WN HUS UIT T.H.-Delft op de bres voor midden-en kleinindustrie Eindeloze combinaties en zomermode mogelijk Mensen die het kunnen hebben leren om het te durven dragen NARCIS WIL NIET MET ANDERE BLOEMEN IN DE VAAS ONDERNEMERS ENTHOUSIAST OVER STEUN WETENSCHAP BINNENLAND LEIDSE COURANT DINSDAG 7 MAART 1978 PAGINA 12 Oversized mode in de sportieve sector. Jutekleurige blouson in linnenstructuur met groot wit ruitmotief en sterk contrasterende biezen, 30,- (C A). Modieuze interpretatie, soepel zijdeachtige jurk met Pierrotkraag met royale bloezende spencer. Jurk 98,-. spencer 55,-, onderrok 75,- (C A Nederland). Lieve kindertjes in lingeriejurkjes (rond 20,- C A) blousjes en bontgekleurde Caraïbische rokjes zijn ook present. Thema City (C A) sportief-klassieke combinatie: witte bloes op zeer wijde geruite klokrok. Heren- vlinderdasje.... Het aardige van de lente- en zomermode is dat je voor een dubbeltje op de eerste rang kunt zitten. Door eindeloze combinatiemogelijkheden kun nen een paar goede kleding stukken een garderobe opleve ren die er zijn mag. We kijken niet meer naar dessin op des sin, maar husselen de hele pot- pouri door elkaar en het resul taat is enig. Bovendien: alles mag, lange rokken, korte rok ken, lange broeken, bermu da's, harembroeken, nauw, wijd, bloesena, koker, splitten, tuniek, afzakmouwen, biezen, ruiten, bloemen, hessen, jak ken, ruimvallende jasjes, bla zers, teeshirts, ga maar door. En dit voor meneer, mevrouw en de kinderen. Behalve dan natuurlijk voor mannen die (nog) geen rokken dragen. Dit kledingstuk blijft voorlopig voorbehouden aan het vrouw- dom, maar in dessins en stof fen is er bijna geen verschil tussen masculin en feminin. Makkelijk, dan kan men nog eens ruilen met een vriend of echtgenoot Als hij groter of dikker is dan doet het er ook niks toe, want de mode is oversized; kleren moeten eruit zien of men erin zwemt. De kleuren zijn fel en specerij. Er is veel paprika, maar ook peper, zout, saffraan en kerry (met room); beeldig voor stre pen of ruitjes, ruiten en bloe metjes. Een te grote hemd- bloes met een klein ruitje op een wijde rok met een grote ruit en daarover een spencer maakt een up-to-date ensem ble Veel liefs Veel en wijd zijn de laagjes over elkaar, dun en soepel de stoffen, waarmee ludiek wordt gespeeld. Maar er is ook veel liefs aan te wijzen. Kant, bro derie en ajour voor het prille meisje dat onbespoten groente kweekt Maar ze mag ook best een introvert pakje aantrek ken of een pikanterig corselet topje met een frivole stroken- rok, die even korter is dan de daaronder huizende onderrok. Wordt het wat killer als ze de boontjes plukt, dan trekt ze er een blazertje of een pullover met ajour bij aan. In Wedg wood rose bijvoorbeeld. Of in lila, zalm dan wel maagdelijk wit. Door al die grappenmakerij en de aanpassing van de man aan de etherische trend van licht, luchtig, hoeft de zomergarde- robe niet zo duur uit te vallen. Het scheppen van eigen mode door de enorme keus in kle- dingstijlen, kan er ook wel eens een „oud" bloesje, een rok, een paar tweekleurige schoentjes 1930, een band- plooibroek door worden ge smokkeld, die in combinatie met een vestje, een strikje of een stropje een modieus effect geven. Enkele goede basis stuks en men vordert al een heel eind. Een wijde stroken- jurk met onderrok in felle kin derlijke kleuren is voor handi ge vingers gauw genaaid. In spiratie: Caralbisch gebied. Voor de kleintjes schattige pastelkleurige rokjes, gegar neerd met satijn, dunne jurk jes met strookjes, witte katoe nen bloesjes. Nee, moeilijk gaan we komend seizoen be slist niet doen. Tekst: Tiny Francis HADAC MAAKT VERKOOPSTERS WEGWIJS 100% katoenen overhemd met noppendessins, 42,90 (Elmi BV Leiden). Vlinderdas: Claudy, Am sterdam. Voor de avond.... De lief uitziende narcis is ei genlijk een lastig portret. Ze laat zich niet combineren met andere bloemen, hoewel we tot haar verontschuldiging moe ten zeggen dat ze niet expres onverdraagzaam is! In haar stengels zit een plantevocht, dat als slijm in het water vloeit wanneer ze in een vaas zonnig staat te zijn. Dit slijm is de dood van andere bloe men. Dus nooit narcissen sa men zetten met