Coach Huib Timmermans wil af van „traditie van de zilveren plak" „Ik wil alleen een titel als Vultink en Van der Smissen erbij zijn" HOCKEYSTERS IN STRIJD OM WERELDCUP Deelneming Moskou 1980 staat op het spel BEN VELTHUIS NOG NOOIT BILJART- KAMPIOEN OLDENZAAL Hij - heeft er inmiddels zo'n dertig finaletoemooien om nationale kampioenschappen op zitten, Ben Velthuis, maar nog nooit is de precies twee meter lange Oldenzaalse biljarter erin geslaagd zich tot nummer één van Nederland in een of andere spelsoort te laten kronen. Je kunt vragen naar de redenen waarom Ben Velt huis nooit de nationale titel heeft behaald. Een ervan is vrij simpel: omdat de tegen standers die voor hem eindigden daarvoor de klasse bezaten. Mogelijk ook deed het onderschatten van de opponenten of zo mag het ook worden vertaald, zelfover schatting Velthuis weieens de das om. Er zijn in het verleden biljarters geweest, die de geen blad voor de mond nemende „lange uit Oldenzaal" graag een behoorlij ke nederlaag wilden bezorgen als hij zich zelf weer eens als favoriet had bestempeld. Ben Velthuis zelf is een andere mening toegedaan. Hij beschouwt zijn traditionele optimisme niet als ongezond. Er moet dus een andere verklaring zijn waarom de 34-jarige eige naar van een assurantiekantoor faalt op momenten dat hij zo dicht bij een groot succes leek te zijn. Velthuis: „Vergeet niet dat ik veel minder train dan die andere spelers die deel uitmaken van de top. Christ van der Smissen staat toch per dag een uurtje of vijf aan het biljart. Ik heb een zaak die steeds meer tijd in beslag gaat nemen en kom overdag niet zo vaak meer aan trainen toe. Maar neem van mij aan, dat ik in de toekomst nog wel eens een keer een periode, wanneer het niet zo druk is op de zaak, zal benutten om mij erg goed op een of ander toernooi voor te bereiden. Ik ben ervan overtuigd dat ik nog een keer kampioen van Nederland kan worden als ik de tijd ervoor heb om mij terdege te prepareren". Ook Ben Velthuis heeft zich wel eens afgevraagd of hij wellicht nog door andere oorzaken altijd voor een ander in de hou ding heeft moeten staan op het moment dat het Wilhelmus voor een nieuwe kam pioen werd gespeeld. „Ja, ergens is het inderdaad voor mij onbegrijpelijk. Ik heb natuurlijk wel een paar keer pech gehad. Tot twee tot drie keer toe is mij de titel ontgaan waarop ik recht had. Ik durf te stellen dat ik de enige was die kampioen had kunnen worden in het libre in Wildervank. Ik win van kam pioen Piet Vet en als de reglementen toen al veranderd waren, zou ik kampioen zijn geweest. Maar daarna verlies ik 's avonds schlemielig van een outsider, Henk van de Kruisweg voor wie het op dat moment buigen of barsten was om niet te degraderen omdat de arbiter de ene fout na de andere maakte. Daar loop ik dan tegenop. Ik heb het in Ulestraten gehad dat Jean Bessems in de nabeurt tegen Vultink remise maakt, anders ben ik drie punten los en word ik kampioen van Nederland. Als je een keer een titel kan winnen door een strop van een ander kom je op het volgend toernooi met veel bravour en zelfverzekerdheid bin nen. Zie maar eens hoe Piet Vet op dit moment aan het biljart staat. Door die kadertitel die hij gepakt heeft, is hij een heel seizoen goed blijven spelen". Voorbereiding Velthuis geeft toe, dat hij er niet vaak in slaagt een constant toernooi af te wer ken, maar voert ook dat terug op zijn meestal niet optimale voorbereiding. „Vultink probeert zich altijd in een positie te manoeuvreren, dat hij outsider is. Dan is hij op zijn sterkst. Als ik tegen Van der Smissen of Vultink speel, ben 'ik die outsi der. Dat weet ik zeil natuurlijk ook heel goed. Als ik nou iets wil presteren, waarmee ik ook nog lekker de publiciteit kan halen, moet ik die jongens kloppen. Ben ik ook lekker gemotiveerd. Heb ik een tijdje met Vultink getraind, die me af en toe lang op die stoel liet zitten, dan denk ik: wacht jij maar, vriend, tot het kampioenschap komt. Je gaat toch voor schut. Dan komt die finale en denk ik: het zou toch wel mooi zijn als ik hem inderdaad kan pakken. Al presteer ik verder ook niets meer, als ik Van der Smissen