zSterke twijfels R3H wterne verdeeldheid te groot verzoening op congres Zuidmolukkers a •Qaader Meinhof-advoeaat van dromen overgegaan tot daden? 6 Justitia et Pax: Rijkdom zee allereerst voor arme landen KORTE METTEN Godsdienst in Sovjet-Unie heeft toekomst ^NNENLAND/BUITENLAND LEIDSE COURANT/' WOENSDAG 10 AUGUSTUS 1977 PAGINA 11 PJE (Van onze parlementaire redactie) yp. DEN HAAG Alle tekenen wijzen erop "dat op bet congres dat de Badan Persa- tuan. de Zuidmolukse Eenheidsbeweging, Ei dit weekeinde in Assen houdt, een harde confrontatie zal plaatsvinden tussen de president van de Zuidmolukse regering-in- f 9 ballingschap ir. Johannes A. Mannsama (67) en zijn opponenten. Hoewel velen, vooral jongeren, zijn aftreden eisen, lijkt het uitgesloten dat de bejaarde RMS-presi- dent zijn ambt ter beschikking zal stellen. „Zolang de meerderheid van bet Molukse volk zowel op de Molukken als in Neder land, zich niet voor mijn heengaan als president uitspreekt blijf ik aan", aldus ir. Manusama die zich zeer nadrukkelijk beroept op de opdracht van zijn voorgan ger mr. dr. Chr. Soumokil om de strijd voor een vrije republiek van de Zuid-Mo- 1 ukken voort te zetten. Binnen de Zuidmolukse gemeenschap in Nederland ongeveer 32.000 personen sterk beseft iedereen dat er structureel wat moet veranderen. De interne verdeeld heid is groot en het wemelt van de commu nicatiestoornissen. De tragische gebeurte nissen van mei en juni hebben opnieuw aangetoond hoe belangrijk het is dat er een hechte eenheid tot stand komt. Het congres in Assen zou de zo vurig gewenste verzoe ning tot stand moeten brengen, maar de kans daarop lijkt minimaal te zijn, men is de laatste jaren te ver uit elkaar ge groeid. Ook ir. Manusama beseft dat structurele veranderingen noodzakelijk zijn. Hij is te ver van .zijn' mensen komen te staan en wordt door zeer velen niet meer be schouwd als symbool van de eenheid van het Molukse volk. Pijnlijk voor hem is dat hij ook extern niet meer gezien wordt als ,de' woordvoerder van de Molukkers in Nederland. Vervulde hij bij de gijzelingen van december 1975 nog een bemiddelende rol, tijdens de periode van de gijzelingen van dit voorjaar bleef hij geheel op de achtergrond. Manusama heeft aangekondigd dat zijn kabinet zal aftreden. De ministers die met Manusama deel uitmaken van het kabinet de heren Lokollo (vice-president), Riria- sa, Latumahina, Tutuhatunewa en Nikilij- uw zullen hun portefeuilles ter beschik king stellen. De president vindt dat zijn' kabinet verjongd moet worden, maar hij kan nog niet zeggen wie de openvallende plaatsen zullen innemen. Het is dan ook vrijwel uitgesloten dat hij op het Asser congres de nieuwe samenstel ling van zijn kabinet zal bekendmaken. „Daarvoor heb ik nog te weinig tijd ge had", aldus de president Manusama wil ook enkele structurele wij zigingen gaan aanbrengen, die moeten be vorderen dat de communicatie binnen de Molukse gemeenschap verbetert. Het be langrijkste plan betreft de oprichting van een forum voor politiek overleg, een Badan Perembuk Politik. Dit forum wordt opge bouwd vanuit een beperkt aantal regionale forums waar iedere Molukker zijn zegje kwijt kan. Deze regionale raden kunnen alles wat zij de moeite waard vinden door geven aan de nationale Badan Perembuk Politik die een adviserende taak krijgt ten opzichte van het kabinet Ir. Manusama hoopt hierdoor een structuur te realiseren waardoor communicatiestoornissen, die thans zo welig tieren, aanzienlijk minder zullen optreden. Het is