Bourgognewijnen in gedegen boekvorm Bewogen kerstboodschap van dr. Philip Potter Over mensendie naar zichzelf op zoek zijn kerk wereld In bejaarden tehuis wordt ontspannen met de dood geleefd ilNNENLAND LEIDSE COURANT WOENSDAG 14 DECEMBER 1977 9 nke Dragt: Staatsprijs 1977 voor Jeugdliteratuur Ja. dat heb ik ook. Miep Diekraann zei dat van dat ik in mijn boeken altijd bezig ben met de ns, die naar zichzelf op zoek is. Trouwens, ik heb I geschreven over het element van de twceling- itr, zelfs over een jongen die zich als tweeling grdeed. Ik had hem duidelijk twee persoonlijkhe- gegeven. Is het overigens niet zo, dat iederéén laat uit verschillende persoonlijkheden cn wel »r dan twee? Geloof ik vast". Aldus Tonke Dragt, de Staatsprijs 1977 voor jeugdliteratuur is toege- d, zoals bij deze prijs gebruikelijk voor haar hele vre. De uitreiking hiervan is morgen in het agse Appeltheater om half vier 's middags; demis- oair-minister Van Doorn zou zich hiermee alsnog len belasten. nke: „Nou ja, kijk; natuurlijk ben ik wel een beetje Is, ik ben ook maar een mens, maar toch ook weer zo héél trots. Het is leuk, je krijgt 'm maar eens je leven en voor die Staatsprijs ben ik nog rekkelijk jong. Nietwaar, je moet al een heel uvre hebben en ik ben pas laat met schrijven gonnen. Bovendien die drukte; bedelbrieven krijg maar ook erg aardige. Er zijn uitgevers die je leger lieten links liggen, maar zich je opeens finneren; je wordt gevraagd lezingen te houden, moet een antwoord voorbereiden op de toespraak i Van Doorn hoewel ik niet eens weet wat de man it zeggen en reken maar dat ik er goed zenuwach- TONKE DRAGT - STAATSPRIJS 1977 tig van word. Ach ja, ik maak er wel wat humoris tisch van en heel kort, want niemand komt naar die uitreiking om te horen wat ik nou over jeugdlitera tuur te vertellen heb. Ze komen voor Henk van Ulsen die een verhaal gaat voordragen met dia's van teke ningen die ik heb gemaakt en natuurlijk komen ze voor het drankje en de hapjes na afloop van dat plechtigs. Maar niet voor mij. Leuk hoor, zo'n prijs. Maar ik heb al wèl een nieuwe jurk gekocht". Oeuvre Tonke Dragt, die zich met vrij grote regelmaat tegenspreekt wanneer zij zich wil herinneren wan neer zij begon te schrijven „Want eigenlijk ben ik lerares tekenen, ik illustreer mijn boeken ook zelf" heeft niettemin een redelijke hoeveelheid titels op haar naam, waarvan een opmerkelijk aantal voor bekroning in aanmerking kwam. Haar tweede boek al „De brief voor de koning" werd in 1963 bekroond als „het beste kinderboek van het jaar", vergelijkbaar met de Gouden Griffel die toen nog niet bestond. Dit boek verscheen na haar debuut m 1961 met „De verhalen van de tweelingbroers". Vervolgens schreef Tonke Dragt, behalve voor jonge kinderen „De blauwe maan", uitg. Thieme, „Gehei men van het wilde woud", „De zevensprong", „Toren hoog en mijlen breed" en ten slotte „De torens van februari". Onlangs verscheen de bundel „Water is gevaarlijk" bij uitgeverij Leopold, waarin Tonke ver halen, fragmenten uit boeken en gedichten bundelde die alle betrekking hebben op water en het gevaar ervan. Deze bundel is minder „eigen werk" van Tonke Dragt, maar wel duidelijk behorend bij haar oeuvre. De wijze van samenstelling, de opbouw en rangschikking komen voort uit het zelfde systemati sche, analytische brein van Tonke waarmee zij haar voorgaand werk schreef, overvloedig gekruid met de scherpzinnige fantasie die haar eigen is. Jeugdliteratuur