Een ouwe „blauwe"figureert
in de film „Kort Amerikaans"
Leidse Open School ziet
toekomst duister in
Aannemer tikt wethouders op de vingers
!L4 STAD/REGIO LEIDSE COURANT
Expositie van
Tapies in
Noordwijkse Kapel
DOOR BEZUINIGINGSMAATREGELEN
TRAM-BEGEESTERDEN HIELPEN DE
A 327AAN EEN NIEUW LEVEN
WOENSDAG 7 MAART 1979 PAGINA 5
Op mijn omwegen door stad en land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
NOORDWIJK De Culture
le Commissie van Noordwijk
organiseert in samenwerking
met de Amsterdamse kuns
thandel Brinkman in de Ka
pel aan de Hoofdstraat van
10 maart tot en met 25 maart
een expositie van werken
van de Spaanse schilder An-
toni Tèpies. De tentoonstel
ling wordt vrijdag 9 maart
om 20.00 uur geopend door
mr. J. M. Bonnike, burge
meester van Noordwijk.
De wereldbefaamde schilder
Tèpies is in Nederland min
der bekend. In onze musea
bevinden zich zes belangrijke
werken van Tèpies. Vier in
het Amsterdamse Stedelijk,
één in Boymans-van Beunin-
gen te Rotterdam en één in
het Abbe Museum in Eindho
ven. Een expositie werd nim
mer bijeengebracht en dat zal
elk jaar wel moeilijker en
kostbaarder worden.
Antoni Tapies werd op 13 de
cember 1923 in Barcelona ge
boren. In 1949 ontmoette hij
voor het eerst Joan Miro met
wie hij vanaf dat moment be
vriend bleef. In 1950 ontmoet
te Antoni Tapies m Parijs fi-
casso en Dali die op hem een
diepe indruk maakten. In dat
zelfde jaar kreeg Tèpies voor
het eerst een eenmansexposi-
tie in zijn geboortestad.
In de werken van Antoni Ta
pies blijkt zijn geboeidheid
door de meest simpele volk
skunst die. er bestaat: „De
Graffiti'.' Van de verschrik
kingen van de Spaanse Bur
geroorlog leerde Tapies zijn
eigen „Arte Povero". Tapies
bedekt zijn schilderijen met
een sober gekleurd aandachti
ge substantie, waarin hij al
lerlei tekens en lijnen krast;
het zijn tekens en symbolen
die de toeschouwer moet ver
werken zoals de kunstenaar
het wil. Het verwonden van
het oppervlak van het schilde
rij weerspiegelt de onderdruk
king van zijn geboorteland
Catalonië tijdens het Franco-
regime.
De werken van de avant-gar
de schilder zijn dagelijks te
bezichtigen van 14.00 en 17.00
uur en van 19.00 ,tot 21.00
uur en op zaterdag en zondag
van 13.00 tot 16.00 uur.
Eén van de tentoongestelde werken
LEIDEN „We vrezen dat het proef
project Open School een aflopende zaak
is". Dit zegt mevrouw N. Samkalden.
een van de teamleidsters van het
project in Leiden naar aanleiding van
bezuinigingen van de rijksoverheid.
„Een proef die halverwege is en dan al
zulke problemen ondervindt, kan geen
goed beeld geven en is gedoemd te mis
lukken", meent een van de leerlingen
van de Leidse Open School.
Uit deze uitlatingen valt te constateren,
dat de betrokkenen van de onderwij s-
proef, die juist in Leiden een doorslagge
vend succes leek te worden, uitermate
ongerust zijn over de toekomst. Het
project voor onderwijs aan volwassenen
wankelt, daarvan zijn de direct betrokke
nen overtuigd. De recente uitlatingen van
onderwijsminister Pais als zou hij zich
sterk maken voor deze onderwijsvorm en
eventuele tekorten bijpassen, worden niet
als zwaarwegende argumenten gezien die
de toekomst verhelderen.