zeer de vraag hoe het congres van de Badan Persatuan op dit plan zal reage ren. Men zou immers kunnen stellen dat de rol van de Badan Persatuan door de oprichting van de Badan Perembuk Politik aanzienlijk gereduceerd zal worden. Tot dusver hield de Badan Persatuan zich mede met politieke zaken bezig, maar deze zullen nu aan de nieuwe raad toevallen. De Badan Persatuan werd in 1962 opge richt door ds. Samuel Metiary die nog steeds als voorzitter optreedt. Ds. Metiary wilde toen de vele sinds 1951 ontstane Molukse clubs, verenigingen etc. in een grote eenheidsbeweging opnemen. De le den werden en worden gekozen via de circa 55 Zuidmolukse woonwijken in ons land, waardoor een enigszins representa tief geheel ontstond. Onduidelijk is echter wat de echte invloed van de BP is. Ten aanzien van de samenstelling van het kabi net is die invloed van geen enkele beteke nis, omdat Manusama van mening is dat een kabinet-in-ballingschap niet gekozen pleegt te worden. De betekenis van uitspra ken van de BP voor het kabinetsbeleid is betrekkelijk, de president van de RMS ziet de BP bepaald niet als echt parlement Door dat gebrek aan invloed is de belang stelling van de Molukkers in de woonwij ken ook aanzienlijk afgenomen. Als Manu- sama's plan om een nieuwe raad op te richten uitgevoerd wordt zal de betekenis van de BP nog verder afnemen omdat deze zich dan niet meer met echt politieke zaken zal kunnen bezighouden. De plannen van Manusama overziende ko men velen tot de conclusie dat de president wel een aantal veranderingen wil doorvoe ren maar de kern van de problematiek nauwelijks beroert Formeel dat wil zeggen overeenkomstig de grondwet van de RMS handelt hij juist maar mate rieel lost hij nauwelijks iets op. De kern van de problematiek is en blijft de zeer grote verdeeldheid, maar ook de noodzaak van herformulering van de RMS-ideologie. De jongeren vragen zich in toenemende heftigheid af waarvoor nog gestreden moet worden. Ze merken heel duidelijk dat het politieke ideaal van de RMS door de Ne derlandse politici wel gerespecteerd maar niet gedeeld wordt (minister Van der Stoel bevestigde dit in juni nog eens nadrukke lijk). Ook op de Molukken zelf zijn de perspectieven voor een omwenteling te ver waarlozen, zoals uit recente reportages weer duidelijk bleek. Het is begrijpelijk dat jongeren nauwelijks aangesproken worden door voor hen vage idealen waar over Manusama en de zijnen telkens weer spreken. Jongeren hebben nu eenmaal, zeker in deze tijd, de neiging om de puntjes op de i te zetten en door woorden heen te prikken. Ds. Metiary zag al enkele jaren geleden in dat er iets zou moeten gebeuren om het ideaal nieuw leven in te blazen. Hij zocht contact met de vertegenwoordiging van de republiek Vietnam in Parijs in de hoop dat dit land de RMS zou erkennen. Voor veel Zuidmolukkers betekende dit een grote schok. Zou de RMS-gedachte, die in Neder land in het verleden juist van rechtse zijde werd gesteund, nu de nodige steun van linkse (Vietnamese) kant moeten krijgen? Manusama was hier fel tegen. Een breuk tussen Manusama en Metiary dreigde, maar werd voorkomen, zoals bleek op de betoging van 25 april jL in de Haagse Houtrusthallen. Het Vietnamese avontuur is kennelijk op niets uitgelopen. Een probleem apart is de positie van de .andere' president, generaal L Tamaela. Hoewel al enkele malen verzoeningspogin gen hebben plaatsgehad is daarvan nog steeds niets terechtgekomen. De generaal gaat zijn eigen gang en presideert zijn eigen kabinet. Hij