Rinus Israël aan begin laatste seizoen Met opgeheven hoofd wil ik de arena uit Speedway in Nederland nog maar De imposante voetbalcarrière van Marinus David Israël is bijna ten einde. Dankzij de promotie van PEC Zwolle naar de eredivisie kan de Amsterdammer, die 27 maal in het Nederlands elftal speelde, met Feyenoord zowel de Europa-cup als de Wereldbeker veroverde, en nog niet eens zo lang geleden de beste ausputzer van de wereld werd genoemd, zijn laatste seizoen spelen op het niveau waar hij thuishoort. „En reken erop, dat Rinus Israël er alles aan zal doen om nog eenmaal te bewijzen, dat hij één van de groten van het Nederlands voetbal is geweest. Met opgeheven hoofd wil ik straks de arena verlaten", zegt hij er zelf van. ..IJzeren Rinus" werd hij genoemd, toen hij bij Feyenoord zijn gouden tijd beleefde. De op 19 maart 1942 in Amsterdam geboren Israël, die bij DWV in Amsterdam-noord zijn voetbalcarrière begon, in 1962 door DWS werd aangetrokken en vier jaar later voor een recordbedrag van 450.000 gulden naar de Kuip in Rotterdam verhuisde, was bij iedere tegenstander gevreesd voor zijn meedogenloze tackles. Maar in Zwolle, waar Rinus Israël in 1975 met veel gejuich werd ingehaald, heeft hij die bijnaam verloren. In de Overijsselse hoofdstad is Israël „ouwe taaie" en „papa PEC" geworden, omdat de andere voetbalcapaciteiten van de Amsterdammer veel meer op de voorgrond traden: zijn onblusbare energie, zijn perfecte pass, sublieme timing, enorm overzicht en getructe schijnbewegingen. Daarmee heeft hij heel wat tegenstanders tot wanhoop gebracht. Rinus Israël werd bij PEC Zwolle de grote inspirator. Zijn inbreng is bij het bereiken van de eredivisie dan ook van beslissende betekenis geweest. Het volgende doel van de ambitieuze club uit Zwolle is handhaving in de hoogste afdeling om daarna door te stoten naar de sub-top. En juist daarom zijn de Zwolse supporters blij, dat Rinus Israël, de „ouwe taaie" er tenminste nog één seizoen lang bij is. goed is geworden. Maar als je bedenkt dat wij zowel in 1974 als dit jaar tweede zijn geworden bij het wereldkampioenschap, dan gaat zo'n conclusie toch eigenlijk niet op. Ik ben er echter wel van overtuigd, dat Nederland wereldkampioen was ge worden. als er in 1972 een titelstrijd was geweest. Want toen waren Ajax en Feye noord verschrikkelijk sterk." In zijn achttiende jaar betaald voetbal moet hij helpen om PEC Zwolle in de eredivisie te houden. Rinus Israël heeft daar alle vertrouwen in. ..We hebben een uitgebalanceerd elftal. Er is routine, jeugd en op het middenveld veel loopvermogen Bovendien is onze ploeg gemakkelijk in staat te scoren Ja. dat wij ons handhaven daarvan ben ik overtuigd. Persoonlijk ben ik ook niet bang voor mijn rentree in de eredivisie, ik wil in ieder geval onder geen beding afgegaan, zeker niet in mijn laatste seizoen. Met opgeheven hoofd wil ik straks de arena verlaten". I 'OLLE Rinus Israël ligt languit ip een bank in de bestuurskamer van EC Zwolle. Hij is moe en maakt er een geheim van. „Nu ik de voorbe- G°° eiding op een nieuw voetbalseizoen feer meemaak, ben ik toch wel blij at het gauw gebeurd is. Ik ben altijd ema;en groot liefhebber van trainen ge- a 'eest en heb dat steeds met volle Gec vergave gedaan. Maar dit is voor nij lichamelijk niet meer op te bren- ,f l' en. Misschien heb ik in mijn vakan- ar 'ie niet genoeg aan mijn conditie te 5 edaan. Ik merk tenminste dat ik nog i eel kracht tekort kom. Deze voorbe- deei eiding liegt er trouwens niet om. let is zeker vijftig procent zwaarder an in mijn topjaren bij Feyenoord. e komt geen moment tot rust. Het s aan een stuk door trainen en spe en, er zit geen dag tussen. Als je enger bent, kun je dat allemaal waarschijnlijk veel beter verdragen." linus