De eerste directe gevolgen van de bezui
nigingen waren in Leiden snel merkbaar.
Minister Pais kondigde een personeels
stop af terwijl de Open School midden
in een sollicitatieprocedure zat. Deze
werd uiteraard abrupt afgebroken, zodat
de noodzakelijk geachte aanvulling van
het team geen doorgang kon vinden. De
leden van de Open School zagen de bui
overigens al enige tijd hangen. Eind vori
ge maand schreven leerlingen van de
proefprojecten brieven aan kamerleden
om daarin hun verontrusting te uiten en
verontwaardiging over bezuinigingsplan
nen kenbaar te maken. De voorzitter van
de stichting J. W. Rengelink trad af, om
dat hij de „ontbindingsverschijnselen"
binnen het experiment aan de kaak wil
de stellen.
Op het landelijke project werd een mil
joen bezuinigd op aandrang van de
Tweede Kamer; dit geld kwam ten goede
aan het avondonderwijs. Voor de Open
School bleef hierdoor 11, 2 miljoen over,
terwijl het avondonderwijs bijna 118 mil
joen ter beschikking kreeg. De Federatie
Nederlandse Vakbeweging schrijft hiero
ver aan de minister van Onderwijs en
Wetenschappen Pais: „De uitkomsten van
de proefprojecten Open School staan ten
dienste van de hele volwasseneneducatie.
Reeds nu kan worden geconstateerd dat
de projecten een vernieuwende werking
hebben op het schriftelijk onderwijs, het
avondonderwijs en het vormings- en ont
wikkelingswerk voor volwassenen. Bezui
nigen op de Open school betekent dus
bezuinigen op de volwassenen-educatie".
Het Open School project onderscheidt
zich van andere vormen van volwasse
nen-educatie door twee facetten. In de
eerste plaats door de combinatie van on
derwijs en vorming in de tweede plaats
door het systeem, waarbij de leerling
vrij is in eigen tempo, los van de mede
leerlingen zijn ontwikkeling te bepalen:
Deze vrijheid is het belangrijkste argu
ment voor de leerlingen om te pleiten
voor het in stand houden en het verder
ontwikkelen van het leersysteem van de
Open School. „Vooral voor vrouwen met
kinderen is het alleen mogelijk om iets
bij te leren als ze dat in de tijd kunnen
doen die ze zelf kunnen bepalen. Als de
kinderen ziek zijn en ze kunnen niet
naar les hebben ze niet het gevoel dat ze
straks leerstof moeten inhalen. Alleen de
thema-bijeenkomsten zijn zo'n beetje ver
plicht, maar daar kun je niet bij achter
raken. Een normale'mavo zou ik het niet
kunnen volgen. „Aldus een van de Leid
se leerlingen..
De toekomst van de Open School in Lei
den is even onduidelijk als die van de
andere Open School projecten in het
land. „We hebben wel al een tijd lang
contacten met verschillende leidse instel
lingen zoals met Troef het Vormingscen
trum voor Jong Volwassenen, Ouders op
herhaling, avondscholengemeenschap
Boerhaave en de streekschool voor be
roepsbegeleidend onderwijs. We willen
binnen deze organisaties het Open
Schoolwerk voortzetten, maar daar moet
geld voor komen en wat de minister nu
uiteindelijk met de resultaten van het
proefproject wil doen. is onbekend", zegt
mevrouw Samkalden. „Door het beknot
ten van de subsidie is het nog maar de
vraag of er een degelijk resultaat uit het
onderzoek kan komen".
LEIDEN De Leidse aanne
mer Ter Haar voelt zich
door uitlatingen van de wet
houders. H. van Dam en C.
Waal in zijn goede naam
aangetast. In een brief aan
de gemeenteraad verzoekt de
advocaat van de aannemer,
mr. Teekens, de wethouders
dringend zo spoedig mogelijk
hun woorden terug te ne
men.