Tèrecht is aan de Staatsprijs de ondertitel „Jeugdli teratuur" gegeven, een benaming die nog niet zo heel lang bestaat, omdat het genre, literatuur voor jonge re lezers van 14 tot 20 jaar ongeveer, pas de laatste jaren een opmerkelijke groei te zien gaf. Voor deze leeftijdsgroep schrijft Tonke Dragt voorna melijk, al kan daaraan worden toegevoegd, dat deze „jeugdliteratuur" ook heel goed door volwassenen kan worden gelezen. Ten onrechte wordt „jeugdlitera tuur" doorgaans in de hoek van het kinderboek geschoven en wordt eraan voorbij gegaan, dat er sprake is van literatuur die óók door jeugdige lezers kan worden gelezen. „De torens van februari" was daar een gaaf voor beeld van Tonke: „Ik vond dat zelf ook het beste wat ik tot dusver heb-geschreven" en ook de laatste y Inkt-illustratie uit „Water is gevaarlijk". bundel „Water is gevaarlijk" gaat het bevattingsver mogen van het jonge kind verre te boven. In beide boeken stoeit Tonke met begrippen als relativiteit en de zoekende mens. Bovendien maakt zij scherp be wust gebruik van letterkundige elementen; sprookjes- gegevens worden omgedraaid waardoor een nieuw en gaaf verhaal ontstaat. Verklaringen van visioenen die doorgaans pas later worden verklaard komen bij Tonke vooraan in het verhaal te staan en zo werkte deze schrijfster verwoed door, tot zij een oeuvre verzamelde dat terecht de Staatsprijs 1977 verdiende. Precies De werkwijze van Tonke Dragt is heel precies van constructie. Tonke: „Onopvallend. Het is als met de sprookjes van Andersen, die je kan lezen als een goed verhaal, maar je kan er ook de dubbele bodem uit halen, de onderstroom van gedachten en symbo len". In „De torens van februari" heeft Tonke Dragt het thema „op zoek naar jezelf' tot alle dubbele bodems uitgespit. In dit boek is een jongen elke vorm van geheugen kwijt en moet hij begrip voor begrip op nieuw met het leven en met zichzelf kennisma ken. Tonke: „Ik ben linkshandig en daarvan heb ik in dit boek gebruik gemaakt. Ik heb het eerst geschre ven in de hij-vorm, later heb ik hem een dagboek laten schrijven. Daarvoor heb ik een notitieboekje (Van onze correspondent) De „De is bovenal een wijn streek; een van de beroemdste ter wereld, tegelijk buitenge woon complex en zeer com pleet". Deze kwalificatie'geeft de schrijver (en wijnkenner) i Hubert Duijker van de vijf dis- tieten, die samen het tegen- wordige wijnbouwgebied Burgogne in Frankrijk vor- Over dit noordelijkste van de grote rode-wijngebieden heeft Duijker een even voortreffelijk leesbaar als gedegen boek ge schreven, dat als titel meekreeg „De grote wijnen van Bourgog ne". (Een Spectrum-uitgave.) En..Duijker zegt het reeds in het begin van zijn boek: behalve tameuze rode worden in dit rijnbouwgebied, dat zo'n 35.000 hectare omvat, eveneens voor treffelijke witte wijnen voortge bracht. Zoals gezegd, Hubert Duijker heeft een zeer leesbaar en tege lijkertijd kwalitatief uitstekend boek geschreven. Desondanks doet het boek wat wanordelijk aan. Dat komt voornamelijk door de toegepaste lay-out. We liswaar past het hierdoor ontsta ne, wat chaotische (pagina)beeld wellicht uitstekend bij dit inge wikkelde en in duizenden wijn gaarden er zijn liefst 49.000 wijnboeren in Bourgogne ver kavelde wijnbouwgebied, de le zer kan er de draad gemakke lijk bij kwijt raken. Soms zijn de pagina's een wat wilde colla ge van (los gemaakte) foto's, die soms nog van een chamois-toets zijn voorzien. Die collages be slaan soms ook