Israël, die op 19 maart 37 jaar ■ordt. zal straks ongetwijfeld één van de iidste spelers in de eredivisie zijn. „Maar at zegt een leeftijd eigenlijk? Ik vind jetbal nog altijd leuk en zolang je het og gemakkelijk aap kunt. is er toch geen nkele aanleiding om te stoppen. Maar na it seizoen doorgaan lijkt mij niet meer erantwoord. Je moet per slot van reke- ling ook aan de gezondheid denken." Het oetballen zal daarna voor Rinus Israël chter centraal blijven staan. „Ik duik dan i het trainersvak. Met mijn B-diploma allen er ongetwijfeld mogelijkheden zijn een aardige club te vinden Ambities het A-diploma te halen heb ik voorlo- ig nog niet. Je kunt ook als trainer mbitieus zijn bij een hoofdklasser. Geluk- ig heb ik voldoende financiële armslag, 21 odat het geen bindende noodzaak is om °jjn het betaalde voetbal aan het werk te Jezeten Rinus Israël ten voeten uit, als de man die aanwijzingen geeft aan medespelers, voor wie hij zelf altijd een voorbeeld was. wilde hebben, maar toen ik in Belgie bij hem op de stoep stond, was hij niet thuis. En toen had ik plotseling helemaal niets Bij Feyenoord had ik immers alle schepen achter me verbrand. Er lag wel een con tract op mij te wachten, waarvan ik de inhoud helemaal niet kende, maar ik ben er niet de man voor om met hangende pootjes terug te keren Daarom was ik allang blij. dat Excelsior mij wel wilde hebben." Op dreef In dat seizoen 1974-1975 was Israël voor treffelijk op dreef. Hij werd door Studio Sport zelfs uitgeroepen tot de beste voet baller van de eredivisie, maar toch was toen al bekend, dat hij zijn geluk in het een divisie lager spelende PEC Zwolle zou gaan zoeken. ..PEC klopte al heel vroeg bij mij aan. Ik zou er financieel niet op achteruitgaan door naar Zwolle te gaan en toén leek het mij beter om maar snel mijn handtekening onder een contract te zetten., Met mijn kwetsbare knieën wist je het immers toch mapr nooit Misschien waren er nog wel hele andere aanbiedingen gekomen, als ik minder snel was geweest Maar ik heb er geen enkele spijt van dat ik naar PEC ben gegaan." In de Overijsselse hoofdstad was het trouwens wel eerst wen nen voor de westerling. „De mentaliteit is hier heel anders. De mensen zijn meer gesloten, veel kalmer. En bij de eerste training wist ik niet wat ik zag. Bij Feye noord was het altijd lachen geblazen, maar ik moet wel eerlijk toegeven dat de humor meestal ten koste van anderen ging. Maar zo gaat het per slot van rekening toch altijd in een groep Lachen was er in Zwolle niet bij en het fanatisme dat de trainingen van Feyenoord en ook Excelsior kenmerkte al helemaal niet. Maar ik moet zeggen, dat dat de laatste jaren enorm veranderd is. De trainingen van PEC zijn Zoals het ooit eens was: Feyenoord- er Rinus Israël drukt Ajacied Johan Cruijff de hand. nu ook even fanatiek; als we onderling een partij spelen, gaat het bij het grove af. Maar ik vind die instelling heel wat beter dan zoals ik het bij mijn komst aantrof Niet in dank Niet iedereen heeft die fanatieke instel ling van Israël echter in dank afgenomen. „Ja. ik weet wel dat mijn hardere omgang op de training met de andere spelers wel berucht is geweest. Achteraf wil ik ook best bekennen, dat ik wel eens dingen heb rgezegd en gedaan, die tactisch niet zo verstandig waren. Maar als je er voor zorgt goed te spelen, kunnen ze je geen enkel verwijt maken. Met trainers heb ik altijd goed kunnen opschieten, maar voor zo'n man was ik natuurlijk een ideaal type, omdat ik altijd keihard werkte." Bij Rinus Israël thuis in zijn woning in Amsterdam-Noord zijn geen plakboeken te vinden, waarin de krantenverslagen van de véle opwindende wedstrijden die hij heeft gespeeld, zijn opgenomen. „Mijn vader, die helaas overleden is, hield wel een plakboek