best iets in de zwembond willen doen maar niemand heeft me nog gevraagd" Macht bij Oranje in handen van een paa jongens en Zwartkruis luistert gewillig' SPORTTRIBUIME Enith Brigitha bezig aan laatste seizoen ARIE HAAN LICHT TIPJE VAN BOEK OP Haanderlecht BHB w i AMERSFOORT Het onvermij delijke proces van aftrainen is momenteel reeds In volle gang. Voor Enith Brigitha betekende het Internationale zwemgala, dat de afgelopen drie dagen in het Sportfondsenbad te Ames- foort werd gehouden, één van haar allerlaatste grote evene menten. De inmiddels al weer bijna vierentwintigjarige Amster damse zwemster Is vast beslo ten om aan het einde van het komende zomerseizoen defini tief met het wedstrijdgebeuren te stoppen. Na liefst negen jaar aan de absolute wereldtop te hebben meegedraaid, vindt zij het nu langzaam maar zeker welletjes geworden. Andere za ken vragen thans dan ook meer aandacht „Het zwemmen is in de loop der jaren een zeer belangrijk deel van mijn leven geworden", aldus Enith Brigitha. „Dat zal straks heus wel een gevoelige leegte achter gaan laten. Dank zij de sport heb ik ontelbaar veel leuke ervaringen opgedaan, alles van dichtbij meegemaakt: Europese kampioenschappen, wereldkampioenschappen, Olym pische Spelen, noem maar op. Dat kan niemand mij in ieder geval meer afnemen. Nu breekt er eindelijk echter ook eens een tijd aan, waarin andere persoon lijke interesses op de voorgrond zullen treden". Toch blijft het waarschijnlijk voor de buitenwacht een enigs zins vreemde zaak. dat Enith Brigitha uitgerekend in een voor-Olympisch jaar haar zwem pak aan de wilgen te drogen hangt. Zou bijvoorbeeld een af scheid tijdens de Spelen van 1980 te Moskou niet meer be vrediging scheppen? „Eerlijk gezegd heb ik daar ook lang over na moeten denken", geeft Enith Brigitha grif toe. „Ik heb nu twee Olympische Spelen meegemaakt: München en Mon treal. Zonder meer unieke erva ringen. Maar Moskou zou toch nog eens anderhalf jaar lang hard door blijven trainen bete kenen Zo kun je natuurlijk wel COflditifi aan de gang blijven. Iedere keer is er wel weer iets anders. Ik heb nu dan ook resoluut de knoop doorgehakt: na de Euro pa Cup, in augustus in Utrecht, zwem ik eventueel alleen nog in verenigingsverband voor Het IJ mee". Het aantal trainingsuren is dit jaar, in nauw overleg met train- ster Wil Storm, reeds aanzien lijk teruggeschroefd. „Pas nog ben ik drie weken naar Ameri ka geweest Puur als vakantie. Dat heeft veel conditie gekost Weliswaar trainde ik al geruime tijd niet langer maer (fan een maal per dag, maar zelfs daar kwam in Amerika niets van te recht Geen wonder dat mijn tijden hier in Amersfoort over het algemeen wat aan de ma gere kant waren". Tijdens de Speedo Meet kwam Enith Brigitha alleen nog maar op de startblokken wanneer het de kortere sprintafstanden be trof. De langere nummers liet zij liever aan haar jongere collega's over. „Ik heb nu echt geen con ditie voor bijvoorbeeld een 200 meter. Toch wil ik dit seizoen ook nog wel sporadisch wat langere nummers zwemmen. Daar ben ik toch nog wel altijd wat te ambitieus voor. Het af trainen gaat echter gewoon door. Ik hoop dat ik dit seizoen nog wat aardige tijden op de klokken kan brengen. Maar of dat inderdaad zal lukken, betwij fel ik". Toch zal Enith Brigitha waar schijnlijk nog wel vaak in de verschillende zwembaden in bin nen- en buitenland te zien zijn. „Ik blijf toch duidelijk met de zwemsport bezig. Weliswaar dan niet meer als deelneemster, maar ditmaal als toeschouwer. Dan zie je het ook allemaal eens van de andere kant. En wellicht nog iets meer. Ik geef nu de jeugd van Het IJ les. Ik zou best een functie in de zwembond willen gaan bekle den. Tot nu toe heeft niemand mij overigens iets dergelijks ge vraagd. Iets in de begeleidings sfeer zie ik wel zitten. Per slot van rekening beschik ik over een flinke portie ervaring. Dat kan altijd nog goed van pas ko men". Toekomst De toekomst voor het Neder- Enith Brigitha heeft er lang over nagedacht of ze zou proberen Moskou 1980 te halen i zou nog eens anderhalf jaar hard trainen betekenen en zo kun je wel aan de gang blijven". landse zwemmen ziet er mo menteel beslist niet al te hoop- 'vol uit Om ons even tot de dames te beperken: Enith Brigi tha stopt, Annelies