tulpen, serin gen of wat voor voorjaarsbloe menkinderen men ook in het hoofd mocht hebben. De Nar- cisus Hybride komt oorspron kelijk uit Turkije, maar wordt overdadig gekweekt in onze kassen. De bloemist houdt haar twee dagen droog (dat kan door de hoeveelheid sap in de steel), zodat de knoppen niet meteen uitlopen. Staat ze gelijk op water dan zijn de in een beschermend vlies gehul de knoppen aan het eind van de dag al geel. De consument heeft er dan korter plezier van. Narcissen moeten, pril ge kocht, zeker een week kunnen meegaan, vooral wanneer er in het (drink)water Chrysal voor bol- en knolgewassen wordt gestrooid. Natuurlijk moeten ze na aankoop met een scherp mesje worden afgesneden, zoals de meeste bloemsoorten. Behalve de Narisus Hybride, soms ook behalve met gele ook met oranje trompet ver krijgbaar, behoort tot de fami lie Paperwhite, ook een tros- narcis 3,95 per bos). Vroeg in het voorjaar kost een bos goede narcissen 4,95, maar met de week slaan ze af totdat ze in de maand mei voor maanden van de markt ver dwenen zijn. Omdat tegenwoordig uit een waanzinnig aantal uitvalshoeken kleren en accessoires bij elkaar worden gebracht stelt het vak van verkoopster in 1978 hogere eisen dan ooit. De vrouw kan dan ook alle kanten op, maar ze kan ook verschrikkelijke mis kleunen maken, zodat niet om aan te zien is. Om verkoopsters bewuster te maken van de nieuwe impulsen organiseerde de inkoopcombinatie HADAC voor de ca. 400 personeelsleden van de aangesloten 36 landelijke zaken met filialen in de goede Steeds lokte hij groepjes man nequins op het toneel van de grote Jaarbeurs Congreszaal om dingen te laten zien die in de verkoop zijn, maar vooral om zijn toehoorster te leren .mensen opnieuw aan te kle den". Weten voor wie wat gaat doen „Mode is een stuk werken en daarbij heb je informatie no dig! Leer mensen die het kun nen ook te durven!" De hele clou voor volgend seizoen. De verkoopster heeft tot taak zich rekenschap te geven van het feit dat ze de consument moet begeleiden en zowel man, vrouw als kind te leren plezier hebben in kleren Maat 46 is niet langer het ondergescho ven kind; vooral haar tal van mogelijkheden, maar geen wijdte op de heupen, zoals voor het tengere vrouwtje, dat de dunne bovenrok met han den in de steekzakken coquet kan optrekken zodat er twee draperieën ontstaan boven de dansende „onder"rok. Boven de maat 42 komt de wijdte lager aanwuiven. Jassen zijn in beweging. Liefst ongevoerd met Dolman-mouwen, die uit de taille komen, zodat alle bloeses er met gemak onder kunnen. Bij andere modellen kan nog een gilet (herenvest) over de mantel worden gedra gen, want we mixen met stij len, trekken ons niets aan van elegant en sportief door elkaar en vergeten wat we ooit over mode geleerd of gedacht heb ben. Stijlen en stoffen door elkaar roeren, katoenen rok met wol len spencer mag, van wollen jurk met katoenen ajour slip over als top ligt niemand wak ker en helemaal fantastisch is de glimmode voor topcoats in transparant plastic of gecoate glimmende regenjas (wit, ecru, roest, bruin). Kleren moeten glans hebben. Een wat'Gunt- her noemt „vervelende jurk". (confectie) middenklasse een tweedaagse Modemarkt in de Utrechtse Jaarbeurs. In goed opgezette kraampjes met kleren en bijkomstigheden zoals boeden, bijpassen de schoenen, espadrilles, petjes, scarfs, sokken en kousen voor Mix and Match, legde men aan bet einde van elke bijeen komst de deelneemsters een multiple choi ce-quiz voor met geniepige vraagjes over de wijze waarop stijlen aantrekkelijk door elkaar kunnen worden gehusseld. En wel ke vroeger nooit gecombineerde kleuren Mode in een notedop: Van alles wat. Hoeden en petten en damescor- setten De winkel van sinkel voor schoenen, shawls, touwcein- tuurs, tassen, corsages. Alles is bruikbaar. kan worden verkocht en ge dragen met een gaatjes-pull over (in ieder geval gestructu reerd, levendig breisel), een guitige baret, een blazer en een lange parelen ketting. Daarbij voor zijn "part lage, platte schoenen of een sandaal met een naaldhak. Er ontstaat spelenderwijs een totaal crea tie die helemaal up to date is omdat met alle strenge wetten gekleed bij gekleed, sportief