bij. maar zoiets is bij mij nooit opgekomen Er zijn in huis wel wat losse foto's, vaan tjes en medailles te vinden, maar ik zou niet weten waar. Het lijkt mij zo verschrik kelijk doelloos om alles bij te houden. Ik heb bereikt wat er in de voetbalsport zo'n beetje te bereiken viel en daarmee afgelo pen. Het is net zoals met een auto. die je graag zou willen hebben. Als die dan eenmaal je eigendom is. is het de gewoon ste zaak van de wereld Zo ging het ook met de grote successen. Sommigen leven maandeMang in een feestroes, blijven er over praten, maar ik ben altijd snel in de werkelijkheid terug. Je praat trouwens überhaupt niet veel over voetbal. Mijn vrouw Greetje. thuis, bijna ook nooit Ge lukkig niet mag ik wel zeggen Alleen als het nodig is, begint ze erover. Toen ik met mijn knieën sukkelde bijvoorbeeld. Dan probeert zij mij er overheen te helpen Ik heb van mijn voetbal dan ook maar weinig contacten overgehouden. Wimpie Jansen is zo'n beetje de enige, waarmee ik nog wel regelmatig praat. Bij mij is liet altijd zo geweest, dat zodra ik na de training of een wedstrijd in de auto stap ik het voetballen vergeten ben. Ik voel mij thuis bij vrouw en dochter het meest op mijn gemak. Ja, ik ben erg huiselijk. Dan kom ik helemaal tot rust." Serieus Behalve huiselijk is Rinus Israël ook een erg serieus iemand. „Ik ben voetballer en wil het zo goed mogelijk doen, maar dan vind ik dat je er ook naar moet leven. Daarom rook ik niet en gebruik ik nauwe lijks alcohol. Roken vind ik trouwens toch al niets aan. Dat klinkt wel gek voor iemand, die in Rotterdam-Zuid een siga renzaak heeft gehad. Ik heb ik die tijd wel eens aan een sigaar liggen trekken, maar ik vond er geen barst aan. Ik ga ook altijd op tijd naar bed, want ik vind dat je als voetballer voldoende nachtrust moet hebben. Veel feesten bezoek ik ook niet en als ik dan wel eens van de partij ben, zal ik zeker niet één van de gangma kers zijn." Niettemin wordt Rinus Israel door de sup porters van PEC Zwolle op handen gedra gen. Zelf begrijpt hij niet waarom hij zo enorm populair is geworden. „Misschien komt het wel doordat menin Zwolle op voetbalgebied niet al te verwend is ge weest. En dan heb ik er veel plezier in om zo nu en dan mijn tegenstander met een paar schijnbewegingen te vernederen Maar als ik er daarnaast als voetballer weinig van terecht bracht, zouden die ac ties bij het publiek natuurlijk niet aan slaan. Want je kunt niet de clown uithan gen en niets presteren. En verder heeft mijn populariteit misschien ook wel te maken met de wijze, waarop ik het publiek tegemoet treed. Als wij gaan trainen en er staan mensen te kijken, dan zeg ik ze vriendelijk goedendag. Beginnen ze een praatje met mij. dan draai ik mij niet om en als kinderen een handtekening willen, dan kunnen zij die krijgen. Ik heb nooit het idee gehad dat ik boven de toeschou wers sta. ik sta er gewoon tussen. En dat weten de mensen toch wel te waarderen Weinig veranderd Zeventien jaar betaald voetbal heeft Ri nus Israël nu achter de rug. En nog altijd vindt hij dat er eigenlijk maar weinig is veranderd. „Misschien dat het clubvoetbal de laatste jaren in Nederland wat minder zich zestien coureurs geplaatst voor de eindstrijd. Henk Ste- man behoort samen met onder meer Henny Kroeze (Borner- broek), Rudy Muts (Hilversum) en titelverdediger Frits Koppe (Voorburg) tot de voornaamste favorieten. Uitgerekend vier rijders, die onder contract staan bij een Engelse vereni ging. „Dat is echt geen toeval", merkt S te man op. „Om in goe de conditie te biijven, hebben we minstens twee starts per week nodig. Op een andere wijze in topvorm blijven is nu eenmaal onmogelijk. Immers, aan de motor hebben we be houdens in wedstrijden niets. Behalve wat individuele