is er als enige in ge slaagd om erkenning voor de RMS te vinden, nl in de Afrikaanse staat Benin, het vroegere Dahomey. Ook heeft hij heel wat contacten in de Verenigde Naties ge legd. Er zijn Molukkers die graag zouden zien dat Manusama deze Tamaela in zijn nieuwe kabinet opneemt, maar de kans daarop is minimaal. Evenmin is zeker of Tamaela op het gebied van de internatio nale contacten nog veel meer zal bereiken. Op het congres in Assen zal ongetwijfeld ook de mening van dokter Hassan Tan aan de orde komen. Deze oud-minister in het kabinet-Manusama, die bij de treinkaping van enkele maanden geleden als contact man (tussen de Nederlandse overheid en de kapers) fungeerde, vindt dat ir. Manusa ma als president vervangen moet worden door mevrouw Josina Soumokil, weduwe van de al genoemde en in Molukse kring zeer geëerde dr. Chr. Soumokil. Maar afge zien van het feit dat Manusama zich niet laat wegzenden maakt zij niet veel kans omdat betwijfeld wordt of zij geschikt is voor het presidentschap en zij wat voor velen een minpunt is links-socialistische ideeën heeft (Van onze correspondent Ami van Vree) BONN In de schaduw van de moor daanslag op de Westduitse bankmagnaat Jürgen Pon to, wiens dood een grote ver slagenheid in de Bondsrepubliek teweeg heeft gebracht, tekent zich een ontwik keling af die een geheel nieuw licht werpt op het terrorisme en zijn vertak kingen. Er zijn namelijk steeds meer aanwijzingen dat de enige weken gele den naar Frankrijk gevluchte en inmid dels ondergedoken Baader- Meinhof-ad- vocaat Klaus Croissant een centrale rol speelt en heeft gespeeld in de communi catie tussen extremisten onderling. Volgens het Bundeskriminalamt (B.K.A.), de Westduitse kriminele recherche,is het Croissant, die vanuit zijn advocatenkan toor in Stuttgart nationaal en internatio naal een informatiesysteem heeft opge bouwd dat het gevangenen mogelijk maakt mededelingen en opdrachten naar buiten te brengen en omgekeerd informa tie van handlangers in de cel te ontvan gen. BiCA.-chefHerold noemt hem zelfs de man „die terroristische kadergroepen bij elkaar hield, zowel in de gevangenis sen als daarbuiten, die sympathisanten mobiliseert en plannen voor nieuwe ge welddaden opstelt". Voor de rechtse sensatiepers, die voort durend terroristen, anarchisten, extre misten, communisten, intellectuelen en linkse studenten op een hoop gooit, is de nieuwe rol, die Croissant wordt toege schreven, slechts een bevestiging van haar vooroordelen. Mensen die wat ge nuanceerder tegen de maatschappij ple gen aan te kijken en die de verandering in de persoon van Croissant, van onop vallend advocaat in economische en echt scheidingszaken tot geëngageerde verde diger van extremistische opvattingen hebben gevolgd, zouden zich echter ver bazen als waar zou blijken dat Croissant zich actief^netterdaad in de wereld van het terrorisme zou hebben gestort De 43-jarige vrijgezel, afkomstig uit een klein-burgerlijk milieu in een stadje in Schwaben, bleef lange tijd politiek kleur loos, ook als advocaat Dit veranderde toen in Bonn een wetsontwerp inzake preventieve hechtenis werd voorbereid, waartegen hij zich heftig verzette, en toen hij in een drug-zaak geconfronteerd werd met een poging van het openbaar minis terie om te weten te komen wat tussen aangeklaagde en verdediger was bespro ken. Zulke dingen stootten Croissant, begif tigd met een sterk gevoel voor waarheid en gerechtigheid, tegen de borst. In de periode van de studentenonlusten van de zestiger jaren