„Peace Pill": r
nieuw drugprobleem
in VS en Zweden
Wachten op een
tweede Henry Ford
De ontwikkeling van de ruimte
vaart staat op hetzelfde punt als
de auto-industrie stond toen Hen
ry Ford een revolutie veroorzaak
te in de Amerikaanse auto-indus
trie. „Alles wat nodig is om het
vervoer door de ruimte tot de
ontwikkeling te brengen zoals we
die nu zien bij het vervoer over
de grond en door de lucht, is al
beschikbaar of binnen ons be
reik," aldus Ralph Nansen, mana
ger van het Zonne-energie Satel
lietproject van Boeing, tijdens de
jaarlijkse bijeenkomst van het
Amerikaanse Instituut voor
lacht- en ruimtevaarttechnologie.
„Toen de auto voor het eerst ont
wikkeld werd, werden verschil
lende soorten aandrijfkracht uit
geprobeerd: elektriciteit, stoom,
benzine. Na twintig jaar van
soms mislukte experimenten ont
stond de fundamentele verbran
dingsmotor en het aandrijfsys
teem. Maar zelfs toen was de auto
nog een speeltje voor rijkelui.
Iemand als Heiuyr Ford was no
dig om een manier te vinden deze
kennis toe te passen op de goed
kope T-Ford".
De ruimtevaartindustrie werd in
oktober 1957 gelanceerd, samen
met de Russische Spoetnik 1. De
Amerikanen volgden al snel met
hun Vanguard, Jupiter en Thor.
Er werd geëxperimenteerd met
vloeibare en vaste brandstof en,
recentelijker, met ionenaandrij
ving.
Nu, twintig jaar later, heeft de
ruimtevaartindustrie zich ont
wikkeld en wacht haar revolutie
af. Maar de grote drijfveer achter
deze revolutie zal in dit geval
niet cén man zijn, maar een op
dracht.
Die opdracht, zegt Nansen, zal
waarschijnlijk zijn het oplossen
van de energiecrisis door de ont
plooiing van een netwerk van
enorm grote, maar zelfstandig
werkende zonne-energiesatellie-
ten.
(Van onze ruimtevaartredacteur)
Een fabriek in de ruimte waar 500 techni
ci gigantische satellieten bouwen, die de
aarde van zonne-energie moeten voorzien.
Dit duizelingwekkende idee hebben des
kundigen van de Amerikaanse vliegtuig
fabriek Boeing voorgelegd aan de Ameri
kaanse regering. Het project, dat tegen het
jaar 2000 de helft van de elektriciteitsbe
hoefte van de Verenigde Staten zou kun
nen dekken, is de afgelopen jaren ontwik
keld door Boeing. Vooralsnog worden de
kosten van de eerste satelliet die op deze
wijze wordt gebouwd, geschat op tussen
dc 40 en 80 miljard dollar. Ralph Nansen,
één van de deskundigen van Boeing: „De
technologie (voor de uitvoering van dit
project) is op dit moment voorhanden in
dit land."
Één satelliet zal in staat zijn een miljoen
woningen van stroom te voorzien. De ge
vaartes in de ruimte kunnen honderden
jaren mee, aldus Nansen. Boeing heeft er
bij president Carter op aangedrongen om
opdracht te geven het systeem te beproe
ven met behulp van onder meer een klein
werkmodel van het geheel. Dat zou onge
veer drie miljard dollar kosten. Volgens
Nansen zijn er in totaal 45 satellieten nodig
om de Amerikaanse elektriciteitsbehoefte
volledig te dekken.
De kostprijs van de elektriciteit behoeft
ondanks de gigantische kosten niet hoog
te zijn. De deskundigen van Boeing schat
ten dat een kilowattuur in 2055 tussen de
vier en vijf dollarcent zal kosten. De elek
triciteit van de conventionele centrales zou
tegen die tijd ongeveer zes dollarcent per
kilowattuur bedragen. Nansen is van me
ning dat de bouw van de satellieten waar
schijnlijk „enige internationale proble
men" zal geven, maar dat de grootste
hinderpaal vermoedelijk toch van psychi
sche aard zal zijn. Hij voorspelt een zoge
naamde „concept-shock".