Maas tobt nog altijd met een hardnekkige schouderblessure die het zwemmen van toptijden prak tisch onmogelijk maakt en Mo nique Bosga herstelt maar heel traag van een ernstig verkeers ongeluk, dat haar, althans voorlopig, nog wel enige tijd uit de roulatie blijft houden. En ook van de achterban hoeft men het nauwelijks te hebben. Dat alles terwijl vooral in Ame rika, maar toch ook in Oost Duitsland en trouwens even eens Engeland, de talenten hoe langer hoe meer staan te dringen. Ook Enith Brigitha houdt er een vrij sombere toekomstverwach ting op na. „Dat niveau zullen wij hier in Nederland waar schijnlijk nooit meer kunnen ha len. De top is veel te smal. Wanneer er bijvoorbeeld in Amerika iemand weg dreigt te vallen, staat er onmiddellijk een minstens even zo capabele plaatsvervanger gereed. Daar heeft men ook veel meer voor de sport over. Iedere universi teit, elke club heeft daar een ei gen zwembad. Hier is het met de trainingen vaak nog maar behelpen geblazen. Dus niet al leen het aanbod van goede zwemmers, maar ook de hele aanpak verschilt enorm met die van ons in Nederland". Ook qua studieregelingen be staan er tussen beide genoemde landen grote verschillen. „Hier moet alles nog wijken voor de studie. Aan de ene kant begrij pelijk omdat men natuurlijk iets achter de hand moet hebben, maar in Amerika kunnen die za ken blijkbaar best gecombineerd worden. In Nederland is en blijft de topsport, althans bij het zwemmen, een aardige liefheb berij, terwijl de zaken in Ameri ka echt professioneel worden Met als logisch ge volg, dat daar de toppers daan komen. Alsmede een tie continuïteit". Zouden de faciliteiten hier Nederland aan de Amerika» omstandigheden worden past, bestaat dan niet het ri dat de nuchtere Hollandse taliteit het af gaat leggen te de enorme wilskracht van Amerikanen? „Dat is natuu nog nooit uitgeprobeerd. Ik loof dat wanneer die moge heden er zouden zijn, er ook wel vooruitgang zou men. Het moet echter geen tine-karwei worden. Je moe steeds weer voldoende kun motiveren. Op langere termij dat echter steeds moeilijker te brengen. Vandaar dat ik dan ook mee stop. Het gaat lemaal lang zo soepel niet als vroeger. Zodra je merkt het onontkoombaar ij het inderdaad tijd om voorz tig aan een afscheid te g denken". DICK KIfl Arie Haan: „Ik heb voor altijd afstand gedaan BRUSSEL In het restaurant van het Astrldpark in Brussel, het stadion van Anderlecht, heeft Arie Haan zojuist de flipperkast de rug toegekeerd en vertelt hij: „Dat boek komt nu dus ook in Ne derland op de markt. Het zijn honderd tekstpagina's, een stuk of tachtig foto's en een voorwoord van de voorzitter van Anderlecht, Constant Vanderstock. Ach ter de titel moet men niet te veel zoe ken. Het betekent niet dat ik „meneer Anderlecht" ben maar „Haanderlecht" leek ons wel toepasselijk. Ik ben er zeer content mee want over hoeveel mensen wordt er nu eigenlijk een boek geschreven? Je hoort dan toch In een bepaald rijtje thuis. Overigens Is de titel niet zo vreemd voor mij want Ik voel me bij Anderlecht prima thuis". Koezeer legt Arie Haan omstandig uit, hoewel hij hier en daar wel bedenkingen heeft Zo wordt de trainer van Anderlecht, Raymond Goethals, niet door ledereen au 8erleux genomen. Goethals kwam vier Jaar geleden bij Anderlecht op een contract van zes jaar. Hoe kijken de spelers, en dus ook Arie Haan, tegen hun soms nogal clownesk aandoende - en bepaald niet op Nederlanders gestel de-coach aan? „We maken nog iedere dag de gekste dingen mee en we lachen ons soms ka pot om die man, maar voor de rest is het een uitstekende kerel. Als trainer wil ik niets over hem zeggen. Er wordt al vaak genoeg geschreven dat wij, Neder landers, die man willen wippen. Oké. hij is niet altijd serieus te nemen, maar je denkt toch niet dat ik als Nederlander olie op de golven ga gooien? Dat wordt meteen weer uitgelegd als een aanval op Goethals. Voorlopig zit hij echter nog steeds op die stoel en er komt volgens mij niet direct verandering in. Happel zie ik niet komen. Ik heb met iemand zelfs een weddenschap lopen over de komst van Happel. Mocht Happel wel naar An derlecht komen, dan kost me dat een di ner". Toch weet ook de in het profmilieu ge harde Arie Haan dat de prestaties van Anderlecht momenteel niet