in iokrijk
I®
mysteries
Istanboel
Wandelen
van
De harem bijvoorbeeld. Een compleet dorp is
het, waar het liefdesleven van de sultans om
zich heen moet hebben gegrepen. Een kleurrijk
betegeld labyrinth van koepels en overwachte
binnenplaatsjes rond ruim vierhonderd vertrek-
ty ken, de luxueuze opbergplaatsen voor inclusieve
schoonheden en hun lustloze bewakers. De gids,
die zijn karavanen buitenlanders twee keer per
uur door een gedeelte van deze liefdesoptrekjes
sleurt, heeft het daar niet over. Tegeltjes, schou
wen, gekleurde glazen en meubilair: slechts dat
en dat alleen valt er volgens hem te zien in
deze doolhof. Maar het kille steen lijkt hier een
I oude toverkracht te hebben. Elk moment ver-
1 wacht je een gesluierde verleiding om een hoek
te zien komen. „Badkamer", luidt het hele ver-
haal van de gids als je een reeks danszalen
wordt binnen gedirigeerd, waar meermansbad
kuipen laten zien, dat hier in vroeger dagen niet
uitsluitend sanitaire bijeenkomsten werden be-
legd. Leeg en stil is het er op het geruis van
het water na, dat doelloos in de kuipen weg-
f stroomt. Maar de sfeer is broeierig gebleven en
vol mysteries, die je voelt maar niet kunt
I doorgronden.
Zo broeit het in het hele, mysterieuze Istanboel,
dat vanuit de harem van het Topkapi-paleis zijn
gespleten gezicht laat zien. Een stad die hinkt
I op twee werelddelen. Aan weerszijden van de
Bosporus, het smalle water dat Europa en Azië
op handbereik van elkaar afhoudt, steekt ze haar
wouden van minaretten priemend de hoogte in
richting Allah, wiens boodschap vijf maal daags
jankend door de luidsprekers in de ranke toren
over de stad wordt gegild.
Alleen de moskee in de harem blijft leeg. Deze
zijstap van de rechte weg, die door het Topkapi-
paleis voert, wordt nog slechts gemaakt door
toeristen- Geen sultans meer, geen genotsslavin
nen meer in dit paleis, van waaruit eens het grote
Turkse rijk werd geregeerd. Wél nog de weelde,
waarin de heersers hun dagen verdeden. In een
bijna protserige praalzucht staat het er allemaal
uitgestald in dit eldorado van prachtige tuinen
en al even fraaie gebouwen: sieraden, klokken,
wapens, relikwieën van Mohammed en een on
waarschijnlijk grote collectie Chinees en Japans
porselein. Veel ervan is meegesleept door diplo
maten, koningen en keizers uit alle delen van
de wereld, die om de gunsten van de machtige
1 sultans kwamen dingen in deze exotische lusthof
hoog op de rots die het verbindingswater met
Een vismarktje langs de Bosporus.
Een dagje-uit over de grens. Een dagje-uit naar
België. Een treinreis, een tocht met een bus en
dat 's middags allemaal in omgekeerde richting.
Maar het kan. En als u het eens uitprobeert zal
het u verbazen hoeveel tijd u ter plekke nog
hebt om rond te kijken.
„Onder dagtochtbereik" blijft natuurlijk een nog
al betrekkelijk begrip, maar als u uw dagje-uit
laat beginnen zodra u in de trein stapt en u laat
tijdens de busrit het mooie gebied waar u door
rijdt en het deskundig commentaar van de chauf
feur op u inwerken, hebt u er optimaal profijt
■van.
De dagtocht naar het domein Bokrijk in België
is een van de nieuwe reisdoelen uit het dagtoch
ten-programma van de Nederlandse Spoorwegen.
Domein Bokrijk is een onderdeel van een prach
tig natuurgebied en het voornaamste centrum
van volkscultuur en toerisme in Belgisch Lim
burg.
De provincie Limburg kocht het goed, vroegere
bezitting van de abdij Berkenrode, in 1938. Ze
Wilde er twee dingen mee bereiken: een prachtig
natuurreservaat behouden middenin de provin
cie, en de bevolking een openbaar.wandel-, sport
en ontspanningspark aanbieden.