De heer Ter Haar zou aan
vankelijk de restauratie van
de panden Levendaal/Pak
huisstraat ter hand nemen.
In augustus 1977 deed de
aannemer hiervoor een offer
te. Volgens de wethouders
had hij zich verrekend. Zij
wekten in hun verschillende
vakcommissies de indruk dat
Ter Haar weliswaar gehou
den was alsnog volgens zijn
foutieve offerte het werk te
verrichten, maar dat de ge
meente geen nakoming had
geëist omdat dit zou leiden
tot faillissement van het aan
nemersbedrijf.
Volgens de heer Ter Haar
heeft de gemeente evenwel
nadat hij zijn offerte had ge
daan de zaak getraineerd. In
1977 wilde Ter Haar het
werk voor 860.000,- klaren.
De gemeente en de architect
vonden dit evenwel te duur.
Uiteindelijk werd overeenge
komen dat de aannemer het
werk zou doen voor
650.000,- Vervolgens werd
de aannemer, volgens de
brief van zijn advocaat, ge
durende een half jaar aan
het lijntje gehouden. Hem
werd verzocht zijn mensen
gereed te houden tot 9 janua
ri, maar de opdracht bleef
uit. „Pas in juli 1978 kreeg
hij het verzoek om over uit
voering van de opdracht te
komen praten. Vanzelfspre
kend had hij in die tussen
tijd de opdracht allang afge
schreven en een aantal per
soneelsleden ontslagen", al
dus de advocaat. Ter Haar
moest dan ook uiteindelijk
van de opdracht afzien .Het is
volgens hem onjuist dat hij
nog aan de verplichting zou
kunnen worden gehouden
aangezien de gemeente de
termijn van de offerte al op
9 januari had laten verstrij
ken. Van een door de wet
houders aangehaald faillisse
ment is in het geheel geen
sprake geweest Ter Haar wil
dat op korte termijn de za
ken door de twee wethouders
worden rechtgezet, zodat de
goede naam van zijn bedrijf
niet langer in diskrediet
wordt gebracht.
bijna van het dak vielen.
„Omdat de A 327 zowel in
Haarlem als in Leiden heeft
dienst gedaan, werd de idee
gerealiseerd om één van de
metalen richtingtrommels te
voorzien van Haarlemse
teksten en de andere zijde
van Leidse. De „Leidse
kant" gaf geen problemen,
daar beide trommels nog op
het rijtuig aanwezig waren,
doch de „Haarlemse kop"
moest worden opgeduikeld".
Zo toegewijd is men te werk
gegaan, bij de Tramweg-
Stichting. Zo koestert men
het nog jonge verleden, dat
de werkgroepers hebben
mogen proeven. Zo geeft
men zich over aan
conserveringswerk, dat we
later kunnen blijven „lezen"
zoals de ouderen onder ons
met een gezellige appreciatie
nu nog genieten van „een
onaangenaam mens in de
Haarlemmerhout", zoals
Hildebrand en Jo Spier die
in particuliere bibliotheken
hebben vastgebrabd. Het is
voorbij, maar het is mooi
geweest. Voor de A 327 gaat
dat onverminderd op in de
oorspronkeli j ke
schakelkasten, de
balkonbinten en
balkon vloeren. Ook al waren
de wielspatborden zo
gammel als„nat karton",
geen nood: ze werden
vernieuwd.
Om wille van de smeer likt
de kat de kandeleer, maar
de A 327 komt weer
helemaal in de picture. Ten
faveure van „Kort
Amerikaans" en deszelfs
schepper Wolkers, die
Oegstgeest, onder welke
tractie dan ook, niet kan
loslaten en eerder daar aan
zijn einde zal komen dan op
Rottumeroog. Zonder meer:
de bijna vergeten (behalve
bij de Tramweg-Stichting) A
327 is in staat het weer
helemaal te gaan maken.