Noodzaak
Dat de mensheid nieuwe bronnen van
energie moet ontdekken ter vervanging
van de fossiele brandstoffen staat als een
paal boven water; het is de essentie van
de energiecrisis. De meeste mensen gelo
ven dat de oplossing zal worden gevonden
in de ontwikkeling van een onuitputtelijke
energiebron, die kan worden getransfor
meerd in bruikbare elektrische energie. De
primaire energiebron van de mens, de zon,
biedt daarvoor een aantrekkelijke moge
lijkheid. Door de straling van de zon in
het heelal (waar het nooit nacht is) „om
te bouwen" tot bruikbare elektrische ener
gie, zou men een energiebron kunnen aan
boren die duurzamer is dan de mensheid
zelf.
Dit kunststuk zou verwezenlijkt kunnen
worden door gebruik te maken van een
zonne-energie satelliet, die tweemaal zoveel
energie op moet wekken als de Grand
Coulee, de grootste waterkrachtcentrale in
Amerika. Vijfenveertig van zulke satellie
ten, elk ter grootte van een kleine stad,
zouden het huidige totale geïnstalleerde
elektrische opwekkingsvermogen in de
Verenigde Staten kunnen vervangen,
waardoor olie, steenkool en hun derivaten
vrijkomen voor andere noodzakelijke be
hoeften.
Dergelijke satellieten zullen op een hoogte
van zo'n 36.000 km boven de evenaar (in
een geostationaire omloop) schijnbaar stil
staan ten opzichte van de aarde. Ze baden
dan 99% van de tijd in het volle zonlicht
en komen slechts in de lente en herfst
uiterst korte tijd in de aardschaduw. Ze
zullen zonnesttraling transformeren in
elektriciteit en deze weer in microgolfstra
ling omzetten, die op grote antennes op
aarde worden gericht. Die antennes op hun
beurt zetten de ontvangen stralingsenergie N33r 06 WOfllriQ
opnieuw om, waardoor elektrische energie
aan het distributienet kan worden toege
voerd.
duur en vergen ze bijzondere fabricage
technieken. Het Brayton-warmtemotorsys-
teem is ingewikkeld en vergt gecompliceer
de componenten maar heeft een hoger
omzettingsrendement, kan grotere hoeveel
heden energie opwekken, en wordt op
aarde al gebruikt voor het op grote schaal
opwekken van elektrische energie. Elk sys
teem heeft duidelijke voor- en nadelen,
maar beide lijken uitvoerbaar.
Plannen
Boeing is al sinds 1972 betrokken bij stu
dies met betrekking tot zonne-energie sa
tellieten, zowel met eigen fondsen voor
speurwerk als onder contract met het
Amerikaanse bureau voor lucht- en ruim
tevaart (NASA) en andere regeringsinstan
ties.
De studie van Boeing richt zich op twee
basisontwerpen voor de satelliet: de foto-
voltaïsche techniek en de Brayton-warmte-,
motor. Elk zal in staat moeten zijn 10.000
MW nuttig vermogen op te wekken; d.w.z.
voldoende om de behoefte van een miljoen
woningen te dekken.
De fotovoltaïsche satelliet zou een recht
hoekige vorm hebben van bijna 25 kilome
ter lang en ruim 5 kilometer breed. Dat
is zo'n 130 vierkante kilometer, ofwel het
oppervlak van een kleine stad. Op dit
enorme platform zullen ongeveer 14 mil
jard zonnecellen worden gemonteerd. Dit
ruimteschip zou op aarde een gewicht
hebben van tussen de 80.000 en 100.000 ton
(in de ruimte uiteraard gewichtloos). De
zonnecellen van de satelliet transformeren
het zonlicht rechtstreeks in elektrische
energie, op dezelfde wijze als zonnecellen
kleinere satellieten van energie voorzien.
De Brayton warmtemotor-satelliet zou
voorzien zijn van vier parabolische scho
tels, elk met een diameter van ruim 5,5
kilometer. Tezamen zouden ze zich over
een afstand van bijna 24 kilometer in de
ruimte uitstrekken. Elke schotel zou be
staan uit duizenden bestuurbare, uiterst
dunne kunststofreflectoren. Deze reflecto
ren bundelen de zonnestraling op een bol
vormige absorptieruimte - een zonneoven
- die in het brandpunt van iedere schotel
is opgesteld. Het geconcentreerde zonlicht
verwarmt een gas in de bol tot een zeer
hoge temperatuur, waardoor dat gas uitzet
en een stel turbogeneratoren (die rond de
absorptieruimte zijn opgesteld) aandrijft
Deze generatoren wekken dan de satelliet
elektriciteit op.