meer dan één pagina, waarbij dan het strakke patroon dat over het algemeen de bovenste helft van de pagi na's beheerst, doorbroken wordt. Trouwens, het aangedra gen foto-materiaal is wat al te overvloedig, waardoor het be kende „overdaad schaadt" op geld gaat doen. Voor de rest kern men alleen maar lof en bewondering heb ben voor dit boek en de auteur, die dit jaar door de Franse rege ring werd benoemd tot Cheva lier de l'Ordre du Mérite Agrico- le, terwijl hij drie jaar geleden de „slijtersring" ontving voor zijn publikaties over wijnen. Te prijzen is in elk geval dat Duij ker zich in zijn boek over de Bourgognewijnen niet heeft ver loren in vakjargon en in weinig of niets zeggende superlatieven. Nee, hij geeft veel informatie, waarbij hij de lyriek af en toe om de hoek laat kijken. Zo luidt zijn karakteristiek over de Bourgognewijnen: „Juist de be ste rode Bourgognes hebben een onmiskenbare elegance, een be paalde gratie en juist géén over dosis aan alcohol, waardoor ze meer kunnen lijken op een zach te, gulle Bordeaux la Saint- Emilion of Pomerol dan velen zouden vermoeden". Geen „pas toorswijnen" dus, maar wijnen met een aimabel, begrijpelijk karakter, waarvan het bouquet je als het ware uit het glas tegemoet stuift. U ziet: klare, begrijpelijke taal, maar toch zo „geladen" dat je de liefde voor wijn er bij proeft. (Duijker schreef trouwens ook een dergelijk boek over de grote Bordeauxwijnen). Niet alleen gaat de auteur uitvoerig in op de vinificatie en de technieken, die hierbij gebruikt worden, ook de classificatie en wetgeving van de Bourgognewijnen passe ren de revue in zijn boek. Met name besteedt Duijker aan dacht aan de situatie van direct na de Tweede Wereldoorlog toen het algemene kwaliteits beeld van de Bourgognewijn stevige klappen opliep. Duijker geeft aan welke maatregelen de Fransen hebben getroffen het beeld weer recht te trekken, ter wijl hij verder de etikettering van de flessen oh, zo belang rijk voor de Nederlandse wijn drinker, die een zeker snobisme op dit stuk van zaken niet hele- Amsterdam ANP De voortdurende nabijheid van de dood bedrukt bewoners van bejaardenhuizen min der dan vaak wordt gedacht. Van een gespannen verdringen van de dood is in bejaardenhuizen geen sprake. Tot deze conclusie komt dr. Jan Matse (52) uit Hilversum na een twee jaar durend onderzoek in een bejaardenoord. Matse promoveert vrijdag op dit on derzoek aan de Vrije Universiteit in Amsterdam tot doctor in de sociale wetenschappen. Matse kwam na zijn onderzoek tot de conclusie, dat de bewoners van bejaardenhuizen weliswaar weinig praten over de dood, maar niet „koste wat kost elke confrontatie met de dood mijden". De bejaarden bezoeken bijvoorbeeld zonder grote problemen rouw diensten in hun tehuis. „Wel kunnen afzonderlijke bewoners het tijdelijk te kwaad hebben met de dood en onder bepaalde omstandigheden kan de gehele sfeer in een tehuis voor korte tijd bedrukter worden", schrijft Matse. Hoewel bejaarden dus minder moeite hebben met de dood dan verwacht, beveelt dr. Matse toch aan de bewoners van bejaardenhuizen zo voorzichtig moge lijk over het onderwerp dood te benaderen. Ook het personeel in bejaardenhuizen dient naar de mening van de promovendus beter met het verschijnsel dood te kunnen omgaan. Dat geldt met name voor jonge bejaardenverzorgers, aldus Matse. gekocht, zoals die jongen gebruikt zou kunnen heb ben, om vanuit ervaring te kunnen schrijven. Kijk, die jongen wordt op