Niet meer knerpend, maar
blinkend, als na de
opstanding. En dat is dan te
danken aan een ploegje
enthousiaste doordouwers -
zoals „Op Oude Rails" zegt -
met gevoel voor „principiële
zaken, respect voor
elkanders denken en kunnen
en met, natuurlijk, een
voorliefde voor dat ding op
rails dat TRAM heet".
Op het ogenblik wordt
er door verschillende
lieden met hartstocht
gepoetst en geschilderd
om een oudgediende
een nieuwe glansrol te
kunnen geven.
Volgende maand
moeten de opnamen
beginnen voor de
Nederlandse speelfilm
„Kort Amerikaans".
En omdat het
gelijknamige boek,
waarnaar de film
wordt gemaakt,
geschreven is door J an
Wolkers, die in zijn
gespierde gedrevenheid
en tussen alle
fecalische erupties
door z'n Oegstgeest en
het daaraan grenzende
Leiden niet kan
vergeten, komen
tussen de dingen van
weleer ook trams voor.
Sinds 1960 is de
„blauwe tram" van de
NZH uit het
stadsbeeld verdwenen,
maar in onze dromen
en zeker in die van
Wolkers rijden de
forse „Boedapesters"
In een Rotterdamse remise wordt naarstig de laatste hand gelegd op het op
knappen van de blauwe tram, die
en de A 327 en de
„groene kikker" (van
de Amsterdamse
Spuistraat via de
Overtoom naar
Sloterdijk) nog steeds
door. Dank zij „Kort
Amerikaans" dan,
komt die blauwe
geliefde nog een keer
in opgeknapte
levenden lijve terug.
Voor de film. En voor
de kijker.
In een versneld marstempo
wordt in Rotterdam door
leden van de „Tramweg-
Stichting" energiek, met een
welhaast Engels aandoende
„Leidenschaft" de oude A
327 (die ooit op een bijna
magische manier de richting
aangaf. OEGstGEEst)
opgekalefaterd. „Ik geef je
een opkalefater" zeiden ze
vroeger wel. Nou, dat doen
die mensen van de
Tramweg-Stichting dan. AI
een paar jaar is men er mee
bezig. In de remise
Delfshaven, Rotterdam,
verbeidt men de
wedergeboorte, namens de
werkgroep NZH A 327, van
de Tramweg-Stichting. Daar
kun je ook ruimschoots over
lezen. Dan krijg je zowat
het gevoel, dat je aan een
stuk blijde boodschap bezig
bent: het evangelie van de
Tramweg-Stichting, volgens
de NZH Werkgroep
Delfshaven bijvoorbeeld,
tussen de remises
Soendaplein (Haarlem) en
Delfshaven.
Ter ere van „Kort
Amerikaans" en ter
verlevendiging van de
belangstelling rond de
„blauwe tram" lezen we
vandaag in „Op Oude
Rails", een begeesterde
uitgave van de Tramweg-
Stichting. Het goddelijke
tramwegtijdperk begon in
Haarlem, nu ruim 100 jaar
geleden, in 1878, met de
Haarlemsche Tramway
Maatschappij, een
paardentramlijn van het
station naar de Haarlemmer
Hout. Al uit die tijd stamt
het lied „En van je hela
hola, moet je de Hout nog
in.." Dit ontleen ik niet aan
de annalen van de
Tramweg-Stichting, maar het
werd wél gezongen. Enfin,
de ontwikkeling schreed
voort. Van paard tot
elektrische tractie.
Begon in Haarlem de
tramglorie in deze westelijke
streken, in '22 ging ook de
stoomtram-Leiden rijden,
althans die lijn kreeg toen
aan de Heemsteed se
voor de opnamen van Kort Amerikaans, waarmee volgende maand al
een aanvang zal worden gemaakt, weer in functie zal moeten zijn
(verwijderde) motoren en de
niet passende weerstanden
bij de in te bouwen RET-
motoren. Ik omzeil ook de
problemen die ontstonden
toen op het dak ruimte
moest worden gevonden
voor de plaatsing van RET-
weerstanden. Dat zijn van
die dingen die te veel
weerstanden zouden kunnen
oproepen bij een
lezerspubliek dat slechts
beziggehouden wenst te
worden met de meer roze
toestanden van een tram-in-
herstel.