en Vultink maar klop, is voor mij het kampioenschap goed". „Ik heb van die cursus van Tony Schrauwen wel zoveel geleerd, dat ik qua spel wel mee kan komen, maar het kost me veel meer energie en hoofdbrekens om het inderdaad uit'te voeren dan de jongens die per dag vijf uur spelen. Akkoord, Ik heb zo'n partij misschien wel op mijn naam staan, maar daarna ben ik kapot, ontzettend moe. Dat kun je niet zeven partijen lang opbrengen. Psychisch „Als je van Vultink en Van der Smissen wint, komt er trouwens nog wat bij. Dai staat degene die met mij de volgende rondt speelt aan het biljart met het idee dat jt de zaak weer recht kunt trekken als hj van mij wint. En ik denk dan juist da het 's middags wel goed ging en het ooi •^avonds wel zal loslopen. Ben je al wee fout bezig, dat geef ik toe. Het is inderdaad een psychische zaak". „Maar als ik morgen naar de tafel ga et ik heb tweemaal niet gespeeld, kunnen a me een stoot voor de neus leggen waarvai ik denk, ik kan het wel maar ik moet we vijftien keer violen voor ik het goede gevod heb. Maar als ik elke dag gespeeld he\ leg ik aan, en zit ik er bovenop. Als j op die manier zo'n kampioenschap kun spelen, is het toch een stuk makkelijke dan dat je de wedstrijd stoot voor stoo moet afwerken. Dan is het echt een lijden» weg". De illusie om Nederlands beste te zijn heel de man die, met uitzondering van de drie banden, in alle spelsoorten ereklasser ii nog niet opgegeven. „Ik geloof heus d« ik dat nog eens zal halen. Ik ben acht jas jonger dan Vultink en denk dat het in d acht jaar die ik mezelf nog geef om in al spelsoorten mee te doen eens moet lukke Zo niet, dan hoeft het van mij niet meel Dan ga ik me meer op bandstoten, fantasi classique en driebanden toeleggen. Het libit en het 47-2 speel ik trouwens alleen graaj als het kampioenschap sterk bezet is. Wto nen in zo'n finale, als alle sterken erbij zijn, dat wil ik nou graag een keer. Ik hoel eerlijk gezegd niet eens kampioen te wordei als Vultink en Van der Smissen er niet bij zijn. Dan ik zo'n titel toch veel mindei waard". „Als je Piet Vet diep in zijn hart kijk zal hij met die titel in Julianadorp ook ni< zo gelukkig zijn geweest. Toen waren di twee er ook niet. Het kan zijn dat Piet denkt ik heb er weer een titel bij, een lintje i een lintje, een speldje is een speldje, het Wilhelmus wordt toch gespeeld. Maai het geeft hem toch minder voldoening dai toen hij met Henk Scholte erbij librekan» pioen werd. Als je tien jaar geleden Neder lands kampioen schaatsen werd toen Ard Schenk en Kees Verkerk meededen, was dat prachtig. Waren ze er niet en je werd eerste, wie was je dan nog? Was je in de volksmond toch nog maar nummer drie" WILLEM PFEIFFE! - I Onder coach Huib Timmermans heeft het damesteam nog geen wedstrijd verlo ren. Dat moet in Ma drid dan maar eens worden voortgezet. (Van onze hockeymedewerkster) DEN HAAG Nederlandse natio nale teams schijnen gedoemd te zijn tweede plaatsen te bezetten. De voetballers startten deze serie, zij werden al tweemaal tweede tijdens het toernooi om het wereldkam pioenschap. De hockeyers hebben de traditie voortgezet. In maart, tij dens de wereldkampioenschappen in Buenos Aires, werd Nederland twéede achter Pakistan, en afgelo- Den zondag werd de Europacup ver speeld door van West-Duitsland met 3—2 te verliezen in de finale. Weer een tweede plaats dus, weer zilver en weer teleurstellingen. Het Nederlands dameshockeyteam is gisteren in Madrid gearriveerd voor het F.I.H.-wereldkampioenschap. De selectie van Huib Timmermans, die dinsdag de twee maanden lange trai ningsperiode afsloot voor dit zeer belangrijke .toernooi (in verband met de kwalificatie voor de Spelen in Moskou in 1980, waar voor het eerst dameshockey in het Olympisch pak ket is opgenomen) is vast van plan de 'zilveren traditie' te doorbreken. De dames zullen, evenals de eeuwige rivaal West-Duitsland, azen op het goud, dat dit jaar belangrijker is dan ooit. Het Olympisch Comité heeft namelijk nog steeds geen dui delijke uitspraken gedaan omtrent de kwalificatie-procedure. Wel is be kend dat uit de vijf werelddelen één land mag uitkomen en dat het