ontwikkelde hij zich steeds meer als een advocaat voor links, zeker toen hij kennis had gemaakt en bewon dering had opgevat voor Horst Mahler, de briljante Berlijnse verdediger van de APO, de Westduitse buitenparlementaire actiegroepen van die tijd. Met de Baader-Meinhof groep kwam Croissant voor het eerst in aanraking toen hij als verdediger optrad van een van diens helpers, Helmut Pohl. Met huid en haar werd hij erbij betrokken, toen Stuttgart werd aangewezen als de plaats waar het grote Baader-Meinhof proces zou plaatsvinden. In de rechtszaal van Stammheim raakte Croissant tussen de mangel van rechten en plichten, tussen eisen en verlangens van enerzijds de justitie als vertegen woordiger van de rechtsorde en ander zijds de gevangene, wiens belangen hij diende te verdedigen. Met name onder invloed van de sterke persoonlijkheid van Andreas Baader en als gevolg van de keiharde manier waarop de Duitse justitie deze gevangene tegemoet trad (om nog maar niet te spreken van de juridische blunders die tijdens het proces werden begaan), maakte Croissant zich steeds meer tot woordvoerder van de politieke opvattingen van de groep. Hij beschuldigde de justitie van „foltering door isolering van de gevangenen" en van „terechtstelling". Met name de dood van de anarchist Holger Me ins in de gevangenis van Wittlich schijnt van be slissende betekenis voor zijn politieke engagement te zijn geweest. Duitsland noemde hij een „fascistische politiestaat" en hij verdedigde de strijd tegen het kapitalisme die zijn gevangenen in hun vaandel voerden. De justitie van haar kant beschuldigde hem ervan de hongerstaking van de Baa- der-Meinhofleden te hebben georgani seerd en te sympathiseren met het terro risme. Een nieuwe wet maakte het moge lijk hem in begin '75 als „verdachte advocaat" van het proces uit te sluiten. Tweemaal, in 1975 en in 1976, werd hij gevangen genomen op beschuldiging van „ondersteuning van een kriminele vereni ging", beide keren ook werd hij na enige tijd voorwaardelijk vrijgelaten. Een pro ces is nooit gevoerd. Want niemand zag eigenlijk meer in hem dan een verbale verdediger van de poli tieke activiteiten van de Rode Armeefrac tie (R.A.F.), zoals deBaader-Meinhof- groep zich noemt. Dat bewijst zijn vrijla ting uit de gevangenis, daarvan getuigen ook de vele vrouwen die hem kenden. Een aardige, wat onhandige vrijgezel; een wat warrige idealist Maar een man van de daad? Inmiddels bleek telkens weer dat bij allerlei terroristische activiteiten, of het nu ging om aanslagen op mensen of gebouwen, om bankovervallen of om gij zelingen, er directe lijnen naar en vanuit de gevangenissen liepen waar R.A. F.-le den opgesloten zaten. Ook onderling bleek er een wijdvertakt systeem te zijn, waarmee gevangenen van verschillende extremistische groeperingen met elkaar communiceerden. De belangrijkste van deze groepen zijn de R.A.F.,de Beweging van de Tweede Juni (die onder andere betrokken was bij de ontvoering van de Berlijnse politicus Lorenz), de groep van de voormalige, thans gevangen zittende advocaat Haag (die onder andere ver dacht wordt van de aanslag op procu reur-generaal Buback), en individueel opererende groepen, „revolutionaire cel len". Het beste voorbeeld van dergelijke verbindingen is de manier waarop Gu- drun Ensslin vanuit Stuttgart Stamm heim telefonisch met een enkel code woord („Wie niet bang is te worden gevie rendeeld, stoot de keizer van zijn paard") de hongerstaking van ettelijke gevange nen, verspreid over de hele