een gegeven moment verliefd en dan schrijft hij geen vellen vol in zijn dagboek, dan heeft hij zijn gedachten bij dat meisje. Als hij later in die flat zit opgesloten, heeft hij natuurlijk meer tijd dus laat ik hem voor dat boek veel meer opschrijven. Het eindigt, zoals in mijn meeste boeken, met een aantal open eindjes. Een boek hoeft niet zo af te zijn; laat de lezer ook maar eens wat doen". Tekeningen Als lerares tekenen kent Tonke haar mogelijkheden en ook de bundel „Water is gevaarlijk" is door haar geïllustreerd met tekeningen in zwart-wit, waarbij de schrijfster gebruik maakt van inkt op fotomate riaal; de inkt wordt naar believen weggesponst, gewreven of gepend. Een hele klus, zoals het schrij ven een hele klus is. Tonke: „En nu heb ik dus de Staatsprijs. Ik ga ze vertellen, dat ik geen voorstander ben van hokjes geest. En verder.Nee, dat verklap ik niet. Het is een drukke tijd, aan schrijven kom ik nu niet toe Daarom praat ik zo veel. Maar de mensen zijn aardiger geworden, de vuilnisbak wordt voor me buitengezet Allemaal door die Staatsprijs". Een rijkdom aan druiventrossen, bestemd voor kwaliteitswijn. maal ontzegd kan worden onder de loep neemt. In het boek zijn de fotootjes opgeno men van een dikke 500 etiket ten, waarvan de wijn door Duij ker is geproefd. Vanzelfspre kend geeft hij uitleg van de meest voorkomende termen. En dan begint Hubert Duijker aan zijn tocht, die hem langs honderden wijngaarden voert, hem laat praten met de echte „Bourguinons", en die hem tal rijke handelshuizen doet bezoe ken. Niet alleen komt hij terecht in het beroemde Clos de Vou- geot en bij de wijnboeren in Pommard. Duijker neemt ook een kijkje in minder bekende kelders, waar hij fraaie ontdek kingen doet. Kortom: „De grote wijnen van Bourgogne" is een gebied van wijnen en die dat navenant kan verwoorden. „Voor hen was geen plaats in de herberg". Rond deze tekst uit het Lucasevangelie heeft de secretaris-generaal van de Wereldraad van Kerken, dr. Philip Potter, zijn kerstbood schap voor 1977 bekendge maakt. Het is een voortdurende para dox, dat we met Kerstmis de nadruk leggen op overdadige vrijgevigheid en gastvrijheid, terwijl de geboorte van onze heiland, Jezus Christus, be-' paald niet in vrijgevigheid en gastvrijheid plaatsvond. In fei te weerspiegelt zijn geboorte het lot van miljoenen mensen in de wereld van vandaag, al dus Potter „Geen plaats m onze wereld voor de veertig procent, de armsten in de arme landen, die genegeerd worden en ach tergelaten om te rotten en ster ven. Geen plaats vaak voor mensen omdat zij zwart of geel Zijn, of omdat zij gastar beider of vrouw zijn". Geen plaats, aldus Potter, voor mensen die ingaan tegen de stroom van hun stuurloze sa menleving, die gedomineerd wordt door egoisme, voor hen die zich verzetten tegen onder drukking, voor miljoenen da kloze vluchtelingen, voor een zamen, bedroefden, mislukke lingen, gehandicapten, oude- En zo kan de lijst langer ge maakt worden van mensen, die uit de herberg gegooid of gehouden worden en alleen nog maar in de stal terecht kunnen. Maar zelfs de stal in Bethlehem was nog gastvrij vergeleken met onze moderne stallen. Voor al deze mensen betekent de boodschap van het Kerstfeest, dat Christus kwam om zich met hen te vereenzelvigen, aldus Potter. Hij spreekt de hoop uit, dat deze Kersttijd „ons opnieuw zal oproepen om Gods heerlij ke zaak op te vatten van be vrijding en vrede in gerechtig heid en samenleving voor en