Als de verwarmde gassen de generatoren
verlaten, worden ze via leidingen getran
sporteerd naar grote vinvormige radiator-
panelen. Daar koelt het gas af, waarna het
weer naar de absorptieruimte wordt ge
transporteerd. De Brayton-warmtemotor-
satelliet zou op aarde ongeveer hetzelfde
gewicht hebben als de fotovoltaïsche satel
liet, namelijk 80.000 tot 100.000 ton.
Het fotovoltaïsche systeem is weliswaar
het minst gecompliceerde, maar zonnecel
len zijn bij de huidige stand der techniek
minder efficiënt dan een thermisch wer
kende machine. Bovendien zijn ze tamelijk
Zonne-energie satellieten van het zonnecel
type, of van het warmte-cyclustype produ
ceren gelijkspanningsvermogen, wat moet
worden omgezet in microgolfenergie, die
aan de twee zenders van elke satelliet
wordt toegevoerd. De zendantennes zullen
elk een diameter van ongeveer een kilome
ter hebben. Afgezien van de omvang, ver
gen deze antennes slechts een zekere ver
dieping van de bestaande radartechnolo
gie.
Die antennes zullen de microgolven richten
op ontvangstantennes op aarde, waar de
microgolven worden gelijkgericht tot ge
lijkspanning, die aan het distributienet
wordt toegevoerd. Deze gelijkrichtende an
tennes zullen ongeveer 9 bij 12 km groot
zijn en lijken uiterlijk op een gevlochten
hekwerk, dat in de vorm van banen zó
hoog boven de grond wordt opgehangen,
dat het aardoppervlak gebruikt kan wor
den voor beweiding of bouwland. Het ni
veau van de microgolfstraling buiten het
antennegebied (of zelfs onder de antenne)
zal liggen beneden de al stringente nor
men, die daarvoor nu in de Verenigde
Staten gelden. De straling zélf zal een
zodanig geringe intensiteit hebben, dat vo
gels en andere levende wezens zonder ge
vaar de microgolven kunnen passeren. De
maximale intensiteit in het centrum van
de straling zal - zelfs bij langdurige bloot
stelling - ver onder de dodelijke grens
liggen. De straling heeft ook geen invloed
op vliegtuigen en vliegtuigpassagiers.
Het ligt voor de hand dat satellieten waar
van de afmetingen eerder in kilometers
dan in meters worden uitgedrukt, niet als
een Apollo-capsule kunnen worden gelan
ceerd.
De mens zal zijn omgeving tot in het heelal
moeten uitbreiden, wil hij de voordelen
van deze energiebron kunnen plukken.
Zonne-energie satellieten kunnen in een
lage omloopbaan rond de aarde worden
geconstrueerd om later te worden ver
plaatst naar een hogere geosynchrone om
loop, of ze kunnen direct in die hogere
omloopbaan worden samengesteld. De
beslissing welke techniek moet worden
toegepast vormt op het ogenblik echter
nog een onderwerp van een diepgaande
studie. In ieder geval is het construeren
van installaties in het heelal met de om
vang van een kleine stad iets, dat nog
geheel buiten de menselijke ervaring ligt.
Maar dergelijke constructies liggen niet
buiten de huidige stand der techniek wan
neer die zich in het huidige tempo blijft
ontwikkelen.
Transport
Grote onbemande ruimteschepen voor het
vervoeren van vrachten zullen enorm grote
pallets met vracht in een lage aardbaan
brengen, waar deze pallets worden „afge
zet" en worden verplaatst naar de dokken
van een ruimteconstructiewerf. Deze
vracht-ruimteschepen zullen steeds op
nieuw kunnen worden gebruikt en zijn
binnen een week na terugkeer gereed voor
een nieuwe lancering. De huidige ruimte
pendel (Space Shuttle) zal - afgezien van
enkele minder belangrijke wijzigingen - de
ruggegraat vormen van het bemande
transsportsysteem, waarmee de enkele
honderden mensen, die in de ruimte zullen
werken, naar de constructiewerf reizen.
