houden. Gedurende zijn ziekte heeft Phi
lo zich kennelijk bij zijn toestand neerge
legd. Niet in de laatste plaats dankzij de
goede zorgen van beheerder Will Tiele,
die wel door had, dat aandacht en liefde
de enige remedie waren tegen het verzet
van Philo. Uit de geschiedenis bleek dit
ook duidelijk. Omdat Philo veel alleen
was in verband met werkzaamheden van
baas en bazin werd hij uiteindelijk afge
staan. Tijdens afwezigheid van de baas
kreeg Philo vernielzuchtige neigingen. De
simpele conclusie is dus dat Philo niet
tegen alleen zijn kan. Dat bleek temeer
in het asiel, waar zijn toestand niet we
zenlijk veranderde. Totdat hij ziek werd
en voldoende aandacht kreeg. Sindsdien
is Philo weer de meest plooibare en
meegaande hond die men zich kan den
ken. Liever gezegd; hij is weer de oude.
Het hierboven genoemde predikaat
„plakker" slaat dan ook alleen op zijn
uiterlijk. Niet mooi, niet lelijk, maas zo
net er tussen in. En dat is funest voor
een kans op een nieuwe baas. Zijn kleu
ren zijn zwart en wit, gelijkmatig ver
deeld over het lichaam. Men kan beter
spreken over zogenaamde „plaatteke
ning".
De zwarte vlekken zijn zo groot dat ze
*etas
ictivi
brar
e in
hts
Koj
id d
ïkerr
Zo
de
isch
eeft
ïee
e B<
R-orS:
tieuw
n pa
r in
le sti
fereli
leeft
leins
Iet is
If Mi
aeent
ran g
feel
forde
Iet c
elkaar op verschillende punten raken en
hetzelfde kan men natuurlijk zeggen
over het resterende wit. Philo is zo'n 35
cm. hoog. een handzaam maatje dus. De
geëikte flaporen en krulstaart ontbreken
natuurlijk ook niet. Handzaam is ook
Philo's karakter, mits goed aangepakt
Als Philo aandacht krijgt in de vorm
van spel, bijvoorbeeld met kinderen, of
in de vorm van een flinke wandeling,
dan is het wat hem betreft al goed. Dan
komen zijn goede eigenschappen het
meest tot hun recht Het zijn de eigen
schappen van een gezellige huishond, en
wie wil zo'n hond nu niet hebben.
Kika de hond van vorige week heeft een
sprookjes-omgeving als nieuw thuis ge
kregen. Haar nieuwe baas woont op een
woonboot aan de Oegstgeesterweg in
Leiden, waar een overvloed aan wandel
en speelterrein voor Kika te vinden is.
Wat wilde ze nou nog meer?
BART SPIJKER
Duitsl
Nu c
'erjae
ijk s
ichau
•tuin
de t\a
§ehoi