bij sportief - en ga maar door - radicaal is gebroken. De stij len, die in de pet gegooid mo gen worden, onderscheidt kunnen thans worden samengevoegd, zoals bijvoorbeeld een cocktail van ver schillende nuances wet en bruin, vroeger taboe in één stelletje. Nu chic! Aan de manifestatie verleende medewerking het Internationaal Wolsecretariaat, het Neder lands Katoeninstituut en de altijd vrolij ke, hupse mode-coördinator Gunther Frank van de Ned. Vereniging Confectie Industrie, die een instructieve en aan schouwelijke inleiding gaf. Günther Frank in lingerie (ajour, kant), Tailor made. Ac tive sport (veel marine met wit), Style Paysan (aanleunend tegen folklore). In de College look bijvoorbeeld: sportief manneoverhemd, klassieke rok, grote tas, pet. Daarbij de 'trui van een vriend om de schouders geknoopt, maar wel zo dat er goede valling in zit. Accessoires maken de dienst uit, hamert Günther Frank zijn gehoor in. Enorme tassen van touw, stro, enveloptassen van zilver, goud, lak, maar ook loeien van schouder- en goudkleurige boodschappentassen, die stuk voor stuk bij alle stijlen een goed figuur maken. Saltomor- tales in de mode, die een ver bluffend combinatievermogen tentoon spreiden. Men moet echter weten wat men doet, i.e. wat men de mensen aanraadt met en bij elkaar te dragen. Een der geheimen, rokken in blousestoffen, waarop bloe mentuinen bloeien of die uni van kleur, gillende randdes- sins vertonen. Dun, dunner, het dunst over en boven el kaar. Dunne stoffen kan men de enige vuistregel voor 1978 in de mode noemen. Ook de etaleur werd bij de informatie betrokken. Voor hem de op dracht het publiek te laten zien hoe je door een paar handgrepen met de wijdte een klassieke jruk kan veranderen in een coquette of een saaie japon opfrissen met in de roos geschoten accessoires en in combinatie met nooit gedacht materiaal. Pink, Punk en Plas tic in modische liflafjes. Een spannend spelletje spelen met een petje of een hoedje. Want dit is-het grote nieuws! Het hoofddeksel is terug. Een slag schip met omtrek van 30 cm naast een Chaplin hoedje of het beknopte stro van Cheva lier. Tiny Francis DEN HAAG De ondernemersorganisa ties NCW en VNO zijm zeer enthousiast over de plannen van de Technische Hoge school in Delft om tot een verbeterde door stroming te komen van het wetenschappe lijk kennen en kunnen naar de industrie. „Zonder twijfel kunnen deze maatregelen tal van kleine en middelgrote bedrijven erg ten goede komen", aldus secretaris drs. P. de Bekker van het VNO. „Met name op de aanstelling van verbindingsfunctionarissen wetenschap/industrie en op maatregelen om wetenschappers te stimuleren zelf bedrijf jes op te richten, wordt door ons al enige tijd aangedrongen. Dat de TA Delft nu op niet al te lange termijn spijkers met koppen wil slaan, stemt ons bepaald verheugd." NCW-secretaris W.A. Zuidhof reageert met zo mogelijk nog meer voldoening: „Hard- stikke goed. Voor het gezond maken en houden van onze economie zijn we in de toekomst immers voornamelijk afhankelijk van de kleine en middelgrote industrie." Warm pleitbezorger in Delft van het meer op de praktijk afstemmen van de T.H.-acti- viteiten is de hoogleraar in de technische natuurkunde, prof. ir. B. Veltman. „Op dit moment", zo licht hij de plannen toe, „biedt niet meer dan 10% van het aan de T.H.'s in ons land verrichte onderzoek uitzicht op directe toepassing in de praktijk. En met „direct" bedoel ik dan een periode van ongeveer vijf jaar. Een percentage van 25 lijkt gezonder. Daarbij zou dan nog 25% overblijven voor onderzoek dat op middel lange termijn tot industriële toepassingen kan leiden en 50% voor theoretisch weten schappelijk onderzoek. Bij een dergelijke verschuiving zou enerzijds de industrie erg gebaat kunnen zijn terwijl anderzijds de doelstelling van een T.H. die moet zorgen voor goed onderzoek èn goed onderwijs niet wordt aangetast." Dat men "bij uitbreiding van de „direct toepasbare research" voornamelijk denkt aan de kleine en middelgrote industrie ver klaart prof. Veltman niet alleen uit de essen tiële betekenis van deze bedrijfstak voor onze economie maar ook uit de omstandig heid dat TNO zich voornamelijk