Het hart ervan is het kasteel Bokrijk. Door het
Koningin Astridpark kunt u eindeloos dwalen
tussen de fraai aangelegde gazons en boomgroe
pen, door de uitgestrekte bossen met vennen en
wijvers, door het arboretum met zijn boeiende
verzameling van maar liefst vijfduizend soorten
Kasteel Bokrijk, middenin het park, met op de voorgrond het autotreintje.
bomen en planten. In de rozentuin kunt u alle
mogelijke rozen-variëteiten bewonderen, u kunt
dwalen door het doolhof, herten kijken in het
herten- en hoenders in het hoenderpark. In het
Natuurwetenschappelijk Museum kan iedereen
die oog heeft voor de natuur in Limburg ep
omgeving een aantal diorama's bewonderen en
in het laboratorium kan de geïnteresseerde leek
proefnemingen uitvoeren of volgen.
Er is een enorme speeltuin en kinderen kunnen
zich voorts vermaken in de mini-auto's, de draai
molens en op de ponybaan. Bokrijk omvat ook
een uitgestrekt complex va;j sport- en speelvel
den: voetbalvelden, een atletiek-piste, „kleingolf"
Voelt u iets voor een dagje Bel
gië? Vraag dan aan het N.S.-lo-
ket om dagtochtkaartje nummer
9, dat recht geeft op de treinreis
van uw woonplaats naar Eind
hoven en terug, de busrit naar
Bokrijk vice versa, bij aan
komst in Bokrijk een lunch in
het kasteel, een rondrit door het
domein in het autotreintje en de
toegang tot het Vlaams Open
luchtmuseum. Hebt u op een of
andere manier al vervoer naar
Eindhoven dan kunt u daar in
het station attractiekaartje num
mer 9 kopen, dat u van dezelfde
faciliteiten voorziet als het dag
tochtkaartje, uitgezonderd de
treinreis. Daar betaalt u dan
natuurlijk ook niet voor. Om
mee te kunnen met de bus moet
u wel zorgen uiterlijk om 10.30
uur in Eindhoven te zijn. De bus
brengt u omstreeks 16.30 uur
van Bokrijk terug naar Eindho
ven. De rit duurt ongeveer een
uur, op de heenreis wat langer
want dan is er een „koffiestop"
ingelast U kunt met de spoor
wegen naar Bokrijk: vijf dagen
in de week (van maandag tot en
met vrijdajg). Deze dagtocht
loopt tot en met vrijdag 2 sept
Ponypark Slagharen stond vo
rig jaar met 51.500 deelnemers
onbetwist aan kop als de popu
lairste N.S.-dagtocht. Met 48.590
deelnemers werd Madurodam
goede tweede, gevolgd door de
Efteling (44.750) en Artis plus
rondvaart (22.770 deelnemers).
Ingedeeld naar het soort evene
ment trokken de recreatiepar
ken de meeste bezoekers: 44,7
procent. Daarna de musea (15,4)
en de dierenparken (14,3). Boot
en bustochten zaten elkaar op
de hielen met respectievelijk
11,4 en 11,2 procent Stadswan
delingen scoorden 1,9 procent
en 1,1 procent maakte gebruik
van de overige dagtocht-moge
lijkheden. In 1976 maakten
224.075 mensen een N.S.-dag
tocht tegen 142.200 het jaar
daarvoor. Twaalf nieuwe moge
lijkheden heeft N.S. deze zomer-
opgenomen in haar dagtochten
programma, dat nu uit 90 num
mers bestaat Splinternieuw is
ook de samenwerking met Ko
dak Nederland. De deelnemers
aan drie tochten (Madurodam,
Artis en Antwerpen) kunnen
gebruik maken van een foto-
wandelroute. Him beste foto
kunnen ze opsturen naar Ko
dak, die er een gratis vergro
ting van maakt. Bovendien is
er een wedstrijd, waarbij het
gaat om de origineelste opna
men. Op de N.S.-stations is bet
dagtochten-boekje 1977, waarin
u alle 90 mogelijkheden en alles
over de fotowedstrijd uitge
breid beschreven vindt, gratis
verkrijgbaar.
(zoals mini-golf op z'n Vlaams heet), tennisbanen
en een groot zwembad.