Ook heeft men transport-ruimteschepen in
het heelal nodig, waarmee mensen en uit
rustingen van de lage aardbaan naar de
geosynchrone baan worden verscheept,
evenals aandrijfeenheden om satellieten en
belangrijke segmenten naar hun stationai
re posities te kunnen brengen. Over het
geheel genomen zal jaarlijks ruim 900.000
ton materiaal de ruimte worden inge
stuurd; een indrukwekkend klinkende hoe
veelheid.
Toch zal een dergelijk gebruik van de
ruimte en de transportsystemen leiden tot
lagere kosten. Een blik in het verleden
onderstreept dat; de transportkosten voor
de nuttige lading van een Vanguard-raket
bedroegen aan het eind van de vijftiger
jaren per kilogram ruim 1.1 miljoen dollar
voor een lading van tussen.de 9 en 14
kilogram. De Thorraket van de jaren zestig
kon nuttige ladingen tot ruim 450 kg om-
hoogbrengen voor 22.000 dollar per kilo
gram. De Saturnus V-maanraketten van
het eind van de zestiger jaren brachten
voor ruim 1300 dollar per kilogram een
nuttige lading van 110.000 kilo omhoog. Nu
we het tijdperk van de ruimtependel in
gaan, rekent men met een nuttige lading,
waarvoor de transportkosten ruim 350 dol
lar per kilogram zullen bedragen. Een
studie van NASA en de industrie heeft
uitgewezen dat de kosten voor de nuttige
lading van ruimte-vrachtschepen in de or
de van 20 tot 35 dollar per kilogram zullen
liggen. En technici voorspellen dat moge
lijk binnen twintig jaar dagelijks wel vier
of vijf - of misschien wel tien - vracht-
ruimteschepen van het Kennedy Space
Center in Florida zullen vertrekken.
Reëel
Ver gezocht? Op het eerste gezicht mis
schien wel. Maar studies, uitgevoerd door
Boeing en andere ondernemingen, laten
zien dat voor dit alles geen nieuwe techno
logische doorbraken nodig zijn, maar al
leen een logische groei van de huidige
technologieën. Het grootste struikelblok zal
mogelijk van psychologische aard zijn, niet
van technische aard.
Satellieten met de omvang van een stad
en het aardse gewicht van een slagschip
lijken onlogisch. Lanceringsschema's, ver
gelijkbaar met de dienstregeling van een
luchtvaartmaatschappij lijken uiterst on
waarschijnlijk. De fabricage van complexe
bouwwerken uit basismaterialen door hon
derden mensen in de ruimte lijkt onmoge
lijk. Maar studies naar de constructieve
aspecten wezen uit dat dit alles - technisch
gesproken - binnen een relatief kort tijds
bestek zonder meer haalbaar is.
Door onderzoek, met fondsen van de Ame-
Zo zal, in de gedachtengang van de
ontwerpers van Boeing, een elektrici
teitscentrale in de ruimte worden
geconstrueerd. Aan zo'n zonne-ener-
giesatelliet wordt „gesleuteld" in een
lage omloopbaan rond de aarde. Het
langwerpige, ronde gevaarte links is
een reusachtig vrachtruimteschip.
Met opengeklapte neushelften be
geeft het zich op weg naar de ingang
van de flatgebouwachtige montage
hal, om constructiemateriaal te los
sen. Op die montagehal is een ruim-
tependelschip geland. De gewicht
loosheid in de ruimte maakt de toe
passing van spinnewebachtige, rag
fijne constructies mogelijk, die bij
gebruik op aarde onmiddellijk zou
den bezwijken. Na voltooiing van de
ruimte-elektriciteitscentrale moet het
bijna 25 km lange en ruim 5 km
brede gevaarte nog naar een hoogte
van zo'n 36.000 km boven de eve
naar worden gesleept. Het lijkt een
duizelingwekkende toekomstfantasie,
maar deskundigen achten de plan
nen binnen afzienbare tijd te verwe
zenlijken.
rikaanse regering en met eigen bedrijfs
middelen, proberen Boeing en andere con
cerns momenteel te bepalen wat de kosten
van het ruimte-georiënteerde zonne-ener-
gieprogramma zullen zijn. De zonne-ener
gie satellieten zullen moeten worden ge
construeerd en geëxploiteerd voor een be
drag dat terugbetaald dient te worden uit
de opbrengsten van de energie, die aan de
afnemers in rekening kan worden ge-
bracht.