om over naar huis te schijven zijn en dat normaal ge sproken de trainer daarvoor als zondebok wordt aangewezen. Haan: „Er valt nu nog weinig te zeggen. We zijn dan wel uitgeschakeld voor de Europa Cup en dat is de laatste jaren wel eens anders geweest, maar de strijd om de landstitel is nog lang niet beslist. Grijpen we weer naast het kampioenschap, dan wordt het inderdaad een pijnlijke zaak. Maar moet ik me daar nu al zoprgen over maken? Anderlecht heeft verreweg het beste spe lersmateriaal en daarmee moeten we in de tweede helft van de competitie die plaats aan de top weer kunnen herover en". Terugslag „Overigens was Ik bijzonder blij met de gedwongen winterstop, ledereen kon weer wat op krachten komen. Ik voelde aan mezelf dat het in november en de cember minder ging. Ik wist ook dat die terugslag zou komen". rugslag. ook ik, maar na Argentinië ben ik een hele tijd op hetzelfde niveau blij ven spelen. Door ervaring wijs geworden heb ik daar mijn krachten beter kunnen verdelen, maar omdat je een goede vorm nu eenmaal niet maandenlang kunt vas thouden, heb ik altijd rekening gehouden met een mindere periode. Waarschijnlijk blijft die nu tot slechts enkele wedstrij den beperkt. Ik kan me namelijk niet voorstellen dat ik na zo'n lange rustperi ode slecht ga spelen". Arie Haan heeft minder trek in het Ne derlands elftal. In november 1978 bedank te hij daarvoor. Hij schreef een keurige brief aan de heer J. Zwartkruis, waarin stond dat hij Arie Haan uit zijn archief kon schrappen. Haan: „Ik had het Nederlands elftal ei genlijk al drie jaar geleden uit mijn hoofd gezet, maar toen Nederland zich plaatste voor het wereldkampioenschap in Argentinië kreeg ik toch weer de krie bels. Ik wilde zo'n toernooi nog wel een keer meemaken, maar ik moest een plaats veroveren. Ik was immers al weer een tijdlang buiten beeld. Ik maakte voor mezelf een keurige planning en zoals wel vaker is gebeurd, kreeg ik het geluk aan mijn zijde. We wonnen met Anderlecht de Europa Cup II en lootten tussentijds FC Twente, waar Arnold Mühren op de nominatie stond voor Oranje". „Hij was min of meer mijn concurrent maar kreeg in die wedstrijden geen poot aan de grond. Toen konden ze eigenlijk niet meer om me heen, al moest ik ook tijdens de rest van de selectieprocedure het achterste van mijn tong laten zien, oefenwedstrijden spelen tegen Club Brug ge en Oostenrijk waarin ik de enige tref fer maakte. Niet alleen Argentinië kwam toen dichterbij, maar ook een plaats in de basiself en dat was toch wel een per soonlijk succesje. Na Argentinië begon het gedonder weer van voren af aan. Haan moest zich voor de zoveelste keer waarmaken en kreeg tegen IJsland en Zwitserland opeens weer een heel andere rol dan in Argentinië". Belachelijk „Steeds maar weer wilde Zwartkruis me op de proef stellen en stuurde hij een Binnenkort zal in Nederla een sportboek verschijn waarvan de titel op zijn mil opmerkelijk mag worden noemd. In samenwerking de Belgische journalist Fre Baudonq heeft Arie Haan boekwerk tot stand gebrac dat „Haanderlecht" is geheti Het is al in de Franse taal v schenen maar tot niet geriti vreugde van Arie Haan k binnenkort ook de Nederlani lezer kennis nemen van zijn vensverhaal. van zijn mannetjes naar Anderlecht te kijken of ik nog wel voetballen k Belachelijk gewoon. Hij mocht zo la zamerhand toch wel weten wat ik mijn mars had". „Ik werd doodziek van dat gesol en toen maar besloten om definitief te danken. Ik had geen zin meer om telkens te bewijzen als een jeugdig tal dat voor de poort van Oranje staat, macht bij Oranje is in handen van paar jongens en Zwartkruis luistert gei lig. Ik had graag willen strijden te< een machtsverhouding, maar heb er kans niet voor gekregen. Ook nu zou niet kunnen, want ik zit gewoon te van het gebeuren af. Je kunt moeilijk mond opentrekken als je de helft van tijd niet berschikbaar bent omdat je een buitenlandse club speelt. In ieder val heb ik nu voor altijd afstand ged van het Nederlands elftal en ik moet gen, dat ik me er prima bij voel. Ik I nog een paar jaar te kunnen voetba om me daarna helemaal bezig te houi met de handel in spijkerbroeken. Dat ik nu ook af, en het gaat niet slecht". RON WESTERHI BBBHBE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 20