Bondsrepu bliek, deed ophouden. Bij hun onderzoekingen stootten de poli- tie-instanties steeds vaker op de naam Croissant. Het bleek dat medewerkers van zijn bureau talloze reizen door heel Duitsland maakten en honderden keren extremistische gevangenen bezochten. Andere medewerkers van Croissant do ken onder en bleken later bij terroristi sche activiteiten te zijn betrekken: Sieg fried Hauser, die deelnam aan de overval op de Duitse ambassade in Stockholm en daarbij om het leven kwam; Hans-Jo- chem Klein, de chauffeur van Croissant, later als helper van de internationaal gezochte terrorist „Carlos" aanwezig bij de gijzeling van de O.P.E.C.-ministers in Wenen, alsmede twee andere voormalige medewerkers van Croissant tegen wie de politie al geruime tijd een bevel tot in hechtenisneming heeft lopen in verband met de ondersteuning van een criminele vereniging. Is Croissant dan toch meer dan „de beste public relationsman van de R.A.F.", zoals Der Spiegel hem noemde? Is hij van dromen tot daden overgegaan? Het ziet er steeds meer naar uit. In verband met de moord op Ponto zoekt de politie vier vrouwen. Drie van hen, onder wie de hoofdverdachte Susanne Albrecht, die bij haar peetoom aanbelde en naar binnen ging, zijn als assistenten van Croissant werkzaam geweest. Bij onderzoekingen in zijn kantoor is volgens nog niet beves tigde berichten een grote hoeveelheid be lastend materiaal aangetroffen, waaron der manuscripten van gevangenen en papieren die betrekking hadden op de moordaanslag tegen Buback. Het myste rie Croissant Bekenden noch vrienden weten iets over zijn persoonlijkheid en zijn achtergrond te vertellen. Een oude schoolvriend weet slechts te melden: „Het viel mij toen al op, dat hij op bepaalde woorden sterk reageerde. Bij het woord „revolutie" kregen zijn ogen altijd een heel speciale glans „Mensen in Nood" verdeelt acht ton Het bestuur van de stichting „Mensen in Nood*' heeft op de laatste bestuursvergade ring ruim 800.000 gulden toe gekend voor hulpverlening waarvoor aanvragen werden ingediend. Het geld ging onder meer naar hulp aan vluchtelingen uit Rhodesië en Mozambique 50.000); urgente hulpverle ning in Angola 100.000); hulp aan de door de conflic ten in Ethiopië in nood ver kerende nomaden 50.000) en aan door overstroming ge troffen gebieden in Oost-In- dia 50.000); diverse voor zieningen in de haven van repatriëring voor Indiase thee-plantage arbeiders die vanuit Ceylon naar India worden overgebracht 35.000) en naar een rehabi litatie-programma voor het Mymensing-district in Ban- gla-Desh, dat in maart/april 1977 door overstromingen ge troffen werd 86.000). Naast deze grote bedragen werden nog vele kleinere bij dragen toegekend voor de aankoop van voedsel en za den en voor watervoorzie ning in door droogte getrof fen gebieden; voor aanschaf van gereedschappen; voor huisvesting van arme bejaar den, voor noodzakelijke voorzieningen in weeshuizen, scholen en poliklinieken, al smede voor studiebeurzen voor kinderen uit arme ge zinnen in India en Marokko. Speciale bijdragen werden verleend aan "het beurzen fonds ten bate van zwarte leerlingen op katholieke scholen in Zuid-Afrika, waar de apartheid werd afge schaft. Jaarlijks verdeelt de stichting ongeveer zeventien miljoen gulden. De rijkdommen van de zeeën moeten illen ten goede komen en allereerst aan de armere landen. Aldus een document van de pauselijke commissie .Justitia et Pax" (Gerechtig heid en Vrede) naar aanlei ding van de zeerechtconferen tie van de