con ditie-training komt het neer op regelmatig sleutelen aan de machines". Wil een Nederlandse speedway coureur iets bereiken, dan moet hij wel de oversteek naar Groot Brittannië wagen. In ei gen land zijn er hooguit acht tot tien wedstrijden per jaar. „Inderdaad, voor Nederlandse begrippen is speedway weinig populair. Naar de oorzaken hiervan kunnen we alleen maar raden. Rond 1950 is de belangstelling groot geweest, maar daarna zakte het Weer ineen. De laatste vijf, zes jaar is er weer een zekere vooruit gang te constateren. Er zijn wat meer rijders gekomen, maar het probleem blijft goede banen te vinden". Oorspronkelijk had Henk Ste rn an zijn hart verpand aan een ander onderdeel van de motor-. Speedway in Nederland staat op een laag pitje, aldus Henk Steman sport, de cross. Bij Tiet Neder lands kampioenschap 250 cc kwam hij enkele malen met de snelsten mee. In 1974 stapte hij evenwel volledig over op de speedway. „Ik vond dat ge woon leuker. Bovendien is mo- tocross financieel erg moeilijk te realiseren. Natuurlijk vergt de speedway ook veel geld, maar er bestaan toch meer ont- plooiingsmogeli j kheden" Na vier weken in Polen een trainingsschool te hebben ge volgd,. verhuisde Henk Steman al vrij spoedig naar Engeland om bij Oxford te gaan rijden. „In de loop der jaren heb ik verschillende open wedstrijden gereden. Heel Europa zijn we afgereisd. Ook met het Neder lands team in de voorronden van de strijd om het wereld kampioenschap speedway. In het Westduitse Abensberg moesten we evenwel afhaken. Dan blijkt gewoon dat de Ne derlanders nog behoorlijk veel moeten leren". Veiligheid Hoge snelheden worden bij speedway gehaald. Honderd kilometer per uur is zeker geen uitzondering. Niettemin gebeuren er relatief gezien weinig ongelukken. „Speed way is de veiligste tak van motorsport We worden be schermd door leren pakken, maskers voor het opspringen de gravel en uiteraard een helm. Wanneer er maar goede coureurs in de baan zijn, dan gebeuren er nauwelijks onge regeldheden. Het komt bij speedway dan ook hoofdzake lijk op de techniek aan". De speedway-motoren, het exemplaar van Henk Steman kost overigens ruim achtdui zend gulden, worden voortbe wogen door methanol-alcohol. In de tank gaat slechts twee liter (negenennegentig procent alcohol en één procent petro- leum-ether), genoeg voor vier ronden. De motor levert vij fenzestig pk. de machine hoort thuis in de klasse 500 cc. Henk die de interesse voor speedway trouwens niet van een vreemde heeft, want jaren geleden was zijn vader kampioen van Neder land is bezeten van zijn sport. „Natuurlijk moeten cou reurs wel over de nodige lef kunnen beschikken. Maar tech niek staat toch centraal. Vooral op harde banen is speedway erg mooi. Voor spektakel wordt altijd gezorgd. Het enige gevaar is, dat bij een val een coureur kan worden oven-e den. Maar de kans hierop' is vrijwel nihil". De speedway-motoren hebben geen remmen en geen versnel lingen. Ook internationaal ge zien is het een topjaar voor de liefhebbers van deze sport. Speedway bestaat dit jaar na melijk vijftig jaar. Het grote jubileum van de speedway- sport wordt op zaterdagavond 2 september aanstaande ge vierd met de finale van het wereldkampioenschap 1978. Het Londense Wembley-sta- dion, met plaats voor honderd twintigduizend enthousiastelin gen, is al maanden van tevoren uitverkocht. Een voldoende be wijs voor de mate van popula riteit op het Britse grondge bied. Nederland blijft wat dit betreft nog duidelijk achter. DICK K1ERS ieD VOORBURG Heel, even ^'slechts laat Henk Steman zijn jrootste trots alleen achter. a31 Toch blijven zijn ogen én zijn j redachten vrijwel onophoude- lijk bij dat ene, hem totaal iN' vervullende, onderwerp. De tesnorde Voorburgse coureur 'bereidt