Zo zou ik moeten
uiteenzetten, dat het
mogelijk moest blijven „de
pantograaf in de laagste
stand te kunnen trekken".
En dan zie je weer in je
herinnering die conducteur
trekken aan een touw
teneinde z'n vervoermiddel
in harmonie met de
elektrische bovenleiding te
brengen. Die uiteenzetting
wil ik de lezer besparen,
maar wel moet ik kwijt, dat
volgens het orgaan van de
Tramweg-Stichting „de
pantograaf geheel werd
afgebikt, van nieuwe
scharnierbouten voorzien en
in de menie gezet, terwijl -
nou ja, terwijl - de kappen
van de richtingtrommels
werden vernieuwd omdat de
oude door roestvorming
Glipperweg haar eindpunt.
Van lieverlee werd de tram
verdrongen door de bus,
maar dat is een zwarte
periode waarover we het
maar niet zullen hebben.
Maar in Haarlem overleefde
het stadsmotorrijtuig A 327
in 1948 - en later ook in
Leiden - de aanvankelijk
niet geliefde bussen. Dat
motorrijtuig A 327 wordt
thans onder beheer van de
Tramweg-Stichting met alle
toewijding hersteld.
In oktober 1960 verdween de
ouwe blauwe A 327 uit het
vertrouwde gezichtsveld in
Leiden en Oegstgeest. De
laatste trams reden op de 7e
oktober, en toen werden er
al tranen geplengd. Nooit
meer knerpen door de
bocht. Nooit meer tingelen
door een smalle
Haarlemmerstraat. Vandaag
denken we: hoe was het in
hemelsnaam mogelijk, dat
daar ooit een tram doorheen
is gereden. Maar de tram
reed er doorheen. Trouwens,
dat was een dissidente tram,
als ik me goed herinner: die
van de HTM, de gele tram
van Wassenaar en zo verder
naar Den Haag. Die kwam
weer niet op de Hogewoerd,
waar de oprechte blauwe
reed, op weg naar de Hoge
Rijndijk. Die blauw is altijd
van groter adel geweest dan
de gele.
Maar ter zake. Uit „Op
Oude Rails" lees ik, dat al
tien jaar lang op de
woensdagavonden in de
remise Delfshaven aan de A
327 wordt gewerkt: „waarbij
kan worden gesproken van
een algehele revisie en wel
zodanig als bij ex-
moedermaatschappij NZH
(de remise is namelijk van
de RET, van Rotterdam dus)
nooit eerder werd
uitgevoerd. Er is werkelijk
geen onder- of bovendeel
van het rijtuig, dat er niet
af is geweest. Veel
onderdelen bleken dermate
door de tand des tijds en
door de roest te zijn
aangetast, dat ze volledig
moesten worden vernieuwd,
waarbij óf het oude
onderdeel tijdelijk als model
werd gehanteerd, dan wel dat
dit - voor zover mogelijk -
nog werd ingepast om het
rijtuig zoveel mogelijk
authentiek te houden".
Het gaat verder in „Op
Oude Rails": „alle leidingen
op het dak, de beide
automaten, pantograaf.
alsmede richtingtrommels
met kappen (zeg maar
OEGstGEEst, T.P.) werden
verwijderd, zodat defecte
stukken daklinnen konden
worden gerepareerd". Het
doet me denken aan de
minder vredelievende
bedoelingen waarmee in de
veertiger jaren Duitse
„knutselaars" bezig waren
met de oplapperij van de
Engelse Vickers Wellington,
die gecrashte
bommenwerper bij
Leidschendam in '40. Ik zal
voorbij moeten gaan aan de
moeilijkheden rond de