Een eenvoudige rekensom wijst uit dat één
zonne-energie satelliet die 10.000 KW elek
triciteit opwekt voor een prijs van drie
dollarcent per kWh, in dertig jaar bijna
80 miljard dollar zal opbrengen. Vijfen
veertig satellieten zouden een opbrengst
van 3,5 biljoen dollar geven. De kostprijs
van elektriciteit, die in een nieuwe oliege-
stookte elektriciteitscentrale wordt opge
wekt, bedraagt op het ogenblik eveneens
drie dollarcent per kWh...
Natuurlijk is deze berekening te simpel
opgesteld, want echte kosten-batenanaly-
ses zijn zelden eenvoudig. Elk energie-op
wekkingssysteem heeft - om maar een
probleem te noemen - momenten waarop
het niet volledig in bedrijf is of meer
energie opwekt dan wordt afgenomen.
Maar het is ook bekend dat de hoeveelheid
elektrische energie, die met de huidige
energiebronnen wordt opgewekt, econo
misch gezien alleen maar toeneemt. Daar
de kosten van de slinkende voorraden
fossiele en nucleaire brandstoffen stijgen
zullen de kosten van de ermee opgewekte
energie ook stijgen.
Zonne-energie satellieten vergen een enor
me investering, maar zijn daarentegen niet
afhankelijk van brandstofkosten. Want
zonnestraling is gratis!
IR
%m
DEN HAAG De Verenig
Staten en Zweden kamp
sinds enige jaren met c
nieuw drugprobleem. Het y
dovende middel phencyclidi
(PCP) heeft volgens Am«
kaanse autoriteiten al zo'n 1
doden veroorzaakt. Bovendi
zijn er alleen vorig jaar
meer dan 4000 opnames in q
kenhuizen van gebruikers
weest. In Nederland is
middel tot nu toe nog n
aangetroffen. Volgens H. H
zer (apotheker) van de Gere
telijke Laboratoria in R
wijk is het niet denkbeeli
dat de drug ook in ons la
z'n intrede zal doen. Phen
clidine valt in Nederland n
onder de Opiumwet.
De stof is vrij gemakkelijk en te
relatief lage kosten te maken,
maakt PCP aantrekkelijk voor illej
producenten. In 1975 bleken in de
40 van de 50 illegale laboratoria
steld te zijn op de produktie van
Op straat is phencyclidine bekend
„Peace Pill" (vredespil), „Angel Di
(engelenstof), „hog", „mist" en nog
le andere namen. Het kan in de ade
worden gespoten, worden opgesnov
als pil of capsule worden ingeslikt,
op marihuana gesprenkeld, worden
rookt. De stof heeft voornamelijk
verdovende werking, maar werkt
wel hallucinerend (zinsbegoochelei
Minder plezierige bijwerkingen
PCP zijn: ademhalingsmoeilijkhec
verlies van controle over de spiei
totaal verlies van het bewustzijn
ma), volkomen lusteloosheid, deli:
en krampen.