zich nu reeds enkele ran; iveken lang bijzonder intensief aie voor op het Nederlands kam- lioenschap speedway, dat maandagavond aanstaande in eer> het Olympisch Stadion te Am- sterdam zal worden verreden. ;oe- het Voor een dusdanig belangrijk evenement moetenuiteraard zowel mens als machine in een liefst optimale conditie verke ren. Omtrent het uithoudings vermogen van de persoon-in- kwestie hoeft men rich niet al te veel zorgen te maken en bovendien is hem er werkelijk alles aan gelegen om ook de motor in een zo perfect moge lijke staat van onderhoud te brengen. Vandaar dat het blau we snelheidsmonster blinkt als nooit tevoren. De inspanningen, koortsachtig geleverd in het naar verbrande olie ruikende rennerskwartier aan de Westvlietweg te Voor-' burg, rijn zichtbaar niet voor niets gewest. De mens mag in dit geval met recht trots rijn op zijn machine. Nu alleen de sportieve prestaties nog. Desondanks spreekt de nade rende titelstrijd Henk Steman merkwaardig genoeg nauwe lijks aan. De negenentwintig jarige full-prof staat onder con tract bij de Britse club Bristol Bulldogs en erkent meteen dat het speedway in ons land nog op een laag pitje staat De in nationaal opricht verrichte prestaties spreken daarom in het buitenland niet tot de ver beelding. In landen als Enge land, Polen en Rusland ligt het niveau aanmerkelijk hoger. „Ik maak de motor voor elke wedstrijd, hoe belangrijk ook, met dezelfde nauwkeurigheid en op dezelfde manier klaar. Het Nederlands kampioen schap zegt mij eerlijk gezegd niet zo heel veel. Natuurlijk is het meegenomen wanneer ik mijn nationale titel van 1976 kan herhalen, maar ik lig er heus niet wakker van. Interna tionaal gezien telt dit namelijk geenszins mee", aldus Henk Steman. Favorieten De caiTOsserie glanst. Henk Steman is gereed voor het ge vecht. Na de halve finales in Hengelo en Veenoord hébben linus Israël was als kleine jongen in Imsterdam-Noord al bezeten van het oetbal. „Ik liet er alles vöor staan, het 'a leeft mij zelfs een goede schoolopleiding j ekost, Maar achteraf bezien, ben ik er ^JJankzij de voetballerij maatschappelijk ch veël beter vanaf gekomen. Als ik evallig niet zo'n goede voetballer was iweest, was ik nu een doodnormale mo- ,ile werknemer. Niet dat ik nu bovenjan maar ik kan mij toch aardig redden". 611 Veranderd ben ik door al die voetbalsuc- ji-jfcesen in ieder geval niet. Misschien dat i ie tijdens de wedstrijd weieens vedette- ajjijj neigingen vertoon, maar buiten het veld r |ien ik toch dezelfde gebleven. Dat komt waarschijnlijk ook door mijn achtergrond. ben maar een gewone jongen uit een :woon gezin. Het gaat mij nu alleen peter. Ik heb een mooie auto en een eigen i Amsterdam-Noord. Maar ook dat rte niet veranderd en al had ik een miljoen op mijn bankrekening staan, dan ik toch nog die gewone Rinus Israel piZijn". Best betaald Bij Feyenoord was de Amsterdammer één van de best betaalde voetballers in ons land. De gedachte aan een eventueel ver trek kwam niet bij hem op en iedereen in Rotterdam-Zuid was ervan overtuigd, dat Israël zijn carrière in de Kuip zou afsluiten. Het werd echter anders, toen hij in 1972 een meniscus-operatie aan zijn linkerknie moest ondergaan. En een jaar later zijn andere knie ook al onder het mes moest. Het kostte Rinus Israël zoveel moeite om een plaats in het basiselftal te heroveren, dat het einde van zijn glan zende carrière nabij leek. Maar Israël zelf had het bepaald nog niet afgeschreven. „Ik zag er inderdaad wel uit als iemand die het allemaal niet meer zag zitten, maar daar was ook veel theater bij. Mijn opzet was om transfervrij bij Feye noord te kunnen vertrekken. Happel had mij verzekerd,, dat hij me graag bij Brugge

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 11