richt op de grote industrie in ons land. „Eigenlijk", zo verklaart prof. Veltman, „is TNO, de organi satie voor Toegepast Natuurwetenschappe lijk Onderzoek, natuurlijk de bij uitstek aangewezen instantie om te zorgen voor doorstroming van wetenschappelijke kennis naar de industrie. De grote zowel als de kleine. In de praktijk is TNO zich echter vrijwel uitsluitend gaan richten op de grote industrie. Gegeven nu het fëit dat wij als T.H. ons in meerdere mate willen richten op de praktijk, ligt het ook om die reden voor de hand dat we ons vooral op de kleine en middelgrote bedrijven gaan richten." Voor het in de praktijk samenbrengen van het wetenschappelijk potentieel en de be hoeften van de ondernemingen denkt men op de T.H. aan een constructie waarbij vertegenwoordigers van het bedrijfsleven voor kortere of langere termijn binnen de hogeschool gedetacheerd worden. In samen werking met aan de TH. verbonden weten schappers en studenten en met gebruikma king van de technische outillage in Delft kunnen ze dan werken aan voor hun bedrijf belangrijk onderzoek. Een en ander tegen vergoeding van de kostprijs. Probleem hierbij is natuurlijk hoe een goede communicatie tussen wetenschap en indus trie tot stand te brengen. De hogeschool moet bij het opzetten van research-projecten immers weten waar de behoeften van het bedrijfsleven liggen en de ondernemingen moeten weten met welke problemen ze wèl en met welke ze niet bij de wetenschappers kunnen aankloppen. Hiervoor is nu de fi guur van verbindingsfunctionaris bedacht, die officieel wordt aangeduid als „liaison-of- ficer". Deze dient voeling te houden met zowel de industrie als de wetenschap om zodoende research-vraag en research-aan- bod bij elkaar te brengen. Tevens zou hij moeten optreden als contact-persoon naar de overheid. „Binnen een jaar willen we met dergelijke liaison-officers een proef nemen", zegt prof. Veltman. „Op den duur zou volgens mij elk van de drie TH's in ons land en daarnaast ook elke universiteit die veel aan natuurwe tenschappelijk onderzoek doet, een stuk of vijf van deze functionarissen m dienst moe ten hebben." Een eerste aanzet voor realisering van het derde onderdeel van het „help-de-industrie"- plan, stimulering van wetenschappers om zélf bedrijfjes op te richten, moet naar het oordeel van de hoogleraar al binnen zes maanden gegeven worden. „Er lopen in Delft", zo weet hij uit eigen waarneming voldoende wetenschappers rond die erg veel zin hebben om zelf een bedrijf van de grond te tillen en daartoe door hun aan de T.H. vergaarde kennis ook zeker in staat geacht moeten worden. Daarbtf moet je denken aan hoogwaardige kennis-industrie. Bedrijfjes bijvoorbeeld die zich bezighouden met on derwater-technologie, recycling-processen of materiaalkunde. Erg groot moet je je die ondernemingen niet voorstellen. Per firma zal het aantal arbeids plaatsen tussen de vijf en de tien liggen. Maar gezien de in de toekomst steeds toene mende afhankelijkheid van onze economie van de kennisindustrie mag het belang hier van toch bepaald niet onderschat worden. Mijn schatting is dat er per jaar zo'n vijl vindingen aan de T.H. worden gedaan die zich ertoe lenen om er een bedrijf op te grondvesten. Wees nou eens pessimistisch er; stel dat de helft van die ondernemingen J mislukt, dan heb je er in een tijdsbestek var vijf jaar toch altijd nog 125 arbeidsplaatseri bij." I Niet alleen de T.H. is overigens betrokken, bij dit plan om tot een verlaging van de ondernemersdrempel voor wetenschappers te komen, maar ook de gemeente Delft D< bedoeling is dat de T.H. zorgt voor de technisch-wetenschappelijke begeleiding ir de beginfase en dat de gemeente behulp zaam is bij het zoeken naar bedrijfsruimte en de aanvraag van alle benodigde vergun- man op de uitgebreide subsidieregelingen die de overheid op dit gebied kent. „Niet meer dan de helft van het benodigde kapi taal hoeft van de banken te komen", besluit hij, „dus volgens mij moet het allemaal echt kunnen." Willem Scheer IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIII iiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiniiiii

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 12