aan tal deelnemers tijdens de Olympi sche Spelen zes zal zijn. Het is zeer SPORT LEIDSE COURANT nals: 8-0) bleek dat wel zijn vruchte afgeworpen te hebben. Bovendie zijn de dames langzamerhand ge wend aan het kunstgrasveld. Ook de strafcorners, die in het begin slecl liepen, gaan beter. Twee systemen Timmermans heeft twee systemei waarvan hij gebruik kan maken: een verdedigend met drie spitsen, drie speelsters in de middenlinie en de achterste lijn, en daar achter staal de laatste speelster plus dan nof de doelvrouwe; een aanvallend con cept waarbij één middenveldstcf opgeofferd wordt aan een extrt spits. Afhankelijk van de tegenstander al waarschijnlijk toch het eerst ge noemde systeem het meest gehai teerd worden. Timmermans is een 'man van resultaat en hij zal geei overbodige risico's nemen. Waaroi zou hij ook. De belangen zijn daar veel te groot voor. Met de langzame hand eentonig wordende zilverer plak is hij niet tevreden. En terecht De selectie voor Madrid isidoelvroi wen Deth de Beus en Jolien MahleB achter; Suzanne Bekker, MadeloO Belien, Anneke van Puffelen, Fiekf Boekhorst, Irene Hendriks, Maril Matheuses-Fikkers (aanvoersteiÜ midden tToos Bax, Kathy Woude- berg, Lisette Sevens; voor Nel van Kollenburg, Margriet Blijerveld Sophie von Weiier, Sandra Le Pooll én Elsemieke Hillen. Ben Velthuis: kost me veel energie en hoofdbre kens om uit te ren wat ik van Schrauwen dan de jongens die vijf uur per dag kun nen trainen". wel mogelijk dat uit Afrika geen vertegenwoordiger komt, omdat hockey daar bijna niet gespeeld wordt. Als Rusland besluit zelf mee te doen bij het dameshockey blijven er nog vijf plaatsen over. Vandaar dat het voor de Europeese landen, zoals Nederland en West- Duitsland, van het grootste belang is de Wereldcup te veroveren. Het zal de Nederlandse dames aan motivatie zeker niet ontbreken. Uit gaande van het .driemaal is scheeps recht' zal nu eindelijk het fel begeer de goud binnengehaald moeten wor den. Voor coach Timmermans wordt dit zijn eerste officiële wereldtoernooi, evenals voor negen van zijn speel sters. Tot nu toe heeft Timmermans vanaf het moment dat hij als coach bij het Nederlands elftal werd aan gesteld nog geen wedstrijd verloren, zelfs werd niet één keer gelijk ge speeld. Uit de twaalf onder hem gespeelde interlands werden vierentwintig punten vergaard. Deze overtuigende resultaten kunnen als ruggesteun dienen in Madrid. Omdat het team in deze samenstelling nog nooit een nederlaag kreeg te verwerken, kan één tegenvaller fataal zijn. Deze ge dachte is ook bij de speelsters opge komen, Vandaar dat sommigen tij dens het toernooi in Limburg aan de Lahn (25-28 augustus) liever tegen West-Duitsland een puntjp hadden verspeeld. (Nederland won onte recht met 1—0). West-Duitsland, de huidige wereld kampioen, zal immers de moeilijk ste tegenstander worden. West- Duitsland speelt in poule-A, waarin verder zijn ingedeeld, België, Span je, Japan en Nigeria. Nederland ont moet in poule-B vandaag India, ver volgens Tsjecho-Slowakije (mor gen), Canada (woensdag) en Argen tinië (donderdag). De poule waarin Nederland uitkomt is waarschijnlijk de zwaarste. Cana da, Tsjecho-Slowakije en Argentinië zijn vooral conditioneel erg sterk, terwijl India op technisch gebied goed voor de dag zal komen. India en Argentinië hebben de afge lopen twee weken door ons land gereisd en tegen verschillende Ne derlandse clubs oefenwedstrijden gespeeld. Argentinië speelde o.a. te gen de Haagsche clubs H.G.C. (0-0), en H.C. Klein Zwitserland (4-0 voor Argentinië). Ook India trad aan te-' gen H.G.C. en won met 1-0. Timmer mans heeft uiteraard bij deze wed strijden gespioneerd en nuttige infor matie opgedaan. In de voorbereidingsperiode tot dit toernooi heeft Timmermans vooral in de eerste weken het accent op duurtraining gelegd. In de vier inter lands, die tijdens de oefenperiode gespeeld werden, zat een duidelijk stijgende lijn. Na het toernooi in Limburg a/d Lahn stond vooral Tulpen (een club van oud internatio- ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1978 pagina 8

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 8