met allen, die zich in de stal bevinden". Dissident in Sovjet-Unie kerkelijk gehuwd Generaal Pjotr Grigorenko (70) en zijn vrouw Zinaida (68) hebben, voordat zij voor een bezoek aan de Verenigde Staten uit de Sovjet Unie vertrokken, hun huwelijk kerkelijk laten inzegenen. Zij waren al vijfendertig jaar burgerlijk gehuwd. a Volgens het persbureau AFP is dit gebeurd in de woning van Gngorenko door de priester Dimitri Dudko, die erom bekend staat, vele atheisten tot het geloof te brengen. Hij ondervindt dan ook aanzienlijke moeilijkheden. Gngorenko was als overtuigd atheist een van de leidende marxistische dissidenten. Aan het begin van de jaren zestig viel hij in ongenade, vanwege zijn kritiek op het marxisme. Hij stelde zich ook achter de „Praagse lente". Hij werd daarna zes jaar in psychiatrische inrichtingen opgesloten. Zijn bekering tot het christendom en zijn kerkelijk huwelijk heeft ook zijn vrienden in binnen- en buitenland verrast. Het wordt gezien als een nieuw teken voor de christelijke vernieu wing, die in de Sovjet Urne zich juist onder atheisten voordoet. KORTE METTEN Op verzoek van paus Paul us is de Frans-Canadese bisschop Edouard Gagnon een onder zoek begonnen op de pauselij ke Lateraanse universiteit, waar een theologische strijd gaande zou zijn tussen conser vatieven en progressieven. De eersten zouden de laats ten, onder wie de deken van de theologische faculteit prof. M. Bordoni en de moraaltheoloog prof. A. Molinaro, uitmaken voor heidenen en vrijnetse- laars. De universiteit telt on geveer duizend studenten. Voor de eerste keer in de ge schiedenis van de Verenigde Staten heeft een priester de rang van gezant gekregen. Pa ter Theodore Hesburg, presi dent van de Notre Dame-uni versiteit in Notre Dame/India na werd dat, omdat hij in 1979 de Verenigde Staten zal verte genwoordigen bij de conferen tie van de Verenigde Staten voor wetenschap en ontwikke lingstechnologie. De pauselijke commissie voor Gerechtigheid en Vrede (Jus- titia et Pax) moet zich vooral bezighouden met bet pro bleem van het geweld in de huidige wereld, dat de grond slagen van de menselijke sa menleving ondermijnt Paus Paulus zei dit bij een aüdien- tie van deze commissie. Als verdere taken noemde de paus de bescherming van de rech ten van de mens, met daarbij het opkomen voor de vrijheid van godsdienst De commissie werd in 1967 opgericht en vo rig jaar december verheven tot zelfstandig orgaan van de curie. President van de vie rentwintig leden tellende commissie is de curiekardi naal Bernard in Gantin. Vrijwilligers uit twintig landen hebben dit jaar deelgenomen aan hulpacties van de Interna tionale Bouworde in meer dan vijftien landen. Doel van deze internationale lekebeweging is steun aan hulpbehoevenden via bouw- en herstellingsacti viteiten. De antiquiteitenwinkels in de grote Italiaanse steden bevat ten veel gewijde voorwerpen, die zijn gestolen of onder hands verkocht voor veelal lage prijzen. Een groep Ita liaanse leken heeft nu beslo ten een „comité voor bet te rugvinden van gewijde voor werpen" op te richten. Doel is verspreiding of profanatie te gen te gaan of reeds verkoch te voorwerpen terug te kopen en weer voor hun oorspronke lijke doel te bestemmen. Echtscheiding struikelblok in overleg van kerken Tussen de hervormde kerk, de Lutheranen en de r.k. kerk bestaat vrijwel algehele overeenstemming over het huwe lijk, maar niet over de pastorale behandeling ervan. Aldus blijkt uit het