In de jaren vijftig werd phencyclid
gebruikt in de anaesthesie (het toe<
nen van narcoses bij operaties). V
wege de vele bijwerkingen werJ
stof in 1965 voor gebruik bij m
verboden. Bij dieren wordt het n
wel toegepast. In 1966 verscheen ph
cyclidine in San Francisco. Het was
tijd van de hippies en velen wilden f
experimenteren met stoffen die
geest konden verruimen. Vanwege^|
bijeffecten was phencyclidine gJH
lang leven beschoren. Het stond^B
gauw bekend als een slechte drug. i M
was een middel waarop je kon „fl^
pen" (in grote paniek raken). V
In het begin van de jaren zeveir
verscheen de stof weer op de dn
markt in de VS. Vaak was PCPj
mengd in andere middelen, zoals La
cocaïne, psylocybine en mescaline. B
tweejarig onderzoek in de VS wees®
dat in 184 van de 237 onderzocHi
middelen PCP zat. Ook blijkt PUfl
vaak als LSD, mescaline of psylocjiH
ne verkocht te worden. Hierdoor I
men velen de stof tot zich zonder I
te weten. Het zijn dan ook vaak iL,
drug experimenterende jongeren,
met een PCP-vergiftiging in een
kenhuis worden opgenomen. m
PCP lijkt niet lichamelijk verslave1^
te zijn. Dit is evenwel nog niet v b.e
doende onderzocht Bij gebruik d
staat wel een grote geestelijke afhfru'
kelijkheid. Het middel schijnt je n|an
te voeren naar de wereld van r 1
volkomen niets. Personen die het |e
bruiken lijken dat te doen om te cfe 1
snappen aan hun persoonlijke prolj *\n
men. Het gaat hun niet om nieur™®
geestverruimende ervaringen, w?1J
het tijdens de flower power-perid v<
om te doen was. De effecten van Pip
werden door proefpersonen omschp"
ven als onplezierig en angstaanjage£]
Maar weinig gebruikers zijn echt er
housiast over PCP toch blijft f„
voor velen zeer moeilijk om het r
bruik te staken. '/ar
Phencyclidine wordt snel opgenonfe™
in het lichaam. Ongeveer de he
wordt weer uitgescheiden. De andfan
helft wordt, naar alle waarschijnlfse
heid, opgeslagen in vet- en hersenw€rs.e
sel. De juiste vaststelling en behanr
ling van een PCP-vergiftiging is if?
niet gevonden. De symptomen hangba
sterk af van de gebruikte hoeveelh?
en de manier waarop men de stof Rar
zich neemt. Ademhalingsmoeilijki etj
den en ernstige gedragsstoornissen r
ken een PCP-overdosis nog het bp,w
aan te duiden. Een overdosis her
vaak een op schizofrenie (gesplet!va
heid van de geest) gelijkend gedrag
gevolg. Toediening van de stof i|§
schizofrene patiënten had een vererjun
ring van hun geestestoestand tot j|e
volg. Phencyclidine heeft zeer wak J
schijnlijk invloed op ongeboren (rgl
by's. Gebruiksters hadden meer nj ge
kramen en nakomelingen met ex{ j,,
chromosomen (mongooltjes). L j
De opleving van PCP in de VS stjjn
de medici daar voor grote problemLt
Omdat er geen direct tegengif is, lij
op dit moment een televisiecampag de
die jongeren waarschuwt voor het |nf
bruik van de stof, het sterkste wapBc
tegen de drug. Üt
In Nederland is phencyclidine nau\jrui
lijks bekend. De gerechtelijke labo) nu
toria hebben de stof nog nooit vo
onderzoek aangeboden gekregep. la li
Amsterdamse narcoticabrigade ztsti
geen ervaring met de stof te hebbjet
„De Amerikaanse jeugd schijnt Péne
lekker te vinden, de Nederlandse blijng.
baar niet. Het is mogelijk dat ze Idit
hier morgen wel lekker gaan vindèial
Het is echter niet alleen een kweit o
van vraag, het lekker vinden, mqesii
ook van aanbod. Enige jaren geleder
was LSD hier zeer in trek, nu wol
het nauwelijks nog gebruikt. Hettal
verdrongen door heroine, dat ineens m
grote hoeveelheden op de ma|ou
kwam. Je hebt er geen enkele kijkr-
hoe de drugmarkt zich gaat ontwik)' b
len" x*1
Het Tweede Kamerlid voor de Vr^1
Dees, die samen met z'n collega NypK?'
onlangs vragen heeft gesteld over a° r
aantal stoffen die niet onder Pc*
Opiumwet vallen, vindt dat de ovim'
heid nieuwe ontwikkelingen op I P'
drugmarkt vaak te laat onderkrf®?;
„Bij de overheid gaat men ervan I Z,J
dat het steeds weer gaat om bekerf""
stoffen. Zodoende reageert men rr^d
alert genoeg op geheel nieuwe dru'gk(
Mogelijke nieuwe ontwikkelingen inj*al.:
drugmarkt moeten tijdig in de OpiuFSI
wet verwerkt worden." ',n
Gegevens van: Bio-wetenschap;
en Maatschappij.