En kunt u het allemaal niet te voet af, stap dan
in het autotreintje dat alle hoeken van het park
aandoet. Overal zijn haltes waar u kunt in- en
uitstappen.
Wat u absoluut niet mag missen als u in domein
Bokrijk bent, is het Vlaams Openluchtmuseum.
De eeuwenoude boerderijen, stallen, schuren,
bakhuizen, water- en windmolens werden van
hun plaats van herkomst overgebracht naar Bok
rijk, waar ze met de grootste zorgvuldigheid
weer werden opgebouwd. Daarbij werden ze niet
als museum-onderdelen beschouwd maar gegroe
peerd tot sfeervolle eenheden die u laten zien
hoe het er vroeger uitzag in de Limburgse en
Antwerpse Kempen, in Haspengouw en Brabant
en in de beide Vlaanderens. Het hart van het
museum is het Kempense dorp. U vindt er een
Romaans kerkje uit de elfde eeuw, hoeven, schu
ren, de landelijke herberg („afspanning"). In Sint
Gummarus, neergezet rondom het driehoekig
dorpsplein met zijn gerechtsboom, schepenbank
en schandpaal.
In de oude smidse vlamt het vuur en u kunt
er iemand met het roodgloeiend ijzer in de weer
zien. U ziet hoe sjiek een rijke hereboer uit
omstreeks 1500 woonde. En tussen de schilder
achtige gebouwen en het vele groen scharrelen
de dieren: kippen, schapen, pauwen. Op de vij
vers drijven statige zwanen.
Hongerigen en dorstigen kunnen na hun omzwer
vingen terecht in een van de vijf eetgelegenheden
die Bokrijk rijk is. Vergeefs zult u echter zoeken
naar een friteskraam: u vindt er in het hele park.
niet één.
Een blik vanaf de Aziatische oever over de Bosporus. Op de achtergrond de machtige Topkapi-rots met de priemende minaretten van de Hagia Sophia en Blauwe Moskee.
week een roerige Turkse landdag woedt Verza
melplaats van al het gekrioel is de Grote Bazaar,
een overkoepeld verdwaaloord met zo'n driedui
zend winkeltjes. De meeste zijn niet groter dan
twee tot drie vierkante meter, zodat het er
overbevolkt is als er twee klanten binnen zijn.
Een daarvan zal nog buiten moeten gaan staan,
als het echte handelen begint waarbij rond-
maaiende handen en voeten de prijs van de
koopwaar gunstig moeten beïnvloeden.
Het zijn enkele verplichte nummers voor Istan-
boel-gangers. Daarnaast heeft deze oosterse
dochter van Rome, die net als de moederstad
op zeven heuvels is gebouwd, alles te bieden wat
op vakantie gaan in het „westen" zo comfortabel
en in het „oosten" zo mysterievol maakt De
befaamde Tlirkse badhuizen, waar je ter ver
kwikking gestoofd, gekookt, geroosterd en geplet
kunt worden; buikdanseressen, die in alle kuis
heid hun bevalligheden drillen en rondzwieren;
superdeluxe terrassen met koude prik en hinken
de keukenstoelen met lauwe raki hoog boven de
drukke Bosporus met uitzicht over de Zwarte
Zee. Istanboel kan het allemaal en nog veel meer
uit voorraad leveren.
JAN NIES
De koepelmassa van de Blauwe Moskee met op de
voorgrond de put, waar de mohammedanen zich
volgens voorschrift vóór het betreden van de
moskee wassen.
Een binnenplaatsje in de harem van het Topkapi-paleis.
de Zwarte Zee beheerst en ook het begin van
de legendarische Gouden Hoorn markeert.