rapport, dat een studiecommissie van de drie kerken in Geneve heeft uitgebracht In dat rapport, dat aan de leiding van de drie kerken is toegezonden, zegt de commissie, dat er nagenoeg overeen stemming is bereikt voor wat betreft de theologische aspecten van het huwelijk. De theologie van het huwelijk en de kwestie van het gemengde huwelijk vormden de voornaamste stu dieobjecten van de commissie. De echtscheiding is echter een struikelblok gebleken. Daar over kon de interkerkelijke studiecommissie geen overeen stemming bereiken. De commissie merkt hierover op, dat het beter is het feit te erkennen, dat „onze pastorale opvattingen op dit punt uit elkaar bleven lopen en misschien zelfs onverzoenbaar schijnen te zijn". DPR van Utrecht vraagt inspraak rapportage paus De Dioceasane Pastorale Raad van het aartsbisdom Ut recht heeft kardinaal Wille- brands gevraagd of de rappor tage aan de paus niet geza menlijk door bisschop en zijn raad opgesteld had kunnen worden en derhalve openbaar zou zijn geweest De raad stelde deze vraag naar aanleiding van het be zoek van de Nederlandse bis schoppen aan Rome. Volgens kardinaal Willebrands bevatte het rapport geen geheime ge gevens over het bisdom en wa ren de hoofdlijnen terug te vinden in zijn toespraak aan de paus. De kardinaal zegde toe dat in de toekomst de raad om advies gevraagd kan wor den over de inhoud van deze rapportage aan de paus. Over de kinderbiecht zei de kardinaal dat niet meer de weg „terug naar vroeger moest worden bewandeld. Hij zag meer mogelijkheden in een kindergodsdienstonder- richt rond vergeving en ver zoening. Over de opmerking van de paus over het seminarie dat geen ander dan een „Rolduc" kon zijn, merkte de kardinaal op dat hij dit als pijnlijk had ervaren, omdat de paus hier een punt aanroerde waar het volgens de kardinaal aan een heid heeft ontbroken bij de Nederlandse bisschoppen. Hij voegde eraan toe dat Rol duc een afgerond geheel is waarover gemakkelijker een oordeel te vellen is dan over de andere opleidingscentra die nog in ontwikkeling zijn. Met deze centra met name KTHU en ATO zijn dan ook intensie ve gesprekken gaande. Pleidooi paus voor hulp aan opbouw Vietnam „Wat is dat voor menselijk heid, wanneer de aandacht van de wereld, die eens helemaal op Vietnam was gericht, na het einde van de oorlog zich op andere gebieden en problemen gaat richten? Alsof de we reld de aanzienlijke verlie zen, de verwoestingen en de algehele verpaupering, die het Vietnamese volk van het vreselijke conflikt heeft overgehouden, verge ten is?" Deze vraag stelde paus Paulus tijdens de audiëntie voor de aartsbisschoppen van Hanoi en Ho-Tsji-Minh- stad (voormalige Saigon), de kardinalen Trinh Nhu Khue en Nguyen Van Binh, en de plaatsvervangende aartsbisschop van Hanoi, Trinh Van Can. De paus riep de internationale ge meenschap op het Vietna mese volk bij de wederop bouw van het land „beter en duurzamer te steunen". Bij voorkeur moet de hulp aan Vietnam de landbouw en de gezondheidszorg en de kinderen en jeugd ten goede komen. Ook moet zij gebruikt worden voor tech nische ontwikkeling en be roepsopleiding, aldus de paus. Hij herhaalde de oproep, gedaan tijdens de bisschop pensynode, aan de wereld lijke leiders om de kerk bij het vervullen van haar op dracht de vrijheid te laten. De kerk, vraagt geen voor rechten. aldus de paus, maar wil ook niet op welke wijze dan ook gehinderd worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 9