Verenigde Naties, die in juli zonder veel resul taat haar zesde zitting eindig de en eind maart 1978 op nieuw bijeenkomt. Volgens de is si de opvatting dat de volle eigendom eigdom van niemand is en dus van iedereen, achterhaald, sinds men ontdekt heeft, dat de oceanen niet zo onuitputtelijk zijn als men aanvankelijk dacht. De huidige vrijheid, door wei nig reglementen belemmerd, komt alleen ten goede aan de landen die er toch al warm pjes bij zitten, aldus .Justitia et Pax", die ook niet gelukkig is met de 200-mijlszone, vooral ten nadele van staten die een kleine kuststrook hebben of niet aan zee liggen. De commissie vindt het begrij pelijk, dat ook de arme landen kiezen voor de 200-mijlszone om te voorkomen dat anderen de rijkdommen van „hun" zee bodem weghalen, maar zou toch voor een meer funktione- le aanpak zijn onder leiding van een internationaal gezag. Met de .Nieuwe internationale orde" van professor Jan Tin bergen bepleit „Justitia et Pax" een samenspel van natio naal en supranationaal bezit, die regelmatig op elkaar wor den afgesteld, naar gelang de situatie zich wijzigt, nationaal en op wereldvlak. Het document wijst hierbij op de kerkelijke leer, dat de goe deren van deze aarde er zijn voor iedereen. Dit beginsel moet leiden tot moedig onder zoek naar grondspeculaties, in de stad en op het platteland. Een verkeerd begrip van ei gendom aldus de pauselijke commissie houdt vaak af van vernieuwende oplossin gen. Het feit, dat de kerk het j5rive- bezit van personen en groepen vaak heeft verdedigd tegen on derdrukking door de staat om de vrijheid en de eigen verant woordelijkheid veilig te stel len, is door velen uitgelegd als een pure verdediging van hun privébezit. Toch heeft de kerk misbruik van privébezit herhaaldelijk aan de kaak gesteld en herin nerd aan het hogere beginsel, namelijk, dat de goederen van deze aarde bestemd zijn voor iedereen. Sommigen ter goeder trouw en velen ter kwader trouw hebben de leer van de kerk misbruikt om hiermee hun op vatting over bezit als iets on- aantastsbaars te rechtvaardi gen. „In feite aldus het do cument vereist de kerkelij ke leer over eigendom onop houdelijk onderzoek langs de mocratische weg of de be staande vormen van eigendom nog wel beantwoorden aan he£ doel van mens en samenle ving". Drieëntwintigduizend mensen hebben in Honoloeloe de dienst bijgewoond, waarbij het feit werd herdacht, dat honderdvijftig jaar geleden de katholieke kerk op de Hawaii- eilanden werd gevestigd. Na dat in 1827 de eerste katholie ke missionarissen met hun werk waren begonnen werd in 1844 Honoloeloe een aposto lisch vicariaat en in 1941 een bisdom. Het omvat momen teel zesenzestig parochies, verspreid over de eilanden groep. Van de 847.000 inwo ners zijn er ongeveer 206.000 katholiek. Bisschop is John Joseph Scanlan. De bisschop van Roermond, mgr. dr. J. Gijsen heeft eervol ontslag verleend aan H. van Genuchten ofm als assistant van de parochie O.L. Vrouw Onbevlekt Ontvangen te Ospel. Hij blijft nationaal aal moezenier van de kermisex ploitanten. De secretaris van de Duitse bisschoppenconferentie, dr. Josef Homeyer heeft tijdens een reis door de Verenigde Staten en Canada onder alle lagen van de katholieken in deze landen optimisme gecon stateerd over het overwinnen van bet dieptepunt van de kerkelijke crisis. Er is weer een krachtige opgaande lijn. Aanwijzingen daarvoor vindt men in de stijging van het aantal kerkbezoekers en de toeneming van bet aantal priesterroepingen. Pater Ben Stukart, missionaris