Wie nu bij het prieeltje op de uiterste rand van
de rots staat, heeft een riante plaats om de stad
zich te zien uitstrekken op de eindpunten van
twee continenten. Daar tussen het diepblauwe
water van de Bosporus, waar het krioelt van de
wrakkige vissersbootjes, die op volstrekt onver
antwoordelijke wijze proberen de grote Russi
sche zeeschepen en de heen en weer stomende
veerboten niet te rammen. In de verte als hyper
moderne verbindingsstreep tussen Europa en
Azië de ruim een kilometer lange hangbrug,
waarop het verkeer meestal tevergeefs vooruit
probeert te komen. Zes rijbanen zijn er voorhan
den om binnen een paar minuten van werelddeel
te verwisselen, maar geheel in overeenstemming
met de beste rijgewoontes van de stad propt het
verkeer zich tien rijen dik klemvast. Het is er
zoals overal een complete chaos van meest fors
gekneusde Amerikaanse afdankers, die met een
oorverdovend toeterende blijmoedigheid alle ver
keersregels vermorzelen. Daar tussendoor slaan
al even blijmoedig de schonkige paarden op hol,
die krakkemikkerige wagentjes door de wolken
van uitlaatgassen heensiepen. Nee, snel ga je in
Istanboel niet vooruit; wél erg gezellig, op die
talloze momenten van acute doodsnood na.
Om van de Topkapi-rots bij de twee hoogtepun
ten uit de bouwgeschiedenis van de stad, de
byzantijnse Hagia Sophia en de zeer Turkse
Blauwe Moskee, te komen hoef je je gelukkig
niet in de stilstaande razernij van het verkeer
te storten. Het is maar een paar stappen om de
reusachtige koepel van de voormalige Byzantijn
se kerk de eeuwen zien te staan trotseren. Een
overrompelend overblijfsel van de glorievolle
dagen, dat Istanboel als Constantinopel de eeu
wenlang onneembare hoofdstad van het ooste
lijke Romeinse Keizerrijk was.
Hoe befaamd de met moza'ieken overwoekerde
Hagia Sophia ook is en ondanks de later aange
plakte minaretten, waardoor de kerk in een
moskee werd veranderd en een prikkende rol
ging meespelen in het spitse silhouet van de stad,
de Turken zelf lijken toch niet zo onder de
indruk van deze levende brok van bijna zestien
eeuwen cultuurgeschiedenis. Hun bewondering
gaat veel meer uit naar de nabije Blauwe Mos
kee, die sinds 1616 in een onbesliste schoonheids
wedstrijd met de Hagia Sophia is gewikkeld. Een
begrijpelijke voorkeur, want de moskee werd
destijds nadat het Romeinse Keizerrijk door de
Turken ten val was gebracht, gebouwd om te
bewijzen dat de Turken óók een optrekje konden
neerzetten dat tot in de eeuwen der eeuwen
„eeuwig" zou worden genoemd.
Het is ze gelukt, zoals je kunt constateren nadat
je zoals bij alle moskeeën je schoenen
buiten op een plankje ter uitwaseming hebt
neergezet. Door onder een leren lap door te
kruipen is het heiligdom toegankelijk. De weeïge
geur van het ontschoeide pelgrimsoord vergeet
je er op slag, als je op de handgeknoopte zee
van tapijten door de moskee sluipt. Zonder meer
verpletterend is de aanblik van al het blauw, dat
in de blauwste blauw-schakeringen op je afkomt,
st. Elke vierkante millimeter van de hoge tegel
wanden en van de uitgestrekte koepelvelden
heeft een lik blauw meegekregen.
Het blauw geeft een tijdloze wijdsheid aan de
ruimte. Een wijdsheid, die in de rest van het
oude centrum nergens valt te bespeuren. Het is
er een wirwar van stinkende en overvolle havens
en smalle kronkelstraatjes, waar aangeslagen
houten huizen ongemakkelijk voorover leunen.
Het zou een openluchtmuseum kunnen zijn, ware
het niet dat er 24 uur per dag, zeven maal per
Istanboel begint langzamerhand ont
dekt te worden door Nederlandse va
kantiegangers, maar het is nog steeds
een toeristisch buitenbeentje waar de
voertaal nog Algemeen Beschaafd
Turks is in plaats van Nederlands,
Duits of Engels. Dat de stad nog
geen gemeengoed is van zon- en stads-
schoonzoekers, blijkt ook uit de pro
gramma's van de reisbureaus. Lang
niet alle touroperators hebben Istan
boel in de vierkleurenfolder staan. Uit
zondering daarop is bijvoorbeeld Ho
telplan, die iedere zondag van Amster
dam naar Istanboel vliegt. In de stad
zijn vele goede hotels met opperbest
Turks eten. In veel eetgelegenheden
wordt op verzoek ook een vertrouwde
„westerse" pot geserveerd.