van Mill Hill in Roosendaal gaat in Londen de leiding op zich nemen van het op te rich ten internationaal communica tiecentrum „Mil Com". Het centrum moet de communica tie verbeteren tussen de ruim duizend, over de gehele wereld verspreide, leden van de con gregatie en anderzijds gericht zijn op de voorlichting naar buiten. Niet alleen over het werk van de Mill Hillers in vijfentwintig landen, maar ook over de sociale, culturele, eco nomische en godsdienstige omstandigheden, waaronder zij werken. De Baptisten Wereldalliantie zal ruim 2,6 miljoen gulden beschikbaar stellen voor theo logische opleidingen in Oost- Europa. Bijna de helft is be stemd voor een instituut in de Sovjet-Unie, waarvoor overi gens nog op toestemming wordt gewacht. Ongeveer tweederde van de 1.172.000 baptisten in Europa wonen in Oost-Europa. Veel gemeenten daar worden geleid door men sen die geen theologische vor ming hebben genoten. ARRUPE: De generaal van de jezuieten, pater Pedro Arrupe, is ervan overtuigd, dat de godsdienst in de Sovjet Unie toekomst heeft Dat blijkt uit een com muniqué, dat dezer dagen in Rome door de orde is uitgege ven, naar aanleiding van een kort bezoek, dat Arrupe begin juli aan Moskou heeft ge bracht als onderbreking van zijn reis door Azië Pater Arrupe heeft toen ge sproken met leidende perso nen in het Russisch-orthodox patriarchaat van Moskou. Sinds hij zes jaar geleden voor het laatst in de Sovjet-Unie was geweest had hij verande ringen geconstateerd. Een aan wijzing voor die verandering vond hij onder meer in de aandacht, die het Sovjet-pers- bureau Tass aan zijn verblijf in Moskou had gewijd. Viermanschap (met leek) bestuurt dekenaat Hoorn Het dekenaat Hoorn wordt niet meer bestuurd door een deken, maar door een viermanschap. Het viertal is per 1 augustus benoemd door de bisschop van Haarlem, mgr. Zwartkruis. Opmerkelijk detail is, dat in het viermanschap een leek is benoemd. Het collectief volgt deken Hoekstra op, die het bisdom heeft verzocht te mogen worden ontheven van zijn taak. Hij bestuurde het dekenaat vanaf 1969. Het dekenaat Hoorn omvat achtentwintig West- friese parochies en is het grootste dekenaat van het bisdom Haarlem Te groot om door één man te worden bestuurd. Tot deze conclusie is het bisdom gekomen na een onderzoek onder de kerkbesturen, parochieraden, pastores en dekenale werkgroepen. Zijn gastheren, onder wie me tropoliet Juvenaly, leider van de afdeling voor buitenlandse betrekkingen van de russisch- orthodoxe kerk, hadden hem voorts gewezen op „iets, dat nog nooit vertoond was": aan de interkerkelijke conferentie over vrede en ontwapening, die in juni door het patriar chaat van Moskou was georga niseerd, was via de tv. gedu rende de gehele conferentie el- ke dag vijf minuten zendtijd besteed. Arrupe toont zich verrast door een gebaar van metropoliet Juvenaly tijdens een liturgie viering in de Dormitionkerk van het beroemde klooster No- vodevichy. Juvenaly had de generaal-overs te van de jezuie ten toen uitgenodigd in de overvolle kerk het woord te voeren. „Nooit van mijn le ven", aldus Arrupe, „had ik aan de mogelijkheid gedacht nog eens te spreken voor ort hodoxe gelovigen in een Mos- kouse kerk". Naar aanleiding van zijn be zoek was ook de metropoliet van Leningrad en Novgorod, Nikodim naar Moskou geko men. Als bijzonder gebaar van vriendschap had hij pater Ar rupe een ikoon cadeau gedaan qn er ook een meegegeven voor paus Paul us.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 11